Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Mevrouw Maes heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, ‘Citizen Science’ of ‘burgerwetenschap’ is een ontwikkeling in het wetenschapsland waarbij burgers, ongeacht hun achtergrond, kunnen meewerken aan wetenschappelijke projecten.
U hebt als minister een tijdje terug een oproep gelanceerd voor dergelijke ‘Citizen Science’-projecten en hebt daarvoor 1 miljoen euro uitgetrokken. De projecten konden worden ingediend door onderzoekers aan hogescholen, universiteiten, onderzoeksinstellingen enzovoort. Ze moesten als doel hebben om de deelname van burgers aan onderzoek te promoten. Burgers moeten worden aangemoedigd om bij te dragen aan het genereren van onderzoeksresultaten en inzichten. Een andere bedoeling van deze projecten is om de kloof tussen onderzoekers en burgers in de maatschappij te verkleinen. Ieder project diende dus aandacht te besteden aan een laagdrempelige en intensieve communicatie over de inhoud, voortgang en resultaten van het project. Nog een belangrijke voorwaarde voor het indienen van een dergelijk project is dat men open data zou stimuleren en de gegevens ook ter beschikking zou stellen van andere onderzoekers, eventueel na een afgesproken periode. Projecten gelden voor twee jaar, maar kunnen mits een goede motivatie worden verlengd binnen het opgegeven budget. Dat budget bedraagt maximaal 150.000 euro voor de volledige looptijd. Uiterste indiendatum van deze projecten was 15 maart 2018.
Minister, de uiterste indiendatum is intussen verstreken. Kunt u reeds een eerste evaluatie geven van het aantal projecten dat werd ingediend en in hoeverre deze call in volume en thematische inhoud aan de doelstelling beantwoordt? Hoe ziet het verdere traject er uit voor afhandeling van deze call? De beoordelingscriteria zijn te vinden op www.ewi-vlaanderen.be, maar anderzijds is er ook een budgettaire beperking. Voorziet u eventueel in extra middelen als niet alle goede projecten gesteund kunnen worden? Plant u nog een volgende oproep, al dan niet nog in 2018? Hoe past Citizen Science in uw beleid rond wetenschapscommunicatie en in het STEM-beleid in het onderwijs? Kunt u reeds iets meer zeggen over het kenniscentrum voor burgerwetenschap dat in december 2017 werd aangekondigd en de rol die RVO-Society daarin zal spelen?
Minister Muyters heeft het woord.
Collega's, de oproep is een succes. Er werden vijftig projectvoorstellen ingediend. Dit overtreft zeker de verwachtingen. Op basis van een eerste screening beantwoordt deze portfolio aan de doelstellingen. Er is een grote verscheidenheid aan disciplines: zowel de humane, de sociale als de exacte wetenschappen komen aan bod. Ook op het vlak van doelgroepen is er een goede spreiding. Er zijn zowel projectvoorstellen die zich richten tot het grote publiek als projectvoorstellen die zich richten tot jongeren en schoolgaande jongeren. Uit de grote respons leid ik af dat de oproep zeker tegemoetkwam aan een behoefte en dat er bij onze wetenschappers een grote vraag is naar het meer betrekken van burgers bij hun onderzoek.
Momenteel worden de projecten geëvalueerd. De evaluatieperiode is gepland tot 16 april, maar door het grote aantal projecten is het niet uitgesloten dat deze periode met een tiental dagen zal worden verlengd. De evaluatieresultaten zullen aan de Inspectie van Financiën voor advies worden voorgelegd. Nadien worden de resultaten bekendgemaakt en kunnen de geselecteerde projecten starten.
Er is een grote overbevraging van het voorziene budget: binnen het budget zal de slaagkans maar rond 10 procent liggen. Als u me dan vraagt of ik in extra geld zal voorzien, dan moet ik eerlijk zeggen dat ik eerst de evaluatie wil afwachten en zien hoeveel projecten welke scores krijgen. Ik denk ook zeker nog aan een volgende oproep, zoals u vroeg, maar opnieuw, ik denk dat we eerst moeten evalueren hoe deze oproep qua inhoud enzovoort is geweest alvorens daar een beslissing over te nemen. Gezien de grote interesse denk ik er echter zeker over om in de toekomst nog oproepen te doen.
Dat ‘citizen science’ of burgerwetenschap een manier is om het maatschappelijk draagvlak voor wetenschap, technologie en technologische innovatie te versterken, staat voor mij buiten kijf. Dit gebeurt door burgers te informeren, maar ook te sensibiliseren, en het meest interessante is hen actief betrekken bij een aantal zaken, zoals wetenschappelijk onderzoek. Dat onderzoek staat vaak ver van het bed van mensen. Als je op die manier die betrokkenheid extra kunt stimuleren, dan is dat een heel goede zaak.
Bovendien past dat perfect in het STEM-beleid. Heel wat projecten die nu worden ingediend, voorzien blijkbaar ook in een STEM-component en een link met het onderwijs, wat ik toch ook positief vind.
De opdrachtstelling van het kenniscentrum is zeer ruim. Ik noem een aantal van die elementen: advies geven aan beleidsmakers en onderzoekers, een digitaal platform ontwikkelen voor grootschalige datacollectie en datamanagement, generieke tools en procedures voor datacollectie ontwikkelen, de kennis over generieke aspecten, dus juridische, ethische en andere aspecten, van citizen science bundelen en vertalen in bruikbare hulpmiddelen voor projectuitvoerders, samenwerking tussen gelijkaardige initiatieven stimuleren, de communicatie over citizen science enzovoort. U ziet dus dat dat een ruim pakket is.
Afsluitend, ik ben blij met de respons op de oproep en hoop dat we met de uitbouw van een kenniscentrum en verdere oproepen de uitbouw van die burgerwetenschap een boost kunnen geven in Vlaanderen.
Mevrouw Maes heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw antwoord. Het is altijd goed om te horen dat iets een succes is, en een groter succes dan gedacht. Ook die informatie over het kenniscentrum lijkt me het begin te zijn van een spannend en boeiend verhaal.
Ik heb nog een bijkomende concrete vraag. Er is dus een beetje vertraging, dus hoogstwaarschijnlijk zal de evaluatie er dan eind april zijn. Wanneer zou er concreet kunnen worden gestart? Wat is uw inschatting? Is dat nog voor de zomervakantie?
Minister Muyters heeft het woord.
Wat is de situatie? Zoals ik zei, is die er waarschijnlijk eind april. Dan moet dat naar de Inspectie van Financiën, die twaalf dagen heeft om advies te geven. Dan kunnen we wie geselecteerd is, verwittigen. Dan moeten ze dat opstarten. Dat hangt dan ook af van hoe hun planning is. Het zou echter best kunnen dat de eerste projecten tegen de zomer kunnen beginnen.
Mevrouw Maes, zijn al uw vragen beantwoord?
Mevrouw Maes heeft het woord.
Ja hoor, en ik ben zeer tevreden.
Het doet me enorm veel plezier om gelukkige mensen te zien.
De vraag om uitleg is afgehandeld.