Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister, een eventuele terugkeer van de wolf is iets wat ons intrigeert, zowel voorstanders als tegenstanders, maar het roept ook een aantal vragen en bezorgdheden op.
Een eventuele terugkeer van de wolf is al meermaals aan bod gekomen in de media en in het parlement. Onlangs heeft Waals minister van Natuur René Collin aan de hand van een aantal geloofwaardige verklaringen bevestigd dat de wolf na 118 jaren van afwezigheid opnieuw zijn weg heeft gevonden naar ons land. Zeker jonge wolven kunnen in korte tijd enorme afstanden afleggen. Als hij dus in Wallonië is gespot, bevindt hij zich wellicht op loopafstand van Vlaanderen.
De wolf is een door de Habitatrichtlijn Europees beschermde diersoort. Enkele maanden geleden – toen was het allemaal nog bijzonder theoretisch – werd de wolf ook strikt beschermd volgens het Vlaamse Soortenbeschermingsbesluit, onder meer op aandringen van de natuursector.
We hebben in Vlaanderen niet echt een plan of een visie rond wat we kunnen of moeten doen als die wolf zich meer en meer in onze regio begint te bevinden. Wat doe je bijvoorbeeld als je zo’n dier tegenkomt? Welke vergoedingscriteria zijn er bij eventuele schade? In Nederland staat men daarin al een heel stuk verder. Ik heb het Nederlandse wolvenplan eens opgezocht, en dat blijkt zelfs al een 2.0-versie te zijn. Die hebben een Wolvenbureau, een lijst van protocollen die moeten worden gevolgd – om maar te zeggen dat in Nederland alles in gereedheid staat om de wolf te verwelkomen.
In Vlaanderen zijn we zo ver nog niet, en waarschijnlijk is dat ook niet nodig, minister. Ik pleit voor alle duidelijkheid niet voor het stimuleren van de terugkeer van de wolf of een reusachtig wolvenplan, maar we mogen toch een beetje voorbereid zijn, een beetje meer dan vandaag. We zien die wolf immers meer en meer in onze buurlanden. Denk maar aan Nederland en de voorbereidingen daar, maar ook in Frankrijk en in Duitsland, en nu dus ook in Wallonië. Minister, wat gaat u nu doen voor de wolf in Vlaanderen?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega Sanctorum, we hebben misschien geen twee wolvenplannen zoals in Nederland, maar we hebben wel geanticipeerd op de komst van de wolf. In het Soortenbesluit, dat is aangepast op 17 juni 2016, hebben we de wolf expliciet opgenomen als beschermde soort. We hebben hem zelfs opgenomen in categorie drie, de hoogst mogelijke beschermingsstatus in Vlaanderen. Wat dat betreft, zijn we dus goed voorbereid.
Wat de kwestie van eventuele schade betreft: als beschermde soort is de wolf gevat door artikel 52 van het Natuurdecreet. Daarin wordt voorzien in een rechtsbasis voor het vergoeden van belangrijke en aantoonbare schade. Dat is verder uitgewerkt in het Soortenschadebesluit. In dat besluit is de hele procedure uitgelegd die moet worden gevolgd.
Er kan dus worden geconcludeerd dat op dit moment al een groot deel van het wettelijke kader bestaat in Vlaanderen met betrekking tot zowel de bescherming van de wolf als de eventuele gevolgen daarvan. Hoewel de mogelijkheden in het sterk verstedelijkte Vlaanderen voor een natuurlijke populatie wolven beperkt zijn, valt, gezien de opmars van de soort in West-Europa, een sporadisch doortrekkende wolf of dwaalgast de komende jaren ook in Vlaanderen niet uit te sluiten. Mijn administratie volgt de situatie op. Indien de frequentie en de nabijheid van dwaalgasten bij ons zou toenemen, dan zullen wij uiteraard sensibiliseren en ook duidelijk maken dat de mens niets hoeft te vrezen, omdat het hier om een mensenschuwe soort gaat. Ik laat mijn diensten alvast de nodige voorbereidingen treffen.
Op basis van de huidige gegevens en kennis acht ik het niet opportuun om daar nu een actieve communicatiecampagne rond op te starten. Er zijn heel wat andere zaken waar communicatie rond gebeurt en die vaak wat urgenter zijn. In dit geval is het niet nodig. Ik heb al een paar keer, ook in de pers, herhaald dat er geen enkel gevaar is en dat mensen zeker niets hoeven te vrezen van een wolf in Vlaanderen.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, minister. Ik pleit voor alle duidelijkheid niet voor een actieve communicatie die u zou moeten opzetten. Ik pleit ook niet voor een plan zoals dat in Nederland werd opgesteld en dat inderdaad zeer ver gaat.
Toch kan ik mij niet van de indruk ontdoen dat we in Vlaanderen iets beter voorbereid moeten zijn dan vandaag. De wolf heeft enkele maanden geleden inderdaad de hoogste beschermstatus gekregen via het Soortenbesluit. Er is een schaderegeling via het Schadebesluit. Er zijn een aantal wettelijke stappen ondernomen. Maar u gaat ervan uit dat die wolf alleen maar aanwezig zal zijn als een sporadische dwaalgast. Volgens de input die ik krijg, onderschat u echter de mogelijkheid van een aanwezigheid van de wolf in Vlaanderen. Het zou wel eens meer kunnen zijn dan iemand die in de verte een wolf heeft gespot, waarna we er nooit meer iets van horen. Het zou wel eens een stukje verder kunnen gaan.
Los van die wettelijke voorbereidingen denk ik dat er toch een oplijsting zou moeten zijn van mogelijke maatregelen, of zelfs een voorbereiding op een aantal scenario’s. Ik verwacht niet dat hier plots honderden roedels zullen rondtrekken in de Wetstraat of de Hertogstraat, maar het zou wel iets meer kunnen zijn dan die eenmalige dwaalgast. Er zijn bijvoorbeeld preventieve maatregelen die genomen moeten worden. We kunnen er toch op zijn minst eens over nadenken wat die preventieve maatregelen kunnen zijn? Vandaag hebben we daar geen enkele voorbereiding op.
Ik herhaal dat er geen grootse plannen nodig zijn, geen grote paperassen of administratieve rompslomp, maar toch iets meer voorbereiding dan de wettelijke regeling die vandaag bestaat.
De vraag om uitleg is afgehandeld.