Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Verslag
De heer Hendrickx heeft het woord.
Minister, de studie ‘Benelux Detailhandel 2025’ die vlak voor het reces door de Vlerick Business School werd bekendgemaakt, breekt een lans voor de vrijhandel binnen de Benelux-zone. Zo zou een eenheidsmarkt voor de detailhandel binnen deze landen heel wat meerwaarde bieden voor zowel consumenten als ondernemers. Er wordt gewag gemaakt van mogelijk 95.000 extra jobs tegen 2025.
Het potentieel zou vooral schuilen in de expansiemogelijkheden van lokale retailketens binnen de Benelux-landen. De eerder beperkte risico’s en logistieke inspanningen die deze met zich meebrengen zouden niet opwegen tegen de kansen en schaalvoordelen die groei binnen deze landen zou meebrengen.
Zeker in tijden van toenemende globalisering en de druk die e-commerce op onze lokale retailbedrijven legt, is een sterke concurrentiële positie van bedrijven, verankerd in de Benelux-landen, meer dan welkom. Bovendien kan Vlaanderen, met zijn centrale geografische positie in deze regio, een belangrijke rol vervullen wat betreft het faciliteren van innovatie en hoofdkantoren van deze bedrijven.
Het rapport van het onderzoek, dat overigens werd uitgevoerd in opdracht van de Benelux Unie, roept de politieke wereld op om grensoverschrijdende werkgroepen op te richten die moeten onderzoeken welke handelsbelemmeringen deze expansie in de weg liggen.
Minister, hoe evalueert u deze naar voren gebrachte potentiële economische meerwaarde van een Benelux Unie en de oproep tot meer politiek overleg hierover?
Minister Muyters heeft het woord.
Mijnheer Hendrickx, ik heb begrepen dat de makers van de studie bij de voorstelling ervan ook hebben gezegd dat we de cijfers niet altijd te letterlijk moeten nemen. Ik zou mij niet direct baseren op de cijfers. Maar ik ben wel verheugd over het feit dat de Benelux belangstelling heeft voor de detailhandelsector. Uiteraard is die detailhandelsector voor Vlaanderen heel belangrijk, niet alleen in aantal ondernemingen – als ik mij niet vergis, zijn er meer dan 50.000 ondernemingen in de detailhandel – maar het is natuurlijk ook een belangrijke werkgever. Laat ons ook niet vergeten dat zij vaak jobkansen geven aan veeleer laaggeschoolde mensen.
Uit de studie blijkt dat een kwart van alle kmo’s actief is in de detailhandel. Die cijfers moeten we natuurlijk niet zomaar naast ons neerleggen. Het is onder andere de kmo-dimensie van de sector die dit Benelux-initiatief waardevol maakt. U had het zelf over de digitale transformatie. We hadden het in deze commissie daar al vaak over: het traditionele winkelconcept wordt erdoor onder druk gezet. De digitale transformatie versnelt in elk geval ook de internationalisering in de retail. Als je dan het schaalvoordeel hebt van een grotere thuismarkt, om van daaruit met voldoende slaagkans andere markten te kunnen betreden, is dat zeker een positief punt. Een eengemaakte Benelux-markt zou ineens van de Benelux een grotere thuismarkt maken voor onze detailhandel, en zou op die manier zelfs een van de grootste of een van de grotere consumentenmarkten zijn in Europa.
Ik juich uiteraard elk initiatief tot bevordering van de Vlaamse detailhandel en de export toe. Het valt echter onder de bevoegdheid van minister-president en minister van Buitenlands Beleid Geert Bourgeois om de internationale handel af te stemmen met de Benelux-landen. Ik ben uiteraard 100 procent klaar en bereid om daaraan mijn steun te verlenen. Wij willen dat zelfs mee voorbereiden waar we kunnen, maar het initiatief moet door de minister-president worden genomen.
De heer Hendrickx heeft het woord.
Minister, ik heb niet veel op te merken bij uw duidelijk en concreet antwoord. Ik ben er tevreden mee.
Mevrouw Remen heeft het woord.
Minister, detailhandel interesseert mij zeer zeker. Het is de onderkant van onze economie, en het is zeer belangrijk voor onze welvaart en onze sociaal-economische toestanden. Ik heb die studie ook doorgenomen. Eén ding viel mij op. Het gaat over nogal grote retailers, die ook hebben deelgenomen aan de studie. Bijvoorbeeld in de kleding: H&M, Primark, Action. Het gaat dus om zeer grote spelers. De studie stelt ook een nieuwe juridische bedrijfsvoering voor: een Benelux-onderneming. Die zou dan hoofdzakelijk op onze Vlaamse kmo’s moeten zijn gericht. Ze pleiten voor een Benelux-stuurgroep voor detailhandel, zodat barrières worden weggenomen. De studie heeft het letterlijk over administratieve overlast, toegang tot financiering, dure investeringen voor innovatieve retailformules, enzovoort. Minister, kunt u of minister-president Bourgeois erop toezien dat er speciale aandacht wordt besteed aan onze Vlaamse retailers? Dat vind ik zeer belangrijk.
Minister Muyters heeft het woord.
Uiteraard. Ik zal dit ook doorgeven aan minister-president Bourgeois. Maar dit is uiteraard de bedoeling. Dat was ook duidelijk in mijn antwoord aan de heer Hendrickx. Ik heb gezegd dat dit voor ons heel belangrijk is omdat we er meer dan 50.000 hebben. Het is dus niet voor de enkele grote, maar voor alle 50.000 dat we die Benelux-markt wel zien zitten mochten daar verdere initiatieven genomen worden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.