Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
De heer Lantmeeters heeft het woord.
Voorzitter, toen de leden van de commissie Onderwijs enkele weken geleden op zoek kwamen in de commissie Economie dacht ik: ik moet ook eens naar de commissie Onderwijs gaan. Dat is eens leuk.
Het rapport van het Strategisch Actieplan voor Limburg in het Kwadraat (SALK) formuleerde in 2013 de vier voornaamste doelstellingen voor het onderwijs in Limburg: het terugdringen van de ongekwalificeerde uitstroom, het motiveren van Limburgse jongeren voor een technische opleiding, het beter opleiden van Limburgs talent door toonaangevend hoger en universitair onderwijs en acties inzake opleiding, vorming en arbeidsmarktregulering laten aansluiten bij de behoeften van de arbeidsmarkt.
Drie jaar later organiseerde de provincie Limburg een Staten-Generaal voor het Onderwijs. U was daarbij aanwezig, minister.
Meer dan vijfhonderd mensen uit de onderwijswereld waren daar verzameld. Op 12 december 2016 heeft gedeputeerde van Onderwijs Peuskens daar een tiental uitdagingen waarmee het onderwijs wordt geconfronteerd, voorgelegd.
Gouverneur Reynders pleitte ervoor – en we konden hem daar zeker in bijtreden – om een maatschappelijke transitie op gang te brengen om een aantal knelpunten zélf aan te pakken. U hebt daar uw beleidsplannen voor het onderwijs toegelicht. Naderhand werd er een engagementsverklaring ondertekend om deze problemen aan te pakken.
Enkele dagen daarvoor had u een interview met Het Belang Van Limburg. De titel luidde: ‘Crevits is getalm beu bij aanpak Limburgs onderwijs’. U sprak klare taal.
Minister, naar aanleiding van die staten-generaal van een halfjaar geleden heb ik voor u volgende vragen. Kunt u een stand van zaken geven van de genomen beleidsacties en initiatieven sinds de staten-generaal van december 2016?
In een antwoord op de vraag om uitleg van collega Moyaers in januari sprak u over de mogelijkheid tot het opzetten van een transformatienetwerk samen met onderwijsmensen uit de schoolpraktijk, dit met de bedoeling scholen te ondersteunen in hun toekomstgerichte aanpak. Hoever staat u hiermee? Welke initiatieven zullen er in de toekomst nog volgen?
Minister Crevits heeft het woord.
Dank u wel, mijnheer Lantmeeters, voor deze zeer interessante vraag.
De staten-generaal vond plaats op 12 december vorig jaar. Ik ben zeer blij dat u zich mijn toespraak nog herinnert. Ik heb daar tal van uitdagingen en prioriteiten geschetst voor Limburg. Ik zal mijn speech niet herhalen.
Vooreerst heeft Limburg Sterk Merk (LSM) in het voorjaar bekendgemaakt welke prioritaire acties het zal ondersteunen. We hebben daarover overleg gehad.
Er wordt 1,2 miljoen euro gereserveerd voor de voortzetting van het project Kind en Taal, dat zich richt op het voorschoolse en het kleuteronderwijs. 1,2 miljoen euro wordt vrijgemaakt voor het project Ontdek Techniektalent. Dit project bereikt alle Limburgse basisscholen, en werkt op het ondersteunen van leerkrachten om techniek in het basisonderwijs te brengen. 1,45 miljoen euro wordt gereserveerd voor nieuwe projecten in het secundair onderwijs, met focus op de arbeidsmarkt en de meest kwetsbare doelgroepen voor vroegtijdig schooluitval. 1,15 miljoen euro wordt gereserveerd voor de verdere uitbouw van hbo5 in Limburg.
De definitieve aanvraagdossiers dienen nog ter goedkeuring aan het directiecomité van LSM te worden voorgelegd. Dat zal in het najaar gebeuren. Daarmee wordt voortgewerkt aan acties die reeds vroeger opgestart zijn.
Wat het secundair onderwijs betreft, heeft LSM laten weten dat er 1,45 miljoen euro wordt gereserveerd voor nieuwe projecten met focus op de arbeidsmarkt en de meest kwetsbare doelgroepen. LSM heeft aan het onderwijsplatform gevraagd een gefundeerd voorstel in te dienen. Dit voorstel wordt momenteel voorbereid door de voorzitters van de werkgroepen van het Onderwijsplatform, met als doel om het in het najaar aan LSM ter goedkeuring voor te leggen. Het lijkt me in dezen van belang te zijn te kijken voor welke acties er draagvlak is bij de onderwijspartners. Ik kijk alleszins uit naar hun voorstellen.
Wat het duaal leren betreft, breidt op 1 september het pilootproject Schoolbank op de werkplek uit. Naast de lopende projecten in zes scholen en SYNTRA-vestigingen zal er vanaf 1 september ook duaal leren aangeboden worden in twaalf andere scholen en SYNTRA-vestigingen, voor in totaal elf studierichtingen. De werkgeversorganisaties hebben zich op mijn vraag van hun kant geëngageerd op de Taskforce Limburg mee te werken aan een draagvlak bij ondernemingen voor voldoende kwaliteitsvolle leerwerkplekken. Als een bedrijf zich registreert als kandidaat duaal leren, is dat zeer goed, en dat gebeurt, maar daarmee heb ik dan nog geen jongeren die effectief in het systeem stappen.
Zoals ik daarnet ook al aangaf, is het aan het onderwijsplatform om een voorstel in die richting uit te werken. Het is belangrijk dat men draagvlak vindt, en daar heeft het al een paar keer aan geschort. Concreet zal moeten worden uitgewerkt welke scholen trekkers kunnen zijn voor vernieuwing, in welk aanbod men zal voorzien ter ondersteuning van de deelnemende scholen en in welke structuur men zich zal organiseren.
Wat zal er nog volgen? Het is belangrijk dat de projecten die zijn geselecteerd, zich zo goed mogelijk kunnen ontplooien of van start kunnen gaan. Ik denk dat het slopen van de muren tussen werkgevers en scholen voor de realisatie van kwaliteitsvolle werkplekken voor jongeren van cruciaal belang is. De bestaande systemen van leren en werken versterken en de ondersteuning van lokale besturen om allochtone ouders mee te betrekken bij onderwijs, zijn van groot belang. Mijn departement zal het Onderwijsplatform blijven opvolgen. De prioriteiten zijn nu duidelijk, de projecten zijn in voorbereiding. Het komt er nu op aan die uit de startblokken te krijgen.
Dank voor het antwoord. U somde de genomen maatregelen op. We kennen de maatregelen die in het kader van SALK en LSM zijn genomen. Voorzitter Peumans heeft er nog voor gepleit om die 5 miljoen euro, die aanvankelijk niet bedoeld was voor het onderwijs, aan te wenden voor de projecten die u hebt opgesomd: hbo5, Kind en Taal en Ontdek Techniektalent.
Het benieuwt me vooral uw evaluatie van de werking van Onderwijsplatform en de genomen maatregelen naar aanleiding van de staten-generaal te vernemen. Ik weet wat er is gebeurd. Maar hoe evalueert u dat? Tenslotte is dat met veel show gepaard gegaan. Er waren vijfhonderd mensen in een zaal verzameld. Daar is een grote engagementsverklaring ondertekend. Hoe evalueert u dat? Het zou helpen om in Limburg het onderwijs uit te bouwen zoals we dat graag zouden zien.
Sta me toe te beginnen met te zeggen dat het onderwijs in Limburg op poten staat. De inspectieverslagen en de participatiegraad van jongeren aan het hoger onderwijs tonen aan dat het beter gaat. De kloof wordt gedicht. Vroeger gingen er verhoudingsgewijs minder jongeren naar het hoger onderwijs. Nu betert het. Er zijn wel een aantal pijnpunten. Wat de evaluatie van de staten-generaal betreft, wil ik wachten tot wanneer de projecten ook daadwerkelijk zijn geselecteerd en op gang zijn getrokken. Dat zal mijn beoordelingsvermogen aanscherpen. Vandaag kan ik niet ontkennen dat ik samen met u daarop wacht. Ik begrijp uw vraag, maar vraag u om nog even geduld te oefenen.
Dank minister, ik zal dat blijven opvolgen, wat betekent dat ik hier nog wel eens zal terugkomen. Geen probleem, want het is goed vertoeven hier.
De vraag om uitleg is afgehandeld.