Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Mevrouw Vanwesenbeeck heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, in uitvoering van het Vlaams regeerakkoord kreeg het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) van de Vlaamse overheid de opdracht om een digitaal loket voor ondernemers te ontwikkelen. Er waren drie pijlers: vergunningen, fiscaliteit en subsidie. Het was de bedoeling om te komen tot één uniek digitaal loket voor de ondernemer met betrekking tot alle maatregelen en diensten. Ik kan dat alleen maar toejuichen, want het ligt in de lijn van de vereenvoudiging. De vraag komt ook vanuit de ondernemerswereld zelf.
Uit eerdere vragen en besprekingen, onder andere in maart van dit jaar, bleek dat de uitrol van dat digitaal loket niet zo vlot liep als werd gedacht. U gaf toen aan dat het geen evidente zaak bleek te zijn om de verschillende agentschappen en beleidsdomeinen te laten meestappen in dat geïntegreerd loket. Dat bleek ook uit gesprekken met administrateur-generaal Bernard De Potter. Hij zei toen dat er eigenlijk tien verschillende IT-diensten zijn, die allemaal even overtuigd zijn van hun manier van werken. De uitdaging is dan om tot één uniek systeem te komen.
Ondertussen zijn er al stappen genomen. Dat is op zich wel een goede zaak. Je moet niet altijd wachten totdat alles in orde is en alle neuzen dezelfde kant op wijzen. Op een gegeven moment moet je gewoon stappen nemen. Het is dan ook echt een goede zaak dat er sinds september een eerste beperkte versie van het digitaal loket door VLAIO werd gelanceerd. Het gaat om www.vlaanderenonderneemt.be. Ondernemers kunnen daar bij deelnemende agentschappen premies, subsidies en erkenningen aanvragen en opvolgen. Via VLAIO kunnen ze de hinderpremie, de kmo-portefeuille en de ecologiepremie aanvragen. Ook het departement Werk en Sociale Economie heeft zich aangesloten, net als Flanders Investment & Trade (FIT) en ondertussen ook Syntra Vlaanderen.
Het gaat om een unieke digitale toegang van waaruit kan worden doorgeklikt naar de verschillende deelnemende diensten. Er is dus één punt, zoals oorspronkelijk werd vooropgesteld. De verschillende systemen blijven wel bestaan, maar er is niet langer een aparte login nodig. Het only-onceprincipe wordt dus toegepast.
De bedoeling is dat dat nog verder uitgebreid wordt naar andere agentschappen, waaronder de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL), het Agentschap Natuur en Bos (ANB) enzoverder. Ik zal ze hier niet allemaal opsommen.
Ondertussen is de federale eBox voor ondernemers gelanceerd, waarbij burgers en ondernemers één enkele logintoegang hebben voor overheidsdocumenten. Het zou interessant zijn, als dat gekoppeld zou kunnen worden.
Minister, wat is nu de stand van zaken? Welke stappen worden er genomen en, vooral, hoe werd het platform VlaanderenOnderneemt in de markt gezet? Zijn de ondernemers daarover voldoende op de hoogte? Hebt u daar een marketingplan rond?
Ten tweede: wat is de vooruitgang wat de uitbreiding naar andere domeinen en agentschappen betreft? Is er al vooruitgang geboekt? Welke knelpunten zijn er nog en tegen wanneer denkt u volgende stappen te kunnen nemen?
Ten derde zijn er voor de ontwikkeling van het e-loket middelen uitgetrokken in de begroting, voor de ontwikkeling van applicaties, maar ook voor de tussenkomst in de integratiekosten van aansluitende agentschappen enzoverder. Uit cijfers uit een schriftelijk antwoord dat u gaf op een schriftelijke vraag van augustus dit jaar, blijkt dat er in 2017 middelen uit het Hermesfonds onbenut gebleven zijn. Er was in 3,5 miljoen euro voorzien. Klopt dat of zijn de middelen elders gehaald? Kunt u daar wat verduidelijking rond geven? Bij de begroting 2018 werd het budget binnen het Hermesfonds lichtjes verlaagd: van de oorspronkelijke 4 miljoen euro naar 3,8 miljoen euro. Hoe komt dat? Ik vraag u daar puur wat toelichting rond.
Ten slotte gaf u met betrekking tot de federale eBox eerder aan dat er overleg gepleegd zou worden met de Federale Regering. Het zou op zich wel interessant zijn dat die federale eBox gebruikt zou kunnen worden als een soort van brievenbus. Je doet dan bijvoorbeeld een subsidieaanvraag via VlaanderenOnderneemt en krijgt een antwoord terug via je eBox. Zijn daar al stappen toe ondernomen? Uiteindelijk moet de betrachting zijn één digitaal punt te hebben voor ondernemers over alle bestuursniveaus heen. Wat is daar de stand van zaken?
Minister Muyters heeft het woord.
Ik ga proberen snel en goed te antwoorden. Over uw eerste vraag hoef ik eigenlijk niet veel te zeggen, want die eerste versie is nog maar op 27 september gestart, met de verschillende agentschappen die u hebt opgenoemd. U zult opgemerkt hebben dat dat, op FIT na, allemaal bevoegdheden uit mijn portefeuille zijn, waarbij ik zelf heb gezegd dat ik daar absoluut mee wilde kunnen beginnen.
Rond die bekendmaking zijn we momenteel gesprekken aan het voeren met mogelijke partners, zoals de ondernemingsloketten, zodat zij ook een link met het ondernemersloket opnemen in hun kanalen en zo het bereik ervan te vergroten. Het is vooral belangrijk dat we op die eerste versie ook gebruikersfeedback krijgen, zodat we ze kunnen optimaliseren.
Op uw tweede vraag kan ik zeggen dat wij continu verder werken aan de uitbouw van dat e-loket en dat we daarrond ook gesprekken voeren met andere agentschappen. Momenteel voeren we gesprekken met VLABEL en het Departement Omgeving, zoals u zelf ook zei. We ervaren daar eigenlijk dezelfde knelpunten als binnen mijn eigen agentschappen ten tijde van de eerste fase. Een kritische succesfactor is dat de nodige engagementen genomen worden door de partners om de initiatieven en integraties naar het e-loket volgens de afspraak te realiseren. Dat is een eerste punt.
Een tweede punt is dat die nieuwe initiatieven rekening moeten houden met integratie met het e-loket voor ondernemers en van bij de start moeten aansluiten bij de bouwstenen voorzien binnen het ecosysteem van het e-loket voor ondernemers. Ten derde moeten we ook de overkoepelende architectuurstandaarden binnen de Vlaamse overheid vastleggen, uitvoeren en opvolgen. Hebben we die drie dingen niet, dan kunnen we die zaken niet integreren.
Als ik dat allemaal samenvat, dan komt het erop neer dat integratie in het e-loket een strategische IT-capaciteit vraagt binnen de betrokken organisaties. U weet dat zo’n IT-capaciteit schaars is en dat die voornamelijk toegewezen wordt aan interne prioriteiten. Bij de lancering van de eerste versie merkten we dat dat het voornaamste knelpunt was. Ik mag hopen dat er na de lancering van de eerste versie misschien wat meer enthousiasme komt bij de anderen, om mee te integreren en mee te stappen in het project.
Wat het budget betreft, hebben we binnen het Hermesfonds een budget uitgetrokken. Dat is op dit moment effectief onderbenut, mede omdat het aantal aansluitingen tot op vandaag beperkt is. Voor 2018 hebben we ingeschat wat we het volgende jaar denken te moeten uitgeven. We hadden in 2017 ook in een ruim budget voorzien om de andere beleidsdomeinen te begeleiden. We hadden ook gepland om bepaalde kosten voor aanpassingen aan de applicatie voor ons te nemen. Het knelpunt is echter niet zozeer het budget, maar de beperkte IT-capaciteit, die ertoe leidt dat men vaak de stap niet zet.
Ten vierde is de koppeling met de federale eBox in onze testomgeving gerealiseerd. Als je doorklikt naar de eBox voor ondernemers is alleen de ‘single sign-on’ vandaag nog niet mogelijk. Dat wil dus zeggen dat die ondernemer zich opnieuw moet aanmelden. Ik hoop dat dat komende maanden alsnog mogelijk wordt na toevoeging van de nodige aanpassingen, zowel aan Vlaamse als aan federale kant. Na die noodzakelijke aanpassingen en het testen ervan zou het zo spoedig mogelijk moeten lukken om door te klikken naar die eBox.
Wat uw laatste vraag betreft, ten slotte, zijn er vandaag gesprekken tussen de lokale en federale administraties, om te onderzoeken hoe de ondernemer uiteindelijk tot een globaal overzicht van zijn erkenningen enzoverder zou kunnen komen. Dat zit vandaag echter nog in de gespreksfase.
Mevrouw Vanwesenbeeck heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw antwoord.
Ik denk inderdaad dat uzelf en de overheid niet de enigen zijn die problemen hebben met die IT-capaciteit. Dat is een algemeen probleem in de ondernemerswereld. Ik begrijp ook dat het wel een zeer complex project is. Het is niet gemakkelijk om allerhande systemen met hun eigen specificaties om te vormen tot een enkel toegangssysteem. Ik denk dat het soms ook heel wat psychologische vaardigheid vergt om mensen te overtuigen mee te stappen in een nieuw verhaal.
Dat neemt echter niet weg dat we het niet mogen opgeven. Dat zal u zeker niet doen. We mogen het belang van de ondernemers niet vergeten en we moeten dus zo snel mogelijk tot één nieuw, uniek e-loket komen. Ik denk echt dat u zult komen tot vereenvoudiging en een verbeterde toegang tot alle mogelijkheden die u per slot van rekening wel biedt aan de ondernemers.
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Ik heb een kleine bijkomende vraag, die aansluit bij de laatste vraag van mevrouw Vanwesenbeeck in verband met het eengemaakte digitaal loket over alle bestuursniveaus heen. De Senaat heeft daarrond gewerkt en is tot een resolutie gekomen wat betreft de vereenvoudiging rond beleid en dienstverlening voor kmo’s. Het only-onceprincipe en het ene loket kwamen daar ter sprake. U hebt geantwoord aan mevrouw Vanwesenbeeck dat we hierrond op dit moment nog maar in de gespreksfase zitten. Mijn vraag is nu of de afspraken met andere regio’s en de Federale Regering rond dat only-onceprincipe kaderen binnen die resolutie. Ik begrijp wel dat er nog weinig vooruitgang is, aangezien we nu nog maar in de gespreksfase zitten.
Mevrouw Maes heeft het woord.
Minister, ik heb ook nog een aansluitende vraag over dat laatste aspect. Ik vroeg mij af of u op het lokale niveau het voordeel hebt met één gesprekspartner te werken dan wel of u op een lager niveau moet gaan praten. Ik weet dat de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten (VVSG) hierin een coördinerende rol heeft gespeeld, maar ik vermoed dat bepaalde grote steden al veel verder staan dan kleine gemeenten. Ik had hierover graag nog wat meer uitleg gehad.
Minister Muyters heeft het woord.
Mevrouw Maes, ik kan uw vraag nog niet sluitend beantwoorden. Naar mijn aanvoelen spelen zowel de VVSG als de grote steden een rol. Ik kan het echter niet met zekerheid zeggen.
Collega Christiaens, u kan ik wel zeggen dat we niet op basis van de resolutie van de Senaat werken.
Wij doen gewoon ons ding. Ik heb daarnet al aan mevrouw Vanwesenbeeck uitgelegd hoe moeilijk het is om de integratie binnen Vlaanderen door te voeren. Laat ons dan ook stap per stap werken.
Mevrouw Vanwesenbeeck heeft het woord.
Minister, ik wil afsluiten met een positief punt dat u in de rand hebt vernoemd. Het feit dat gebruikers van het platform feedback kunnen geven, is op zich een heel positief gegeven. Dat wil eigenlijk ook zeggen dat u de gebruikers, de ondernemers in dit geval, ook beschouwt als klanten. Zo gebeurt dat eigenlijk ook in de ondernemerswereld. Als men niet luistert naar de feedback van de klanten, dan blijft men stilstaan.
De vraag om uitleg is afgehandeld.