Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Poschet heeft het woord.
Minister-president, net als in Qatar worden er volgens mensenrechtenorganisatie Amnesty International ook buitenlandse werkkrachten ingezet bij de bouw van de WK-stadions in Rusland. Dit is uiteraard een zorgwekkende trend.
Die mensen, meestal Noord-Koreaanse arbeiders, werken vaak in mensonwaardige omstandigheden. Volgens een getuige in een Noorse krant zijn er alleen al op de bouwwerf in Sint-Petersburg sinds augustus vorig jaar vier mensen omgekomen. Vaak zijn ze het slachtoffer van de gebrekkige veiligheidsvoorschriften en van het feit dat zij zeer lange werkdagen, soms zelfs tot 20 uur, hebben. Deze arbeiders kennen geen enkele bescherming en worden uitgebuit door de aannemersbedrijven die te allen prijze een deadline moeten halen.
Vooral het stadion in Sint-Petersburg kent een strakke deadline, aangezien dit stadion tegen de zomer van 2017 – nu dus – klaar moet zijn voor de zogenaamde Confederations Cup, die trouwens dit weekend gespeeld is. Ze zijn daarin geslaagd, er was misschien ook geen buurtweg aanwezig.
Amnesty International is vooral bezorgd om het feit dat er geen lessen uit de gebeurtenissen in Qatar zijn getrokken. Bovendien waren er ook al negatieve geluiden over de arbeidsomstandigheden te horen in de aanloop naar de Zomerspelen van Peking en de Winterspelen in Sotsji. Volgens Amnesty heeft dit vooral te maken met steeds hogere vereisten die de Fédération Internationale de Football Association (FIFA) en het Internationaal Olympisch Comité (IOC) opleggen. Dit heeft tot gevolg dat men het niet zo nauw meer neemt met de arbeidsomstandigheden en tegelijkertijd de kosten wil drukken. Alle schuld bij de organiserende landen leggen, is niet geheel terecht. Ook de FIFA en het IOC gaan niet vrijuit. De organiserende landen moeten aan een hele reeks vereisten voldoen die tot in de puntjes zijn uitgewerkt, maar inzake mensenrechten is er nagenoeg niets geregeld volgens Amnesty.
Intussen heeft ook reeds de internationale bond van bouwarbeiders, de Building and Wood Workers' International (BWI), die namens de FIFA belast is met de inspectie, gereageerd. Naar aanleiding van deze inspecties is de BWI tot conclusie gekomen dat er sprake is van ‘moderne slavernij’.
Minister-president, bent u op de hoogte van de erbarmelijke arbeidsomstandigheden waarin vooral de Noord-Koreaanse arbeiders bij de bouw van de Russische WK-stadions moeten werken? Zo ja, hebt u dit probleem reeds bij de Russische autoriteiten aangekaart en hoe?
In hoeverre is deze situatie in Rusland vergelijkbaar met de situatie bij de voorbereidingen van het WK voetbal in Qatar?
Welke mogelijkheden zijn er volgens u om hiertegen internationaal op te treden vanuit Vlaanderen en zo betere arbeidsomstandigheden af te dwingen?
Op welke wijze kan de FIFA, en dus ook het IOC, ertoe worden aangezet om zo spoedig mogelijk het respect voor en de naleving van de mensenrechten en de arbeidsrechten bij de bouw van de infrastructuur als vereiste op te leggen? Zal uw regering de bevoegde minister van Sport opdragen om met het nationale IOC en de Voetbalbond in overleg te gaan om de FIFA en het IOC aan te sporen tot actie?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Mijnheer Poschet, de inzet van Noord-Koreaanse arbeiders in het buitenland werd eerder al bekendgemaakt door de voormalige speciale VN-rapporteur voor Noord-Korea, Marzuki Darusman. Volgens dat rapport gaat het naar schatting om 50.000 arbeiders, die actief zijn in een paar tientallen landen, waaronder China en inderdaad ook Rusland. De inspectie bij de Zenit Arena in Sint-Petersburg door de internationale bond van bouwarbeiders namens de FIFA heeft wanpraktijken aan het licht gebracht. Die wanpraktijken zijn door die inspectie bezorgd aan de FIFA. Ik geef u straks mee wat de FIFA volgens mijn informatie daaromtrent ondernomen heeft. In dat rapport wordt melding gemaakt van moderne slavernij.
De internationale sancties tegen Noord-Korea zijn in november 2016 uitgebreid met een resolutie van de VN-Veiligheidsraad. In die resolutie is er helaas geen effectief verbod ingesteld op de tewerkstelling van Noord-Koreaanse arbeiders in andere landen.
De actie daaromtrent op internationaal vlak – en dat sluit een beetje aan bij het antwoord op de vraag dat ik daarnet heb gegeven – ligt uiteraard bij de Europese Unie en vooral bij de IAO, waaraan wij steun geven om de slagkracht daarvan te verhogen.
In antwoord op een van de vorige vragen heb ik gezegd dat wij in dialoog zijn met de IAO en dat we vragen dat de IAO toekijkt op en optreedt tegen dat soort wanpraktijken.
Het is in de eerste plaats zo dat de organiserende instellingen zoals de FIFA en het IOC de verantwoordelijkheid hebben om ervoor te zorgen dat bij de bouw of alle andere aspecten die daarbij betrokken zijn, de sportinfrastructuur, maar ook de bestaffing, de uitbating enzovoort, de nodige afspraken worden gemaakt en de nodige controles worden uitgevoerd.
Ik vind het eigenlijk een beetje onwezenlijk dat daarop moet worden gewezen ten aanzien van internationale sportorganisaties, die in de eerste plaats uitdrager moeten zijn van ethiek, van ethische principes en die, terecht, grote campagnes voeren binnen Europa en elders tegen racisme en discriminatie. Wel, ik vind het heel normaal dat zij ook het voortouw nemen als het gaat over het bannen van kinderarbeid, van uitbuiting van mensen bij internationale sportorganisaties.
Maar ik laat u weten dat het IOC onlangs bevestigde dat respect voor mensenrechten en een verbod op discriminatie expliciet worden vastgelegd in de contracten met de gaststeden van de Olympische Spelen vanaf 2024. De FIFA heeft zijn mensenrechtenbeleid grondig laten doorlichten door John Ruggie, de auteur van de ‘UN guiding principles on business and human rights’. In reactie op zijn bevindingen kondigde de FIFA onlangs de oprichting aan van een mensenrechtenadviesraad, waarin experts van de VN, maatschappelijke organisaties, vakbonden en het bedrijfsleven zitting hebben.
De FIFA heeft eerder laten weten elke schending van mensenrechten te veroordelen en die, als ze worden geconstateerd, niet te zullen tolereren op bouwplaatsen van de WK-stadions. De FIFA laat als onderdeel van een ‘waardig werk’-monitoringsysteem op kwartaalbasis op alle 2018 FIFA World Cup-constructiesites tweedaagse inspecties uitvoeren door het onafhankelijke Klinsky Instituut voor Arbeidsbescherming en Werkomstandigheden. De FIFA stelt dat er aan de hand daarvan duidelijk bewijs geleverd wordt dat haar monitoring resultaat oplevert.
Collega’s, voor zover dat nog nodig is, zal ik een brief sturen naar de Koninklijke Belgische Voetbalbond, om te wijzen op de zorgen die hier leven, op onze zorgen die we – dat hoop ik toch – allemaal delen. Ik neem akte van de maatregelen die de FIFA genomen heeft. Maar ik vind dat dit ingebakken moet zitten in die organisaties. Nogmaals, het zou niet kunnen dat sport en ethiek, bescherming van mensenrechten, uitbannen van slavernij en kinderarbeid, niet zouden samengaan. Integendeel, het zet aan tot reactie.
Is dat vergelijkbaar met de situatie van de vorderingen van het WK voetbal in Qatar? Het is niet gemakkelijk om die vergelijking te maken. In Qatar mogen de bouwvakkers hun loon houden, maar die Noord-Koreaanse arbeiders worden door de staat uitgestuurd en moeten hun loon afgeven. In Qatar en een aantal andere Arabische landen gaat het om het zogenoemde kafala-systeem, waarbij buitenlandse werkkrachten, bijvoorbeeld uit Nepal of Pakistan, onder meer in de bouw tewerkgesteld worden. Die mensen hebben geen enkele vrijheid. Volgens de IAO-topman Luc Cortebeeck is dit gedwongen arbeid.
Nog volgens Luc Cortebeeck komt in Qatar 85 procent van de werknemers of 1,5 miljoen mensen uit het buitenland, vaak uit Aziatische en Afrikaanse landen. Die mensen worden ‘ingekocht’, in barakken gehuisvest en heel vaak wordt blijkbaar hun paspoort afgenomen. Luc Cortebeeck noemt dit een moderne vorm van slavernij.
De Internationale Arbeidsorganisatie voert nu al sinds 2014 de druk op ten aanzien van Qatar. De implementatie van nieuwe wetgeving van december vorig jaar zou er de bewegingsvrijheid van arbeidsmigranten moeten vergroten, ook om het land te verlaten. Maar dat er daar nog heel wat werk voor de boeg is, zeker als het gaat over Noord-Koreaanse arbeiders, mag duidelijk zijn.
Ik vind dat die internationale sportorganisaties, ik herhaal het, bij het uitschrijven van de calls van de wedstrijden, de oproep tot kandidaatstelling, duidelijk, van meet af aan, allerlei normen moeten vooropstellen waaraan die kandidaten moeten beantwoorden en dat er daarop ook een controlesysteem moet zijn. Desnoods moet men optreden. Het kan gewoon niet dat er daaraan wordt meegewerkt.
Minister-president, ik heb een randopmerking in dezen.
Mijnheer Poschet, ik dank u voor de vraag. Luc Cortebeeck is onlangs verkozen tot voorzitter van de IAO. We zouden hem desgevallend kunnen uitnodigen in de commissie, al dan niet met een andere commissie, om een gedachtewisseling te hebben over arbeidsomstandigheden. Dan kunnen we kinderarbeid daaraan toevoegen.
Dat laat dan meteen toe dat we de vragen van de heer Poschet en de vragen van mevrouw Turan kunnen behandelen binnen een internationaal perspectief en met een organisatie waarmee we een band hebben.
De heer Poschet heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor uw antwoord. Ik ben blij dat u onze verontwaardiging deelt, over de bestaande wantoestanden enerzijds en over de noodzaak om hierop te wijzen bij grote organisaties als de FIFA en het IOC anderzijds, organisaties die mijns inziens absoluut niet krap bij kas zitten en niet moeten schrapen om rond te komen.
Het is goed dat de FIFA nu een mensenrechtenadviesraad heeft opgestart. We zullen opvolgen of die ook effectief werkt en wat de impact daarvan is.
Ik ben natuurlijk niet naïef, ik denk niet dat Vlaanderen zelf de koers van de geschiedenis in dezen kan wijzigen. Maar het kan wel samen met andere overheden een signaal geven. Vele signalen maken toch dat er iets in beweging kan komen en leiden tot resultaten.
Minister-president, kunt u nog eens kort zeggen wat de Vlaamse Regering rond dit thema precies heeft gedaan in haar internationale contacten?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Ik heb al vaak de werking van onze samenwerking met het IAO toegelicht. Persoonlijk heb ik al een aantal keren Guy Ryder ontmoet. Ik ben blij dat u voorstelt om Luc Cortebeeck hieromtrent eens uit te nodigen. Wij werken op het vlak van mensenrechten altijd via de Europese Unie en via de IAO. Dat lijkt mij de beste weg. Hier hebben we natuurlijk een interne hefboom.
Nogmaals, ik heb nu bevestiging van de FIFA dat men dat ernstig neemt. In april 2016 heeft de FIFA een monitoringsysteem opgezet voor waardig werk, met de standaarden van Human Rights Watch, waarbij ze overgaan tot monitoring. Zelf zeggen ze dat er het laatste jaar significante vooruitgang is geboekt en dat er continu inspanningen worden geleverd. Maar ik vind het geen kwaad kunnen. En daarom zeg ik u dat ik ook nog ons intern binnenlands aanspreekpunt, de Voetbalbond, daaromtrent zal aanschrijven, met de bezorgdheden die leven. Ik vind dat zij dit ook op die FIFA-tafel kunnen leggen, moeten leggen, ervan uitgaande dat onze samenlevingen dat soort discriminaties, uitbuiting of, nog erger, moderne slavernij, niet kunnen tolereren.
De heer Poschet heeft het woord.
Minister-president, ik dank u voor de stap die u zult nemen om de Voetbalbond aan te schrijven.
Wat betreft de kern van de zaak, voor de Noord-Koreanen op zijn minst, kunnen we misschien hopen dat hun nieuwe proeven met intercontinentale raketten kunnen leiden tot extra sancties en dat er een verbod komt op de tewerkstelling van Noord-Koreanen in het buitenland. Maar dat zal uiteraard niet in deze commissie worden beslist.
De vraag om uitleg is afgehandeld.