Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Danen heeft het woord.
Minister, op 20 september 2016 liet u in onze commissie optekenen dat u een overleg met de drinkwatermaatschappijen had gehad om te komen tot een afsprakenkader dat de toepassing van de waterscan moet verbeteren. De resultaten lieten tot dan toe immers te wensen over.
U liet ook weten dat de vraag om de energiesnoeiers in te schakelen voor het uitvoeren van een waterscan, deel uitmaakte van de evaluatie die de VMM, de Vlaamse Milieumaatschappij, maakte in samenwerking met de drinkwatermaatschappijen. Deze evaluatie kwam er op uw vraag en had tot doel de knelpunten inzake de waterscan te onderzoeken en te achterhalen welke rol de drinkwatermaatschappijen hierin spelen of kunnen spelen.
Sommige drinkwatermaatschappijen, zoals FARYS en De Watergroep, hadden aangegeven dat ze hun gemeentelijke vennoten al hadden gevraagd naar geïnteresseerde energiesnoeiers die de opleiding tot waterscanner wilden volgen. Een aantal gemeenten had daarop een lijst van geïnteresseerden doorgestuurd. U gaf aan dat op basis van deze bevraging eventueel verdere stappen konden worden gezet. Daarom heb ik voor u de volgende vragen.
In juni 2016 gaf u de Vlaamse Milieumaatschappij de opdracht om de knelpunten inzake de waterscans en de rol die de drinkwatermaatschappijen daarbij kunnen spelen, te onderzoeken. Uit deze evaluatie kwamen werkpunten naar voren. Hoever staat de aanpak van deze werkpunten?
Het overleg van 12 september 2016 had tot doel te komen tot een afsprakenkader met de drinkwatermaatschappijen. Werd dat afsprakenkader intussen opgesteld? Is het reeds in werking? Werd het inschakelen van de energiesnoeiers voor het uitvoeren van waterscans opgenomen in het afsprakenkader? Indien niet, wat was dan de reden daarvoor?
In 2015 werden er 150 waterscans uitgevoerd, waarvan 124 bij beschermde klanten. Werd er in de afsprakennota een streefcijfer voor het aantal uit te voeren waterscans opgenomen? Werd er een apart streefcijfer voorzien voor beschermde klanten?
Werd de algemene visienota omtrent de waterscans door de VMM afgerond? Is deze beschikbaar?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Danen, ik wil eerst nog eens beklemtonen dat ik heel sterk geloof in het instrument van de waterscan. Het is de bedoeling mensen heel gericht te adviseren hoe ze overbodig waterverbruik kunnen vermijden. Dat leidt tot een lager waterverbruik en dat is goed voor het milieu, maar ook voor de portemonnee. Op die manier daalt immers de waterfactuur.
Een eerste ontwerp van afsprakenkader, opgemaakt door de VMM, werd op 12 september 2016 met de drinkwatermaatschappijen besproken. Daarbij werd het volgende bevestigd: een verhoging van het draagvlak voor het instrument waterscan, een actievere toeleiding naar het instrument, een uitbreiding van de huidige doelgroep van beschermde abonnees, een verfijning van de praktische afspraken voor uitvoering.
De besproken aandachtspunten werden verwerkt in een tweede versie van het ontwerp van afsprakennota. Die versie werd voorgelegd op een volgend overleg op 20 december 2016. Op basis van de in dat overleg gemaakte afspraken, werd de afsprakennota verder verfijnd. Ze werd op 10 januari 2017 naar de drinkwatermaatschappijen verstuurd en moet nu verder worden gefinaliseerd.
AquaFlanders vroeg aan de VMM uitstel op het afsprakenkader om te reageren. De drinkwatermaatschappijen willen op basis van een financiële analyse de impact van het nieuwe afsprakenkader evalueren en bekijken of de meerkost past in de goedgekeurde tariefplannen. Ik heb erop aangedrongen het dossier snel af te ronden en ben het eigenlijk niet eens met wat AquaFlanders laat uitschijnen.
In het afsprakenkader zijn op dit ogenblik geen streefcijfers opgenomen. Er is geen algemene visienota opgesteld door de VMM. De verschillende aspecten zijn in het afsprakenkader verwerkt.
De heer Danen heeft het woord.
Dank voor uw antwoord, minister. Ik geef nog even mee dat er per jaar ongeveer 20.000 energiescans worden uitgevoerd. Natuurlijk bestaat het instrument al wat langer, is het al wat verder ontwikkeld, bekender en allicht ook laagdrempeliger. Daartegenover staan 150 waterscans in 2015. Ik moet natuurlijk toegeven dat het instrument pas sinds 2014 bestaat, maar het verschil in aantal is wel erg groot. Er zijn ook minder mensen die het moeilijk hebben om hun waterfactuur te betalen, dan mensen die hun energiefactuur niet kunnen betalen, al werden er in 2014 toch zo’n 60.000 afbetalingsplannen aangevraagd. Dat is een hoog aantal. We weten dat de waterfactuur de komende jaren zal stijgen. Het is dus belangrijk de waterscan als instrument op punt te stellen en breder te verspreiden. Ik dring er dan ook op aan daar nog sterker op in te zetten.
Dan nog een bijkomend vraagje. Tot wanneer heeft AquaFlanders uitstel gevraagd? En wat willen ze doen wanneer ze met hun werkzaamheden klaar zijn?
Minister Schauvliege heeft het woord.
AquaFlanders zou eind april met een standpunt, een visie op het laatste voorstel komen.
De heer Danen heeft het woord.
Ik wil ook heel erg inzetten op het instrument van de waterscan, omdat ik sterk geloof dat mensen daarmee kunnen besparen. Men gebruikt vaak water zonder het te beseffen en met eenvoudige maatregelen kan veel worden bespaard. Ik wil er ook voor pleiten het instrument zoals het nu is, te versterken en te verdiepen. Nu is het vrij eenvoudig. Ik begrijp wel dat het nog in een beginfase zit, maar ik stel voor heel snel naar een volwassen fase te evolueren, waarin het instrument echt kan worden gebruikt om mensen minder water te laten verbruiken, zodat dat én hun portemonnee én het milieu ten goede komt. Ik zal hierover in de nabije toekomst zeker een vervolgvraag stellen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.