Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand
Vraag om uitleg over de editie 2017 van het Gordelfestival
Verslag
De heer Segers heeft het woord.
Na de Vlaamse feestdag wil ik toch even vooruitblikken naar de Vlaamse sportdag, namelijk het Gordelfestival, vijfde editie. Onlangs was er een persconferentie met bekendmaking van toelichtingen over die editie, waarop Sint-Pieters-Leeuw de focusgemeente zal zijn. Er zijn ook een aantal vernieuwingen, zoals de Gordelklassieker van 100 kilometer, die in peloton zal worden gereden. Hiermee mikt men op wielerliefhebbend Vlaanderen.
Naast de fietstochten zijn er ook nog andere activiteiten zoals wandelingen, ‘proef de streek’-routes, een avonturendorp en verschillende optredens. Onze fractie hecht heel veel belang aan het Gordelfestival, en net zoals vorig jaar legt u zich toe op de Vlaamse Rand. Dat zien we graag.
Minister, hoe zal de promotie van deze editie van het Gordelfestival verlopen? Op welke manier kunnen gemeenten en lokale verenigingen worden aangemoedigd zodat ze mee kunnen mobiliseren? Op welke manier worden de faciliteitengemeenten dit jaar in de kijker gezet? Zijn er eventueel speciale acties voor expats en buitenlanders?
De heer Doomst heeft het woord.
Ik wil gebruikmaken van dit gezellig moment om wat dieper in te gaan op wat voor de Rand een heel belangrijk moment is, namelijk begin september met z’n allen gordelen. Vorig jaar heb ik dat bij de evaluatie gezegd: het is niet slecht dat we op het recreatief-sportieve doorbomen om daar een deel van de aantrekkingskracht te maken. Tijdens de persconferentie is dat er goed uit gekomen.
Minister, wat zijn de extra inspanningen, zowel praktische als financiële, die we gaan doen om die wielertoeristen aan te trekken? Hoe gaan we dat concreet begeleiden? Op die persconferentie is er al heel wat genoteerd over de praktische gang van zaken. RINGtv was betrokken, met Radio 2 zitten we wellicht meteen wat breder om daar zoveel mogelijk mensen bij te betrekken. Worden er ook inspanningen geleverd om de faciliteitengemeenten bij het gebeuren te betrekken? Het is heel belangrijk om die uit hun cocon te krijgen. Wat gaan we doen om anderstaligen en nieuwkomers te betrekken? Naast het recreatieve is het toch ook belangrijk om hen warm te maken voor het gebeuren. Zal de provincie daar nog een belangrijke rol in spelen? Welke gemeenten en welke lokale partners zijn actief betrokken bij deze editie? Hoe gebeurde de selectie en welke financiële middelen worden daarvoor gepland?
Minister Weyts heeft het woord.
We zijn intussen toe aan de vijfde editie van het Gordelfestival. Het provinciedomein Huizingen is daarbij zoals steeds een vaste waarde dankzij de goede samenwerking met de provincie Vlaams-Brabant. Daarnaast is de focusgemeente Sint-Pieters-Leeuw.
De promotie doen we in de eerste plaats langs de eigen kanalen. Een uitgebreide promotiebrochure wordt huis aan huis rondgedeeld in heel de Vlaamse Rand. Voorts zijn er onze mediapartners. Radio 2 zal spotjes uitzenden, en in de week vóór 3 september zijn er vier specifieke programma’s Plage Préférée op vier verschillende locaties in de rand: Huizingen, Sint-Genesius-Rode, Wemmel en St- Pieters-Leeuw. Ook Radio 1, Studio Brussel, maar ook Qmusic zenden spots uit. We beperken ons dus niet tot het huis van vertrouwen. RINGtv zal ook uitgebreid aandacht besteden aan het festival, met themareportages over de 100 kilometer. Ze zullen ook een eigen ploeg samenstellen. Ook de aanpalende regionale tv-zenders zullen spotjes uitzenden over het Gordelfestival en ook de kusttram is ‘bestickerd’ met promotie voor de Gordel.
Nieuw is de samenwerking met Het Nieuwsblad, in de vorm van advertenties in augustus voor het Gordelfestival. De Zondag zal een bijzondere bijlage publiceren met alle evenementen op een rijtje. Voorts is er promotie via verschillende sportfederaties en verenigingen in hun tijdschriften, sociale media en op hun websites. De organisatoren adverteren ook selectief in anderstalige media om de in de Vlaamse Rand wonende buitenlanders en anderstaligen warm te maken voor het evenement.
Alle gemeenten en lokale verenigingen in de Vlaamse Rand zijn hierbij betrokken. We proberen de focus te leggen op Sint-Pieters-Leeuw en de verenigingen aldaar. Er is een samenwerking met de Leeuwse wielertoeristen, met Cycling Vlaanderen en de Vlaamse Wielerschool. De organisatoren hebben alle gemeenten van de Vlaamse Rand ook gevraagd om het Gordelfestival langs hun kanalen maximaal mee te promoten. Vanzelfsprekend staan de faciliteitengemeenten in de kijker. We zorgen ervoor dat de 100 kilometer passeert in Wemmel, Wezembeek-Oppem, Kraainem en Sint-Genesius-Rode. Ook de Boesdaalhoeve is opgenomen in het tracé van de wandelingen die worden georganiseerd.
Specifiek deze keer is de organisatie van de 100 kilometer. Daarmee volgen we het voorbeeld van de 1000 kilometer van Kom Op Tegen Kanker, waar ik zelf altijd aan deelneem. Het grote voordeel is dat je een echte koersbeleving hebt. Je kunt aan een stuk doorrijden onder begeleiding van een pilootwagen en volgwagen en medische hulpverlening. Er zijn ook motorijders die het peloton begeleiden, waardoor aan een vaste gemiddelde snelheid wordt gereden. Er zijn twee regimes, 23 kilometer per uur en 27 of 28 kilometer per uur. Dat is natuurlijk leuk omdat het een unieke ervaring is. Zo biedt je iets aan wielertoeristen. Ik zou graag hebben dat we die doelgroep opnieuw kunnen aanspreken. We zijn ze in de loop der tijd wat verloren, vooral door de concurrentie. Er wordt heel veel georganiseerd, dus moet je iets unieks kunnen bieden. Dat doen we bij dezen, door motardbegeleiding en alle kruispunten die zullen worden afgezet zodat je kunt doorstomen met de fiets en je net rijdt als in een koers.
Naast het ter beschikking stellen van het provinciedomein en de promotie heeft Vlaams-Brabant speciaal voor anderstaligen een gadget ontwikkeld om de kennis en het gebruik van het Nederlands te promoten. De stafmedewerker expats van de provincie zorgt voor promotie via sociale media.
De heer Segers heeft het woord.
Minister, dank voor de toelichting en de uiteenzetting van wat is bekendgemaakt op de persconferentie. De meeste zaken zitten goed om een stapje hoger te gaan met deze vijfde editie. Het was ook de bedoeling om de nieuwe formule stapsgewijs te evalueren en bij te sturen.
Het is goed dat de focus nog altijd blijft liggen op de Vlaamse Rand en onze faciliteitengemeenten, en dat we die die dag niet achterwege laten. Ook inzake bekendmaking en promotie lijken we een nieuwe richting uit te gaan, met de iets grotere media, die hopelijk ook elders in Vlaanderen de nodige belangstelling zullen opwekken voor het gebeuren. We kijken met aandacht uit naar het nieuwe initiatief. De 100 kilometer voor wielertoeristen, het groepsfietsen is een typisch Vlaamse gebeuren.
Minister, u slaat de goede weg in door het principe van Kom Op Tegen Kanker toe te passen, het pelotonfietsen. Dat kan een aantrekkelijke formule worden, waar we zeker naar uitkijken.
Kortom, we kijken uit naar de nieuwe editie. We hopen uiteraard vooral op mooi weer, want dat is altijd het belangrijkste, denkend aan de vorige editie. Laat ons ervan uitgaan dat ook de goden met ons zijn.
De heer Doomst heeft het woord.
Minister, bedankt voor de bijkomende informatie. Mikken op de groepen wielertoeristen is toch een goede zaak. De aandacht voor het sportieve en recreatieve mag daar zeker bij zijn. Dat zal een uitstraling geven.
Het is ook goed te horen dat de aanpalende regio’s erbij worden betrokken. Daarmee breng je het gebeuren heel dicht bij de mogelijke participanten. Heb ik het goed begrepen dat niet alleen Vlaams-Brabant, maar ook de andere regionale zenders er zullen op inspelen?
Zullen we de betrokkenheid van anderstaligen en nieuwkomers kunnen meten, in hoeverre we hen die dag hebben kunnen bereiken? Is er een meetinstrument om te weten of we winst hebben gemaakt in het aantal mensen dat niet direct is betrokken bij de Vlaamse Rand, om hen te verwelkomen, te ontdekken of iets mee te geven?
Minister Weyts heeft het woord.
Meten, dat doen we niet echt. Ik zal wel een bevraging doen op basis van impressies van de medewerkers, zodat we een kleine inschatting kunnen maken. Vorige keer hebben we dat ook gedaan. Als je echt wil meten, moet je bijna iedereen tegenhouden of een taalbevraging organiseren bij de inschrijving. We zullen dat in het achterhoofd houden om via het aanvoelen van de mensen die verantwoordelijk zijn voor de inschrijvingen, een impressie te kunnen geven van het aantal anderstalige deelnemers.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.