Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Verslag
De heer Depoortere heeft het woord.
Minister, toeval of niet, er verschenen in de media twee artikels over het toenemende drugsgebruik in Vlaanderen. Het eerste ging over een onderzoek van de Vlaamse Vereniging Behandelingscentra Verslavingszorg (VVBV). Daaruit bleek dat de gebruikers van stimulerende drugs, zoals cocaïne of amfetamine, de grootste groep in de verslavingszorg zijn geworden. Dat is verontrustend want het is de eerste keer dat dit het geval is. In vijf jaar tijd is het aantal cocaïneverslaafden dat een behandeling startte, bijna verdubbeld. Dus – en dat laat zich raden, minister – zal ook de vraag om hulp blijven toenemen. Klinisch psycholoog Paul Van Deun zegt dat het aantal cocaïnegebruikers dat hulp zoekt, zal blijven toenemen: “We staan nog maar aan het begin. Een Europees rapport van 2016 heeft onderzoek naar sporen van cocaïne in afvalwater gebundeld. Antwerpenaars behoren tot de grootste gebruikers in Europa.”
Op dezelfde dag, vrijdag 26 mei 2017, verscheen een tweede artikel waarvan de titel niets te raden liet: ‘Jonge Belgen drinken zich wereld-top 5 in.’ Het gaat daar niet alleen over alcoholgebruik maar ook over het gebruik van illegale drugs. In een wereldwijd onderzoek van Global Drug Survey werden 120.000 deelnemers uit 50 landen ondervraagd. In België werden de gegevens verzameld door HoGent. De hogeschool ondervroeg 788 mensen van gemiddeld 25 jaar oud. Dat is logisch, want daar situeren zich meestal de grootste gebruikers.
De cijfers zijn niet bemoedigend. Jonge Belgen drinken problematisch veel. We staan op de vijfde plaats wereldwijd. In het laatste jaar hebben ruim drie op de vier ondervraagden minstens één illegale drug gebruikt. Ruim de helft deed dat in de loop van de maand voor het onderzoek. Cannabis is het populairst: 70 procent van de ondervraagden had het afgelopen jaar gebruikt. Xtc staat op de tweede plaats met 33 procent, cocaïne op de derde met 25 procent. Dat is toch wel opvallend. Er komt nog een nieuw gegeven bij: de opmars van de illegale drug ketamine: een verdovingsmiddel waarmee je een scheiding tussen lichaam en geest kunt ervaren. Het middel kan heel bedreigend zijn voor de gezondheid. Het kan zelfs tot ernstige complicaties leiden. Ook cocaïne is een zeer gevaarlijke drug, met meer psychische afhankelijkheid, maar ook met een aantal grotere gezondheidsrisico’s.
Minister, de vraag naar de preventieve maatregelen die Vlaanderen kan nemen ten aanzien van het toenemende drugsgebruik, wordt hier niet voor het eerst gesteld. Ik stel ze hier opnieuw.
Op welke manier kan drugspreventie hier soelaas brengen? Zijn er nieuwe initiatieven voorhanden?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Mijnheer Depoortere, uit de ‘Treatment Demand’-indicatoren van de VVBV, die de Vlaamse gespecialiseerde behandelcentra voor verslavingen vertegenwoordigt, blijkt dat er de voorbije jaren effectief bijna een verdubbeling heeft plaatsgevonden van de behandelaanvragen vanwege stimulerende middelen. Waarschijnlijk heeft dit te maken met zowel een toename van het aantal gebruikers van cocaïne als met het feit dat gebruikers beter de weg vinden naar de hulpverlening. Het is daarom belangrijk dat we blijven inzetten op de preventie van gebruik en een goed hulpverleningsaanbod.
De gegevens uit de Global Drug Survey wil ik nuanceren. De Global Drug Survey is een uitgebreide online bevraging en trekt vooral en bijna exclusief drugsgebruikers aan. Weinig niet-gebruikers nemen de tijd, ongeveer een uur, om de uitgebreide vragenlijst in te vullen. In de praktijk gebeurt dit vooral door uitgaande jongeren die middelen gebruiken.
Dat jonge uitgaanders veel alcohol drinken, wordt ook bevestigd door het uitgaansonderzoek van 2015 en de studentenbevraging van 2013 die door de Vereniging voor Alcohol- en andere Drugproblemen (VAD) werden uitgevoerd.
Ketamine is een relatief nieuw product, dat de VAD nauwlettend opvolgt. Op dit vlak bewijzen projecten zoals Safe ’n Sound rond peersupport in het uitgaansleven hun waarde: de peers komen met gebruikers in contact en kunnen op de gevaren van dit product wijzen. Ook bij Safe ’n Sound wordt een stijging van het gebruik van ketamine waargenomen. Die stijging is niet spectaculair, maar toch wel ernstig, gezien de risico’s van het product.
Ter vergelijking, volgens de nationale Gezondheidsenquête uit 2013, die de algemene populatie tussen 15 en 64 jaar ondervroeg, telde België 2,6 procent huidige gebruikers van cannabis. 0,5 procent van de Belgen gaf aan het afgelopen jaar cocaïne te hebben gebruikt. 0,5 procent van de Belgen gaf aan het afgelopen jaar amfetamines te hebben gebruikt. 0,2 procent gaf aan het afgelopen jaar opiaten te hebben gebruikt. Dit mag duidelijk maken dat de Global Drug Survey wel degelijk een specifiek doelpubliek aan respondenten aanspreekt, namelijk gebruikende jongeren. De online bevraging blijft echter nuttig om trends op te volgen, zeker omdat de bevraging jaarlijks plaatsvindt.
In het kader van het strategisch plan ‘De Vlaming leeft gezonder in 2025’ wordt via een settingsgerichte aanpak gewerkt aan gezondheidsbevordering – zo ook rond drugs. Binnen de setting ‘Vrije tijd’ gaat er specifieke aandacht naar het uitgaansleven, te meer door de hoge prevalentie van alcohol en drugs in die setting.
De middelenproblematiek blijft een gegeven dat we zeer ernstig moeten nemen. Daarom is het opvolgen van trends belangrijk, en is het opportuun dat we verschillende onderzoeken hebben die de problematiek vanuit verschillende perspectieven blijven opvolgen: de Gezondheidsenquête, het VAD-uitgaansonderzoek en de VAD-studentenbevraging, Global Drug Survey, enzovoort.
De VAD biedt nu al een aantal methodieken aan die zich richten op de setting ‘Uitgaan’. Daarin wordt tevens gewerkt aan een beleidsmatige aanpak van preventie van middelenmisbruik. Zo is er het concept ‘Quality Nights en Quality Events’, waarin met organisatoren van clubs en festivals wordt bekeken hoe men een veilige uitgaansomgeving kan creëren, hoe men schade als gevolg van alcohol en drugs kan beperken en hoe informatie over de risico’s van gebruik kan worden gedeeld. Dit concept werd vorig jaar verder uitgebreid naar jeugdhuizen (‘Attent’) en lokale feesten (‘Feestwijzer’). De bedoeling is om samen met de preventiewerkers van de centra voor geestelijke gezondheidszorg een groot netwerk van uitgaanslocaties te creëren en te ondersteunen die dit ‘quality’-label uitdragen.
Daarnaast bieden projecten zoals Safe ’n Sound, waarin met peers in het uitgaansleven wordt gewerkt, een belangrijk kader om preventief en schadebeperkend te werken. Die projecten zijn vaak ook ingebed in Quality Nights of Quality Events. Safe ’n Sound biedt een informatiestand aan waar info en ondersteuning worden verstrekt en gesprekken over drugsgebruik en de risico’s van gebruik plaatsvinden. Daarnaast zijn de peers ook opgeleid om om te gaan met mensen die zichtbaar drugs hebben gebruikt en nood hebben aan ondersteuning en eerste hulp. Ze werken nauw samen met EHBO-diensten en de spoeddiensten van nabijgelegen ziekenhuizen. Het project is sinds 2016 uitgerold over alle Vlaamse provincies. Het project kan op waardering rekenen bij zowel de feestorganisatoren als de feestende jongeren.
Ook de Vlaamse werking rond spuitenruil – een deel van de cocaïne- en amfetaminegebruikers spuiten hun drugs – heeft een belangrijke preventieve rol ten aanzien van de doelgroep van de al dan niet problematische gebruikers. Zij vormen vaak het enige aanknopingspunt van gebruikers met de hulpverlening en ze bieden informatie en schadebeperkende ondersteuning aan, en waar mogelijk effenen ze de weg naar intensere vormen van zorg en hulpverlening.
De heer Depoortere heeft het woord.
Minister, ik zei al dat dit niet de eerste keer is dat u wordt ondervraagd over preventieve maatregelen ten aanzien van drugsgebruik. Ik verwijs naar een schriftelijke vraag van december 2016. U verwees toen in uw antwoord naar de gezondheidsconferentie die toen werd gehouden. U zei: “In de loop van de komende maanden zullen de gezondheidsdoelstellingen en -indicatoren samen met de betrokken stakeholders verder geconcretiseerd worden.” U zei toen ook: “Voor 2017 zijn er geen acties gepland die specifiek handelen over cocaïne.” Hoewel wij misschien wel de cijfers van de Global Drug Survey kunnen nuanceren, spreken de cijfers toch voor zich. We mogen toch wel een tandje bij steken, ook wat preventie betreft.
Ik ben alleszins wel tevreden met het feit dat Safe ’n Sound, dat goed onthaald wordt in het uitgaansmilieu, verder uitgebreid wordt naar alle Vlaamse provincies, zoals u trouwens had aangekondigd in antwoord op een schriftelijke vraag in maart 2016.
Minister, u verwijst terecht naar een aantal aspecten die aan deze studie zelf hangen, de manier van bevraging enzovoort. Terecht wijst u op het belang van trends. Een zorgwekkende trend is dat in vijf jaar tijd het aantal cocaïneverslaafden dat behandeling zoekt, verdubbeld is. Dan krijg je klinisch psychologen als Paul Van Deun, die zeggen dat we nog maar aan het begin staan van die trend, want hij voelt in zijn praktijk aan dat er wel degelijk een verschuiving en intensifiëring van die problematiek is. Wat is het antwoord op die trend, namelijk het zodanig problematisch gebruik zodat mensen hulp zoeken?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
U weet dat we in de nieuwe regelgeving die gemaakt wordt rond geestelijke gezondheidszorg, ook de verslavingszorg zullen opnemen. We zullen moeten kijken hoe we de betalingen van de zorgkost in de Vlaamse sociale bescherming kunnen integreren. Dat kader moet ook duidelijkheid geven over de manier waarop we daar nieuwe ontwikkelingen in kunnen toelaten. U mag verwachten dat dat er zit aan te komen. Dat zal zeker niet de eerste maanden zijn, maar we zijn druk aan het werk.
Van het andere dossier, de formalisering van de strategische nota rond levensstijl, waarin ook preventie rond drugs zit, mag u verwachten dat het voor de zomer naar de regering gaat en dan naar het parlement zal komen.
De heer Depoortere heeft het woord.
Ik wil enkel nog afsluiten met het pleidooi dat preventie alleen soms niet voldoende is. Ik weet wel dat het andere luik, het repressieve luik, zich nog altijd op federaal vlak situeert. Maar ik denk dat het dweilen met de kraan open is als we ook niet het signaal geven naar de gebruikers toe – ik denk dat elk beleidsniveau dat signaal moet geven – dat wij ook jacht maken op de dealers, want zonder drugs zijn er ook geen gebruikers. Ik denk dat we daar veel harder moeten optreden. Preventie is zeer goed, repressie moet evenzeer.
De vraag om uitleg is afgehandeld.