Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Deze vraag om uitleg betreft een omzetting van een schriftelijke vraag.
De heer de Kort heeft het woord.
Voorzitter, het doet mij plezier u terug hier te zien. Ik hoop dat het goed verder mag gaan met uw gezondheid. In ieder geval, u straalt. Dat is dus prima.
Minister, zoals de voorzitter zei, betreft het een omzetting van een schriftelijke vraag. Het is dus een uitvoerige vraag, want u weet dat ik mijn vragen om uitleg normaal wat korter en bevattelijker formuleer, om te trachten mijn naam alle eer aan te doen. (Gelach)
Het Toekomstverbond voor Antwerpen is niet alleen een verbond over infrastructuurwerken, maar ook over het inzetten op alternatieven voor de wagen om een ‘modal shift’ van 50/50 te bereiken. Een van de belangrijkste elementen hier is de fiets. Maar om mensen op de fiets te krijgen, moeten we dit zo aantrekkelijk mogelijk maken. Een van de knelpunten rond Antwerpen zijn de beperkte mogelijkheden voor fietsers om van de Rechteroever naar de Linkeroever te gaan en omgekeerd. Momenteel moeten de fietsers langs de Voetgangerstunnel via de lift. Voor mensen die vanuit de noordelijke rand naar Antwerpen komen, is dit zó’n omweg dat hun keuze voor de fiets bijna onmogelijk wordt gemaakt. Een andere mogelijkheid is het Lilloveer naar Fort Liefkenshoek, maar dit is beperkt tot de zomerperiode. Nu is die uitzonderlijk verlengd tot eind januari, maar het is nog niet duidelijk of het veer verlengd wordt en of dit betalend zou zijn.
Er zijn dus bijkomende fietsverbindingen nodig als we meer mensen willen verleiden om de fiets te nemen in en rond Antwerpen. Er zijn tal van mogelijkheden: uitbreiding van de waterbus, fietsshuttles doorheen de bestaande en toekomstige tunnels enzovoort.
Minister, kunt u een overzicht geven van de infrastructurele maatregelen voor woon-werkverkeer naar Antwerpen en de Antwerpse haven?
Is er een fietsmanager aangesteld die een overzicht heeft of houdt van de infrastructurele maatregelen voor de verbinding tussen Linker- en Rechteroever?
Hoe evalueert u de huidige capaciteit van de waterbus? Zal die capaciteit verhogen? Zo ja, op welke manier?
Overweegt u om in een fietsshuttle te voorzien in bestaande of toekomstige tunnels? Zou de Liefkenshoektunnel hiervoor in aanmerking komen? Hoe ziet u dit qua timing en capaciteit?
Wordt er een fietstunnel aangelegd langs het Oosterweeltracé of in de Oosterweeltunnel? Zo ja, hoe ziet u dit qua capaciteit en beleving voor de fietsers? Waar zullen de middelen worden gehaald? Zullen er aansluitende fietspaden worden aangelegd?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik heb informatie opgevraagd bij mijn administratie over de investeringen inzake kwalitatieve fietspaden in en rond Antwerpen. Dat lijstje is nogal indrukwekkend. Ik geef u een beknopte opsomming.
Zo is er het fietspad richting Boom op de N177, de Boomsesteenweg tussen de Dokter Veeckmanslaan en de Terbekehofdreef. Er is de heraanleg van een fietspad op de N120 Bisschoppenhoflaan en de heraanleg van de Turnhoutsepoort op de R10. Ook werd een ongelijkgrondse fietsverbinding onder de afrit Borgerhout van de E313 aangelegd.
De fietsoversteek ter hoogte van de Legerstraat, de R11, werd aangepast. Er was de heraanleg van de R10, waarbij we dubbelrichtingsfietspaden hebben aangelegd tussen de Schijnpoortweg en de Turnhoutsebaan. Het fietspad op de N112 Turnhoutsebaan tussen de Houtlaan en de Meeusstraat werd hernieuwd. Op de N180 Noorderlaan werden dubbelrichtingfietspaden aangelegd aan beide zijden tussen de Ekersesteenweg en de Groenendaallaan. De IJzerlaanbrug werd geplaatst over het Albertkanaal. Er werd een fietsersbrug aangelegd tussen Posthofbrug en station Berchem, inclusief fietspad op de Posthofbrug.
Wat het havengebied betreft, is er de Havenroute, die gerealiseerd werd onder coördinatie van de Beheersmaatschappij Antwerpen Mobiel (BAM) en het Havenbedrijf. Daar werd onder andere een dubbelrichtingfietspad gerealiseerd tussen Berendrecht en Zandvliet over 1,5 kilometer.
Voor het werkingsjaar 2016 en 2017 hebben we extra budgetten uitgetrokken. Dat gaat specifiek over enkele missing links die we willen aanpakken. In 2017 hebben we op die manier een fietssuggestiestrook aangelegd op de N114 in Ekeren. Momenteel wordt diezelfde N114, maar dan richting Ekeren, aangepakt. Ook het fietspad op de N12 en dat fietspad op de R11 worden aangepakt, waarbij er ter hoogte van de Albertkanaalbaan een verbinding wordt gemaakt voor fietsers tussen de Houtlaan en de fietssnelweg.
Voor het project van de Oosterweelverbinding gaan we uit van een verbrede veiligheidstunnel. Het is trouwens goed dat u daarop wijst, want dat is niet vaak aan bod gekomen. Een verbrede veiligheidstunnel zal worden ingezet als fietsverbinding tussen beide Scheldeoevers. We kunnen erover discussiëren of dat voor fietsers daar de meest optimale locatie is, maar het is wel een bijkomende fietsdoorsteek die wordt gerealiseerd, in een soort van aparte koker, naast de Oosterweelverbinding. Dat heb ik in het verleden misschien wat te weinig benadrukt. Ik denk dat het voor velen een nieuwtje zal zijn dat daar in een fietsverbinding wordt voorzien tussen beide Scheldeoevers. Aansluitend worden op beide ontwerpen van zowel Linker- als Rechteroever de nodige aanpassingen gedaan om de nieuwe fietsinfrastructuur optimaal te kunnen inzetten in het bestaande fietsnetwerk.
Het kwaliteitsniveau van een fietssnelweg wordt op een aantal relaties nagestreefd. In het ontwerp van Linkeroever, dat nu in de laatste fase van de stedenbouwkundige aanvraag zit, is een uitgebreide infrastructuur gedetailleerd uitgetekend. Die wordt ook gelijktijdig aangelegd. Ook op Rechteroever, bijvoorbeeld ter hoogte van de Oosterweelknoop, zijn de principes vandaag gekend en vastgelegd. Beide omgevingen worden momenteel ook mee onder de loep genomen door de teams van de overkappingsopdracht. Die opdracht is namelijk opgesplitst in verschillende teams: team West en team Noord.
Er werd bij de Vlaamse overheid geen afzonderlijke manager aangesteld, aangezien de BAM er is als centraal coördinatieorgaan, dat de zaak moet aansturen.
Met de opstart van de opmaak van het Routeplan 2030, waarbij we alle relevante overheidsadministraties – zowel federaal, als Vlaams en provinciaal – en alle 33 gemeenten uit de vervoersregio Antwerpen zullen betrekken, maar ook tal van stakeholders, zal worden bekeken hoe we deze aanpak die vandaag in hoofdzaak op de bereikbaarheid van de stad Antwerpen is gericht, kunnen uitrollen naar een bredere regio. We zullen het dus niet enkel bekijken met de focus van al het verkeer van en richting Antwerpen, maar vanuit een iets ruimer perspectief. Ik veronderstel dat dat sowieso aan bod zal komen, gelet op de aanwezigheid van 33 gemeenten in totaal. Er zal geen eenzijdige focus liggen op het verkeer van en naar Antwerpen.
De mobiliteitsoplossing komt er met de steun van het Havenbedrijf. Het Havenbedrijf Antwerpen heeft bij de voorstelling van zijn jaarcijfers duidelijk laten verstaan dat het een actieve rol wil opnemen in het oplossen van de mobiliteitsproblematiek. We zijn er al een tijdje over bezig, waarbij we ook gezamenlijke engagementen zijn aangegaan, bijvoorbeeld voor het geclusterd vrachtvervoer vanuit de haven richting hinterland.
Het Havenbedrijf wil ook een versnelling hoger schakelen wat betreft de waterbus. Nog dit jaar wil het extra trajecten opstarten. Er zou een noordelijke route komen die verschillende haltes op Linker- en Rechteroever zou aandoen, waaronder de Totalsite, Lillo en het Fort Liefkenshoek, de Ketenislaan, en een nieuwe route met vijf à zes haltes op het Albertkanaal. Dat is de bedoeling. Daarbij zou de vloot van waterbussen verdubbelen tot zeven operationele vaartuigen en één reserveschip. Er moeten dan natuurlijk wel nog enkele steigers worden gebouwd, onder andere op de Ketenislaan, aan het Fort Liefkenshoek en op de haltes aan het Albertkanaal, en op de Droogdokkensite, waar pendelaars kunnen overstappen van de Albertkanaalroute naar de Schelderoute.
Tot slot wordt ook de inzet van fietsbussen tussen Linker- en Rechteroever door het Havenbedrijf, in samenspraak met ons, als mobiliteitsoplossing naar voren geschoven. Het zou de bedoeling zijn om een busaanbod te realiseren tussen de Noorderlaan, de Scheldelaan en het Tolplein, dus op Linkeroever, waarbij de bussen de Tijsmanstunnel en de Liefkenshoektunnel aandoen. Dat is een tracé dat vandaag, vrij veel noordelijker, ontoegankelijk is voor fietsers. Via een busoversteek of -doorsteek zouden we dat tracé dan toch toegankelijk maken voor fietsers. Daarbij gaan we ervan uit dat de fietsers verzamelen op een haltelocatie en de fiets meenemen op de bus. We gaan uit van een frequentie van één bus per kwartier in de spits. We zouden willen starten in maart 2018. De bedoeling is dat de fietsbussen het fietsersveer aan de Lillobrug vervangen. Want het lijkt mij onzinnig om beide naast elkaar te laten bestaan.
De heer de Kort heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw uitvoerig antwoord. Het is duidelijk dat er voor de Antwerpse regio en zeker en vast ook voor het havengebied van Antwerpen, voor de toekomst voluit een keuze wordt gemaakt voor de fiets. Wij juichen dat zeker en vast toe. Ook zijn we blij met de waterbus. Het is een heel belangrijke keuze in het kader van het woon-werkverkeer. Het gemeentelijk Havenbedrijf neemt samen met de stad Antwerpen, ook met een aantal mensen die u zeker en vast dierbaar zijn, een goed initiatief. Wij juichen dat zeker toe. In het verleden werd daar niet voor gekozen, nu wel. Dat is een duidelijke keuze. Dat is zeer positief. Het kan een belangrijke modal shift betekenen voor die hele regio, zodat mensen zullen kiezen voor de fiets in plaats van voor de wagen.
Op dit moment is het eigenlijk al zo dat mensen merken dat ze, wanneer ze automatisch blijven kiezen voor de wagen, in de file blijven staan. Mensen merken dat de fiets een volwaardig vervoersmiddel kan zijn, gecombineerd met de waterbus.
Minister, het is interessant om na te gaan wat men verder in de hele regio wil realiseren qua infrastructuurprojecten voor de fiets. Ik merk dat er zeer degelijk voorbereidend werk gebeurt in dat verband, ook in verband met de dossiers in het kader van studies van onteigeningen. Er wordt ook een tandje bij gestoken door de dienst Vastgoedtransacties.
Wat de opvolging betreft, zou het nuttig zijn om de budgetten die er nodig zijn bij onteigeningen, voor de vaststelling van de kredieten, in de toekomst afzonderlijk te bekijken. Dat is een begrotingstechnisch element, dat niet alleen voor Antwerpen, maar eigenlijk voor heel Vlaanderen geldt.
De budgetten die daarvoor noodzakelijk zijn, zijn gigantisch groot. Vroeger moesten die budgetten telkens worden vastgelegd. Daar is begrotingstechnisch nog enige bijsturing nodig. U weet ook dat het afhankelijk is van de voorbereiding en de opvolging door de afdeling Vastgoedtransacties. Zodra we de budgetten effectief nodig hebben, zijn we afhankelijk van het voorbereidend werk dat op dat vlak is geleverd.
Minister, het is positief dat op deze wijze zo massaal en zo zichtbaar op de fiets wordt ingezet. We zijn blij met de keuze die op dat vlak wordt gemaakt.
De heer De Clercq heeft het woord.
Voorzitter, ik zou deze interessante vraag om uitleg wat breder willen opentrekken. Het Vlaams Parlement heeft unaniem een resolutie goedgekeurd over het promoten van het elektrisch fietsen. Het gaat hier om gebieden die vaak weids zijn. (Gelach)
Ik heb het over grootse gebieden. Ik heb dit niet voorbereid. In onze havengebieden behelst dit brede ruimtes. We moeten daar echt inzetten op de fietsostrades. We kunnen hier vooruitgaan en tijdwinst boeken. Het zou een goede zaak zijn daar in die gebieden werk van te maken. Dit is conform de ambitie om het gebruik van de elektrische fiets te stimuleren voor het woon-werkverkeer in die gebieden.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Minister, ik dank u ook voor het uitgebreid antwoord. Het is een goede zaak dat die uitgebreide en indrukwekkende lijst van fietsinvesteringen hier eens kan worden overlopen. Mijn dank voor de verlopen schriftelijke vraag, want anders was het antwoord enkel voor de ogen van de heer de Kort bestemd. We weten natuurlijk al langer dat u, zeker in de regio Antwerpen, enorm op de fiets inzet.
De vraag over de uitbreiding van de waterbus vind ik zeer interessant. Ik heb u al eens een schriftelijke vraag over die waterbussen gesteld. Ik heb toen van de administratie een lijntje tekst gekregen: “Mevrouw De Ridder, richt u zich alstublieft tot het Havenbedrijf Antwerpen.” In het vervolg zal ik de administratie bellen met de vraag de termijn van de schriftelijke vraag gewoon te overschrijden. Op die manier kan ik een vraag om uitleg in het Vlaams Parlement stellen.
Het is een terechte vraag. De waterbus, die door het Havenbedrijf Antwerpen en de stad Antwerpen is geïnitieerd, kan zijn deel van de mobiliteit invullen. Het is goed dat een verdubbeling er inzit.
U weet dat ik u al verschillende schriftelijke vragen heb gesteld over Lillo en het veer naar Liefkenshoek. We zouden kunnen denken aan een integratie met de waterbus. Ik ben zeer blij dat de knoop is doorgehakt. De Liefkenshoeksteiger zal worden aangelegd. De aanbesteding moet zijn gebeurd en de werken moeten al zijn gepland. Wat de exacte timing betreft, denk ik dat de veerdienst eind dit jaar of begin 2019 finaal weer zal kunnen starten of in de waterbuslijnen kan worden geïntegreerd.
Dit zijn zaken die ik vanuit onze fractie wil benadrukken. Het is van belang dat de heropstart van de oude veerdienst perfect past in het verhaal van de watermobiliteit of de fietsmobiliteit. Een andere zaak in verband met de fietsnetwerken is de Kennedyfietstunnel. Ik weet dat u op dat vlak enorme inspanningen hebt geleverd, onder meer met betrekking tot de modernisering van de daar aanwezige liften. Volgens mij zijn optimalisaties nog mogelijk om ook dat een volwaardig deel te laten worden van het fietsnetwerk in en rond Antwerpen.
Minister, voor het overige hebt u onze volledige steun. We zijn uiteraard tevreden dat zo veel middelen zijn uitgetrokken en dat een zo indrukwekkende lijst van investeringen staat gepland en wordt uitgevoerd met betrekking tot de fietsinfrastructuur in en rond Antwerpen.
Minister Weyts heeft het woord.
Mevrouw De Ridder, mijn excuses. Ik vertel mijn mensen altijd dat het lidmaatschap van een respectabele partij niet voor iemand mag spelen, maar het mag zich zeker ook niet tegen iemand keren. Indien dat hier eventueel van toepassing zou zijn, wil ik me excuseren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.