Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Vraag om uitleg over het meldpunt waar werkgevers feedback kunnen geven over het sollicitatiegedrag van werkzoekenden
Verslag
Mevrouw Kherbache heeft het woord.
Minister, deze vraag is al een tijdje hangende en daardoor is ze niet superactueel, maar wel nog altijd even relevant.
Op 9 mei verspreidde TV Limburg het volgende bericht: “Voka en VDAB Limburg richten een kliklijn op voor werkzoekenden die hun voeten vegen aan het solliciteren. Het is een primeur voor Vlaanderen. Bedoeling is het hoofd te bieden aan de krapte op de arbeidsmarkt. Wie niet wil werken, verliest zijn stempelgeld. Wie wel wil werken, maar telkens naast de vacature grijpt, wordt omgeschoold.”
Het verraste mij dat men dit als nieuws presenteerde. Werkgevers kunnen vandaag toch al problemen of klachten melden bij VDAB?
Het wordt ook gezien als een antwoord op het arbeidskraptepact. Herinner u de discussie die we daarover hebben gehad. Toen hadden we het over feedback van werkgevers naar werkzoekenden bij sollicitaties. U gaf toen aan dat dit beter kon. U zou dit in het kader van het arbeidskraptepact bespreken met de werkgevers. Op ons werkbezoek aan VDAB in maart bleek dat de sollicitatiefeedback achteruit was gegaan.
– Jos Lantmeeters treedt als voorzitter op.
Vorig jaar in februari gaf nog 22 procent van de werkgevers sollicitatiefeedback. Dit jaar in februari was dit gedaald naar nog geen 10 procent. Tijdens de commissievergadering van 22 maart zei u dat u daarover afspraken zou maken met de werkgevers. Kunt u daarover al een stand van zaken geven? Hoe zult u werkgevers responsabiliseren om de sollicitatiefeedback beter af te dwingen en ervoor te zorgen dat ze dit systematisch geven?
We hebben al vaak gediscussieerd over het feit dat het belangrijk is om een goed beeld te krijgen van de vacaturematching en het verloop van de sollicitatie. Feedback van werkgevers is belangrijk. Het is echter ook belangrijk om het zoekgedrag van werkgevers beter op te volgen. Op het werkbezoek is toen ook gewezen op de mogelijkheid om via datamining het zoekgedrag van werkgevers beter te controleren. Heeft VDAB op dat vlak al concrete stappen gezet?
De heer Annouri heeft het woord.
Voorzitter, ik wil eerst en vooral mevrouw Kherbache bedanken om deze vraag tweemaal te laten uitstellen omdat ik afwezig was wegens ziekte. Ik ben terug onder de levenden. De vraag dateert van een tijdje geleden, maar ze is nog steeds relevant.
In Limburg is een proefproject gelanceerd waarbij werkgevers via een meldingspunt feedback kunnen geven over het sollicitatiegedrag van werkzoekenden. Dit zou moeten zorgen voor meer succesvolle sollicitatiegesprekken.
Het project wordt uitgedragen door Voka Limburg in samenwerking met VDAB Limburg. Het uitgangspunt van dit initiatief is een klacht van werkgevers, namelijk dat werkzoekenden bij een verplicht sollicitatiegesprek vaak niet gemotiveerd zouden zijn en alleen langskomen om het aanwezigheidsattest op te halen. Als een sollicitatie niet succesvol is verlopen, kan de werkgever aan VDAB feedback geven waarom dat het geval is. Het voorstel kijkt dus enkel door de werkgeversbril.
De directeur van VDAB Limburg, Tinne Lommelen, beweert bovendien dat het hierbij niet om een kliklijn gaat en dat bestraffen niet het grote doel is, wel om op basis van de geleverde feedback, de werkzoekenden beter te begeleiden en meer geschikte vacatures te bezorgen. Maar hoe zit het dan met de privacy van de werkzoekende? De feedback komt namelijk terecht in het persoonlijk dossier. Indien het ondersteunen van de werkzoekenden inderdaad het uitgangspunt is, moet die toch kunnen reageren op de geleverde feedback en zich kunnen verdedigen?
Uit de communicatie van Voka blijkt duidelijk wat hun insteek is, namelijk signaleren van valse sollicitanten of zogenaamde hangmatwerklozen. Uiteraard moet worden vermeden dat werkzoekenden om louter formalistische redenen ingaan op vacatures. Dat willen we niet. Enkel gemotiveerde en geschikte kandidaten moeten op sollicitatie gaan. Maar omgekeerd moeten rekruteerders ook worden aangesproken en gemotiveerd om kandidaten een kans te geven. Er moet dus overleg komen met alle partijen om samen tot oplossingen te komen die werken, met aandacht voor werkzoekenden die solliciteren voor vacatures die hen niet interesseren, maar ook met aandacht voor werkgevers die geschikte werkzoekenden onterecht weigeren.
Was uzelf betrokken of bent u gehoord over de opstart van dit project? Weet u waarom bijvoorbeeld de vakbonden niet werden betrokken bij dit initiatief? Op welke manier zult u ook de werkgevers responsabiliseren om de krapte op de arbeidsmarkt tegen te gaan? Is er met alle sociale partners overleg geweest om het in januari aangekondigde pact tegen de krapte op de arbeidsmarkt verder uit te werken? Is er verder overleg gepland met alle sociale partners over deze problematiek?
Minister Muyters heeft het woord.
Ikzelf was ook heel erg verrast toen ik het nieuws in de media vernam over de zogezegde nieuwe kliklijn. Nadat ik contact opgenomen heb met VDAB Limburg bleek dit helemaal niet te gaan om een kliklijn of een nieuw bestaand initiatief, maar om het in de verf zetten van een bestaande mogelijkheid.
Mevrouw Kherbache, werkgevers kunnen al verschillende jaren via verschillende kanalen feedback geven over het sollicitatiegesprek dat ze voeren met de werkzoekende. Ze kunnen die feedback overmaken via de sollicitatieknop in Mijn VDAB of via de VDAB-bemiddelaars. Dat kan per telefoon, dat kan per e-mail, dat kan allemaal al.
Voka Limburg refereerde aan de mogelijkheid om in het formulier op de VDAB-website heel laagdrempelige meldingen over sollicitatiegedrag door te geven. Werkzoekenden – dat wil ik er ook bij zeggen, want dat wordt regelmatig gevraagd – hebben gelijkaardige tools ter beschikking om feedback te registreren over hun sollicitatiegesprekken of de vacatures die ze terugvinden op de VDAB-website. Ook zij kunnen reageren.
Wat het Limburgse initiatief betreft om het reeds bestaande formulier op de website met sollicitatiefeedback onder de aandacht te brengen: we merken in de praktijk dat die sollicitatiefeedback ondermaats blijft. Daarom is het goed dat er afspraken worden gemaakt. Dat was ook de reden waarom ik in het pact tegen de krapte, dat we niet meer pact noemen maar samenwerkingsovereenkomst met de werkgeversorganisatie, engagementen vroeg van de werkgeversorganisaties. Aangezien ik enkel engagementen vroeg van de werkgeversorganisaties, is het ook alleen besproken met de werkgeversorganisaties. Ze zijn er allemaal op ingegaan. Ik was begonnen met Voka en UNIZO, maar ook de Boerenbond, de Vereniging voor Social Profit Ondernemingen (Verso) en het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen (NSZ) hebben zelf gevraagd om zich daar te kunnen bij aansluiten.
We hebben dat omgezet in concrete acties. Daarnaast heb ik VDAB gevraagd om ook op lokaal vlak de organisaties aan te zetten tot sensibilisering en mobilisering in het kader van de krapte om de feedback te verhogen. In Limburg is dit vertaald in dit eerste initiatief. Zowel VDAB als ikzelf willen ons distantiëren van woordgebruik als ‘kliklijn’ en ‘hangmatwerklozen’. Dat zijn niet de woorden die ik hier wil gebruiken.
Sollicitatiefeedback is belangrijk voor de werkgevers omdat ze betere mensen zullen krijgen en voor de werknemers omdat ze zich beter kunnen voorbereiden. Het kan natuurlijk een element zijn, en nooit meer dan dat, in de controle en sanctionering in het dossier, mocht blijken dat werkzoekenden alleen maar zijn gegaan om een papiertje te krijgen van de werkgever dat ze daar geweest zijn. Dan kan dat in de map komen. Het is nooit een een-op-eenrelatie, het is altijd een element in het geheel als je gaat naar sanctionering.
Wij zullen ervoor zorgen dat het geven van vrijwillige feedback – dat is een afspraak die we hebben gemaakt in het kader van het pact – zo gemakkelijk en laagdrempelig mogelijk wordt gemaakt. Het is heel belangrijk dat werkgevers inzien dat sollicitatiefeedback ook nuttig is voor hen, maar ik zal het niet verplichten. Wel verwacht ik feedback van de werkgever wanneer we extra toeleidingacties doen. Als we extra moeite doen, gaan we ook strenger zijn om sollicitatiefeedback te krijgen. De filosofie is: rechten en plichten voor de werkgevers. Voor wat hoort wat. Hier mag dat ook worden toegepast.
Zelf zal ik trouwens ook bij ieder contact met werkgeversorganisaties en -federaties blijven hameren op het belang van de sollicitatiefeedback, zowel voor werkgever als werknemer. In een latere fase ben ik uiteraard bereid om via datamining te bekijken hoe we alles nog beter kunnen monitoren, rekening houdend met de regels van de privacy, om het zoekgedrag van werkzoekenden en werkgevers op te volgen en bij te sturen waar nodig. We zijn daar vandaag nog niet aan toe. We doen proeven, we proberen het uit. Iedereen ziet wel dat er al mooie resultaten zijn. In Canada heb ik de pôle d’emploi de Quebec bezocht. Als je daar zegt dat je experimenteert met een systeem om het zoekgedrag van sollicitanten met eenzelfde profiel naar vacatures te onderzoeken, dan spreekt dat tot de verbeelding. Iedereen ziet dan de Netflix, de Spotify en anderen naar boven komen. Waarom die instrumenten niet ook bij ons toepassen? We zijn aan het experimenteren. Dat kan voor werknemers en werkgevers, want ik denk dat we ook werkgevers daarmee kunnen helpen.
Mevrouw Kherbache heeft het woord.
Minister, ik ben echt blij te horen dat u ook dat taalgebruik afkeurt. Er is niemand gebaat bij het afschilderen van werkzoekenden als hangmatwerklozen of bij het reduceren van de begeleiding tot het verklikken van onwillige werkzoekenden. Dat doet al het werk van de bemiddelaars onrecht aan. Ik ben dus heel blij dat u benadrukt dat u dat taalgebruik niet onderschrijft.
Ik ben ook zeer tevreden dat u benadrukt, als het gaat over sollicitatiefeedback en solliciteren, dat we moeten gaan naar de responsabilisering van beide partijen, zowel de werkzoekenden – zeer belangrijk dat die actief deelnemen aan het begeleidingstraject – als de werkgevers om hen aan te sporen om die feedback te geven.
In de discussie over de proefprojecten gaat het vaak over feedback aan VDAB om het bemiddelingswerk te kunnen verbeteren. Dat is nuttig voor de bemiddelaar die de feedback meeneemt in de bemiddeling voor de werkzoekenden. Er wordt benadrukt dat de feedback van werkgever naar werkzoekende ook moet gebeuren. Herinner u de discussie over het onderzoek van de Universiteit Gent waarbij een op drie bijna nooit feedback kreeg, en meer dan de helft van de 55-plussers geen feedback kreeg. 70 procent kreeg een standaardformule, een soort ontvangstmelding. Ook op dat vlak moeten we de werkgevers aansporen om niet te aarzelen, om wat preciezer te zijn in de feedback die ze aan werkzoekenden geven.
Minister, ik sluit me aan bij collega Kherbache om te zeggen dat ik zeer tevreden ben met uw antwoord. Ik vind het een heel goed antwoord wat het woordgebruik betreft. Ik ben blij dat u zich daarvan distantieert, in deze momenten waar iedereen probeert te achterhalen hoe we de krapte die er is zo goed mogelijk kunnen opvullen. Iedereen denkt na over hoe we de bedrijven die echt mensen zoeken, kunnen helpen om aan de slag te gaan. We moeten proberen een positieve vibe door onze arbeidsmarkt te jagen. Zo'n terminologie werkt dan vooral zeer averechts.
Minister, herhaaldelijk heb ik in deze commissie gevraagd om niet alleen maar te kijken naar de werkzoekenden, maar ook naar de werkgevers. Ook dat hebt u aangehaald. In die zin kunt u heel tevreden zijn dat de oppositie unaniem tevreden is met uw antwoord. (Gelach)
Minister, u bent nog te jong om al cynisch te zijn. Ik heb nog twee vragen om verduidelijking. Ik vond die terminologie zeer averechts. U hebt hier een heel duidelijk signaal gegeven. Hebt u na die uitspraken ook contact gehad met Voka zelf? Hebt u hun laten weten dat we in de toekomst dat soort taalgebruik moeten vermijden? Dat signaal mag ook wel worden gegeven. Hier zegt u dat heel duidelijk en dat vind ik heel goed.
Ik ben mee geweest naar VDAB. Wanneer worden de eerste tussentijdse resultaten verwacht van de proeftuinen en experimenten met de digitalisering? Of is het te moeilijk om daar de vinger op te leggen?
Collega Kherbache, ik vind het getuigen van beleefdheid om een antwoord te geven. Het is belangrijk dat werkgevers meer sollicitatiefeedback geven op een manier dat de werkzoekende beter kan worden geholpen. Of dat nu gaat via VDAB, die dat allicht met de werkzoekende bespreekt, of rechtstreeks, dat is vandaag minder essentieel. Als er maar feedback komt en als de bemiddelaar en de werkzoekende daarvan kunnen leren, dan zijn we in ons opzet geslaagd. Ik laat de praktische uitwerking over aan VDAB en de werkgeversorganisaties om na te gaan hoe dat best gebeurt. Als dat bij VDAB komt, dan zal VDAB ook contact nemen met de werkzoekende om dat te bespreken.
Collega Annouri, VOKA Limburg weet heel goed wat mijn mening daarover is. Ik ben er, zoals iedereen weet, vragende partij voor dat iedereen zich maximaal inzet om de weg naar werk te vinden. Ik vind ook dat aan uitkeringen plichten verbonden zijn. VOKA Limburg weet echter heel goed dat het niet mijn visie is om iedereen te culpabiliseren zoals hier gebeurde.
Wat artificiële intelligentie betreft en het gebruik daarvan, denk ik dat we tegen september, als ik het me goed herinner, de eerste conclusies van de experimenten mogen verwachten. Reken me daar echter niet op af. Ik denk dat het dan zal zijn, vermits de nieuwe dienstverlening in september in werking treedt.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.