Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
Mevrouw Claes heeft het woord.
Minister, in maart hebben we na heel lang aandringen een bespreking gehad met de heer Vanderpoorten en met mevrouw Castelein van VDAB in verband met de International Classification of Functioning, Disability and Health (ICF). Er was een evaluatie klaar over welke mensen door ICF worden toegeleid naar de maatwerkbedrijven en naar de lokale diensteneconomiebedrijven. Op dat moment was duidelijk dat een andere groep van mensen wordt toegeleid, vooral naar de lokale diensteneconomie (LDE) en iets minder naar de maatwerkbedrijven. Ik denk dat iedereen het er toen over eens was dat wat men aanvoelde in de sector en waarover wij in het parlement al een aantal keren vragen hadden gesteld, werd bevestigd in die evaluatie.
Men zou een technische werkgroep oprichten samen met de sector om te bekijken op welke manier daaraan zou worden geremedieerd. Minister, wanneer ik de sector vandaag hoor, stel ik nog altijd dezelfde problemen vast. Men meldt nog altijd dat niet dezelfde doelgroep wordt toegeleid naar maatwerk en in meerdere mate naar de lokale diensteneconomie. Het is des te belangrijker dat u in een uitbreiding voorziet in 2018, zowel voor de lokale diensteneconomie als voor de maatwerkbedrijven. Het is belangrijk dat de mensen goed en vlot worden toegeleid en dat er geen tijdspanne is tussen de vraag naar een openstelling en de invulling daarvan. Vandaar dat het belangrijk is te weten op welke manier dit kan worden opgelost.
Minister, hoe kijkt u naar die doelgroep en naar de doelstelling van de sociale economie? Wat is uw visie op de toekomst van deze sector?
Hoe kijkt VDAB naar de doelgroep en naar de doelstelling van de sociale economie?
Hoe evalueert u ICF en welke hervormingen worden naar voren geschoven als wenselijk en noodzakelijk om de sociale economie te ondersteunen met de juiste profielen?
Hoe loopt de toepassing van ICF op dit moment in de praktijk? Wat is de timing om met een aangepast indiceringsinstrument van start te gaan? Werd er al getest in een aangepast ICF-model?
Minister Homans heeft het woord.
De doelgroep en de doelstellingen zitten vervat in de maatwerk- en LDE-regelgeving. U weet – en het is niet de eerste keer dat we dit debat hebben in de commissie – dat er in onze samenleving altijd mensen zijn die niet of nog niet zonder een goede begeleiding of ondersteuning terecht kunnen op de reguliere arbeidsmarkt. U weet ook dat ik me altijd zal blijven inzetten voor die mensen. U hebt ook zelf gemeld – waarvoor dank – dat ik niet alleen in 2017 in dat groeipad voor LDE heb kunnen voorzien, maar ook bij de begrotingsbesprekingen maar liefst 12 miljoen euro extra heb kunnen uittrekken, voor zowel het groeipad maatwerk als LDE. Ik vind het zeer belangrijk dat we die mensen die toch nog altijd een grote afstand hebben tot de arbeidsmarkt, die een groot rendementsverlies hebben en die absoluut moeten worden begeleid, blijven ondersteunen in de sociale economie.
Daarnaast vind ik het erg belangrijk dat er ingezet wordt op doorstroom voor wie dit kan. Ik ben me er terdege van bewust dat dit niet voor iedereen kan, maar wie kan, moet doorstromen naar de reguliere arbeidsmarkt. Dat is opgenomen in de filosofie van het LDE- en het Maatwerkdecreet. Via het Europees Sociaal Fonds (ESF) zet ik daarom ook complementair aan deze regelgevingen in op de samenwerking tussen reguliere en sociale economie en doorstroombegeleiding.
U vraagt ook hoe VDAB kijkt naar de doelgroep en doelstelling van de sociale economie maar ik kan uiteraard niet antwoorden in naam van VDAB. Ik vind uw vraag pertinent maar VDAB valt niet onder mijn bevoegdheid. We hebben een uitgebreide gedachtewisseling gehad met de heer Vanderpoorten en mevrouw Castelein. Niets belet u om die mensen nog eens uit te nodigen en hun visie te vragen.
Ik kan wel zeggen dat VDAB de regelgeving uitvoert en constructief samenwerkt met het departement aan een oplossing voor de problemen in de toeleiding.
Op 16 maart 2017 hadden we in deze commissie een zeer uitgebreide gedachtewisseling met de twee actoren over de stand van zaken van maatwerk en de evaluatie van de ICF-screening. Het ICF-rapport had aan het licht gebracht dat er zich een verschuiving van de doelgroepen in de sociale economie had voorgedaan.
Zowel bij de groep die werd toegeleid naar LDE als bij de groep die werd toegeleid naar maatwerk, de voormalige beschutte en sociale werkplaatsen, lagen de gemiddelde globale ICF-scores een heel stuk hoger in de referentiegroep 2013 dan bij de groep LDE en Maatwerk in de periode april 2015-februari 2016. De conclusie was dat we ons niet van de indruk konden ontdoen dat er een zwakkere groep werd toegeleid naar de sociale economie.
In de gedachtewisseling in deze commissie werd onder meer gesteld dat VDAB en het Departement Werk en Sociale Economie (WSE) indien nodig de toeleidingscesuren zouden bijsturen in functie van het herstel van het evenwicht tussen zwakke en sterke profielen. Dat is toen ook allemaal uitgebreid aan bod gekomen.
Waar staan we vandaag? Verder bouwend op dat ICF-rapport werden er door VDAB en het Departement WSE, in overleg met het technisch comité, een aantal pistes afgewogen om het ICF-instrument bij te stellen. Bij het aftoetsen van deze pistes werd echter vastgesteld dat er weinig impact kan worden gegenereerd met dergelijke ingrepen.
Wel werd duidelijk dat de consulent nog altijd over een grote keuzevrijheid beschikte en beschikt die mogelijk de toeleiding van sterkere profielen in de weg staat. Deze piste werd de voorbije weken al voor LDE van naderbij onderzocht.
Uit dit verdere onderzoek bleek dat de vrijheid van de consulent er vaak voor zorgde dat een profiel dat in strikte zin aan de criteria LDE voldeed, toch niet werd toegeleid naar de maatregel. Dit is niet gewenst en daarom werden de richtlijnen aangepast. Eind september 2017 werden zij aan de consulenten bezorgd.
Wanneer de scores van ICF aantonen dat iemand geen advies op LDE mag krijgen en de consulent vindt van wel op basis van andere elementen in het dossier, mag de consulent deze persoon toch toegelaten tot de maatregel LDE. Dit gebeurde tot op vandaag ook al. Maar wanneer de scores van ICF uitwijzen dat iemand een advies LDE mag krijgen en de consulent vindt dat dit niet het geval is op basis van andere factoren in het dossier, dan mag de consulent dit niet overrulen en moet hij of zij de kandidaat toch toelaten tot lokale diensteneconomie. Dit is wel een concrete wijziging ten opzichte van de gang van zaken vandaag.
Voor de doelgroep van maatwerk – voor zover die ook op basis van de ICF-methodiek wordt toegeleid – wordt nu hetzelfde onderzoek aangevat. De resultaten hiervan zullen eerst in het technisch comité besproken worden. Daarna zal ik hier op een soortgelijke vraag van u of van een collega kunnen antwoorden.
Minister, als ik het goed begrijp, is het eigenlijk de interpretatie van de consulent die maakt dat mensen niet worden toegeleid, ook al hebben ze wel recht op LDE. Ik vind dat heel erg. We hebben een objectief instrument gecreëerd. We hebben daar maanden, ik denk zelfs jaren, opmerkingen moeten over maken. Nu, na meer dan een half jaar na de hoorzitting hier, krijgen pas we een bijsturing, nu voor LDE, maar eigenlijk nog niet voor maatwerk.
Voor maatwerk, zo begrijp ik het, ik dacht dat ook de bijsturing voor maatwerk vandaag al van toepassing was, moet het nog verder worden onderzocht. Als het aan de interpretatie ligt van de consulenten dat men niet het recht krijgt om binnen LDE tewerkgesteld te worden, ga ik er bijna van uit dat dat voor maatwerk identiek hetzelfde is.
Ik ben blij dat er wordt bijgestuurd op toeleiding voor LDE, dat is nu sinds veertien dagen. Ik denk dat we binnen een maand of twee, drie opnieuw moeten bekijken of dat effectief wordt toegepast. Dat het afhangt van de interpretatie van de consulent vind ik zeer vergaand. Ik wil nog benadrukken dat men voor maatwerk veel sneller, we zitten zeven maanden na de hoorzitting, moet handelen. Dat men nu nog naar een technisch comité moet gaan om te kijken of er voor maatwerk ook een bijsturing moet komen, dat ontgoochelt mij.
De heer Beenders heeft het woord.
Bedankt voor die terechte vraag, mevrouw Claes.
Ik had ook een ander antwoord verwacht. We hebben dit al zo dikwijls besproken in de commissie. Ik had de indruk dat dit verhaal echt wel in fase zat van vooruitgang en vooral verbetering. Wat me niet echt duidelijk is, is welke consulent de interpretatie maakt bij VDAB. Is dat de indiceringsconsulent? Of de arbeidshandicapspecialist? Wie mag die interpretatie maken?
Mevrouw Vermeulen heeft het woord.
Minister, we blijven met ons allen vertrouwen hebben in dat ICF-instrument. Dat blijkt alleszins uit die hoorzitting.
Nu blijkt dat de consulent een bepaalde keuzevrijheid had. Eind september werden die mensen op de hoogte gebracht dat ze die keuzevrijheid in feite niet mochten hanteren. De personen die dus wel geïndiceerd werden en overruled werden door de keuzevrijheid van de consulent en naar het reguliere circuit werden gestuurd, kunnen zij nog een nieuwe indicering krijgen? Ze zitten nu in de reguliere arbeidssector en zijn daar waarschijnlijk de zwaksten. Werden de gegevens bijgehouden van die mensen? Kunnen zij opnieuw worden geïndiceerd?
Mevrouw Talpe heeft het woord.
We hebben hier inderdaad al eerder vragen gesteld over ICF. Het is iets wat ons allemaal wat zorgen baart. Een zekere subjectiviteit is uiteraard niet uit te sluiten: een consulent is ook een mens. Er moeten richtlijnen zijn en die moeten worden nageleefd. Het is natuurlijk positief dat er stappen worden gezet. Het komt een beetje traag op gang. Ik sluit me aan bij de ontgoocheling van de collega’s dat het wat sneller kon gebeuren. Ik hoop dat we nu heel snel voor het maatwerk ook stappen vooruit kunnen zetten. We zullen dat van nabij blijven opvolgen.
Mevrouw Talpe, ik ben het natuurlijk wel met u eens wat dit dossier betreft, maar ik wil toch ook eventjes aanstippen dat er in drie jaar tijd voor sociale economie al heel wat gebeurd is. Ik heb het niet alleen over dat groeipad, maar ook over het Maatwerkdecreet en alle schorsingen en zo. We hebben niet stilgezeten, maar dat hebt u wellicht ook niet willen insinueren.
Mevrouw Vermeulen, degene die in het verleden geen indicering heeft gekregen door de houding van VDAB, moet opnieuw worden bekeken door VDAB. Dat is een opdracht die wij hebben gegeven. Het is niet zo dat ze per definitie uit de boot zullen blijven vallen.
Mevrouw Claes, wat LDE betreft, het is inderdaad de consulent die de afweging maakte, maar als de kandidaat in aanmerking kwam voor LDE, mag men niet meer overrulen. Voor maatwerk zitten we een klein beetje in een andere specifieke situatie omdat dat pas van kracht wordt op 1 januari 2019. Ik begrijp dat u vindt dat het allemaal een beetje lang duurt, maar we zitten met die datum. In maatwerk wordt momenteel nog altijd toegeleid op basis van de oude criteria. (Opmerkingen van Sonja Claes)
Deels wel, ja.
Ik heb gezegd in mijn antwoord dat we de oefening die we hebben gedaan voor LDE, natuurlijk onmiddellijk gaan starten voor maatwerk, daar zijn we al mee bezig trouwens, zodat we daar ook de belangrijkste conclusies uit kunnen trekken. Mensen die onterecht uit de boot zouden zijn gevallen, kunnen we dan opnieuw toeleiden naar de sociale economie.
Mijnheer Beenders, de consulent beslist, maar het is de arbeidshandicapspecialist die kan en mag overrulen.
Minister, ik had mijn vraag parallel aan minister Muyters gericht. Ik vind het nu heel spijtig dat ik mijn vraag eerst aan u gesteld heb, want uiteindelijk ligt het probleem volledig bij VDAB, en daar is minister Muyters voor bevoegd. Het feit dat de consulenten zomaar zelf een objectieve uitslag kunnen interpreteren, vind ik heel vergaand.
Mensen die toegeleid worden naar maatwerk, kunnen dat doen via hun attesten. Dat zijn degenen die vroeger naar de beschutte werkplaats gingen via hun attesten. Daar is niets mis mee. Dat blijft ook zo. Dat was ook in het rapport heel duidelijk. De toeleiding naar de beschutte werkplaatsen loopt heel juist.
Mensen die naar een sociale werkplaats gaan, gaan via datzelfde ICF-instrument. Daar zitten we met dat heel grote verschil tussen die twee sectoren, beschutte en sociale werkplaats, waar sowieso al wat concurrentie bestaat. Heel die ICF wordt wel toegepast in het Maatwerkdecreet.
In maart bleek dat de problemen veel groter waren voor LDE, groot genoeg om een aanpassing te vragen, ook binnen de helft van het maatwerk. Als we naar een uitbreiding moeten, moeten we zeker ook de mensen die via ICF gescreend worden, kunnen toeleiden tot maatwerk.
Ik ben blij dat u aan VDAB of minister Muyters gevraagd hebt om de mensen die een screening gehad hebben, niet toegeleid werden en op individuele basis een overruling gekregen hebben, te herbekijken. Maar hetzelfde moet gebeuren voor maatwerk. (Instemming bij minister Liesbeth Homans)
De vraag om uitleg is afgehandeld.