Verslag vergadering Commissie voor Wonen, Armoedebeleid en Gelijke Kansen
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Het Vlaams Energierenovatieprogramma 2020 (ERP 2020) bepaalt dat er tegen 2020 geen woningen meer mogen zijn zonder dakisolatie, met enkele beglazing of met weinig energiezuinige verwarmingssystemen. Ik verwijs hier ook naar de aanpassingen die gebeurd zijn in de Vlaamse Wooncode, namelijk dat er vanaf 2020 strafpunten worden toegekend als dakisolatie ontbreekt, en vanaf 2023 worden er strafpunten toegekend als dubbele beglazing ontbreekt.
Minister, om de stand van zaken hiervan binnen de sociale huisvestingssector in kaart te brengen, voert uw administratie geregeld een patrimoniumenquête uit. Om de twee jaar wordt er een screening gedaan van het patrimonium en hoever we staan inzake ERP. Uit de resultaten blijkt dat er sinds 2010 een aanzienlijke vooruitgang is geboekt, maar dat er nog werk aan de winkel is. Uit uw laatste cijfers blijkt dat de vooruitgang zeer ongelijk is verdeeld over de sociale huisvestingsmaatschappijen in Vlaanderen: 20 procent van de SHM’s is zo goed als volledig conform de ERP-doelstellingen, een grote middengroep moet nog inspanningen leveren, maar de doelstellingen blijven haalbaar als de sociale huisvestingsmaatschappijen de inhaalbeweging blijven doorzetten, maar 20 procent kampt met een grote achterstand waardoor het behalen van de doelstellingen in 2020 problematisch wordt.
Minister, in uw antwoord op een schriftelijke vraag die ik hierover stelde, deelde u mee dat de resultaten van de slecht scorende SHM’s met de administratie zouden worden besproken en dat de planning van concrete nog uit te voeren projecten in het kader van de ERP-doelstellingen in detail zouden worden bekeken. Bovendien zou in kaart worden gebracht welke specifieke knelpunten de betreffende SHM’s ervaren bij de uitvoering van energetische renovaties zodat de administratie een geïndividualiseerde begeleiding kan aanbieden.
Minister, wat is de stand van zaken betreffende de begeleiding door uw administratie van de slecht scorende sociale huisvestingsmaatschappijen op het vlak van ERP-doelstellingen en welke conclusies trekt u hieruit? Zijn er sociale huisvestingsmaatschappijen waarvan nu reeds duidelijk is dat ze de doelstellingen niet tijdig zullen halen? Zo ja, over welke SHM’s en over hoeveel woningen gaat het? Over welk segment gaat het, hoeveel dakisolatie, beglazing of verwarming? Wat zijn de belangrijkste redenen waarom SHM’s de opgelegde doelstellingen niet halen? Welke maatregelen plant u om de betreffende SHM ’s extra aan te zetten om alsnog de doelstellingen te halen?
Minister, de Vlaamse Wooncode is verstrengd. In 2020 mag er niet meer worden verhuurd zonder dakisolatie, in 2023 niet meer zonder dubbele beglazing. Wat zijn de gevolgen voor de verhuur van de woningen die in 2020 niet voldoen aan de vooropgestelde doelstellingen?
Her en der in Vlaanderen zien we SHM’s aan het werk met projecten die worden uitgerold, waarbij de focus steeds meer ligt op het meetbare resultaat dat wordt gehaald na grondige renovatie. De Europese Commissie denkt er steeds meer aan om energetische verbetering te focussen op het meetbare resultaat in plaats van de concrete maatregel die wordt genomen. Zult u hieromtrent stappen ondernemen? Hoe ziet u dat verder?
Minister Homans heeft het woord.
Collega Taeldeman, bedankt voor deze interessante vraag, want het is natuurlijk een problematiek waar elke minister binnen zijn of haar bevoegdheden nauwgezet mee bezig zou moeten zijn, en dat gebeurt ook wel in de schoot van de Vlaamse Regering.
Wat is de stand van zaken betreffende de begeleiding door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW) van de slecht scorende sociale huisvestingsmaatschappijen op het vlak van ERP-doelstellingen? Twee van de drie ERP-doelstellingen zijn eveneens opgenomen in de minimale woningkwaliteitseisen. Aangezien de vervaldata van de Wooncode stilaan dichterbij komen – 2020 voor dakisolatie en 2023 voor dubbele beglazing –, focust de VMSW meer op de potentieel niet-conforme sociale woningen. Dat is een verstandige en terechte keuze.
In het najaar van 2017 zijn er feedbackgesprekken geweest met de SHM’s die de grootste achterstand hebben. Het doel daarvan was te kunnen inschatten in welke mate de SHM’s hun patrimonium tijdig in regel zouden kunnen brengen met de Wooncode en of de vooropgestelde planning en timing worden gehaald. Het is op basis van de patrimoniumenquête en de feedbackgesprekken duidelijk dat er grote vooruitgang is geboekt ten opzichte van 2010 en dat er heel veel SHM’s zijn die de doelstellingen nog kunnen halen.
De VMSW ondersteunt de SHM’s ook bij het begeleiden van bewoners bij renovaties en verhuisbewegingen. Dit kwam onder andere ter sprake op het Woonforum 2015 en 2016 en op de inspiratiedag voor de sociale diensten van 2016. Collega's, morgen is er weer Woonforum, dus degenen die geïnteresseerd zijn om naar Gent af te zakken, zijn zeer welkom. Ik organiseer het niet zelf, maar een beetje reclame maken voor het Woonforum van de VMSW mag wel.
Zijn er SHM’s waarvan nu reeds duidelijk is geworden dat ze de doelstellingen niet tijdig zullen halen? Zo ja, over hoeveel woningen gaat het? Het actieplan ERP 2020 is nog niet afgelopen zodat het vooralsnog gaat om inschattingen. We hebben nog wel even, maar niet lang meer. Op basis van de laatste patrimoniumenquête en de feedbackgesprekken verwacht de VMSW de volgende situatie. Ik herhaal dat het ramingen zijn, want het actieprogramma loopt nog en het is nog niet 2020.
Voor dakisolatie raamt de VMSW op basis van de gegevens van de SHM’s dat 2,85 procent van het totale sociale huurpatrimonium in 2020 nog geen dakisolatie zal hebben. Deze woningen zitten gespreid over een 30-tal SHM’s. Voor dubbel glas raamt de VMSW dat er in 2020 7676 sociale huurwoningen geen dubbel glas zullen hebben, gespreid over 56 SHM’s. Soms gaat het over een heel beperkt aantal voor 1 SHM. Het kan zijn dat er een woning van 1 SHM tussen zit. In 2023 – er is een verschil tussen dakisolatie en dubbele beglazing in 2020 en 2023 – gaat het nog om circa 2,5 procent van het totale patrimonium, gespreid over 23 SHM’s. Die 2,5 procent zou in 2023 3774 concrete woningen betreffen.
Voor een energiezuinig verwarmingssysteem – dat staat op dit moment niet in de minimale kwaliteitsnormen, maar ik geef het toch mee – raamt de VMSW dat er tegen 2020 8115 sociale huurwoningen niet in orde zullen zijn, gespreid over 64 SHM’s. Het gaat hier om 3141 woningen die nog geen centrale verwarming hebben – bij 36 SHM’s – en 4974 woningen die nog geen elektrische verwarming hebben – bij 45 SHM’s.
Wat zijn de belangrijkste redenen waarom SHM’s de doelstellingen eventueel niet zullen halen? Voor het niet tijdig uitvoeren van projecten met gebreken kwamen tijdens de feedbackgesprekken diverse omstandigheden of redenen naar boven. De voornaamste zijn – de eerste terminologie heb ik niet zelf bedacht, het is jargon dat wordt gebruikt in de sector –: de zogenaamde kosten op het sterfhuis. De SHM’s maken geen onnodige kosten wanneer woningen op relatief korte termijn zijn geprogrammeerd voor totaalrenovatie, sloop of verkoop. Dat is natuurlijk logisch en ook verstandig om op die manier met financiële middelen om te springen.
Een tweede reden die wordt aangehaald, is de historische achterstand. Tien jaar is te kort voor een volledige optimalisatie van het gebouwenbestand, als de historische achterstand in 2010 al vrij groot was. Er zijn dus inhaalbewegingen, maar je moet natuurlijk alles vanaf 2010 inhalen. Los van de middelen die we hebben gekregen in het kader van het Klimaatfonds, hebben we ook nog bijkomende middelen, heel hoge bedragen kunnen binnenhalen. Met dank aan de collega's niet alleen voor het bijbouwen, maar ook voor het energetisch zuinig maken van die sociale woningen.
Een andere reden die de SHM’s zelf aangeven, is de organisatie van de verhuisbewegingen. Dit geldt vooral als deze energiebesparende maatregelen deel uitmaken van een algehele renovatie van de woningen en de zittende huurders dus moeten worden geherhuisvest. Meestal organiseert men de renovatie dan in fasen en zeker voor de eerste fase moeten er eerst vervangingswoningen worden gezocht. Vooraleer een volgende fase kan starten, dient eerst de vorige fase volledig te zijn doorlopen en opgeleverd, klaar voor herhuisvesting.
Een andere reden is de verspreiding van woningen wegens verkoop. Voor SHM’s die in het verleden veel woningen hebben verkocht, kan versnippering een probleem zijn. Resterende woningen plant men vaak te verkopen, oudere zittende huurders wensen dikwijls niet meer te verhuizen, terwijl de SHM niet meer wenst te investeren, wat leidt tot langzaam uitdovende scenario’s.
Een voorlaatste reden zijn de vertragende procedures. Lopende procedures die zich buiten het beslissingsniveau van de SHM situeren, kunnen voor aanzienlijke vertragingen zorgen of een SHM langdurig in het ongewisse laten over het uiteindelijke lot van haar projecten of gebouwen. Ik heb het dan concreet over stedenbouwkundige masterplannen, erfgoed – dat is altijd een moeilijk debat –, betwistingen met de bouwvergunning, wetgeving overheidsopdrachten voor ontwerpers en aannemers, en nog andere redenen. Zeker als het om een gefaseerde renovatie gaat, kan dit de planning erg in de war brengen.
De laatste reden zijn problemen van technische aard. Met het oog op duurzame oplossingen blijft een technisch correcte aanpak van zeer groot belang, bijvoorbeeld bij dakisolatie voor woningen waarvan de ruimte onder het dak is bewoond en de schuine daken zijn afgewerkt. De vervanging van enkel glas door dubbel glas gaat bijna altijd gepaard met de volledige vervanging van het buitenschrijnwerk, de logica zelf denk ik.
Welke maatregelen plan ik om de betreffende SHM’s extra aan te zetten om alsnog de doelstellingen te kunnen halen? De VMSW zal de SHM's verder ondersteunen en een prijsvraag organiseren voor een raamcontract waarop de SHM's een beroep kunnen doen om snel en gemakkelijk dakisolatie aan te brengen. Er wordt gestart met de dakisolatie omdat de Vlaamse Wooncode dit in 2020 al verplicht stelt. Later kan dit systeem uitgebreid worden tot andere werken met impact op isolatie. Maar we starten met dakisolatie, die de VMSW in het kader van een raamcontract zal aanbieden. Andere vormen van isolatie die ook belangrijk zijn in het kader van energie- en klimaatdoelstellingen en dergelijke meer, zullen we ook aan bod laten komen, maar eerst focussen we op de dakisolatie omdat dat verplicht is tegen 2020.
Er zijn uiteraard ook middelen vanuit het Vlaams Klimaatfonds, waar ik daarnet al naar heb verwezen. U weet dat dat vier keer 20 miljoen is. Die middelen worden versneld ingezet om grote renovatieprojecten te kunnen ondersteunen. De conditiemeting wordt uitgebreid tot een patrimoniuminventaris met een renovatieplanning. De VMSW ontwikkelde twee bouwtechnische services voor de SHM's die onrechtstreeks bijdragen tot de realisatie van de ERP-doelstellingen (Energierenovatieprogramma), namelijk de datalogging om het binnenklimaat van probleemwoningen te onderzoeken en de thermografische ondersteuning om koudebruggen te ondersteunen. Mevrouw Taeldeman, dat zou u als muziek in de oren moeten klinken, denk ik dan.
Wat zijn de gevolgen voor de verhuur als die woningen effectief in 2020 niet voldoen aan dakisolatie en in 2023 niet aan dubbele beglazing? Het niet voldoen aan ERP 2020-doelstellingen heeft geen direct effect. Het niet voldoen aan de minimale woonkwaliteitseisen kan daarentegen wel leiden tot ongeschiktheid van de woningen als de woningen niet voldoen aan de in 2020 geldende woningkwaliteitsnormen.
Het ontbreken van een energiezuinig verwarmingssysteem geeft geen aanleiding tot strafpunten. Ik heb dat al gezegd. Het staat niet bij de minimale woonkwaliteitsnormen. Laat ons eerst focussen op de twee die er momenteel in staan. De energiezuinige verwarmingssystemen leveren vooralsnog geen strafpunten op bij een onderzoek van de kwaliteit van een woning. Collega's, u weet dat er een verschil is tussen ongeschikt en onbewoonbaar. Aan een eventuele ongeschiktverklaring is een opname op de Vlaamse inventaris, en dus een gemeentelijke of gewestelijke heffing, gekoppeld. Het verhuren van een woning die niet voldoet aan de minimale kwaliteitsnormen, is bovendien strafbaar.
Ik ga nu in mensentaal antwoorden op uw vraag, collega Taeldeman. Als een bepaalde woning van een SHM niet voldoet aan de minimale kwaliteitsnormen, krijgt ze een aantal strafpunten. Een aantal strafpunten kan leiden tot het ongeschikt verklaren van die woning zodat ze niet meer mag worden verhuurd. Het is niet alleen strafbaar, maar het zou ook niet menselijk zijn en niet goed voor de huurder mochten die woningen nog verder worden verhuurd. Ik heb er wel vertrouwen in dat de VMSW alles op alles zet in samenspraak met de SHM's om die doelstellingen in de mate van het mogelijke te behalen. Ik denk dat ze op zeer goede weg zijn. Ik steek natuurlijk mijn hand niet in het vuur dat elke SHM dat zal halen. Ik heb u al gezegd wat de prognoses zijn. Ik denk het dus niet. Hoe meer sociale woningen we kunnen isoleren en in regel laten stellen met de wooncode en de minimale kwaliteitsnormen, hoe beter.
Uw laatste vraag heb ik al toegelicht als antwoord op een eerdere vraag van u, collega Taeldeman. Het Steunpunt Wonen heeft de opdracht gekregen om de minimale kwaliteitsnormen, met inbegrip van de minimale energievereisten van dakisolatie en dubbele beglazing en de handhavingsinstrumenten van de woningkwaliteitsbewaking te evalueren. Het eindrapport is klaar, is me gezegd, maar het is nog niet opgeleverd. Ik heb het dus nog niet, maar ik zal het eerstdaags wel ontvangen. Op basis daarvan zal ik een optimalisatie van de regelgeving ter zake voorbereiden.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, dank u voor het uitgebreid antwoord. Er zijn heel veel cijfers en percentages op korte tijd op ons afgekomen.
Minister, vanuit onze fractie erkennen wij de grote inspanningen. Aan de hand van de patrimoniumenquête die om de twee jaar gebeurt door de administratie, zien we dat er wel degelijk een vooruitgang wordt geboekt. Aan de andere kant moeten we ook aandacht hebben voor het volgende. Als ik hier even de som maak, zal ik er niet ver naast zitten als ik zeg dat we toch rekening zullen moeten houden met 6500 probleemwoningen. Het is een raming, een prognose waar u over spreekt, maar het is toch het aantal dat waarschijnlijk de normen van het ERP 2020 niet zal halen.
Minister, u zegt dat u volop gaat inzetten op de dakisolatie, want dat is de eerste norm die moet worden gehaald tegen 2020. Dat is ook wel het meest logische. U zegt ook dat er werk wordt gemaakt van een raamcontract op het vlak van isolatie waar alle SHM's dan op kunnen intekenen. Ik veronderstel, in lijn naar 2023 waar dan de norm van de dubbele beglazing van toepassing wordt, dat er dan waarschijnlijk ook een raamcontract zal volgen voor dubbele beglazing.
Minister, er is de woonkwaliteitseis rond dakisolatie 2020 en de eis dubbele beglazing 2023. Wordt er deze legislatuur nog gedacht aan een norm voor energiezuinige verwarming? Of wilt u eerst de aandacht vestigen op dakisolatie en dubbele beglazing, waarbij dat dan een volgende stap kan zijn?
Aan de hand van vragen die ik u heb gesteld, heb ik nog een vraag. Aan de ene kant heb je het Vlaamse Klimaatfonds. Enorm veel minder middelen uit het Klimaatfonds gaan naar energetische renovatie. Aan de andere kant kunnen SHM's ook een beroep doen op de REG-middelen (rationeel energiegebruik). Die dienen meer voor eenmalige premies. Er wordt gewerkt met provinciale budgetten. Het budget voor de provincie Limburg en dat voor de provincie Oost-Vlaanderen zijn volledig opgebruikt. De SHM's in de desbetreffende provincies hebben die middelen heel snel aangevraagd en heel goed benut. Er is veel mee gebeurd, maar de middelen zijn op. De andere provincies kunnen nog een beroep doen op hun budget tot het einde van dit jaar. Als Oost-Vlaanderen en Limburg geen beroep meer kunnen doen op die REG-middelen, overweegt u dan een herverdeling tussen de provincies? Hoe moet ik dat zien naar 2019 toe? Komt er dan opnieuw een vierjarig pakket REG-middelen? Hoe zit dat precies?
Minister Homans heeft het woord.
Bij de verhouding van de REG-middelen, die niet van mij komen, en de klimaatmiddelen is het zo dat wij altijd kijken waar er nog voldoende REG-middelen zijn en waar er een overschot aan klimaatmiddelen is. Die kunnen we dan verschuiven. Dat pakken we altijd zo aan.
Ben ik nog van plan om een norm voor energiezuinige verwarming op te nemen deze legislatuur? Mevrouw Taeldeman, ik denk dat het beter is om eerder te focussen op de totale energiescore van woningen. Dat moet nog wel in de schoot van de Vlaamse Regering worden besproken. We zullen zien of dat erdoor komt. Ik denk dat het een verstandige aanpak is om niet telkens een nieuwe kwaliteitsnorm op te leggen maar gewoon te kijken naar de totale energetische score van woningen, en in dit geval van sociale woningen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.