Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
De heer Annouri heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, eind deze maand konden we in de kranten weer lezen over de ontslagronde bij ING. Amper een jaar nadat ING zijn grote reorganisatie heeft aangekondigd, is er al bijna een derde van de reorganisatie uitgevoerd. ING België heeft al bijna 1000 van de 3000 banen die ze tegen 2021 wil zien verdwijnen, geschrapt. De overgrote meerderheid zijn 55-plussers die beslisten om in te tekenen op de vertrekregeling.
In oktober vorig jaar kondigde ING België een fors herstructureringsplan aan, waarbij de groep tegen 2021 ruim 3000 van de 9400 voltijdse jobs wil schrappen. Met de bonden werd in de lente afgesproken dat maximaal 932 van die geviseerde jobs verdwijnen via een ontslagronde.
In totaal ontving de groep net geen 1000 aanvragen voor een vertrekregeling. Het grootste deel daarvan wordt vertegenwoordigd door 55-plussers. 796 vertrekkers gingen in op de vrijwillige vertrekregeling die ING België voor hen uitdokterde. Daarnaast hebben 130 werknemers het bedrijf vrijwillig verlaten, 40 mensen startten hun eigen bedrijf op en 22 medewerkers werden gedwongen ontslagen.
Minister, ik heb enkele informatieve vragen voor u. Hoe kijkt u hier als minister tegen aan? U hebt dat al duidelijk gemaakt in de pers. U hebt gezegd dat u het absoluut niet vindt kunnen, terecht, denk ik. Ook federaal minister Peeters heeft aangegeven dat hij het absoluut niet vindt kunnen, maar zegt dat jullie op dit moment voor dit dossier eigenlijk niets kunnen doen. Wat kunt u concreet ondernemen tegen de maatregelen die ING neemt? We zijn het er allemaal over eens dat het eigenlijk een vreemde manier van werken is.
Ik heb ook gelezen dat de mensen die vrijwillig intekenen op de vertrekregeling – en vanuit hun standpunt begrijp ik dat ze dat doen – in een vage situatie terechtkomen wat hun sociale rechten en bescherming betreft. Er is bijvoorbeeld onduidelijkheid of ze recht hebben op een dertiende maand of vakantiegeld en wat dit betekent voor de opbouw van hun sociale rechten en hoe dit in de toekomst zal groeien. We moeten dus ook aan die mensen zelf denken die, om begrijpelijke redenen, intekenen op de vertrekregeling zodat ze zo veel mogelijk duidelijkheid krijgen. Wat zult u concreet doen tegen de stappen die ING nu zet?
Welke rol kan de Vlaamse overheid en VDAB spelen voor deze mensen inzake herscholing, heroriëntering naar ander werk? Zijn hierover afspraken gemaakt met ING?
Welke inspanningen levert ING zelf inzake herscholing en heroriëntering van zijn werknemers, zowel gericht op interne verschuivingen als extern?
Hebt u een zicht op het profiel van ontslagen werknemers? Wat zijn hun competenties en talenten? Waar kunnen zij in de toekomst terecht op de arbeidsmarkt?
Het aantal openstaande vacatures in Vlaanderen lag in de afgelopen tien jaar nog nooit zo hoog als nu. Hoe kunt u er mee voor zorgen dat de mensen die hun baan verliezen bij ING, deze kansen benutten? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat werkgevers hierin hun verantwoordelijkheid nemen?
Is er ook overleg tussen de verschillende gewesten, meer concreet tussen VDAB en Actiris?
Minister Muyters heeft het woord.
Collega, veel vragen, en dus zult u ook veel antwoorden krijgen.
Zoals u zelf reeds aangeeft in uw inleiding, is het inderdaad zo dat bijna 81 procent van de werknemers die ING hebben verlaten, 55-plussers zijn. Dit is een aanzienlijk aandeel, enkel en alleen te wijten aan de gunstige, vrijwillige vertrekregeling die voor hen is uitgewerkt door ING waarbij de werknemers een groot gedeelte van hun loon behouden zonder dat hier arbeidsprestaties tegenover staan. Het is dan ook volledig logisch dat die groep zich volledig vrijwillig heeft ingeschreven op die, wat mij betreft, bedenkelijke regeling. We verwijten die mensen niets, zoals u zelf ook zegt.
Zoals u ook zegt, staat dit volledig haaks op het Vlaams beleid waarbij we 55-plussers net aan het werk willen houden. Ik heb dan ook onderzocht wat ik binnen mijn bevoegdheid kan doen. Daartoe heb ik bijkomende voorwaarden aan het systeem van de doelgroepkorting voor 55-plussers opgelegd om oneigenlijk gebruik te voorkomen. Als een werkgever die doelgroepkorting wil krijgen voor zijn 55-plussers, kan hij die enkel krijgen als er ook daadwerkelijk prestaties door die mensen worden uitgeoefend.
Het voorstel van decreet werd afgelopen vrijdag definitief goedgekeurd door de Vlaamse Regering en wordt in het parlement ingediend. Jullie kunnen je dus de volgende weken daarover uitspreken. Voor alle duidelijkheid, vanaf dit wordt ingevoerd, zal ING geen doelgroepkorting meer krijgen voor de werknemers die thuis blijven en geen prestaties moeten vervullen. Ook de federale overheid plant een initiatief vanaf 1 januari om dit soort van praktijken tegen te gaan.
Personen die ontslagen worden in het kader van de herstructurering, worden in eerste instantie opgevangen in de tewerkstellingscel, waarbinnen zij een outplacementaanbod krijgen. Binnen het outplacementtraject wordt aandacht besteed aan herscholing, opleiding en heroriëntering. Leidt het volledige traject van outplacement niet tot een nieuwe tewerkstelling, dan worden de betrokkenen nadien opgevangen door VDAB, waar verder gebouwd wordt op de verworven competenties om zo snel mogelijk toe te leiden naar een nieuwe job. Ook staat het volledige dienstverleningsaanbod van VDAB ter beschikking van de ingeschreven werkzoekende.
Op 1 september is een eerste groep medewerkers van ING gestart met het jobacceleratorprogramma van ING. Om dat programma te ondersteunen heeft ING een portaal ontwikkeld waarop men kan kiezen uit een divers aanbod van acties, tools en maatregelen om de zoektocht naar nieuw werk te ondersteunen, hen te ondersteunen in het outplacementproces of om een andere weg in te slaan in hun loopbaan. Dit geeft de medewerkers extra troeven in handen en een voorsprong. Een van de beschikbare tools is het competentievisum. Specifiek naar aanleiding van de ontslagen bij ING, werkte VDAB, samen met de andere bemiddelingsdiensten, Febelfin en ING, aan dit competentievisum. Dit is een tool die de werknemers van ING de mogelijkheid geeft heroriëntatie-informatie te raadplegen en verder hun niet-technische competenties, hun talenkennis, hun werkervaring en gevolgde opleidingen in kaart te brengen. De werkervaring en onderliggend dus ook de bijhorende competenties worden gevalideerd door de werkgever, ING.
De gevolgde opleidingen kunnen ook in beeld gebracht worden en ook die worden gevalideerd, hetzij door ING, hetzij door Febelfin. Het competentievisum is vanaf begin deze maand beschikbaar voor de mensen die ermee aan de slag willen. Het is geen verplichting, maar ik denk dat het een goed instrument is.
ING levert zelf ook inspanningen inzake herscholing en heroriëntering. Er werd een traject uitgewerkt waarbij getroffen werknemers eerst de mogelijkheid krijgen om zich onder begeleiding intern te heroriënteren. Zijn er intern geen perspectieven, dan worden ze ondersteund via het reeds hoger vermelde jobacceleratorprogramma dat hun verschillende tools aanbiedt om makkelijker een job te vinden buiten de bank. Die tools omvatten opleiding, begeleiding en ook het competentievisum.
Wat betreft de ondertussen ontslagen personen die outplacement aangevat hebben, heeft VDAB via Actiris van ING op heden één lijst doorgestuurd gekregen van veertig personen, waarvan veertien Vlamingen. De ontslagdata lagen in mei en juni 2017. In november worden er in het kader van een nieuwe ontslaggolf nieuwe infosessies georganiseerd voor mensen die het outplacement kort erna zullen aanvatten.
Een duidelijk zicht op de competenties en talenten van de ontslagen werknemers hebben wij nog niet. VDAB ging echter al voorbereidend aan de slag om een analyse te maken van de hertewerkstellings- en heroriënteringsmogelijkheden voor de mensen die hun baan verliezen. Deze analyse werd gevisualiseerd en is voor de werknemers ook toegankelijk in de tool competentievisum. Op die manier zien de ontslagen werknemers ook welke verwante beroepen met goede kansen op tewerkstelling er voor hen in het verschiet liggen. Het kan hen helpen in het maken van verdere loopbaankeuzes.
Banken hebben altijd gezocht naar mensen met oog voor detail, die accuraat werken, met discipline, die efficiëntie zoeken, nauwgezet zijn, en die duidelijkheid vragen in afspraken. Door hun ervaring weten deze medewerkers goed hoe ze moeten plannen en organiseren, hebben ze sterke administratieve vaardigheden en kunnen ze vlot en klantgericht communiceren. Afhankelijk van de functies beschikken ze vaak ook over goede commerciële feeling. Deze competenties bieden zonder enige twijfel uitzicht op mogelijkheden in diverse verwante en zelfs minder verwante beroepen, waaronder ook verschillende knelpuntberoepen.
De kansen op hertewerkstelling in de financiële sector zelf zijn wel klein. We moeten deze mensen dus helpen om verder te kijken, dus het openen van het perspectief. Er wordt gekeken naar hun competenties om na te gaan waar ze terechtkunnen. Die mensen op die manier helpen, is wel een heel belangrijk iets. Als er bijkomende opleiding nodig is, dan kan die uiteraard worden geboden.
Op het vlak van de timing van de ontslagrondes, de tewerkstellingscel en het outplacement wordt regelmatig overleg gepleegd tussen de verschillende arbeidsbemiddelingsdiensten, zowel ad hoc als tijdens periodieke overlegmomenten in het kader van Synerjob. Naar aanleiding van het specifieke geval van ING is er bij de opmaak van het competentievisum intensief samengewerkt met de andere bemiddelingsdiensten. Het instrument dat werd ontwikkeld, zal ook inzetbaar zijn voor elke ontslagen ING-werknemer, onafhankelijk of die in Vlaanderen of elders in België woont.
U ziet dat hier intens aan wordt gewerkt. We doen wat we wettelijk kunnen. Onze bedoeling van doelgroepenkorting was niet om een werkgever te ondersteunen die de mensen niet laat werken, maar om de mensen langer te laten werken. Als u het ermee eens bent, kunnen we het ontwerp van decreet in de volgende weken goedkeuren. Het is belangrijk om vast te stellen wat ING doet voor mensen die in ontslag komen. De samenwerking met VDAB, Febelfin en andere is van die aard dat men probeert om die mensen zoveel mogelijk kansen te geven.
De vraag om uitleg is afgehandeld.
Minister, ik dank u voor uw uitvoerig antwoord.
Ik ben het volledig met u eens dat als u doelgroepenkorting geeft om 55-plussers aan de slag te houden of te krijgen, dat daar dan geleverde prestaties tegenover moeten staan. Dit kan niet worden gebruikt om dergelijke regelingen te maken. Ik kijk ook uit naar de bespreking van het ontwerp van decreet. Ik ben in blijde verwachting om te zien wat het allemaal inhoudt. Klopt het dat voor die 796 personen die vrijwillig in de regeling zijn gestapt, niets meer kan worden gedaan? (Opmerkingen van minister Philippe Muyters)
Ik heb het dan verkeerd begrepen. Ik dacht dat vanaf het ontwerp van decreet wordt goedgekeurd, de regeling zal ingaan. Misschien kunt u dat nog wat verduidelijken, want ik heb het niet goed begrepen.
De jobaccelerator vond ik erg interessant. Als ik het goed heb begrepen, komt dit vanuit ING zelf. Het helpt mensen om na te gaan of ze intern kunnen doorstromen, en indien niet, extern. Dat is begonnen op 1 september. Zijn daarvan resultaten bekend? (Opmerkingen van minister Philippe Muyters)
Als dat nog te vroeg is, kunnen we dit zeker blijven opvolgen.
In november komt er een nieuwe golf. Het is nog te vroeg om iets te zeggen over de competenties en profielen van de ontslagen mensen. We zullen dat blijven opvolgen en kijken in hoeverre ze doorstromen naar andere sectoren.
Mijn bijkomende vraag is dus wat u kunt doen tegen die 796 mensen die vrijwillig in de regeling zijn gestapt.
Mevrouw Remen heeft het woord.
Minister, op talent staat geen leeftijd. Dat was ook de titel van het netwerkevent met VDAB vorige week in Hasselt waar het startschot is gegeven. Het onderwerp was afstappen van de vastgeroeste clichés over 50- en 55-plussers. We hebben elk talent nodig, en er is krapte op de arbeidsmarkt. Ik vond het een zeer goed initiatief, en u toonde zich ook enthousiast over die unieke samenwerking. Waar kun je beter netwerken dan op een netwerkevent? De 55-plussers die werk zoeken, de werkgevers en VDAB hebben elkaar ontmoet. Ikzelf heb ook een aantal sollicitaties gekregen die ik zeker ter harte zal nemen. Alle stakeholders waren er dus aanwezig: kmo’s, politici, VDAB en de vakbond. Ik moet wel zeggen dat de vakbond de 55-plussers wat zenuwachtig maakte. Het was precies of elke werkgever 55-plussers bij het huisvuil zet. Er moet toch een onderscheid worden gemaakt tussen een grote organisatie als ING en kmo’s. Die doen dat niet. Die zetten geen 55-plussers zomaar buiten. Ze hebben elk talent nodig.
Minister, ik heb geen specifieke vraag, maar wil eerder een oproep doen. We moeten af van de vastgeroeste clichés, maar we moeten ook af van de vastgeroeste loonbarema’s. Ik weet dat dit geen Vlaamse materie is maar een federale, maar het is een belemmering voor de werkgevers om 55-plussers aan te werven. Door de hoge loonbarema’s kost een 55- of 60-plusser 30 procent meer dan een dertiger. In Nederland is het verschil maar 8 procent. Daar moet een 55-plusser bij een nieuwe job ook geen lager loon aanvaarden. Deze oproep wil ik graag doen. Dit is een belangrijke structurele maatregel die de federale minister van Werk zeker onder ogen moet zien.
Mevrouw Kherbache heeft het woord.
Mevrouw Remen, de discussie over de aanwerving van oudere werkzoekenden is nog een ander debat. Deze discussie wil ik zeker voeren, maar hier focussen we op het vermijden van een systematische uitstoot van oudere werknemers. Ik ben het volledig met u eens dat er op talent geen leeftijd staat.
In het plan van ING – en dat is het laakbare – lag de focus volledig op de uitstroom van oudere werknemers. Ik was blij te horen, minister, dat u zegt dat we de werknemers zelf niet moeten viseren, want in het begin van de communicatie werd een beetje het beeld opgehangen van oudere werknemers die lui in hun zetel konden gaan zitten en dat dit schandalig was.
Zij worden geconfronteerd met een herstructurering. De oplossing is niet gewoon hen naakt te ontslaan en daarna vast te stellen dat ze jaren lang niet meer aan de bak komen. Ik vind het bijzonder jammer dat zo’n herstructurering niet wordt aangegrepen om wat innovatiever naar zo’n situatie te kijken. Ik heb al herhaaldelijk verwezen naar het Minervaproject van KBC. Dat is ook de financiële sector, die ook geconfronteerd werd met een demografische verschuiving, met een verouderend personeel.
Men heeft daar een loopbaanvisie. Men screent de werknemers. Er wordt gekeken naar de toekomst. Men wil de competenties versterken. Men vraagt naar de work-life-balance van de werknemer. Men biedt de mogelijkheid om de stap te zetten naar een andere job waarbij de band met de werkgever wordt behouden, maar men kan zich heroriënteren. Dat is positief, ik vind het jammer dat men enkel focust op de negatieve aspecten en niet op de innovatieve van een project zoals Minerva. Dat is veel breder dan ING. ING gaat met de jobaccelator enkel remediëren, terwijl het veel beter is om te vermijden dat oudere werknemers systematisch worden uitgestoten.
Minister, gaat ING bij u een dossier indienen voor een regionale toetsing voor het brugpensioen? Dat is het moment om uw bevoegdheid maximaal in te vullen en niet alleen een wettelijkheidstoets te doen. Een regionale toetsing van een sociaal plan is niet alleen toetsen van de wettelijkheid, want dat doet de Raad van State eigenlijk, of dat kunnen de belanghebbenden ook doen, maar u zou effectief het activerend gehalte van het sociaal plan kunnen toetsen. Gaan ze een dossier indienen om brugpensioen aan te vragen?
Ik heb geen idee of ze een dossier gaan indienen. Ik heb nog geen aanvraag gezien.
De bevoegdheid is een beetje gewijzigd. Tot nu toe vind ik dat ik geen grotere bevoegdheid heb dan een wettelijkheidstoets. Daar hebben we een andere visie over, dat weet ik.
Inzake de loopbaanvisie steun ik u. Ik vind dat elk bedrijf eigenlijk moet bezig zijn met de loopbaan van elk van zijn medewerkers, van jong tot oud. Dat moet niet beginnen op het moment dat de mensen 50 worden. Ze moeten dat gedurende heel de carrière doen, de jobinhoud verandert zo fundamenteel doorheen een carrière dat het bedrijf sowieso zou moeten bezig zijn met de loopbaan van de medewerkers.
Mevrouw Remen, u hebt het zelf gezegd, het is aan de overkant dat men dat moet beslissen. We proberen dat te compenseren via de doelgroepkorting, heel de kostprijs.
Mijnheer Annouri, we willen in het ontwerp van decreet de voorwaarde inschrijven dat de mensen actief moeten zijn om de doelgroepkorting elk kwartaal te krijgen. Dat betekent dat vanaf het ontwerp van decreet goedgekeurd is, het kwartaal daarna die voorwaarde niet meer voldaan is en dus ook voor die eerste mensen die nu thuiszitten, dat die blijven krijgen wat ze al kregen. Voor de mensen verandert er niets, maar ING krijgt geen doelgroepkorting of RSZ-korting meer. Daar kunnen we dus wel op ingrijpen, ook op de mensen die al vertrokken zijn. Dat is geen retroactieve invoering, maar wel vanaf het moment van invoering. Dat kunnen we doen. We kunnen het niet retroactief doen, we kunnen niet beslissen om de RSZ-korting te verlagen vanaf het moment dat de mensen thuis bleven. We kunnen wel een extra voorwaarde invoeren die ingaat op het moment dat de RSZ-korting gekregen wordt voor die mensen.
We hebben debatten gehad over de aanwerving van 50- en 55-plussers. We hebben debatten gehad over het vermijden van hun ontslag. We gaan die debatten blijven voeren. Voor mij was dit een vraag over de stand van zaken specifiek bij ING omdat dat natuurlijk wel een gemediatiseerd voorbeeld was wat natuurlijk een impact heeft op de beeldvorming, als het gaat over clichés.
Als we 50- en 55-plussers 60 tot 80 procent van hun loon blijven uitbetalen, scheppen we een heel negatief beeld. Dat moeten we vermijden. We hebben al die talenten op de arbeidsmarkt nodig. Het zou wel eens een vergiftigd geschenk kunnen blijken voor die mensen als blijkt dat er zaken niet kloppen betreffende sociale rechten en opbouw.
Minister, ten slotte vraag ik me af: als dat inderdaad ingaat van die kwartalen, hoe zal dat dan concreet worden gecontroleerd? Kan men dat één op één controleren? (Opmerkingen van minister Philippe Muyters)
De vraag om uitleg is afgehandeld.