Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand
Verslag
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, Muntpunt is sinds 2010 het Vlaams communicatiehuis in Brussel. Ik denk dat dit nog steeds zo in de statuten staat ingeschreven. In de praktijk doet het meer dan die naam doet vermoeden. Zo promoot het niet enkel Vlaanderen in Brussel en Brussel in Vlaanderen, maar is het ook een bibliotheek – een belevingsbibliotheek –, een ontmoetingsplek en een platform waar Brusselse en Vlaamse instellingen en organisaties samenkomen. Ik hoor dat het intussen ook een plek is waar veel studenten graag naartoe komen om te studeren en andere studenten te ontmoeten. Ik stel ook vast dat er geregeld senioren komen om boeken uit te lenen, om activiteiten te volgen of om gewoon de krant te komen lezen, andere mensen te ontmoeten of opzoekingen te doen op het internet. In dat kader worden er jaarlijks tienduizenden boeken, cd’s en dvd’s ontleend en worden er honderden activiteiten georganiseerd of ondersteund. Muntpunt is ook verantwoordelijk voor de organisatie van de jaarlijkse Vlaamse feestdag, de 11 juliviering.
De Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) sloten in 2016 een samenwerkingsovereenkomst met Muntpunt af. In die overeenkomst werd nader bepaald hoe men uitvoering wenste te geven aan het oprichtingsdecreet van Muntpunt. We kunnen stellen dat Muntpunt het bijzonder goed doet, want elk jaar worden er meer zaken uitgeleend, komen er meer mensen over de vloer. De naambekendheid binnen en buiten Brussel stijgt en ook het ledenaantal stijgt. Soms vraag ik me af op welke manier we Muntpunt kunnen inzetten voor de vele Nederlandstalige bibliotheken in Brussel en hoe we de wisselwerking tussen Muntpunt en de bibliotheken, die ik soms een soort mini-Muntpunt noem, zouden kunnen verbeteren. Het is goed om te benadrukken dat Muntpunt toch wel een succesverhaal is, maar we moeten ook steeds durven na te gaan welke zaken er nog beter en efficiënter kunnen en op welke manier we Muntpunt nog succesvoller kunnen maken.
Minister, welke nieuwe beleidsaccenten bracht u conform artikel 9 van de samenwerkingsovereenkomst al aan met betrekking tot de jaarlijkse actieplannen van Muntpunt? Welke beleidsaccenten bracht de VGC al aan?
Soms is er sprake van divergenties tussen de beleidsaccenten die de Vlaamse Gemeenschap en de VGC wensen te leggen. Klopt het dat er een bepaalde dominantie zou zijn vanuit de VGC om haar beleidsaccenten op te leggen aan Muntpunt? Is de impact vanuit de Vlaamse Gemeenschap even sterk, even dominant en even groot?
Mijn laatste vraag is een vraag die ieder jaar stel en ik vond dat ik ze nu ook weer kon stellen. Zal Muntpunt dit jaar als organisator van de 11 juliviering ook een volksreceptie organiseren? Op welke manier kunnen meer mensen worden betrokken: Brusselse Vlamingen, bezoekers, anderstaligen, Vlamingen uit de rest van Vlaanderen? Gaat Muntpunt dat op een even goede of misschien nog meer succesvolle manier doen? Ik kijk alvast uit naar uw antwoord.
Minister Gatz heeft het woord.
Collega's, de beleidsaccenten die wij zelf vanuit de Vlaamse overheid en de VGC in de beheersovereenkomst met Muntpunt aanbrengen, zijn de volgende. Er is de brede reguliere, bestaande werking, die u zelf omschreven hebt. Daarbovenop hebben wij gevraagd om drie bijkomende beleidsaccenten op te nemen in hun jaarwerking. Het eerste is het digitale luik van Bruzine levend houden zodat dit kanaal – de brochure – blijvend een houvast kan vormen voor mensen die in Brussel willen komen leven, werken of leren of aan het culturele aanbod in onze hoofdstad willen deelnemen. Daarbij speelt dit luik systematisch in op acties of evenementen die als hefboom kunnen dienen om de aantrekkingskracht van de hoofdstad te onderstrepen. De inzet van een originele sociale mediamix is daarbij cruciaal. We gaan dus verder op dat pad. Het kan misschien een beetje in tegenspraak lijken met de vraag van de heer Poschet, maar zijn vraag ging over de globale imagocampagnes voor Brussel als geheel en hier zetten we wel degelijk in op de rechtstreekse relatie tussen Muntpunt en Nederlandstalig Brussel en de Vlamingen in het bijzonder.
Het tweede accent is het totale aanbod om Vlaamse scholen in Brussel te ontvangen, in kaart te brengen, de eventuele lacunes te detecteren en samen met mijn kabinet en het werkveld na te gaan hoe we dit aanbod nog performanter kunnen maken en beter aan elkaar kunnen linken. Dat kwam daarnet al even aan bod.
Het derde beleidsaccent is om in samenwerking met het Huis van het Nederlands Muntpunt verder uit te spelen als een ideale plek om Nederlands te leren. Bovenop de reeds bestaande initiatieven zoals de conversatietafels gaan beide organisaties na hoe ze door lezen, kijken en luisteren meer mensen kunnen onderdompelen in de Nederlandse taal.
Ik merk op dat de eerste twee punten aanbevelingen zijn die ik meenam uit het Burgerkabinet Brussel.
Dan kom ik bij de accenten van het beleid van de VGC ten aanzien van Muntpunt. Die zijn opgenomen in het VGC-bestuursakkoord Goesting in Brussel en is vertaald in de additionele verbintenissen, dat wil zeggen artikel 12 en artikel 13 van de lopende samenwerkingsovereenkomst, rond Paspartoe, de vrijetijdspas of de UiTPASS voor Brussel, daar zet de VGC bijzonder op in, en het bibliotheekbeleid.
Er zijn momenteel gesprekken tussen de VGC en Muntpunt aan de gang. Die hebben als doel om de samenwerking te verduidelijken en te versterken. Het gaat hierbij over de rol van Muntpunt in het netwerk van Brusselse bibliotheken, de rol als informatiehuis en centrale operator van informatie en communicatie over het Nederlandstalig aanbod in Brussel, de opleiding van baliemedewerkers binnen de werking van de VGC en, zoals ik al zei, eventuele verdere stappen in de implementatie van Paspartoe.
Kort samengevat: we weten hoe Muntpunt regulier werkt en daarnaast zijn onze accenten de digitale Bruzine levend houden, kijken hoe we het Vlaamse schoolbezoek kunnen versterken, de link met het Huis van het Nederlands versterken, en de VGC zet daar wat mij betreft complementair op in via Paspartoe en het lokaal bibliotheekbeleid.
Ik weet niet of men kan spreken van divergenties tussen de beleidsaccenten, maar natuurlijk is de benadering vanuit beide voogdijoverheden niet steeds dezelfde. Dit is immers al van bij de uitbouw en oprichting van het agentschap gebleken, waarbij de Vlaamse Gemeenschap is uitgegaan – en terecht – van een hoofdstedelijke en grootstedelijke rol en invulling van de werking van een Vlaams communicatiehuis in Brussel, terwijl de VGC dit eerder vertaalt naar een stedelijke – mag ik zeggen lokalere – invulling ervan. Terwijl de VGC de klemtoon legt op het Nederlandstalige aanbod in Brussel, besteedt de Vlaamse overheid vooral aandacht aan de rol die Muntpunt kan en moet opnemen naar Vlaanderen en de Vlaamse netwerken. Wat mij betreft, is dat een beetje het kikvorsperspectief tegenover het vogelperspectief. Ze zijn zeker complementair en die divergenties, zo die er al zijn, zijn in elk geval niet bijzonder zwaarwichtig.
Muntpunt vervult een scharnierfunctie op het raakvlak van verschillende maatschappelijke opdrachten ten aanzien van een veelheid aan instellingen, organisaties en doelgroepen. Het is en blijft belangrijk dat de middelen die voor Muntpunt worden vrijgemaakt, evenwichtig worden besteed voor de beleidsaccenten van beide overheden, en aldus geschiedt.
Het hoeft geen betoog dat alle partijen de grote beleidsopties van elkaar moeten valideren. Met die vijf beleidsaccenten die ik daarnet aangaf, lijkt me dat niet problematisch. De toewijzing van middelen en de beleidsaccenten moeten uiteraard steeds een vertaling zijn van het volledige opdrachtenkader van Muntpunt en niet alleen van de verwachtingen van een van de overheden.
Er wordt inderdaad bekeken hoe het concept van een volksreceptie kan worden geïntegreerd in het programma van de 11 juliviering. Ondertussen zijn er al enkele overlegmomenten geweest tussen Muntpunt en mijn kabinet, waarbij het niet alleen gaat over samen een drankje nuttigen – al is dat altijd leuk, natuurlijk –, maar er getracht wordt om het concept volksreceptie tijdens het voorprogramma op de Grote Markt creatief in te vullen. Wat dat laatste betreft, kan ik echt nog geen tip van de sluier oplichten. Een en ander moet ook financieel haalbaar zijn, maar daar geraken we wel uit. Normaal gezien beginnen de feesten op de Grote Markt pas echt 's avonds om 8 uur. We zouden een volksreceptie willen op gang trekken en organiseren om 7 uur, binnen een bepaald creatief kader, nog nader te preciseren. We zullen later het volledige aanbod bekendmaken. Zoals het er nu naar uitziet, liggen alle kaarten goed om eindelijk ook die bijkomende stap in de 11 juliviering te kunnen zetten.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Dank u, minister.
U hebt de verschillende beleidsaccenten van de Vlaamse Gemeenschap en de VGC opgesomd. U sprak over de digitale beleving van Brussel. U besprak de rol die Muntpunt kan vervullen om het Nederlands te leren. Er is het beleidsaccent van de VGC met Goesting, Paspartoe en de bibliotheek. Er zal wel ergens een compromis nodig zijn. U hebt een bepaalde bevoegdheid met betrekking tot de bibliotheken in Brussel. Ik zou dat niet volledig willen overlaten aan de VGC. Dat kan volgens mij evengoed een beleidsaccent zijn vanuit Vlaanderen, gelet op de belangrijke financiering die wij doen.
Ik denk niet dat de VGC als onze lokale partner bepaalde dingen moet doorduwen. Op zich zal er tussen de voogdijoverheid en de VGC een compromis nodig zijn. Misschien kan het nuttig zijn om onze beleidsaccenten vanuit de Vlaamse Gemeenschap toch ook iets duidelijker naar voren te schuiven. Het mag niet zijn dat de VGC de Vlaamse Gemeenschap in Brussel als een concurrent ziet of zich daar toch enigszins tegen afzet. We mogen niet vergeten dat Vlaanderen veel blijft investeren in Brussel. Als er dan misschien iemand dominant zou kunnen zijn, lijkt het mij evident dat dit de Vlaamse Gemeenschap zelf zou zijn.
De 11 juliviering ligt u nauw aan het hart, dat geldt ook voor mij. Het is een feestdag, het is de feestdag van Vlaanderen. We moeten die overal kunnen vieren, gaande van kleinere steden tot onze hoofdstad. Ik heb inderdaad vastgesteld dat er met deze regering en zeker uw beleid een positieve wending is. Er zijn meer initiatieven, betere initiatieven.
In deze commissie zijn daar al veel ideeën over uitgewisseld. Het zou mooi zijn om die grote receptie, die volksreceptie, die in andere steden mogelijk is, te kunnen organiseren in Brussel. Ik vind het positief dat u aanhaalt dat dit op een creatieve manier mogelijk zou worden op de Vlaamse feestdag in Brussel.
Dit moet mogelijk zijn. We moeten afspraken maken met de horeca en andere partners. Een van die partners is natuurlijk de VGC. We weten dat zij eigenlijk bijna op het zelfde ogenblik een afzonderlijke VGC-receptie houden in de spiegelzaal van het Brussels Parlement. Dat gaat over een bepaald Brussels-Vlaams publiek. Waarom kan er niet worden samengewerkt tussen de VGC en de Vlaamse Gemeenschap voor een volksreceptie op de Grote Markt? Er kan een mooi creatief concept worden uitgewerkt.
Ik herinner me dat we gediscussieerd hebben over het concept van een ‘twin city’, waarbij Brussel met andere steden zou samenwerken om de aantrekkelijkheid van Brussel in die andere steden te promoten.
We hebben het ook nog gehad, en daar heb ik u nu niet over gehoord, over de deelname van de Vlaamse culturele instellingen, de cultuurhuizen zoals de KVS, BRONKS, het Kaaitheater en de Beursschouwburg. De Beursschouwburg is trouwens zeer nauw betrokken. Op welke manier kan dit nog duidelijker worden? Op welke manier kan dit nog worden geactiveerd? De Ancienne Belgique hoort er natuurlijk ook bij.
Is het niet mogelijk om op 11 juli bezoekers rond te leiden langs deze instellingen? Ze zouden dan kunnen kennismaken met het aanbod daar. Dat zou heel laagdrempelig kunnen zijn. Dat lijkt mij een bijzonder mooi initiatief.
Minister, op welke manier kunnen we anderstaligen maar ook expats betrekken bij de viering?
Hoe kunnen de Vlaams-Brusselse media tegelijk worden ingezet en, toch ook een overheidsinstelling, laten we daar niet flauw over doen, ook de VRT, om de 11 juliviering op onze feestdag nog meer in de verf te zetten?
Minister Gatz heeft het woord.
Mijnheer Vanlouwe, wat uw bijkomende vraag over de volksreceptie op de Grote Markt betreft, zal ik nagaan wanneer het een en het ander duidelijker wordt en hoe we dit kunnen afstemmen op de receptie van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Dat is niet de receptie van de VGC, wat nog een ander element is. De receptie van het Vlaams Parlement is ook geen receptie van de Vlaamse overheid. Er spelen daar bepaalde gevoeligheden, maar het moet zeker mogelijk zijn beide recepties op elkaar af te stemmen.
Indien we een volksreceptie organiseren, is het natuurlijk, met mijn achtbaar respect voor de deelnemers aan de receptie van de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, wel de bedoeling dat er wat meer volk op de Grote Markt staat dan enkel de gestelde lichamen die door de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie worden uitgenodigd. De aanwezigen zullen me dat niet kwalijk nemen. We kunnen zeker voor afstemming zorgen.
Wat uw andere vragen betreft, zal ik hetzelfde doen als ik met de heer Poschet heb gedaan. U weet dat ik zeer toeschietelijk ben met antwoorden, maar dit was in feite een nieuwe vraag om uitleg over de 11 juliviering als geheel. Ik wil daar graag op antwoorden, maar ik wil niet improviseren. Indien hierover een vraag om uitleg volgt, wil ik graag tekst en uitleg geven. Het zijn pertinente vragen, maar ik geef geen korting: geen twee vragen om uitleg voor de prijs van één.
De heer Vanlouwe heeft het woord.
Minister, u hebt gelijk. Gratis bestaat niet. (Opmerkingen van minister Sven Gatz)
Ik zal hierover een vraag om uitleg indienen. Dat is geen enkel probleem.
De vraag om uitleg is afgehandeld.