Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, het collectief maatwerk is al een tijdje geregeld en begin volgend jaar treedt het ook in werking. Er komt nu dus ook ruimte vrij om werk te maken van het individuele maatwerk, dat ook niet meer geblokkeerd zit, dankzij het Maatwerkbesluit-bis. Zo zal meteen ook het rugzakprincipe voor de reguliere sector worden ingevoerd, wat hopelijk ook zal leiden tot een optimale inschakeling van de reguliere sector in de sociale economie. Om dat te realiseren, moet er werk worden gemaakt van de hervorming van de SINE-maatregel (sociale inschakelingseconomie). Dat dossier is goed voor 12 procent van de begroting, een omvangrijk deel.
In de beleidsbrief gaf u te kennen dat er wordt doorgewerkt aan de SINE-hervorming, in dialoog met de stakeholders. Een concrete timing werd niet meegegeven. Bij een eerdere vraag om uitleg en bij de bespreking van de beleidsbrief stelde u dat u nog steeds mikt op een inwerkingtreding op 1 januari 2019, maar dat de timing afhankelijk is van het overleg met de betrokken stakeholders, zoals de lokale besturen en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG). Intussen blijven de huidige SINE-middelen nog steeds naar de SINE-doelgroepwerknemers in de erkende SINE-bedrijven gaan.
Minister, wat is de stand van zaken van het overleg met de betrokken stakeholders rond de hervorming van SINE? Is er al duidelijkheid over de concrete uitvoeringsmodaliteiten en de invoering van het rugzakprincipe? Op welke manier wenst u optimaal de brug te maken tussen het collectief en individueel maatwerk en de kansen voor de betrokken doelgroep van de sociale economie te verhogen? Welke modaliteiten zult u opleggen om een kwaliteitsvolle begeleiding en ondersteuning op maat te garanderen aan doelgroepwerknemers die via een maatwerkafdeling op werkvloeren in de reguliere economie terechtkomen? Zal het individuele luik van het maatwerk werkelijk van kracht worden op 1 januari 2019?
Minister Homans heeft het woord.
Collega Talpe, de door de Vlaamse Regering goedgekeurde conceptnota ‘Naar een nieuw ondersteuningskader binnen sociale economie’ is al vrij concreet uitgewerkt met betrekking tot heel veel punten die u hebt aangehaald. Die is hier ook al besproken. U weet dat we dan geconfronteerd zijn met de schorsing van maatwerk en dergelijke meer, en dus hadden we andere zaken te doen, die eigenlijk ook wel heel belangrijk waren op dat moment. SINE is natuurlijk ook belangrijk, maar we moesten toen roeien met de riemen die we hadden en prioriteiten stellen.
Wat betreft de brug tussen het circuit van collectief en individueel maatwerk: aangezien iedere werkgever in aanmerking zal komen om een doelgroepwerknemer aan te werven, van de bakker tot het havenbedrijf, tot uiteraard nog steeds het maatwerkbedrijf, wordt resoluut de brug gemaakt – in mijn ogen, althans – tussen de reguliere economie en de sociale economie. Aangezien het aanbieden van maatwerk overal mogelijk wordt en volgens dezelfde modaliteiten zal verlopen, creëren we in mijn ogen een level playing field. Dat is ook altijd de vraag geweest. Voor de doelgroepwerknemers betekent dat een veel grotere keuzevrijheid om te werken in een onderneming naar keuze. Of het nu bij de bakker of bij het havenbedrijf of bij een maatwerkbedrijf is, dat maakt niet uit. In ieder geval is er veel meer keuzemogelijkheid, waar zijn of haar talenten het best aan bod kunnen komen en het best benut kunnen worden. Ik vind die keuzevrijheid belangrijk.
U hebt in de conceptnota kunnen lezen hoe het rugzakprincipe vorm zal krijgen met een beschrijving van de doelgroepafbakening, de indicering en het werkondersteuningspakket. Ook het bijhorende uitdoofscenario wordt in de conceptnota uitgebreid beschreven.
Wat het garanderen van een kwaliteitsvolle begeleiding betreft: daarbij staat de begeleiding van de doelgroepwerknemers, ongeacht de plaats van tewerkstelling, voorop. Wat ook vooropstaat, is dat dezelfde kwaliteit moet worden behaald. Men mag zeker niet naar beneden gaan wat de kwaliteit betreft. Concreet zal er een gekwalificeerde begeleider moeten worden ingezet, zoals dat ook gebeurt bij collectief maatwerk. Er zal ook werk moeten worden gemaakt van een ontwikkelingsplan en een competentieversterkend traject. Voor individueel maatwerk zal, in tegenstelling tot collectief maatwerk, begeleiding extern kunnen worden ingekocht. In de eerste plaats wordt gedacht aan sociale-economieondernemingen die ruimschoots ervaring hebben met de begeleiding van die doelgroep.
Die elementen worden momenteel verder concreet gemaakt, zodat ze kunnen worden vertaald in effectieve regelgeving. Een belangrijk aspect in de hervorming van SINE naar individueel maatwerk dat nog verder moet worden uitgeklaard, is ook de overgang en de impact van de hervorming op de diverse organisaties die momenteel gebruikmaken van de SINE-maatregel.
De verdere uitwerking van de SINE-hervorming gebeurt absoluut in nauw overleg met de betrokken stakeholders. Dat is in alle materies belangrijk, maar zeker ook in deze materie is het goed dat je alle stakeholders erbij betrekt. Er zijn al verschillende gesprekken geweest, ze zijn nog altijd lopend en er zijn er gepland, met bijvoorbeeld de lokale besturen en de VVSG, alsook met de koepel lokale diensteneconomie (LDE). Gelet op de impact van de SINE-hervorming op de LDE en de lokale besturen, lijkt het mij niet zo vreemd dat net met die actoren heel intensief wordt gepraat. Ik wil absoluut in een open dialoog met de stakeholders zo goed en gedragen mogelijk de overgang van SINE naar individueel maatwerk kunnen voorbereiden.
Het is momenteel in ieder geval absoluut mijn ambitie om voor 1 januari 2019 de concrete modaliteiten uitgewerkt en gecommuniceerd te kunnen hebben.
Tot slot wil ik nog iets meegeven dat hier al aan bod is gekomen, maar dat toch wel belangrijk is om nog eens te onderstrepen. U weet dat er een aantal achterpoortjes waren, vooral op federaal vlak. Bedrijven die geen doelgroepmedewerkers tewerkstelden, maar wel erkend waren als inschakelingsbedrijf, kregen fiscale voordelen, maar in het Zomerakkoord is ervoor gezorgd dat dat achterpoortje gesloten is. Ik denk dat dat niet meer dan terecht is. Op federaal niveau hebben ze dus wel al iets gedaan voor SINE. Wij moeten nog heel veel doen voor SINE, maar we zitten niet stil en we zullen trachten de deadlines en de timing te halen. Maar overleg vraagt natuurlijk ook tijd, collega’s. Rekening houden met bepaalde zaken die de stakeholders nog aanbrengen om bijvoorbeeld verder onderzocht te worden en dergelijke meer, vraagt ook tijd. Maar we zijn ambitieus, altijd geweest, niet alleen in deze bevoegdheid, maar in al mijn bevoegdheden. Dus wij willen van de hervorming van SINE absoluut een succes maken.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, dank u voor het antwoord. We zijn, samen met u, blij dat de maatwerkknoop werd ontward en dat we wat betreft individueel maatwerk een versnelling hoger kunnen schakelen. Uiteraard is overleg cruciaal. We moeten de tijd nemen om tot een breed gedragen overstap te komen. Maar we moeten de druk ook hoog durven te houden. De timing is heel belangrijk. Ik hoop samen met u dat we 1 januari 2019 kunnen halen. Het zou heel mooi zijn mocht zowel ‘maatwerk bis’ als het individuele maatwerk samen, op hetzelfde moment, in werking kunnen treden. Dan is het plaatje compleet. Dan kan ook de private sector ten volle zijn engagement in maatschappelijk verantwoord ondernemen opnemen. Ik hoop het met u, maar u zult samen met de stakeholders de druk hoog moeten houden en de timing nauw in het oog moeten houden.
Mevrouw Claes heeft het woord.
Minister, hebt u een datum voor ogen wanneer u wilt landen? Dit moet naar het parlement, er moet een advies van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) zijn en van alle organisaties die een advies moeten geven, en dan is er nog de Raad van State. Dat neemt allemaal heel veel tijd. Ik ga er ook van uit dat er in het decreet overgangsmaatregelen zullen moeten worden genomen. Als het op 1 januari 2019 effectief ingaat, is er voor de bedrijven waar er iets verandert een overgangsperiode nodig. Als het op 1 januari 2019 moet ingaan, weet u dan wanneer welke stappen moeten worden gezet? Ik heb de indruk dat het toch wel heel krap wordt.
Minister Homans heeft het woord.
Ik begrijp uw vraag wel, maar ik wil natuurlijk tot een zo breed mogelijk gedragen voorstel komen, zoals, denk ik, iedereen hier aanwezig. Het overleg loopt. Ik wil er niet op vooruitlopen. Ik heb daarnet in een antwoord op de laatste vraag van mevrouw Talpe mijn ambities duidelijk gemaakt.
De vraag om uitleg is afgehandeld.