Verslag vergadering Commissie voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
Verslag
Mevrouw Jans heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ook mannen kunnen slachtoffer zijn van psychologisch, economisch, fysiek intrafamiliaal geweld. Maar omdat het taboe enorm groot is – nog groter dan bij vrouwen – durven maar weinig mannen hiermee naar buiten te komen.
Knack bracht een uitgebreide reportage over mannelijke slachtoffers van intrafamiliaal geweld in zijn editie van 11 januari. Er werden een aantal internationale studies genoemd – Belgische of Vlaamse cijfers zijn er niet. Het artikel, dat bijzonder genuanceerd was, spreekt van een vaak verborgen en ondergerapporteerde problematiek. De mannen in het artikel gaven aan te stoten op een gebrek aan begrip en weinig of niet serieus genomen te worden door politie, justitie en hulpverlening.
Zelf heb ik deze problematiek ook al eerder aangekaart in parlementaire schriftelijke vragen. De cijfers over het aantal mannen dat hulp zoekt – ambulant en residentieel – ligt bijzonder laag. Binnen de registraties van de centra algemeen welzijnswerk (CAW’s) over partnergeweld wordt er bij mannen geen onderscheid gemaakt tussen dader en pleger. Dit wordt bevestigd door de getuigenissen van de mannen in het artikel. Uit onmacht of verdediging wenden zij zich soms ook tot geweld en/of erkennen dat ze ook een rol hebben gespeeld in het destructieve patroon van hun relatie en het te ver hebben laten komen.
Uit de getuigenissen van de slachtoffers – en ik baseer me op de getuigenissen in Knack – komt ook naar voren dat zij vaak zelf al de stap naar relatieondersteuning gezet hebben. Ik heb in deze commissie al meermaals onderstreept dat ik sterk geloof in de meerwaarde van relatieondersteuning, niet alleen wanneer er zich problemen voordoen en dus wanneer er geweld plaatsvindt binnen de relatie, maar ook en vooral in een vroeger stadium waar men mogelijk nog preventief kan werken. Dit is een belangrijke boodschap die moet worden gebracht: door inzicht te krijgen in zichzelf en zijn relatie, in leren omgaan met conflicten en verschillen tussen mensen, kan men vroeger erkennen dat er iets grondig misloopt en kan men misschien nog ingrijpen of bijsturen.
Minister, op welke manier kan het taboe rond intrafamiliaal geweld ten aanzien van mannen worden doorbroken? Intrafamiliaal geweld kan niet los worden gezien van gezinsrelaties. In welke mate is er een aanbod dat zich specifiek richt tot mannen? Bent u bereid eventuele hiaten voor deze doelgroep weg te werken? In het antwoord op mijn schriftelijke vragen verwees u naar het Vlaams-Brabantse initiatief Mannenklap, een aanspreekpunt voor mannen die te maken krijgen met partnergeweld. Wilt u dit promoten en mogelijk uitbreiden naar alle Vlaamse CAW’s?
Minister Vandeurzen heeft het woord.
Collega’s, het taboe rond intrafamiliaal geweld ten aanzien van mannen doorbreken, begint bij het benoemen van het bestaan van deze vorm van geweld. Daarom is het nodig dat de wetenschap en de pers aan deze vorm van geweld tegen mannen aandacht besteden. Ook in de campagnes 1712 rond partnergeweld wordt hier aandacht aan gegeven.
In stappenplannen en informatie wordt ook duidelijk aangegeven dat ook mannen slachtoffer zijn van partnergeweld. In het nationaal actieplan ter bestrijding van alle vormen van gendergerelateerd geweld 2015-2019, dat uitvoering geeft aan het verdrag van Istanbul en zich richt op vrouwen, hebben we er vanuit Vlaanderen op aangedrongen om het plan genderneutraal te benaderen en ook aandacht te besteden aan mannen die intrafamiliaal geweld ervaren. In het kader van de uitvoering van dit actieplan heeft Vlaanderen zich onder meer geëngageerd om sensibiliseringscampagnes te lanceren inzake het bespreekbaar maken van relaties en relatieproblemen en om de bestaande ondersteuningsmogelijkheden beter bekend te maken en verdere sensibiliseringscampagnes op te zetten in het kader van de hulplijn 1712. Op de website zijn ook getuigenissen van mannen opgenomen. Het is dus belangrijk om in campagnes duidelijk te blijven maken dat partnergeweld in alle vormen voorkomt en deze campagnes te richten naar politie, justitie, hulpverlening en het brede publiek.
Zoals we hier al eerder hebben toegelicht, zetten we in de aanpak van intrafamiliaal geweld en kindermishandeling ook in op het uitbouwen van de ketenaanpak al dan niet binnen een Family Justice Center. Het spreekt voor zich dat ook geweld tegen mannen in een relationele context, in welke vorm dan ook, fysiek, psychisch of economisch, een aandachtspunt is.
In 2016 werd een actieplan inzake de aanpak van relatie- en scheidingsproblemen opgemaakt. Met dit actieplan willen we komen tot een gecoördineerde aanpak van deze problematieken. Een van de doelstellingen van het actieplan is het verhogen van de toegang tot het relatieondersteunend aanbod. Er is een gedifferentieerd aanbod aan relatieondersteuning, maar het aanbod is versnipperd en daardoor weinig overzichtelijk. Dit kan ervoor zorgen dat het aanbod en de verschillende mogelijkheden door de burger niet goed gekend zijn en kan ook drempelverhogend werken. Door het beschikbare aanbod beter te stroomlijnen en bekend te maken, willen we een aanbod realiseren dat voor iedereen toegankelijk is.
Het Steunpunt Algemeen Welzijnswerk heeft op basis van een bevraging van de centra algemeen welzijnswerk (CAW) het aanbod relatieondersteuning binnen de CAW’s reeds in kaart gebracht. Er is binnen de CAW’s geen aanbod dat zich specifiek richt op mannen, met uitzondering van het vluchthuis van CAW Boom-Mechelen-Lier dat een opvangplaats specifiek voorbehoudt voor mannen die naar aanleiding van intrafamiliaal geweld nood hebben aan opvang op een geheim adres.
Het overige opvang- en begeleidingsaanbod binnen de CAW’s staat open voor zowel mannen als vrouwen. In deze begeleiding worden vaak beide partners betrokken zonder een duidelijk onderscheid te willen maken tussen de mannelijke of vrouwelijke pleger en het mannelijk of vrouwelijk slachtoffer.
Centraal in de aanpak van intrafamiliaal geweld staat het stoppen van het geweld, de rol die elke partner daarin kan opnemen waarbij alle betrokkenen hun verantwoordelijkheid kunnen zien in het voorkomen en/of escaleren van geweld.
In 2017 wordt, in het kader van een breder actieplan relatieondersteuning, verder werk gemaakt van een betere bekendmaking van het aanbod inzake relatieondersteuning, waarbij ook aandacht uitgaat naar het hulpaanbod voor mannen.
‘Mannenklap’ is een initiatief van de stad Leuven met de ondersteuning van de provincie Vlaams-Brabant en CAW Oost-Brabant, voornamelijk uitgebouwd met vrijwilligers. CAW Oost-Brabant is betrokken en biedt inhoudelijke ondersteuning aan. Momenteel voorzien wij niet in verdere uitbreiding van Mannenklap naar andere regio’s. We willen vooral nagaan hoe we het bestaande aanbod voldoende genderneutraal kunnen profileren, binnen een includerend beleid. Initiatieven zoals Mannenklap kunnen zeker als ‘goede praktijk’ inspirerend zijn voor de aanpak binnen het bestaande aanbod zoals bij de CAW’s en 1712.
Mevrouw Jans heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord.
De heer Anseeuw heeft het woord.
Ik deel de bekommernis van de vraagsteller. Dit is geen nieuwe problematiek. Tien jaar geleden werd er al een studie uitgevoerd aan de VUB over hetzelfde onderwerp. Daaruit bleek onder andere dat het probleem niet onderschat mag worden, maar ook dat het bijzonder moeilijk bespreekbaar was op dat ogenblik. Nu, tien jaar later, is dat probleem nog altijd niet goed bespreekbaar. Dat heeft natuurlijk te maken met een aantal genderstereotypes die zeer hardnekkig zijn en de bespreekbaarheid daarvan in de weg staan.
Ik wil bij de vraag en bij het antwoord wel een nuance aanbrengen. Minister, u had het over relatieondersteuning. Op zich heb ik daar niets op tegen, maar we mogen niet blind zijn voor soms zeer schadelijke relaties, zeker wanneer er intrafamiliaal geweld bij te pas komt. Soms is het beter om vast te stellen dat sommige relaties niet werken. Als relatieondersteuning betekent dat we hardnekkig vasthouden aan het in stand houden van die relatie, bedank ik daarvoor. Als dat evenwel met de nodige openheid gebeurt en er concrete ondersteuning gaat naar die mensen die tot het besluit komen dat de relatie waar ze in zitten niet werkt of te schadelijk is, dan sta ik daar natuurlijk wel achter.
De vraag om uitleg is afgehandeld.