Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Van Miert heeft het woord.
Minister, mijn vraag is al een aantal weken oud en was opgesteld naar aanleiding van een aantal artikelen begin deze maand waarin cijfers van het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) werden geciteerd over verkeersongevallen in de buurt van wegenwerken en meer specifiek met vrachtwagens. Ongevallen en wegenwerken horen bij ons in Vlaanderen spijtig genoeg nog te vaak samen. U hebt onlangs investeringen aangekondigd op vlak van wegenwerken. Er staat dus nog heel wat op stapel.
We stellen vast dat AWV op vlak van signalisatie ruim op voorhand aankondigt. Er zijn ook de apps, Touring, TomTom en andere gps-infrastructuur die in de meeste wagens aanwezig is om een aantal zaken ruim op voorhand aan te kondigen. Toch stellen we nog wekelijks vast dat er een of twee ongevallen gebeuren in de buurt van wegenwerken. Dat is te veel en ze zijn vermijdbaar als chauffeurs zich wel degelijk zouden houden aan de aangegeven snelheden.
Ik kan alleen maar vaststellen dat het in het buitenland niet zo heel anders gaat als het gaat over het aankondigen en de signalisatie. Beroepsmatig ken ik Duitsland nogal goed, en daar mag op bepaalde stukken vrij hard worden gereden. Bij wegenwerken echter houdt men zich toch vrij gemakkelijk aan de voorgeschreven snelheden. Er zal dus hier wat meer repressief moeten worden opgetreden om hardleerse weggebruikers in de buurt van wegenwerken op hun plichten te wijzen. In januari kwamen de mobiele flitscamera’s in het nieuws. Misschien is dat een middel.
Minister, ziet u nog mogelijkheden binnen uw bevoegdheden om meer te investeren in handhaving om ongevallen in de buurt van wegenwerken te vermijden?
Minister Weyts heeft het woord.
Mijnheer Van Miert, in eerste instantie blijven we inzetten op de zogenaamde superflitser, en dat meer dan ooit. Dat is een semi-vaste onbemande snelheidscamera die het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV), in samenspraak met de federale wegpolitie, reeds enkele jaren inzet ter hoogte van werven. In 2013 hebben we die acht keer ingezet. In 2016 was dat 22 keer. Ik heb het budget ook navenant verhoogd. In 2013 ging het over een bedrag van 55.000 euro. In 2016 was dat al 180.000. Ik heb het budget voor 2017 nog verhoogd naar 228.000 euro. Ik kan nog niet zeggen hoe vaak dat zal worden ingezet. Dat is een reserve die ik opbouw voor de huur van een of meerdere flitscamera’s. Er is een soort dienstverleningscontract waarbij een of meerdere camera’s kunnen worden gehuurd en ingezet.
Ik wil ervoor zorgen dat mensen niet de indruk krijgen dat ze zich enkel aan een maximumsnelheid moeten houden wanneer er een bord staat of er wegenwerken zijn, maar altijd. Er moet een mentale shift komen. De subjectieve pakkans moet gevoelig verhogen. Dat kan door veel gebruik te maken van trajectcontroles. U kent de voordelen. Het is veel rechtvaardiger en efficiënter dan de gewone flitspalen. We maken dus de overschakeling naar trajectcontrole waar we kunnen. Enkel in de gevallen waar het niet anders kan, bijvoorbeeld op bepaalde zwarte punten, zetten we in op de klassieke flitspaal.
Tegen eind volgend jaar – hoop ik – zal ik samen met minister Jambon op de autosnelwegen een zo goed als gebiedsdekkend cameraschild realiseren, waarbij we gebruikmaken van camera’s die kunnen worden ingezet voor zowel trajectcontrole als criminaliteitsbestrijding. Dat staat nu in de markt.
Er is ook een hervorming van de trajectcontrole en het optrekken van de budgetten voor het subsidiesysteem inzake plaatsing van trajectcontrole op gewestwegen. Het gaat om twintig trajectcontroles per jaar op gewestwegen. We maken zelf de keuze en financieren ook zelf. Vroeger was er 40 procent tussenkomst van de Vlaamse overheid. Vanaf dit jaar wordt dat 100 procent.
Verder is er ook de mogelijkheid van mobiele trajectcontrole. Dat was een moeilijker verhaal. Aanvankelijk werd door de marktspeler met wie we een raamcontract hebben, gezegd dat ze dit konden opleveren. Dat bleek niet het geval. Het gevolg is dat ik een marktbevraging heb moeten organiseren. Er zijn zeven geïnteresseerde partijen op basis waarvan we een offerte in de markt zullen kunnen plaatsen. Zeven partijen hebben gemeld dat ze klaar zijn. Ik denk niet dat ze alle zeven in dezelfde mate beantwoorden aan hetgeen ik heb vooropgesteld. Volgens de informatie die ik van de diensten heb gekregen, is er wel genoeg ‘fond’ om een offerte in de markt te kunnen zetten.
De heer Van Miert heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik onthoud vooral dat u sterk wenst in te zetten op budgetten voor handhaving. We hebben het voorbije weekend in verschillende kranten kunnen lezen dat er een vrij groot onderscheid te maken is in regio’s, wanneer het gaat over verkeersslachtoffers. Er is ook een relatie met handhaving wanneer het gaat over weekendongevallen en controles. Die relatie is wel degelijk aangetoond. Het verbaast me dan ook niet dat u het budget verhoogt van 55.000 euro naar meer dan 200.000 euro. Als hierdoor de controles worden verveelvoudigd, is dat een goede zaak. Ook het verhogen van de trajectcontroles zal zeker een gevolg hebben in de goede richting.
Ik heb geen bijkomende vragen. We zullen zien of de bijkomende controles in de cijfers van verkeersslachtoffers terug te vinden zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.