Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Verslag
De heer Van Malderen heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, ik stel een opvolgingsvraag over vragen die hier reeds eerder zijn gesteld.
De aanleiding is de zesde staatshervorming, waarbij bevoegdheden zijn overgeheveld van het federale naar het Vlaamse niveau. Een deel van het personeel dat vroeger bij de federale overheid was tewerkgesteld, is ook overgeheveld naar Vlaanderen. Dat heeft aanleiding gegeven tot een aantal problemen.
Op een gegeven moment heeft de Vlaamse Regering beslist om mensen die op het federale niveau werkten, over te hevelen naar de zorgkassen. De zorgkassen geven mee vorm aan de Vlaamse sociale bescherming. Via de Vlaamse sociale bescherming krijgen ongeveer 350.000 zorgbehoevenden in Vlaanderen elke maand een budget dat ze nodig hebben om de zorg rond zich te organiseren. De zorgkassen organiseren de Vlaamse sociale bescherming in opdracht van de Vlaamse overheid, zij zijn het hulp- en contactpunt voor de gebruikers.
We vangen signalen vanop het terrein op dat er bij het overhevelen van het personeel een aantal zaken mislopen. Een van de voorbeelden is de competentiepremie. Na het volgen van een gecertificeerde opleiding en het slagen voor een examen bij de federale overheid kende men een premie toe die gedurende acht jaar zou worden uitbetaald. De betrokken ambtenaren werkten vanaf 1 januari 2016 tot 31 december de federale dossiers af hoewel ze stricto sensu tewerkgesteld zijn bij de Vlaamse overheid. Vanaf 2016 heeft Vlaanderen de kosten van deze premie dan ook overgenomen.
Voor een overgang naar de zorgkassen werd er tijdens infosessies reeds aangegeven dat de competentiepremie bij de zorgkassen nog moest worden besproken. De zorgkassen geven nu echter aan dat de competentiepremie niet zal worden overgenomen maar er ter compensatie een groepsverzekering zal worden aangeboden. De meeste werknemers die worden aangeworven bij een zorgkas, krijgen dat echter vaak al aangeboden in hun contract. Op die manier is er van compensatie van de competentiepremie niet veel sprake omdat er niets extra’s wordt verbonden aan het hebben gevolgd van dergelijke opleidingen.
Veel van deze werknemers voelen zich bekocht. Het volgen van dergelijke opleidingen komt onze dienstverlening ten goede; mensen versterken zichzelf en staan sterker in hun job. De afspraken die in het verleden werden gemaakt, moeten zoveel mogelijk worden gehonoreerd.
Minister, hoe relateert u deze ontwikkelingen aan het principe dat verworven rechten gecompenseerd worden? Hoe motiveert u deze positie? Welke andere mogelijkheden ziet u voor het compenseren van de competentiepremie? Zo zouden mensen een stimulans ervaren voor de opleiding die ze gevolgd hebben. Daar gaat het eigenlijk om.
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Door de zesde staatshervorming werd de bevoegdheid voor de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB) overgeheveld van de federale overheid naar Vlaanderen. Om de THAB vanuit Vlaanderen uit te voeren werden ook een aantal federale ambtenaren overgeheveld naar Vlaanderen. Concreet gaat het over een 106.000 dossiers, waarbij maandelijks ongeveer een 4000 tot 5000 nieuwe aanvragen en/of herzieningen moeten worden verwerkt.
Conform het regeerakkoord en de conceptnota Vlaamse sociale bescherming (VSB) werd in Vlaanderen gekozen om de tegemoetkomingen voor personen met een zorgnood te bundelen in de Vlaamse sociale bescherming, waarvan een eerste fase reeds is goedgekeurd en in uitvoering is.
En omdat in Vlaanderen de THAB wordt uitgevoerd door de zorgkassen, zijn op 1 januari 2017 een aantal van de personeelsleden die van de FOD Sociale Zekerheid naar de Vlaamse overheid werden overgeheveld, overgedragen naar de verschillende zorgkassen. Het gaat concreet om veertig personeelsleden, waarvan 38 contractuele personeelsleden en twee statutaire ambtenaren. De twee statutairen blijven in dienst bij de Vlaamse overheid en worden gedetacheerd naar de zorgkas. Voor contractuele personeelsleden is een terbeschikkingstelling niet mogelijk volgens het Vlaams personeelsstatuut. Concreet betekent dit dat de overheveling van deze contractuele personeelsleden naar een zorgkas impliceert dat hun contract met de Vlaamse overheid eindigt en er een nieuw contract bij de zorgkas aanvangt. Vanaf dat moment volgen zij bijgevolg niet langer de regels van het statuut van de federale ambtenaren of van de Vlaamse ambtenaren, maar van het paritair comité waartoe hun zorgkas behoort.
In de aanloop naar deze overdracht zijn met vakbonden en zorgkassen lange en intense gesprekken gevoerd met het oog op een billijke overdracht, ook op het vlak van verloning. Deze onderhandelingen hebben geleid tot een akkoord, waarbij de zorgkassen zich geëngageerd hebben dat het overgekomen personeel hetzelfde brutoloon heeft bij de zorgkassen als bij de Vlaamse overheid en dat de zorgkassen een gelijkwaardig pakket van arbeidsvoorwaarden, in zijn globaliteit vergelijkbaar met dat van de Vlaamse overheid, garanderen. Ook de competentiepremie maakt deel uit van dit akkoord.
De manier waarop de competentiepremie verrekend wordt in de geldelijke loopbaan van een werknemer kan echter wel verschillen van zorgkas tot zorgkas. Het is dus inderdaad mogelijk dat een zorgkas deze premie incorporeert in de groepsverzekering.
Alle betrokken werknemers hebben ondertussen de overeenkomst bij de respectievelijke zorgkas getekend.
Sinds 1 januari zijn de betrokken personeelsleden in dienst van de zorgkassen en heeft de Vlaamse overheid geen zeggenschap meer over hun verloning en arbeidsvoorwaarden.
Mocht echter blijken dat er over de hele loopbaan van een overgedragen personeelslid sprake zou zijn van loonverlies, dan is de betrokken zorgkas haar engagement niet nagekomen en dan ben ik bereid om opnieuw in overleg te gaan met de betrokken zorgkas of zorgkassen. Op dit ogenblik beschik ik echter niet over aanwijzingen in die richting.
De heer Van Malderen heeft het woord.
Die laatste zin is bijzonder belangrijk. U verbindt er zich toe om eventuele problemen aan te kaarten.
De hamvraag is: wanneer spreken we over loonverlies? Beschouwt men een competentiepremie als loon, als een component van het loon, als inkomen? Daar ligt het kalf gebonden. Beschouwen we de competentiepremie als een onderdeel van het verloningspakket dan wel als loon in de enge zin? Het zou nuttig zijn om dat eens na te gaan. Veel mensen zijn erop ingegaan, ze hebben de stimulans ervaren en hebben met veel goede bedoelingen, uit zichzelf ook, een opleiding gevolgd. Als daar indertijd een premie tegenover stond en die zou gedurende acht jaar worden uitbetaald, dan lijkt het mij evident dat mensen op hun strepen staan en vragen wat hun toekomt. Laat ons alstublieft geen semantische discussie voeren over loon dan wel inkomen.
Net als de heer Parys wil ik een bijkomende vraag stellen over de hele transitie. Tussen 1 januari en 31 december heeft men nog onder de federale vleugels gewerkt. De transitie is vandaag voltooid. Ik ontvang geen signalen dat dat slecht zou gaan, alleen maakt men zich grote zorgen over een aantal grote dossiers, ingediend vóór 1 januari. Men kruist de vingers opdat dit goed zou gaan. Er zijn wat informaticaproblemen. U zult ongetwijfeld antwoorden dat dit federale bevoegdheid is. Ja, in de uitvoering, maar sinds 2014 zijn wij de opdrachtgever van de federale overheid, die daar voor ons werkt. Bestaan er sluitende afspraken rond 17.000 historische dossiers die in de loop van vorig jaar nog zijn ingediend en waar er met een nieuwe applicatie bij de FOD Sociale Zaken problemen zijn? Houdt u daar nog de vinger aan de pols? Drukt u daarop zodat de uitbetaling reëel gebeurt? Het gaat om ettelijke duizenden mensen. Het gaat over de THAB.
Ik kan alleen maar bevestigen dat we uiteraard contact hebben over die transitie. De informatica is inderdaad niet onze verantwoordelijkheid. Er wordt vrij intens overlegd met de administratie over de uitrol van de transitie. Men zegt mij dat onze applicatie goed functioneert, ik heb in elk geval niet opgevangen dat het anders zou zijn.
Dat laatste klopt. Ik heb ook alleen maar positieve commentaren gehoord. Blijkbaar is er op het federale niveau onduidelijkheid, zelfs onzekerheid of men op tijd zal kunnen uitbetalen. Minister, maak daar alstublieft werk van. Zit ze achter de veren. Het gaat over THAB, er zijn mensen die op die centen wachten. Dat moet op tijd worden uitbetaald, wie daar ook verantwoordelijk voor is. Dat is voor ons allemaal een opdracht.
De vraag om uitleg is afgehandeld.