Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer De Gucht heeft het woord.
Minister, mijn vraag ligt in het verlengde van een vraag die ik eerder al heb gesteld in deze commissie, namelijk in 2016. Het betreft de software van de eindapparaten. Daarmee spreek ik eigenlijk over de apparaten bij ons van de twee grote leveranciers, Telenet en Proximus, en op welke manier die eindapparaten niet toegankelijk zijn voor personen met een sensoriële handicap. Op dat moment heeft u in uw antwoord aangegeven dat er inderdaad iets mank loopt in de toegankelijkheid van de software – dat werd trouwens ook aan u bevestigd door de desbetreffende bedrijven – en dat er nog steeds manipulaties nodig zijn die bijvoorbeeld de slechtziende moet uitvoeren op zijn afstandsbediening, die niet mogelijk zijn. Het kan niet de bedoeling zijn dat iemand afhankelijk is van de hulp van een persoon om zijn of haar instellingen te veranderen.
Zowel in uw beleidsnota als in uw antwoord op mijn vraag gaf u aan dat u de gesprekken met de dienstverleners ging voorzetten en uitdiepen. Daarom heb ik kort volgende vragen: hebt u intussen nog kunnen samenzitten met deze dienstverleners, wat is het resultaat van die gesprekken, en op welke termijn zullen de nodige aanpassingen doorgevoerd en gecommuniceerd worden?
Minister Gatz heeft het woord.
U vraagt of er nog overleg is geweest met de dienstenverdelers, en wat het resultaat was. Eind 2016 – dat is inderdaad al een tijd geleden – werd nagegaan in welke buurlanden goede praktijken te vinden zijn inzake toegankelijkheid van eindapparaten van dienstenverdelers. De bevindingen en de indrukken van deze benchmark werden dan geactualiseerd in 2018, en in maart 2018 werden ze bezorgd aan de dienstenverdelers. Midden april 2018 werden individuele gesprekken met de dienstenverdelers gehouden over de toegankelijkheid van hun eindapparaten.
Uit deze gesprekken blijkt dat er momenteel nog heel wat technische en financiële issues zijn waardoor de dienstenverdelers de settopboxen zelf niet meteen toegankelijker kunnen maken dan nu het geval is. Ideaal zou zijn dat de toegankelijkheid van televisieprogramma’s bepaald wordt door de functionaliteiten van het televisietoestel met een ingebouwde app. Dat is natuurlijk onmogelijk, of in elk geval veel ingewikkelder, zodra er een settopbox tussen zit. De dienstenverdelers die met een settopbox werken, zien wel en vooral oplossingen in het gebruik van hun app, die via een tablet of een smartphone te bedienen is – dus via een ander device, zoals dat heet.
Afhankelijk van de functionaliteiten die aanwezig zijn op deze dragers – tablets en smartphones – wordt hun aanbod automatisch toegankelijker. Het gaat dan over een zoomfunctie, voorleesfunctie, en andere dingen. Een logische indeling en navigatie van de apps en de extra functionaliteiten, zoals het oproepbaar maken van ondertitels, gesproken ondertiteling en audiodescriptie, zijn zeker aandachtspunten waarop verder kan worden ingezet.
Tijdens de gesprekken met de dienstenverdelers werd de komst van de nieuwe Europese toegankelijkheidsrichtlijn, de European Accessibility Act, besproken. Deze richtlijn is, zoals u weet, momenteel nog in onderhandeling en zal onder meer regels bevatten voor een betere toegankelijkheid tot audiovisuele mediadiensten voor personen met een beperking, door bijvoorbeeld gebruiksvriendelijkere decoders, settopboxen, Electronic Program Guides (EPG’s), websites, apps, afstandsbedieningen, en dergelijke meer.
De tweede vraag was op welke termijn de nodige aanpassingen doorgevoerd zullen of kunnen worden. Zodra duidelijk is wat de Europese toegankelijkheidsrichtlijn precies inhoudt, zullen nieuwe gesprekken opgestart worden met de sector, dit in de eerste plaats uiteraard om hen te informeren over deze richtlijn, en wat dit nu precies betekent voor hen, maar anderzijds ook om een nieuw afsprakenkader op te maken en een nieuwe toegankelijkheidsregeling uit te werken. Deze nieuwe gesprekken zullen ook aangegrepen worden om een mogelijke evolutie op te meten en de pijnpunten die uit de eerdere gespreksronde naar voor kwamen, te evalueren.
Kort gezegd: soms is het goed om in een land te leven met een grote bekabeling. Maar soms heeft het ook een nadeel, in die zin dat er via apps, dus zonder kabel, op dit ogenblik al heel veel mogelijk is. En men doet dat eigenlijk ook al. Maar wanneer het via de kabel gaat, en de settopbox een beetje tussen de dienstenverdeler en de gebruiker komt te staan, is het een ingewikkelder, technisch verhaal. Het vraagt dus meer tijd dan we zouden wensen om de nodige aanpassingen te doen, vandaar dat we dus eigenlijk de opportuniteitsbeslissing genomen hebben om af te wachten wat de Europese toegankelijkheidsrichtlijn juist zal bepalen. De dienstenverdelers laten mij wel weten dat zij desgewenst, eventueel na de begrotingswerkzaamheden, meer uitleg hierover kunnen geven aan de commissie, en dat het ook niet de bedoeling is om zich enkel achter technische beperkingen te verschuilen, maar om eventueel tekst en uitleg te geven over wat er allemaal technisch mogelijk is, en waar er op dit ogenblik beperkingen zijn.
Er zullen dus zeker verbeteringen gebeuren. Ze zijn nu al mogelijk via de apps. Voor de settopboxen denken we dat het goed is om de Europese richtlijn af te wachten om dan een grotere stap voorwaarts te kunnen zetten.
De heer De Gucht heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Als ik me niet vergis, komt het erop neer dat de settopbox, die ze volgens mij bij dezelfde leverancier kopen, niet aangepast is. Om dat te doen, moet er meer in geïnvesteerd worden en dus is het beter te wachten tot op Europees niveau die verplichting wordt ingevoerd en dan zal het op dat moment wel gebeuren. Vat ik het zo goed samen? In het systeem van Apple, bijvoorbeeld, is de realiteit dat men daar met Siri al heel ver staat. Ik vind het jammer dat telkens vanuit een politiek niveau druk moet worden uitgeoefend op onze bedrijven om zich aan te passen aan mensen met een visuele of andere zintuigelijke handicap. Ik verwijs in dit verband naar ons bezoek aan de VRT en de werkgroep die zich buigt over mensen met een auditieve of visuele handicap. Wat betreft het gehoor, zijn er ondertitels, en dat bestaat ook bij andere zenders. Voor slechtzienden wordt aan de beelden een uitleg gekoppeld. Het is misschien ook interessant, ook al valt dit nu buiten het bestek van deze vraag, om met de andere zenders samen te zitten om daar verder aan te werken. Vanuit deze commissie moeten we proberen alle media die ons land rijk is, zoveel mogelijk open te stellen, ook voor mensen met een beperking.
De heer Vandaele heeft het woord.
Ik deel de bezorgdheid van de heer De Gucht. Die toegankelijkheid is ook voor ons heel belangrijk. Minister, als u zegt dat de technische evolutie te traag verloopt, is het de taak van de mensen die daarmee bezig zijn om daar sneller werk van te maken.
Die toegankelijkheid vinden we allemaal belangrijk. Straks kunnen we tijdens de regeling van de werkzaamheden afspreken hoe we daar al dan niet een vervolg aan kunnen geven met de zenders of met bedrijven. We kunnen straks overwegen of er met een korte hoorzitting eventueel enige druk op dit dossier kan of moet worden uitgeoefend.
De vraag om uitleg is afgehandeld.