Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Collega’s, in oktober heb ik de minister een schriftelijke vraag gesteld over de interactie van de radioluisteraars met de VRT. Ik heb daarop een heel uitgebreid en helder antwoord gekregen, waarvoor dank.
Ik informeerde daarin naar de hoeveelheid berichten die een unieke luisteraar kon sturen bij wedstrijdvragen. De minister heeft in zijn antwoord al veel verduidelijking gebracht. De presentatoren vermelden regelmatig – minstens om de drie oproepen – de correcte deelnameprijs. Mijn bezorgdheid gaat voornamelijk uit naar mensen die meermaals deelnemen aan dergelijke wedstrijden. De kost kan namelijk nogal hoog oplopen als mensen meermaals sms’en blijven sturen in de hoop een meet-and-greet of een prijs te kunnen winnen.
Het is dan mee de maatschappelijke rol van de VRT om te voorkomen dat die mensen – zeker zij die reeds in schulden zitten of zich in een sociaal-economisch moeilijke situatie bevinden – zich nog dieper in de moeilijkheden kunnen werken door regelmatig of buitensporig deel te nemen aan dergelijke wedstrijden. Die bedragen kunnen namelijk al snel hoog oplopen. Op basis van de antwoorden van de minister heb ik nog een aantal bijkomende vragen.
Minister, in het gegeven antwoord kwam aan het licht dat de persoonsgegevens door de respectievelijke netten in een database worden bijgehouden, maar dat er niet wordt geregistreerd hoeveel sms’jes er binnenkomen per gsm-nummer. Zou er geen minimale restrictie of opvolging moeten gebeuren in het belang of ter bescherming van die deelnemers?
Indien eenzelfde nummer meerdere betalende interacties aangaat, zou er dan geen melding kunnen worden gestuurd naar die personen? U had in uw antwoord ook verwezen naar het wedstrijdreglement dat de VRT hanteert, dat er voor elke wedstrijd maar één sms geldt als deelname.
Momenteel kunnen mensen vaak slechts maar één keer deelnemen aan een wedstrijdvraag. Nadien worden die sms’en niet meer meegeteld. Betalen ze dan nog wel voor de extra interacties die ze aangaan of worden die kosten niet aangerekend?
Kan er bijvoorbeeld worden voorgesteld om het teveel aan sms’en te weigeren zonder dat die kosten mee in rekening worden genomen door de deelnemer? En kunnen ze een melding krijgen dat die verdere deelname niet meer kan?
Minister Gatz heeft het woord.
Ik zal uw eerste drie vragen gezamenlijk beantwoorden. De persoonsgegevens van de deelnemers worden door NET in een bestand opgenomen. Dat weet u. Conform het algemeen wedstrijdreglement wordt er niet geregistreerd hoeveel sms’jes er binnenkomen per gsm-nummer. Bij elke wedstrijd wordt wel beslist én meegedeeld hoeveel keer per persoon en/of nummer en/of toestel er kan worden deelgenomen. De VRT kan echter niet verhinderen dat personen, na het bereiken van deze limiet, nadien nog meerdere keren per actie een sms versturen. Die sms’en worden dan niet gebruikt als deelnamekans bij een wedstrijd, maar er dient hiervoor inderdaad wel te worden betaald.
Zoals ook aangegeven in mijn antwoord op uw schriftelijke vraag, delen de VRT-radionetten bij elke actie aan hun luisteraars mee hoeveel keer er kan worden deelgenomen. De netten maken mensen dan ook actief bewust van de kosten per sms en het wedstrijdreglement. Ze communiceren dus actief naar hun luisteraars, omdat ze zo proberen te vermijden dat mensen overbodig zouden sms’en. De radionetten streven er ook naar om wanneer het kan zo maximaal mogelijk gratis interactie te faciliteren via de websites en apps.
Tot slot heb ik een eerder pragmatisch antwoord op een gegeven waarmee we zitten of een principiële vraag die u stelt. Ik begrijp de vraag, maar ik wil aangeven dat de inkomsten die de VRT haalt via sms’en zich rond enkele tienduizenden euro’s per jaar situeren. Dus laten we zeggen dat ze het daarvoor niet speciaal hoeven te doen. Deze inkomsten zijn de jongste jaren ook in dalende lijn, wat natuurlijk te maken heeft met het afnemen van sms’en voor interacties.
De redenen voor deze daling zijn het gevolg van het feit dat ook andere platformen, dat weet u, zoals Facebook, Twitter en WhatsApp een belangrijk deel van de interacties met deze radionetten hebben overgenomen. Daarnaast deden ook enkele gratis interactietools in de radioapps van de VRT hun intrede.
Ik wil nog wel eens aan de VRT vragen of het sop de kool waard is en of het technisch met niet al te veel kosten of meerkosten mogelijk zou zijn om op uw vraag in te gaan om een bericht te versturen wanneer het maximaal aantal sms’jes voor deelname bereikt is. Ik zal de vraag stellen, heel precies, en u daarvan op de hoogte houden. Dat zal een afweging zijn van kosten en baten. Wanneer dat goedkoop of met niet te veel middelen kan, lijkt mij daar geen enkel tegenargument. Wanneer dat op een of andere manier een gevoelige investering zou zijn – ik weet het niet, laat het ons nog even afwachten – dan zal het misschien moeilijker zijn.
De heer Van de Wauwer heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord en voor de extra vraag die u zult stellen aan de VRT. Aanvullend op de vraag om eventueel die melding te sturen, wil ik vragen of er ook een mogelijkheid bestaat om het uit te schakelen, zodat mensen na de eenmalige deelname geen extra deelname meer kunnen hebben? (Opmerkingen van minister Sven Gatz)
De heer Vandaele heeft het woord.
Het is een van de vele dingen waarvan we van de openbare omroep verwachten dat ze daar heel zorgvuldig mee omspringen, omdat we weten dat zeker kwetsbare groepen nogal voluntaristisch met dat soort dingen omgaan. Het is zeker de bedoeling, denken wij, dat onze openbare omroep goed oplet dat er daar geen malheuren gebeuren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.