Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Vraag om uitleg over het herstel van de stranden na de doortocht van storm Dieter
Verslag
De heer Vandenberghe heeft het woord.
Ik wil eerst een kort gedichtje voordragen, dat langs een wandelpad langs de kust staat genoteerd. De auteur is onbekend.
Een dag aan zee
een dag zonder tijd
verstand op nul
wat een heerlijkheid.
Een adembenemend uitzicht
als je in het zand ligt
de golven breken
ik ben nog lang niet uitgekeken.
Zo zitten we meteen bij het thema waar we het vandaag over hebben.
Minister, nog niet zo lang geleden werd de kust opnieuw geteisterd door een grote storm. Er is heel wat media-aandacht aan besteed. Uiteraard wil ik vandaag het debat niet voeren om paniekvoetbal te spelen ten aanzien van onze kustbewoners en toeristen, want dat is zeker geen goede boodschap. Ik wil ook melden dat in 2004 elk jaar gemiddeld een half miljoen kubieke meter zand wordt toegevoegd in het kader van de suppletie van zand. Er worden heel veel inspanningen gedaan.
In drie jaar tijd hebben we twee grote stormen gehad. In 2013 was er de Sinterklaasstorm, waar ik als kustburgemeester van Bredene hard mee werd geconfronteerd. Ik heb toen een volledige wijk preventief moeten evacueren.
Minister, in tussentijd zijn heel wat structurele werken gebeurd langs de kust, ook in mijn gemeente, om die problematiek aan te pakken, waardoor het gevaar voor mijn gemeente vanuit de haven van Oostende al voor een groot stuk vermeden werd. Ik heb het over de structurele werken in het kader van de honderdjarige storm.
We worden ook geconfronteerd met de problematiek op het strand zelf. Door de Sinterklaasstorm zijn er 15 miljoen euro kosten om die buffer weer op peil te krijgen. Na de storm van 2017 zal het in dezelfde grootteorde zijn van 15 tot 16 miljoen euro. We moeten de definitieve cijfers nog krijgen van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust (MDK). Dan komt er nog een groot deel van het zand op natuurlijke wijze terug aan land.
U hebt in een antwoord gewezen op het project van de Vlaamse Baaien, waar ik uiteraard ook achter sta. We hebben die uitleg ook heel uitvoerig gekregen tijdens het kustburgemeestersoverleg, en ook de evolutie daarin. Ik kan me daar volledig achter scharen. Maar wat me een beetje zorgen baarde tijdens de vele gesprekken met een ingenieur van MDK na de laatste storm, was dat hij zei dat dat niet veilig is voor heel de kust.
Ik refereer opnieuw aan mijn eigen gemeente. Het is de enige gemeente aan de kust die geen dijk heeft. Op zich is dat geen probleem. Tijdens de laatste storm waren de weergoden ons nog gunstig gezind, net zoals bij de Sinterklaasstorm, want op het moment dat we de hoogste piek verwachtten, kwam de windrichting en dergelijke in ons voordeel. Dat was met de Sinterklaasstorm niet anders. Ik merkte wel dat de grootste stukken langs mijn strand volledig weg waren tot aan de duinenrij. Dat is iets dat me toch wel zorgen baart. We worden in de toekomst ook geconfronteerd met het stijgen van de zeespiegel.
Minister, vandaar mijn genuanceerde vraag. Ik weet dat het niet evident is en dat er al ongelooflijk veel inspanningen gedaan zijn. Het is zeker een constructieve vraag. Nederland heeft ook al heel wat structurele maatregelen genomen, maar dan meer gericht op kortere stukken met specifieke problematieken. Mijn vraag is of u wat dat betreft ook een visie ontwikkelt op lange termijn. We kunnen uiteraard altijd dat zand weer opvoeren, maar dat kost heel veel geld, ook voor de belastingbetaler. Kunnen we ook niet kijken naar extra structurele maatregelen? Het project van de Vlaamse Baaien is niet helemaal dekkend voor de kust. Ik heb bijvoorbeeld de zandmotor aangehaald, een idee van een specialist die daar dagelijks mee bezig is. Kan dat een optie zijn? Uiteindelijk kost dat elk jaar heel veel geld.
De heer Vandaele heeft het woord
Ik citeer een stuk uit het gedicht ‘Het huwelijk’ van Willem Elsschot.
Toen hij bespeurde hoe de nevel van den tijd
in d’ogen van zijn vrouw de vonken uit kwam doven,
haar wangen had verweerd, haar voorhoofd had doorkloven
toen wendde hij zich af en vrat zich op van spijt.
(…)
Hij dacht: ik sla haar dood en steek het huis in brand.
Ik moet de schimmel van mijn stramme voeten wassen
en rennen door het vuur en door het water plassen
tot bij een ander lief in enig ander land.
Maar doodslaan deed hij niet, want tussen droom en daad
staan wetten in den weg en praktische bezwaren,
en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren,
en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat.
Zo gingen jaren heen. De kindren werden groot
en zagen dat de man die zij hun vader heetten,
bewegingloos en zwijgend bij het vuur gezeten,
een godvergeten en vervaarlijke aanblik bood.
Minister, de storm Dieter heeft de Vlaamse stranden op vele plaatsen flink gehavend. Naar schatting spoelde anderhalf miljoen ton zand de zee in. Onder meer om het hinterland te beschermen tegen de duizendjarige stormen, voert de Vlaamse overheid, uzelf en uw voorganger, het masterplan kustveiligheid uit. Dijken werden vernieuwd, keermuren werden gebouwd, al dan niet wegneembaar, zandsuppleties werden aangebracht. Nu spoelden dus belangrijke hoeveelheden zand weg.
Opspuitingen gebeuren op vele plaatsen zo goed als jaarlijks als onderdeel van de onderhoudswerken, maar na de doortocht van Dieter zullen die onderhoudswerken niet volstaan. Met name in Wenduine, een deelgemeente van De Haan, waar ik woon, ligt het zwakste punt als het erop aankomt om het hinterland te beschermen tegen overstromingen, en met name daar is de schade vrij groot.
Een robuust strand is uiteraard belangrijk voor de bescherming van kust en hinterland, maar is ook belangrijk vanuit toeristisch oogpunt. Ik vroeg me dan ook af of u in uw aanpak een onderscheid maakt tussen zones die prioritair zijn voor de kustveiligheid en zones die vooral van toeristisch belang zijn. We hoorden de gouverneur van West-Vlaanderen ervoor pleiten om uit veiligheidsoverwegingen heel snel opnieuw op te spuiten. Ik vroeg me ook af of dat zinvol is in een periode waar nog meer zware stormen kunnen voorkomen. Ik denk dat die opspuitingen in het verleden nooit in die periode zijn gebeurd.
Onmiddellijk na de storm stelde ik me de vraag wat ik zou doen. Zal ik doen zoals sommige collega’s en sommige gouverneurs, en moord en brand schreeuwen in de pers? Of doe ik iets anders, want dat zet natuurlijk weinig zoden aan de dijk, of in dit geval zand op het strand? Ik heb iets anders gedaan.
Minister, we zijn al heel snel samengekomen. U hebt onmiddellijk een aantal dingen gedaan. U hebt de kust laten overvliegen en de schade laten opmeten en bekijken en ook al snel een aantal maatregelen op tafel gelegd. De conclusie was – dat is al meteen een antwoord op mijn eerste vraag – dat het toch ongeveer 17 miljoen euro kan kosten om te herstellen.
Collega Vandenberghe pleit voor een zandmotor. We weten dat het bestaat, maar we weten ook dat door de jaren heen aan de kust al verschillende technieken zijn toegepast. Misschien is collega Vandenberghe te jong om dat te weten, maar ik herinner me dat men ter hoogte van de Vosseslag ooit gigantische met zand gevulde worsten op het strand legde. Men heeft nog niet zo lang geleden ook al geprobeerd om zandophopingen onder water voor de kust aan te leggen. Dat komt toch al een beetje in de buurt van uw zandmotor, collega. Als die wegspoelen, zie je dat natuurlijk niet. Wat op het strand ligt, zie je. Vandaar ook de paniek bij de mensen waarschijnlijk. Wat onder de waterlijn gebeurt, is niet zo zichtbaar maar is evengoed iets waarmee rekening mee moet worden gehouden.
Minister, mijn eerste vraag valt weg, want u hebt de voorbije week al geantwoord wat het zou kosten. U zegt ongeveer 17 miljoen euro. Dat moet nog worden verfijnd. Mijn tweede vraag blijft wel overeind. We zijn intussen een paar weken verder. Hebt u intussen een actieplan kunnen verfijnen met een tijdpad? Zijn er zones waar u prioritair werk van wilt maken? Hoe ziet u dat?
Minister Weyts heeft het woord
Ik wil eerst het ruimere kader schetsen. Dat is door collega Vandenberghe al ten dele gedaan. Het Masterplan Kustveiligheid is in 2011 goedgekeurd. Daarbij hebben we gekozen voor een robuuste kust met beschermingsmaatregelen die bestaan uit zachte en harde maatregelen. De zachte maatregelen zijn strandophogingen waar mogelijk, en de harde maatregelen zijn stormmuren, de verbreding van zeedijken en een stormvloedkering in de haven van Nieuwpoort.
Sinds de goedkeuring van het Masterplan Kustveiligheid werd al ongeveer 100 miljoen euro gespendeerd aan maatregelen tegen overstromingen, waarvan ongeveer 70 miljoen euro aan zachte maatregelen die bestaan uit strandophogingen. Voor 2011 werd ongeveer 900.000 kubieke meter zand per jaar opgespoten op onze stranden. Sinds 2011 is dat al 1,3 miljoen kubieke meter zand per jaar.
Door de storm Dieter is er op zeer veel plaatsen zandverlies opgetreden en werden ook veel erosiekliffen gevormd. Wij hebben onmiddellijk op 14 januari de schade in beeld trachten te brengen door vaststellingen ‘de visu’ met een helikoptervlucht. We hebben toen ook een voorzichtige raming gemaakt van een schade ten belope van 17 miljoen euro.
Op 17 januari hebben we ook gebruik gemaakt van lidar-technologie (light detection and ranging). Dit is een opmeting met lasertechnologie waarbij we met een vliegtuig de kustlijn heen en weer overvliegen en heel goed kunnen vaststellen hoeveel strand er effectief verloren is gegaan, en dus ook zand. De verwerking van deze beelden zal ongeveer tien dagen duren. Vandaag hebben we al een eerste indicatie uit de lidar-metingen. Men gaat ervan uit dat tussen 1 en 1,2 miljoen kubieke meter zand is verdwenen. Een beetje vooruitlopend op de finale analyseresultaten, zullen we wel in de buurt komen van een kostprijs van 17 miljoen euro. We zullen er niet zo ver naast zitten, denk ik. Met enig voorbehoud, maar die raming zal dicht bij de waarheid komen.
We hebben een actieplan opgesteld om die schade aan te pakken. De stranden werden genivelleerd, de erosiekliffen werden op verschillende locaties langs de kust verwijderd. Loshangende balken en vloerelementen aan staketsels werden opnieuw vastgemaakt. Vlottende steigers in jachthavens werden hersteld. Dit alles gebeurde in functie van het toeristisch belang.
Het zandverlies op de stranden heeft gezorgd voor een daling van het veiligheidsniveau bij een volgende storm. Dat is onmiskenbaar zo. Daarvoor dienen die strandophogingen nu eenmaal effectief. Als een volgende storm een storm is met een terugkeerperiode tot één keer op vijftig jaar, dan is er geen direct gevolg. De zwakke zones bevinden zich in dat geval nog steeds enkel in de havens, daar waar op vandaag ook de preventieve maatregelen werden getroffen. Als het gaat over een gelijkaardige storm, stelt er zich dus geen probleem.
Bij een zwaardere storm zijn er wel bijkomende zwakke zones. Door de zandverliezen is het risico op overstromingen verhoogd, wanneer je zit op het niveau van boven de vijftigjarige storm. Daarom is het ook nodig om versneld in noodsuppleties te voorzien op korte termijn.
In het kader van de audit van het Rekenhof met betrekking tot de uitvoering van baggerwerken heb ik geantwoord dat we meer werk moeten maken van een win-winsituatie waarbij het uitvoeren van de baggerwerken in de havens in relatie moet staan tot het opspuiten van de stranden. Wat we daar kunnen recupereren van zand, wordt heden nogal vaak gedumpt op een specifieke locatie in de Noordzee. Dat is trouwens een locatie waar het saturatiepunt dreigt te worden bereikt. Vanuit die twee oogpunten is het zinvol om naar een win-win te gaan en het zand te kunnen recupereren en te gebruiken voor de strandophoging.
We hebben die denkoefening gemaakt. We hebben vandaag een baggercontract voor de commerciële kusthavens dat ook kan worden aangewend voor het opspuiten van de stranden. Op afroep kunnen we onmiddellijk de nodige baggertuigen mobiliseren om noodsuppleties uit te voeren, vooral aan de oostkust, waar een samenhang tussen het baggeren van de toegang tot de haven van Zeebrugge en het opspuiten van de stranden het meest voor de hand ligt.
We hebben de kustzone opgedeeld in vijf zones. Ik begin in het oosten. Ten eerste is er de zone De Panne-Koksijde en Lombardsijde-Middelkerke, ten tweede de zone Raversijde-Oostende, en ten derde de zone Oosteroever Oostende-Bredene. Mijnheer Vandenberghe, de afwezigheid van dijken in Bredene is eigenlijk een voordeel. Bredene is beschermd door de duinengordel. Het risico is daardoor net minder. De aanvoer die we daar moeten doen, is vooral in functie van de toeristische exploitatie. De duinengordel biedt de beste bescherming. Ten vierde is er de zone De Haan-Blankenberge, en ten vijfde de zone Knokke-Heist.
Vooral voor de zones aan de oostkust zullen we een beroep doen op het baggercontract. Voor de andere zones bekijken we wat mogelijk is via een versnelde uitvoering van andere contracten. Er wordt dus gelijktijdig ingezet op de uitvoering van de strandsuppleties in de verschillende zones met zo veel mogelijk baggertuigen zodat de diverse strandzones zo snel mogelijk worden hersteld. Indien we door operationele omstandigheden keuzes moeten maken en prioritair bepaalde zones naar voren moeten trekken, dan spreekt het voor zich dat we eerst de meest onveilige zones zullen uitvoeren. Daarna zullen we kijken om die zones te suppleren die cruciaal zijn voor de exploitatie van het strand. Er wordt dus wel degelijk een onderscheid gemaakt tussen zones die prioritair zijn voor de kustveiligheid, en zones die vooral van toeristisch belang zijn.
In heel die planning streven we naar exploiteerbare stranden tegen de paasvakantie, dus tegen begin april. Dat is de ambitie. Het is natuurlijk ook afhankelijk van de weersomstandigheden. Ik kan dat dus niet helemaal hardmaken of in marmer beitelen. De weersomstandigheden spelen daarin absoluut een rol.
Indien er toch nog in de paasvakantie zou moeten worden gewerkt, zal mijn administratie er zorg voor dragen dat de strandexploitatie gedurende de paasvakantie mogelijk is. De administratie is daarin in het verleden ook geslaagd.
Op korte termijn zijn de strandsuppleties de enige oplossing. De zandmotor kan niet met dezelfde snelheid effect hebben. Het staat los van de repercussies op uw kustlijn, het visuele aspect en alle discussies die daaruit zullen voortvloeien. Op één plaats spuit je een grote zandboog op, waarbij de stroming van het water zorgt voor de afzetting en het terug aangroeien van het strand met het zand uit die opgespoten zandmotor. Er wordt gebruikgemaakt van natuurlijke processen. Dat heeft als gevolg dat die voeding van de stranden geleidelijk, over verschillende jaren, gebeurt. Dat gaat heel traag. Het is dus een methode om vooral kleinere zandverliezen te kunnen compenseren.
Bij extremere stormvloeden, zoals de Sinterklaasstorm in 2013 en de storm van januari 2017, moet we sneller werken en zijn noodsuppleties de enige oplossing.
We gaan resoluut door met het project Vlaamse Baaien. We bekijken de verschillende alternatieve voedingsmethodes. Een voorbeeld daarvan is de vooroeversuppletie, waarbij zand wordt aangevoerd onder water in de zone grenzend aan het droog strand, die uitgevoerd is in 2014 in Mariakerke. Op basis van een monitoring van deze vooroeversuppletie leren we hoe het zand op de vooroever kan worden gebruikt om onze stranden terug aan te vullen met zand.
In 2017 worden ook middelen begroot om de haalbaarheid van een zandmotor als alternatieve voedingsmethode verder te onderzoeken. We gooien dat dus niet zomaar weg. Op korte termijn biedt het geen oplossing. We bekijken wel of het op sommige plaatsen mogelijk is of het op lange termijn, dus structureel, een bijdrage zou kunnen leveren.
En tegelijkertijd wordt via het project Vlaamse Baaien ook gekeken naar maatregelen om ons in de toekomst, rond 2100, te beschermen tegen de duizendjarige storm. Daar leggen we de lat nog hoger. In dat project worden alternatieve methodes ter bescherming van de kust, zoals de eilanden in zee, meegenomen.
De heer Vandenberghe heeft het woord.
Minister, ik dank u voor de heel uitvoerige en correcte uitleg.
Mijnheer Vandaele, ik was niet jong, maar ik was al strandredder. Het zijn Longard-buizen. Dat systeem ken ik redelijk goed. Ik kan het niet onmiddellijk vergelijken met het systeem van de zandmotor. Maar dit terzijde.
Ik kom even terug op die vijf zones. Bredene is inderdaad op geen enkel moment in gevaar geweest wat de overstroming van onze wijken betreft. De duinenbescherming is inderdaad zeer goed. Bredene heeft van oudsher een kort strandprofiel. Maar ik ben wel bezorgd dat het water tot aan de voet van de duinen zou komen. Als we dan niet tijdig die bescherming hebben, kunnen die duinen schade oplopen. Dat is wat ik daarnet wilde meegeven.
Ik blijf aandringen. Het opspuiten op korte termijn van het strand is nodig. De paasvakantie is een streefdatum. Ik heb daarvoor begrip. Eind april kan er nog een zware storm zijn, waardoor je dan in mei moet herbeginnen. Je hebt de natuur nooit helemaal in de hand. Misschien kunt u toch nog eens samenzitten met de ingenieurs, met de specialisten, om te brainstormen of er nog extra zaken kunnen gebeuren in de toekomst, zeker voor de zwakkere zones langs de kunst.
Uw antwoord voldoet. U hebt heel veel uitleg gegeven, waarvoor dank. Ik zal die uitleg verder terugkoppelen tijdens het kustburgemeestersoverleg dat binnenkort plaatsvindt.
De heer Vandaele heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. U had het helemaal op het einde over de eilanden. U weet dat ik een koele minnaar ben van die eilanden. Afgaand op mijn gedicht denkt u misschien dat ik gewoon een koele minnaar ben.
Ik vrees dat die eilanden onbetaalbaar zijn, indien je er geen ontwikkelingen op toelaat. Dan is het natuurlijk een ander verhaal.
Als je ziet wat water kan aanrichten, zeker aan de kust, vraag je je toch ook af of die eilanden dan wel blijven liggen. Maar goed, dat is een andere discussie.
Ik wil u bedanken voor de snelle actie die u hebt ondernomen, minister, en voor de concrete plannen die vandaag al op tafel liggen. Met de timing erbij, denk ik dat de mensen aan de kust en al wie daar leeft van het toerisme, min of meer gerustgesteld kunnen zijn dat u in elk geval probeert om dat allemaal snel aan te pakken, al met het oog op de paasvakantie.
Ik ben nog één punt vergeten te zeggen met betrekking tot die buizen waaraan gerefereerd werd. Ik heb mij laten vertellen dat dat niets te maken had met strandophoging, maar met stabilisatie van het strand. Dat had dus geen voedende functie.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.