Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Gryffroy heeft het woord.
Minister, naar aanleiding van de discussie over het Energiepact stond er plots een heel klein kolommetje in De Standaard over cijfers die het Vlaams Energieagentschap heeft bekendgemaakt met betrekking tot bijkomend potentieel aan zonne- en windenergie voor de komende jaren in Vlaanderen. Deze zouden moeten aantonen dat het ontwerp van Energiepact een haalbare kaart is. Het VEA berekende dat Vlaanderen tegen 2030 zal uitkomen op 6,7 gigawatt aan zonne-energie. We kunnen daarmee de 8 gigawatt voor België optrekken naar 11,6 gigawatt. Dat geldt eveneens voor windmolens. Deze zouden voor Vlaanderen 2,5 gigawatt kunnen leveren van de berekende Belgische capaciteit van 4,2 gigawatt.
Als ik kijk naar de plannen die in Vlaanderen zijn opgemaakt, dan vind ik die cijfers niet terug. Deze cijfers zijn nieuw en ambitieuzer dan deze in het Zonneplan en het Windplan. Tevens spreekt men in het artikel over een recente studie van het VEA.
Minister, over welke studie van het VEA gaat het? Kan deze studie aan het parlement worden bezorgd? Op basis van welke parameters zijn deze cijfers bepaald? Hoe is deze bijkomende capaciteit onderbouwd? Welke extra maatregelen zult u nemen om deze meer ambitieuze doelstelling te realiseren?
Minister Tommelein heeft het woord.
Mijnheer Gryffroy, het betreft een nota die het Vlaams Energieagentschap in mijn opdracht heeft opgemaakt en een inschatting maakt van het realiseerbare potentieel aan bijkomende installaties in de periode 2021-2030. Uiteraard vindt u dat niet terug in het Zonneplan, het Windplan en andere energieplannen, want dat zijn plannen tot 2020. Het VEA vertrekt van de reeds bestaande doelstellingen. In die zin gaat het dus niet over meer ambitieuze doelstellingen, maar wel over de langere termijn. We vertrekken vanuit 2020 en kijken wat dit zal geven tegen 2030.
Ik zal deze nota uiteraard met veel plezier overmaken aan het parlement, maar in feite hoeft dat niet, want ze staat al sinds geruime tijd op mijn website Tommelein.com. Ik dacht dat u iets meer interesse had voor mijn activiteiten, mijnheer Gryffroy. Ik dacht dat u regelmatig mijn website bezocht, zeker als u als energiespecialist mij moet volgen. Mocht u minister zijn en ik op uw plaats zitten, dan zou ik elke dag op uw website komen. (Gelach)
Nog belangrijker, mijnheer Gryffroy, een aantal parlementaire fracties hebben deze nota al omdat ze erom hebben gevraagd. Misschien kunt u eens aan mijn goede vriend Nico vragen op uw fractie of hij deze nota al heeft opgevraagd bij mijn kabinet. Hij kan die zonder enig probleem krijgen. Hij hoeft ze zelf niet eens te vragen, want ze staat op mijn website.
Het betreft geen uitgebreide studie, maar wel een doortrekking van realistische groei met verwijzingen naar relevante studies die deze bijkomende capaciteit onderbouwen. De groei wordt ook gesitueerd ten opzichte van het verloop in recente jaren.
De groei die wordt toegelicht, kan worden bereikt met de maatregelen opgenomen in het Zonneplan en Windkracht 2020. De maatregelen uit deze plannen stoppen niet in 2020. Als we werken aan eengemaakte vergunningen en aan het wegwerken van drempels, dan zal dat een doorschuifeffect hebben naar de volgende jaren. Er zullen geen nieuwe drempels worden opgebouwd in 2020, denk en hoop ik.
Wat zonne-energie betreft, verwijs ik naar het potentieel ingeschat in de zonnekaart, communicatieacties zoals ‘Nomineer een dak’ en de Zonnegids, het verhoogde minimumaandeel hernieuwbare energie voor nieuwbouw en renovatie, want elk huis dat nu wordt gebouwd, is een opsteker voor hernieuwbare energie. Ik ga ervan uit dat er in de komende jaren nog wat nieuws zal worden gebouwd. Ik hoop zelfs dat er wordt gesloopt om nieuw te bouwen. Dat staat trouwens in ons aller Energiepact. Verder verwijs ik naar het potentieel ingeschat in modelbestekken voor lokale besturen en bedrijven, maar vooral de goedkoper en steeds meer efficiënter wordende zonnepanelen.
Voor windenergie zijn er al verschillende maatregelen genomen uit Windkracht 2020, zoals de Windgids, de recent ondersteunde aanpassing van radarapparatuur, de maximale invulling van de zeehavengebieden en grootschalige industriegebieden, en simulaties die worden uitgevoerd inzake inplanting van dubbele rijen langs grootschalige lijninfrastructuur. Belangrijk is ook het principe van bestemmingsneutraliteit, zodat windturbines in alle bestemmingsgebieden kunnen worden ingeplant, weliswaar na grondige afweging ‘case by case’ van de effecten op omwonenden, natuur, landschap enzovoort.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Minister, als we op uw website gaan, dan komen we eerst uit bij het schlagerfestival op 24 maart. (Opmerkingen van minister Bart Tommelein)
Oostende is ver, minister. (Opmerkingen van minister Bart Tommelein)
Ik ging dat net zeggen. We zijn met drieën aan het zoeken en een van mijn medewerkers heeft het ondertussen gevonden, maar je moet wel een beetje zoeken. Als het in de krant staat, had ik wel verwacht … Dit is niet onbelangrijk. We trekken onze eigen ambities op met ongeveer 25 procent voor de periode 2020-2030. Het is dan ook logisch dat de vraag wordt gesteld hoe die redenering wordt bepaald. U hebt daar uitleg over gegeven. Ik zal de nota opvragen en die grondig bestuderen. Misschien lezen veel mensen dergelijke kolommen in de krant niet, maar ik wel. Er stonden cijfers in die voor mij compleet nieuw waren. Daarom heb ik deze vraag gesteld.
Minister Tommelein heeft het woord.
Ik wil nog eens herhalen dat op 24 maart in de gebouwen van KV Oostende er een Noordzeefestival is waarop u allen van harte bent uitgenodigd. Het is geen partijmanifestatie. U kunt met een gerust hart daarnaartoe komen, mijnheer Gryffroy. (Opmerkingen van Valerie Taeldeman)
Ik zal zelf zingen, mevrouw Taeldeman. Tradities moeten gerespecteerd worden.
Mijnheer Gryffroy, we hebben een bijzonder goed contact met elkaar. U had mij die nota gerust kunnen vragen en ik had u die onmiddellijk bezorgd. U had hier niet hoeven vragen waar die was.
Maar van twee dingen één. Ik ben maanden bezig geweest met het Energiepact, samen met mijn collega's in de andere gewesten en de federale overheid. Telkens wordt mij uiteraard gevraagd om een inschatting te maken van wat mogelijk zou kunnen zijn. Als ik een inschatting moet maken en die ook doorgeven aan mijn collega's op het federale niveau en de andere niveaus via mijn administratie, dan is dat nog geen afgeklopt plan. Dat is wel een inschatting. Als ik documenten officieel overmaak aan minister Marghem, die al verschillende keren heeft gezegd in de media dat ze die moet krijgen terwijl ze die nochtans al een paar keren gekregen heeft, en telkens opnieuw gekregen heeft, dan is het niet juist dat ze zegt dat ze daar geen gegevens over heeft. Ze heeft ze. Ze liggen trouwens hier en ze staan trouwens op mijn website. Dan weten we ongeveer waar we aan toe zijn.
Het klopt dat u zegt dat dit geen concreet plan is, beslist door de regering. Maar die inschattingen zijn wel nodig geweest om te kunnen kijken wat haalbaar was op het vlak van hernieuwbare energie. Zoals heel duidelijk te horen, te zien en te lezen staat in het interview dat u deze week hebt gehad in De Standaard, namelijk dat alles wat wij beslissen, goed gemonitord moet worden, geldt ook voor deze cijfers. Maar ik kan toch maar een potentieel realistische inschatting maken op basis van bestaande plannen, bestaande realisaties en bestaande maatregelen die worden genomen? Het kan zijn dat iemand anders daar een andere inschatting van zou maken, maar dat is geen persoonlijke inschatting. Het Vlaams Energieagentschap (VEA), onze administratie, maakt dergelijke inschattingen. Die cijfers zijn niet geheim, ze zijn voor iedereen beschikbaar. Daar kunnen we dan verder mee aan de slag.
De heer Gryffroy heeft het woord.
Ik heb het ondertussen gevonden op de website. Ik vond het geen normale manier van terugvinden. Ik zou het logisch vinden dat je dat vindt op de website van het VEA, maar ik weet niet of je het daar terugvindt. Als het een officiële nota is van het VEA aan de minister, dan kunt u dat op uw website zetten en in de krant publiceren, maar dan verwacht ik ook dat het staat op de website van het VEA. Case closed.
De vraag om uitleg is afgehandeld