Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Maertens heeft het woord.
Voorzitter, minister, het was eind februari toen een artikel op de vakwebsite Flows mijn aandacht trok. Het gaat over de congestie inzake containerbinnenvaart in de haven van Antwerpen. Er werd gesteld dat de wachttijden voor de containerbinnenvaart de laatste maanden fors oplopen. Het zou liggen aan een tekort aan lichtercapaciteit op de terminals en een tekort aan havenarbeiders. De schade voor de binnenvaartoperatoren zou volgens Flows geraamd worden op 48 miljoen euro, wat natuurlijk een probleem is. Het is een enorm bedrag.
Een deel daarvan wordt gerecupereerd via de congestietoeslagen, maar ongeveer de helft moeten de operatoren zelf dragen. U weet ook dat de congestietoeslagen uiteindelijk betaald worden door de klant, maar dat de marges voor de operatoren zeer klein zijn waardoor we misschien wel naar falingen gaan in de sector. Dat zou bijzonder jammer zijn. Het is ook een probleem voor de concurrentiepositie van de haven en vooral van het element binnenvaart in de hele transportcyclus. Door die congestie dreigen we toch een achterstand en opnieuw een omslag naar het wegverkeer te krijgen.
Ik denk dat een structurele oplossing noodzakelijk is. Anders dreigen we opnieuw een verschuiving van scheepvaart naar wegverkeer te krijgen, maar ook de concurrentiepositie van onze haven in Antwerpen komt in het gedrang.
Minister, op welke manier volgt u deze problematiek op? Welke maatregelen hebt u reeds genomen en plant u nog om tot een structurele oplossing voor de wachttijden voor de containerbinnenvaart te komen?
Minister Weyts heeft het woord.
Het is een bezorgdheid die ik volledig deel. Maar het is geen Vlaams verhaal. Je ziet dat in heel Europa bij de grote havens zich een gelijkaardige problematiek voordoet. Door de schaalvergroting in het maritieme containervervoer zijn de ‘call sizes’ serieus gestegen, wat de congestieproblematiek voor de containerbinnenvaart in Antwerpen parten speelt. Je ziet dat er meer piekmomenten aan de maritieme kaaien ontstaan. Als men een keuze moet maken, gaat men eerder kiezen voor de maritieme zijde bij vaststelling van een krapte op de arbeidsmarkt en om pieken te ondervangen. Dus als men moet kiezen, zal men eerder inzetten aan de maritieme zijde, wat wel begrijpelijk is, maar wat anderzijds wel nefast is voor onze modal shift.
Ik heb dat thema opgenomen in de stuurgroep Flanders Port Area, want het is geen zuiver Antwerps probleem. In Flanders Port Area zitten we op regelmatige basis samen met de haven-CEO's en enkele andere spelers, de private sector en de Vlaamse overheid.
Wat betreft concrete initiatieven, is het mijn ambitie om 350.000 vrachtwagenritten uit te sparen. Daar hebben we de lat gelegd. Ik heb eind vorig jaar een open projectoproep gelanceerd voor ‘nieuwe en innovatieve impulsen die het vervoer van goederen van en naar het hinterland vlotter en efficiënter moeten doen verlopen’. We hebben 34 voorstellen ontvangen, waarvan we er 16 hebben geselecteerd. Binnen de Antwerpse regio zijn er 5 projecten specifiek rond binnenvaart. De Vlaamse overheid en de havenbedrijven ondersteunen gezamenlijk deze projecten. Het principe is een euro voor een euro. Ik heb hiervoor 2 miljoen euro beschikbaar gemaakt.
De haven van Antwerpen heeft in het najaar van 2017 een aantal binnenvaartworkshops georganiseerd om met alle betrokken partijen na te denken over gezamenlijke structurele oplossingen en creatieve voorstellen. Ook dit jaar ga ik nog een nieuwe steunmaatregel lanceren met als doel om de efficiëntie van het goederenvervoer en de verbindingen tussen de Vlaamse havens en hun hinterland structureel te verbeteren. Daarbij zetten wij opnieuw in op het stimuleren van binnenvaartoplossingen en spoorvervoer ten opzichte van wegvervoer en willen we dat vooral bereiken met zogenaamde bundelingsconcepten. We gaan daarbij uit van de vaststelling dat we de krapte op de arbeidsmarkt absoluut niet onmiddellijk kunnen oplossen, toch niet op ons niveau. Daarom trachten we zo veel mogelijk goederentransport te bundelen.
Ik heb ook financiële middelen uitgetrokken om dat aantrekkelijk te maken voor de vervoerders, waardoor je de bundeling van containers een beetje gaat compenseren zodat die vervoersmodus aantrekkelijker wordt en je operationele knelpunten wegwerkt. Ik heb dat ondertussen al aangemeld bij de Europese Commissie via een prenotificatie, want je spreekt natuurlijk over overheidssteun.
Daarnaast blijven we met de Vlaamse Waterweg volop inzetten op promo om ervoor te zorgen dat de ondernemers en hun logistieke spelers veel meer de binnenvaart als ‘top of mind’ gaan koesteren, want dat is vandaag nog altijd te weinig het geval. Men legt al te zeer een grote focus op de organisatie van de logistieke processen via de weg. We zijn bezig met het faciliteren van stadsdistributie, onder andere in Gent en Leuven. We zorgen er ook voor dat we steden, gemeenten en projectontwikkelaars benaderen om de bevoorrading van bouwmaterialen via de waterweg te doen. Ook zorgen we ervoor dat we in grote concessies, bijvoorbeeld het project van de Oosterweel, contractueel opleggen dat het transport, bijvoorbeeld het grondverzet, wordt georganiseerd via de waterweg en dat zo veel mogelijk zaken worden vervoerd via de waterweg. We creëren ook ruimte voor watergebonden ondernemen. We dragen het idee van de mental shift uit. We faciliteren innovatieve vervoersconcepten. We zijn bezig met onbemand varen, Watertruck Plus, Distribouw. Op die verschillende punten zetten we serieus in. Heel concreet met betrekking tot uw vraagstelling, proberen we vooral de spelers samen te brengen en ervoor te zorgen dat we maximaal hun transporten kunnen benutten.
De heer Maertens heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Het is inderdaad correct dat het niet alleen de haven van Antwerpen is die dat probleem heeft in Europa, uiteraard is het elders ook zo. Het is alleen ook een kwestie van timing om tot structurele maatregelen te komen. Stel dat wij ooit tot een structurele oplossing komen maar men is in Rotterdam of elders veel sneller, dan is dat een probleem ten aanzien van de concurrentie voor onze havens. Ik wil dus aandringen op snelheid.
Ik ben blij te horen dat u samen met de havens werkt aan een oplossing en dat de Vlaamse Waterweg heel wat doet om de binnenvaart te promoten. Die is heel belangrijk, maar ik denk dat we echt structureel oplossingen moeten hebben. Het doet me plezier dat u spreekt over een nieuwe steunmaatregel. Kunt u daar iets concreter over zijn? Is dat opnieuw een projectoproep volgens het subsidiesysteem van een euro voor een euro door de Vlaamse overheid, of is dat iets anders?
Minister Weyts heeft het woord.
Op basis van de ‘call’ van verleden jaar zijn nu de eerste projecten van start gegaan, waarbij ze na afloop van het eerste kwartaal subsidies krijgen toegekend op basis van de resultaten die geboekt zijn en volgens de verdeelsleutel die afgesproken is in een ministerieel besluit tussen het bedrijf, het havenbestuur en de Vlaamse overheid. Ik kan niet van buiten zeggen of voor de tweede ‘call’ hetzelfde principe geldt. Ik ga daar wel van uit, maar ik kan mijn hand er niet voor in het vuur steken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.