Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting
Verslag
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Minister-president, het is misschien een verrassende uitspraak om mee te beginnen, maar naar mijn mening zijn we als Antwerpenaren en als Vlamingen te weinig fier op onze belangrijke economische sectoren, zoals de diamantsector maar zeker ook onze havens. Om die reden heb ik de gewoonte telkens ik een vraag om uitleg hierover stel, ook nog eens de kerncijfers in herinnering te brengen. Ik zal dat ook nu doen. Ik doe dat uiteraard niet voor u, maar voor alle Vlaamse volksvertegenwoordigers die hier misschien minder mee vertrouwd zijn.
Ik breng in herinnering dat Antwerpen het belangrijkste handelscentrum voor diamant ter wereld is. Maar liefst 80 procent van alle ruwe diamant wordt in Antwerpen verhandeld. Daarenboven wordt ook 50 procent van de geslepen diamanten vanuit Antwerpen naar de rest van de wereld gedistribueerd. Dit maakt ons tot de werkelijke draaischijf en daarmee hangt samen dat de diamantsector rechtstreeks en onrechtstreeks verantwoordelijk is voor heel wat jobcreatie. We spreken dan over 30.000 directe en indirecte jobs in die sector.
We hebben recent een aantal onrustwekkende krantenberichten kunnen lezen waarin gewag wordt gemaakt van het feit dat verschillende diamantslijperijen uit Antwerpen zouden vertrekken. Dit gaat natuurlijk met jobverlies gepaard. Hierdoor zouden dertig slijpers, maar ook een aantal bedienden hun job verliezen.
We hebben eerder al andere onheilspellende berichten gelezen over groothandels in de diamantsector die wegens financieringsproblemen failliet zouden gaan. Er wordt nooit een echt duidelijk afgelijnde reden gegeven, maar in de wandelgangen wordt gefluisterd dat de sluiting van de Diamantbank van KBC enkele jaren geleden er zeker iets mee te maken heeft.
Ik moet zeggen dat ons ook positieve berichten bereiken. Er zijn nieuwe investeringen en er zijn bedrijven die zich rond deze tijd uitdrukkelijk in Antwerpen komen vestigen. Niet alles is kommer en kwel. Er zijn echter ook aantal verontrustende signalen.
De Diamantbank is een oud verhaal. Er wordt al een hele tijd onderhandeld om hiervoor een oplossing te vinden. De diamantsector is immers een heel aparte business. U weet ook dat die handel niet op de klassieke manier verloopt. Vertrouwen is enorm belangrijk en in de sector wordt een deal vaak met een handdruk bezegeld. Het is een heel specifieke sector. Op de website van Belfius staat echter onomwonden te lezen dat de bank niet met bedrijven uit de diamantsector in zee gaat. Ik vind dat onvoorstelbaar. Op die manier wordt natuurlijk een hele sector zwartgemaakt. De Antwerpse diamantsector staat echter net bekend om zijn pogingen om op een eerlijke wijze handel te drijven. Ik denk dan aan het Kimberley-Proces, dat oorspronkelijk vanuit Antwerpen is gedragen en benadrukt. De sector is daar als eerste het verst in willen gaan en heeft de nadruk willen leggen op de transparantie, haar goede naam en de eerlijke handel. Dat zijn spijtige zaken, maar het positieve nieuws is dat de diamantsector nog veel groeipotentieel heeft. Een voorbeeld is dat het Gemological Institute of America, het grootste diamantlabo ter wereld, naar Antwerpen zou komen.
De federale overheid zoekt een oplossing. Recent heeft minister Van Overtveldt verklaard dat hij al geruime tijd gesprekken voert met de sector over een oplossing voor het financieringsprobleem. Er wordt gedacht aan een soort van basisbankdienst waarmee dan aan de sector basisbankdiensten zouden kunnen worden verstrekt. Dat is het federale gedeelte. Er wordt onderhandeld over de wijze waarop dit dan moet worden ingevuld.
Minister-president, u bent natuurlijk de minister-president van Vlaanderen. Antwerpen en de diamantsector vertegenwoordigen een belangrijk gedeelte van de internationale handel en onze exportpositie. Indien er daar problemen zijn, belangt dat ons allemaal en u als minister-president ook aan.
Hoe zoekt u, samen met de Federale Regering, een oplossing voor de financieringsproblemen die gepaard gaan met de sluiting van de Diamantbank? Op welke wijze kunt u optreden om de positie van Antwerpen als wereldcentrum voor diamant te vrijwaren en te faciliteren? Business is business. Ik verwacht niet dat u als minister-president of dat de politiek in de business intreedt. De vrije markt zal haar volledige gang gaan en haar werking kennen, maar we kunnen natuurlijk faciliteren. We kunnen iets doen om de positie van de diamantsector vanuit de Vlaamse overheid te ondersteunen.
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Mevrouw De Ridder, u hebt het belang van de diamanthandel en de activiteiten terecht beklemtoond. U hebt de cijfers in verband met de handel in geslepen en ruwe diamanten beklemtoond. Het gaat rechtstreeks en onrechtstreeks om de tewerkstelling van ongeveer 30.000 mensen.
Antwerpen heeft een zeer grote expertise met betrekking tot de schatting en de taxatie van diamanten. Er zijn uiteraard ook de slijperijactiviteiten, maar u hebt erop gewezen dat daarbovenop nog de kans bestaat dat het Gemological Institute of America naar hier zou komen, wat nog een expertise inzake onderzoek en ontwikkeling (O&O) zou toevoegen.
Er is een financieringsproblematiek. Dit heeft betrekking op de toegang tot banken om een bankrekening te openen. Ongeveer een zestigtal diamanthandelaars krijgt geen toegang. Het Antwerp World Diamond Centre (AWDC) heeft hier problemen mee.
Bij de sluiting van de Antwerpse Diamantbank is de bankrekening van de toen nog 500 klanten op een totaal van 1600 actieve bedrijven in de Antwerpse diamantsector van deze bank afgesloten. Om een licentie als diamanthandelaar te krijgen, moet je een bankrekening in Antwerpen hebben. Daar ligt inderdaad een probleem. Het is voor een aantal personen die actief zijn in de diamanthandel, moeilijk om bij een in België actieve bank eenvoudigweg een bankrekening te openen.
De banksector zelf zegt dat er een aantal problemen zijn. Er is er een van ‘compliance’: het correct nakomen van alle wettelijke geldende normen via de correcte procedures. Er is ook een probleem van rendabiliteit van het openen van een bankrekening. Dan is er de reputatie en het imago van de sector dat door enkele minder koosjere verrichtingen uit het verleden de stempel heeft gekregen van gebrek aan transparantie en niet-betrouwbaarheid in een aantal gevallen. Het is voor de sector ook een must dat de bankrekeningen in U.S. dollar uitgedrukt worden.
De sector probeert via AWDC om een antwoord te bieden op deze bezwaren. In verband met de ‘compliance’ heeft de overheid, met name de Nationale Bank, op vraag van de sector een uitvoerige risicoanalyse gemaakt om de echte risico’s in de handel in diamant in kaart te brengen. De risico’s zijn dus gekend en opgelijst. Het is nu zaak om daarover verder in gesprek te gaan met de bankensector.
AWDC overlegt met Febelfin over een samenwerkingsprotocol om een en ander duidelijk te maken en duidelijke afspraken te maken en een antwoord te bieden op de risicoanalyse die deels door de sector zelf zou worden voorbereid.
In verband met rendabiliteit heeft AWDC aan Febelfin kunnen aantonen dat er per rekening wel degelijk voldoende winst gemaakt wordt.
Dan blijft nog het punt van de reputatie en het imago van de sector. Hier pleit AWDC voor een toepassing van de analyse geval per geval en op basis van de reële balansen van bedrijven en niet algemeen een hele sector te viseren en in moeilijkheden te brengen om een bankrekening te openen als er een of meerdere minder betrouwbare spelers zouden zijn. Het is uiteraard zo dat alle goede gevallen, als die een bankrekening krijgen en dat loopt perfect, meteen bijdragen tot een terecht correct imago van de bankensector.
U weet dat er op federaal vlak een aanzet tot een wettelijk initiatief is genomen. Ik heb begrepen dat er nog geen voorontwerp is. Dat zou toelaten dat alle bedrijven, ook diamanthandelaars, een bankrekening kunnen openen. Er is nu een zogenaamd bankrecht voor particulieren. Dat geldt niet voor bedrijven. Er zijn nog geen teksten voorhanden. Voor alle duidelijkheid, AWDC zegt dat het voor hen een terugvalpositie is. Ze zouden liever tot een samenwerkingsprotocol met Febelfin, de organisatie van de banken, komen waarbij ze meteen een aantal afspraken maken die tegemoetkomen aan de zorgen van de banken.
Er zijn ook heel wat positieve elementen vanuit Antwerpen. Er zijn nieuwe markten die aansluiting zoeken bij Antwerpen. Dat heb ik kunnen ervaren bij mijn bezoek aan Canada. Canada is bezig met heel veel ontginning van diamanten in het noorden en brengt in massa de ruwe diamanten naar Antwerpen. Antwerpen is gespecialiseerd in het taxeren van diamanten. Zo zijn er geregeld heel grote ruwe diamanten die ertoe bijdragen dat Antwerpen positief in de kijker komt. Antwerpen heeft ook expertise als centrum voor onderzoek en ontwikkeling, zeker wat betreft het onderscheid tussen echte en kunstmatige diamanten, en heeft daarbovenop een grote expertise in de juiste taxatie daarvan. Zoals u zei, is er ook kans dat het Gemological Institute of America naar Antwerpen zou komen.
Een belangrijk element in het faciliteren van Antwerpen als wereldcentrum van de diamant is de internationale positionering en promotie van de diamantsector. De sector maakt systematisch deel uit van de troeven van Vlaanderen die we onder de aandacht brengen in promotiebrochures en andere elementen die we gebruiken om Vlaanderen internationaal te promoten.
Er is ook een aantal beursdeelnames van de diamantsector ondersteund door Flanders Investment & Trade (FIT). Er is een langlopend samenwerkingsakkoord tussen FIT en AWDC, bijvoorbeeld op de Hong Kong Jewellery & Gem Fair in september 2018, de beurs JCK Las Vegas in juni 2018, waarvoor FIT telkens een budget uittrekt voor een onthaalstand binnen het Antwerp Diamond Paviljoen. Dit paviljoen wordt gecoördineerd door het AWDC.
De deelnemende bedrijven kunnen daarnaast op individuele basis een aanvraag indienen voor financiële tegemoetkoming binnen het gekend subsidiesysteem van FIT. AWDC en de Hoge Raad voor Diamant (HRD) zijn ook vaste klanten op onze missies en wereldexpo’s. Ik denk aan hun prominente aanwezigheid op Expo Shanghai in 2010 en Expo Milaan in 2015, waar de Vlaamse deelname telkens werd gecoördineerd door FIT. Op de Expo in Milaan was ik er zelf bij toen een samenwerkingsovereenkomst werd ondertekend tussen de Hoge Raad voor Diamant en de Damiani Group, een heel groot Italiaans juweliersbedrijf. Ik denk ook aan de Hong Kong Business of Design Week, waar België in 2013 gastland was en waar de diamantsector uitgebreid in de kijker werd gezet.
FIT voert ook in landen met marktpotentieel voor diamant en diamanthandel, ook marktstudies uit, die vlot via de website te bekijken zijn voor alle organisaties en bedrijven.
AWDC heeft ook deelgenomen aan de staatsbezoeken naar India, China en Canada om daar telkens gebruik te maken van de mogelijkheden die rijzen om de sector in contact te brengen met potentiële klanten, om de sector bekend te maken, te promoten enzovoort.
Het Departement Buitenlandse Zaken neemt de belangen van de diamantsector mee op in alle handelsonderhandelingen. We ijveren ervoor dat de diamantsector kan genieten van de tariefverlagingen in vrijhandelsakkoorden. Dat is zo bedongen bij het verdrag tussen de Europese Unie en Zuid-Korea, waar het 0 procent is. Ook bij Canada en Japan is het 0 procent voor diamanthandel. En het wordt ook relevant voor de lopende en komende onderhandelingen met de MERCOSUR-landen, Indonesië en India. Zeker India is een niet onbelangrijk land op dat vlak.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Minister-president, eerst en vooral dank ik u voor het overzicht van wat er allemaal als ondersteuning bestaat. Uiteraard zijn er de verschillende promoties, de FIT-deelnames aan beurzen, de aanwezigheid op expo’s, het meegaan op missies en staatsbezoeken – zoals u terecht aanhaalt en, last but not least, de handelsakkoorden die worden gesloten en de dubbelbelastingverdragen enzovoort.
Ik onthoud vooral dat u voor het overige zegt: ‘Kijk, het is een probleem van compliance, rentabiliteit en het imago’. Uit uw antwoord blijkt dat er voor een aantal een oplossing in de pijplijn zit en dat men daaraan werkt. Er is een samenwerking tussen de sector en Febelfin. Maar heb ik dan goed begrepen dat u zelf van mening bent dat, wat het luik imago betreft, de rotte appels eruit moeten? Het is bijzonder treurig voor de sector dat bepaalde verhalen naar boven komen als zou het Antwerpse diamantairs betreffen, terwijl het een type betreft dat puur in India zit. Zo heeft het laatste schandaal niets te maken met Antwerpen, noch met Vlaanderen. Dat is dus bijzonder kwalijk. Maar mochten daarin bedrijven zitten die het verpesten voor al de rest, dan moet daar uiteraard tegen worden opgetreden.
Maar ik ken de sector als een sector die zeer zelfregulerend is en duidelijk afstand neemt van dergelijke rotte appels, mochten ze er zijn.
Heb ik dan goed begrepen dat u ook niet gewonnen bent voor de algemene aanpak van Belfius, waarbij zij, volledig kort door de bocht, zeggen: ‘We openen geen rekening voor bedrijven in de diamantsector’ en dat u eerder zegt: ‘We moeten inderdaad geval per geval een analyse maken’? Het lijkt mij terecht dat een bank dat doet, uiteraard. En laat ons ook niet vergeten dat de compliance-voorwaarden er niet soepeler op geworden zijn. De internationale verplichtingen voor de banksector zijn ook niet min. Heb ik goed begrepen dat u een algemene stigmatisering van de sector verwerpt en dat u vindt dat men dat geval per geval moet bekijken?
Verder ga ik ervan uit dat u er in de contacten die u hebt met de federale collega’s, verder op zult aandringen om verder te werken aan, bij voorkeur, zo’n samenwerkingsprotocol, maar als terugvalbasis een algemene of minimale dienst of hoe men dat dan moet noemen, die tot gevolg zou hebben dat die belangrijke sector nog niet is uitgesloten van financiering. Want dat zou in de toekomst wel mogelijke bedreigingen met zich kunnen meebrengen.
En slotte onthoud ik ook de positieve woorden, waarbij u terecht wijst op het feit dat er wel degelijk wat business wordt aangetrokken en er wat interesse is om nieuwe vestigingen te openen in Vlaanderen. Dat wijst er toch op dat we in het algemeen zeer aantrekkelijk blijven door alle inspanningen die we met z’n allen leveren om te faciliteren, maar uiteraard vooral door de inspanningen van de sector zelf.
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Mevrouw De Ridder, ik ben het in grote lijnen eens met wat u zegt. Ik wil misschien een kleine nuance aanbrengen. Het is niet zozeer een financieringsprobleem, maar het gaat wel over de toegang tot een bankrekening voor een vijfhonderdtal bedrijven. Daarover gaat het in essentie. Maar ik onderschrijf volledig uw lijn.
Ik hoop dat dat samenwerkingsprotocol tot stand kan komen. Naar ik begrijp, ligt het op dit ogenblik een beetje stil aan de kant van Febelfin. Maar zoals Antwerpen het voortouw heeft genomen in het Kimberley-Proces, lijkt het mij goed dat men zegt: ‘We sluiten een protocol. We willen een sector die transparant is, die koosjer is, die correct handelt.’ Laat ons dan geval per geval kijken naar de rotte appels, zoals u zegt, die niet toelaten en ook geen licenties geven en daar correcte afspraken maken. De sector heeft er alles bij te winnen om tot een goed protocol te komen, met correcte afspraken, met regels waartoe de sector zich verbindt, zoals ze dat ook doen in het Kimberley-Proces. Maar daar gaat het natuurlijk over iets anders: de origine van de diamanten, kinderarbeid en dergelijke meer. Antwerpen heeft daarin het voortouw genomen. Als het op die manier tot stand kan komen, zou dat het beste zijn. Dat is ook de mening van de sector. Verplicht toegang geven tot bankrekeningen kan er natuurlijk ook toe leiden dat er dan toegang wordt gegeven tot de bankrekening van handelaars die daar misschien beter geen toegang toe krijgen, omdat ze inderdaad niet beantwoorden aan een aantal normen. Maar in zo’n samenwerkingsprotocol kun je correcte afspraken maken en garanties leveren dat diegenen die een rekening krijgen, zich ook aan een aantal regels zullen houden.
Ik hoop dat de diamantsector erin slaagt om met Febelfin tot een akkoord te komen. De terugvalpositie is inderdaad dat het federale niveau die wet goedkeurt. Maar ik neem aan dat daarin dan nog altijd bepalingen zullen worden opgenomen om ervoor te zorgen dat het gaat om integere handelaars die correct handelen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.