Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Voorzitter, het is een lange vraag, maar dit is ook al een lang verhaal, dat hier ondertussen al twee jaar meegaat.
Minister, ik heb nog net voor het zomerreces – ik geloof dat het mijn laatste vraag voor het zomerreces was – zowel u als minister Muyters ondervraagd over de stand van zaken met betrekking tot het innovatiebeleid voor de mediasector in Vlaanderen. Innovatie is immers terecht een speerpunt van het beleid van de Vlaamse Regering. Dat is ook nodig. Onlangs was ik aanwezig op een forum van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO), waar ik te horen kreeg dat België slechts 23e is op de Global Innovation Index. Ik denk dat er dus werk aan de winkel is, trouwens niet alleen hier, maar ook federaal en bij de andere gewesten.
Innovatie is dus belangrijk, zeker ook in de mediasector, want dat is natuurlijk bij uitstek een snel wijzigende en zeer innovatieve sector. Ook in het regeerakkoord werd daar het een en ander over afgesproken. Ik zal het toch nog even voorlezen: “Innovatie is een hefboom voor een kwalitatief sterk en lokaal verankerd medialandschap. Daarom moet de werking van het Media Innovatie Centrum (MiX) aangepast worden. De geïnvesteerde middelen moeten terechtkomen bij kleine startende innovatieve ondernemingen.” We weten ondertussen allemaal dat de werking van MiX helemaal niet werd aangepast, maar dat dat centrum werd opgedoekt, ondanks enkele interessante concrete realisaties, die onder andere in uw beleidsnota werden besproken. In uw antwoord op mijn vraag om uitleg hebt u trouwens bevestigd dat innovatie belangrijk is en blijft voor de mediasector. U stelde het volgende: “Innovatie is inderdaad een belangrijk thema binnen het Vlaamse mediabeleid. De media-industrie is een dynamische sector, die bovendien sterk onderhevig is aan de veranderingen die gepaard gaan met digitalisering. Om bij te blijven en zeker om voorop te lopen, is het daarom cruciaal voor zowel beginnende als gevestigde mediabedrijven om in te zetten op innovatie.”
In uw beleidsbrief Media 2015-2016 stond: “Na het aflopen van het Media Innovatie Centrum (MiX) (...) zal ik in 2016 (...) – na overleg met collega Muyters, met de onderzoeksinstellingen en met de sector zelf – verkennen of er mogelijkheden bestaan, in het kader van het clusterbeleid, om nieuwe initiatieven te ontwikkelen om media innovatie (...) verder te stimuleren en ondersteunen.” Ondertussen loopt 2016 stilaan ten einde.
Ook minister Muyters gaf in juni een hoopvol antwoord. Hij wees ook op de mogelijkheden van het nieuwe innovatiebeleid. De mediasector had een aanvraag ingediend om te worden erkend als mediaclusterorganisatie. Minister Muyters zei daar toen het volgende over: “Met het clusterbeleid willen we de strategische samenwerking tussen bedrijven, sectoren en onderzoekers stimuleren, met als doel de economische impact gevoelig te doen stijgen. Dat is dus die triple helix. Innovatieve bedrijfsnetwerken zullen zich vooral richten op toekomstig potentieel en opkomende markten. Daarvoor zullen ze onder andere de bedrijven uit hun doelgroep begeleiden in de richting van (...) bestaande instrumenten.” Wat later in zijn antwoord zei hij: “Een van de speerpunten van het huidige clusterbeleid is samenwerking. Binnen die context hebben we er dus voor gezorgd dat ondernemingen van publiek recht, zoals de VRT, zeker niet uitgesloten zijn. Ik vind dat heel belangrijk. Ze hebben een ervaring en specifieke kennis die in een samenwerkingsverband met andere, een meerwaarde kunnen zijn.”
We moeten ons toch ook even herinneren dat tegelijkertijd de aparte innovatiesteun voor de openbare omroep in 2015 al werd stopgezet. Minister, u hebt daarover wel nieuwe afspraken gemaakt in de beheersovereenkomst voor 2016-2020 met de VRT. Zo werd het volgende afgesproken. De VRT werkt mee aan Vlaamse en Europese co-innovatieprojecten, al dan niet in triplehelixvorm. De VRT schrijft zich in in het innovatieclusterbeleid van de Vlaamse Regering en participeert actief in een Vlaamse mediaclusterorganisatie. De VRT kan zich voor de medefinanciering van innovatieprojecten wenden tot de reguliere Europese en Vlaamse steunkanalen voor onderzoek en innovatie, conform de daarin omschreven modaliteiten. De Vlaamse Regering werkt eventuele juridische obstakels daartoe weg.
De inconsequentie daarvan is natuurlijk redelijk groot. Eerst schrapt men het innovatiebudget van de VRT en nadien zegt men in de beheersovereenkomst dat ze daar op een drietal punten toch nog hard aan moet werken. Ook de voorzitter van de raad van bestuur heeft daar nog op gewezen, toen we het jaarverslag voor 2015 van de VRT hier hebben besproken: de aparte dotatie is afgeschaft, de totale dotatie is bovendien verminderd, maar de VRT moet als openbare omroep wel het voortouw blijven nemen inzake innovatie en technologische ontwikkeling in samenwerking met andere mediabedrijven.
In de zomer, op 15 juli, vernamen we dan dat de aanvraag van MediaNet Vlaanderen, in samenwerking met private mediabedrijven én de VRT én iMinds/Interuniversitair Micro-elektronicacentrum (imec) om te worden erkend als clusterorganisatie innovatief bedrijfsnetwerk voor de mediasector, niet werd goedgekeurd door het Agentschap Innoveren & Ondernemen (VLAIO). Ook het project van de gamingindustrie werd trouwens niet goedgekeurd. Daar hebben we het bij mijn voorgaande vragen niet echt over gehad, maar die had dus ook een project voor een innovatief bedrijfsnetwerk ingediend, en dat werd dus ook niet goedgekeurd. Ik geef nog even ter informatie mee dat men bij die eerste oproep voor innovatieve bedrijfsnetwerken slechts 13 van de 33 aanvragen heeft overgehouden. We zeggen niet dat een strenge beoordeling niet nodig is, maar het is natuurlijk wel belangrijk dat de sectoren en bedrijven die elkaar hebben gevonden in deze fase van de oproep, niet te lang zullen moeten wachten om eventueel een nieuw, beter onderbouwd dossier in te dienen. Anders loopt men natuurlijk het risico dat ze niet doorgaan met die bedrijfsnetwerken, aangezien ze geen concrete financiële stimulans meer hebben om samen dingen op poten te zetten.
Onlangs nog, op 29 september, werden er in de commissie Economie en Innovatie aan minister Muyters vragen gesteld over die clusters, de clusterorganisaties en de beslissing van 15 juli. Ik heb me daar toen even in gemengd. De minister zei: “De bedrijven moeten projecten indienen die aan de criteria voldoen en die in de toekomst het verschil kunnen maken. Wat specifiek media betreft, zal verder overleg worden gevoerd. In de eerste ronde voor de bedrijvenclusters is dit niet behouden.” Hij gaf dus de indruk dat er overleg is, dat er een tweede ronde komt. Enfin, het was allemaal wat onduidelijk, maar zoals u weet, kunnen we ons slechts één keer aansluiten, zodat we niet kunnen doorvragen. Ik heb hem daarover ondertussen een schriftelijke vraag gesteld, maar ik wou toch ook u hier vandaag daarover aanspreken, temeer omdat op 11 september nog de VRT de belangrijke Innovation Award for Content Creation heeft gewonnen, tijdens de internationale media-innovatiebeurs IBC in Amsterdam, voor het project Live IP, een samenwerkingsproject van VRT en de European Broadcasting Union (EBU). De Ketnet-app, gemaakt met het Gentse productiebedrijf Small Town Heroes, haalde dan weer de IBC-shortlist voor de Innovation Award for Content Management. Beide awards zijn het resultaat van het innovatiebeleid dat de VRT kon realiseren dankzij die aparte innovatiedotatie van de vorige beheersovereenkomst, die ze nu dus niet meer heeft.
Een volgehouden en consistent innovatiebeleid is ook voor de openbare omroep toch wel essentieel om zijn opdracht te kunnen blijven vervullen. Ik geef een laatste citaatje. De nieuwe CEO van de VRT, de heer Lembrechts, heeft zich nog niet zo heel veel publiekelijk uitgesproken, maar in een recent interview zei hij toch het volgende: “Het spijtige aan het verhaal is dat we voor deze initiatieven te weinig Vlaamse steun krijgen. Onze subsidies komen van de Europese Unie of Google Initiative. Als we dergelijke projecten voordragen bij de Vlaamse overheid gaat de steun vaker naar andere domeinen en niet naar de media.” Ik denk dat dat de nagel op de kop is.
Minister, welke acties en initiatieven gaat u nu nemen om een concreet en coherent innovatiebeleid voor de mediasector uit te bouwen en mogelijk te maken, conform de afspraken uit het regeerakkoord én de beheersovereenkomst met de VRT?
In uw beleidsbrief Cultuur 2016 kondigde u aan dat u de gamesector een duwtje in de rug wou geven om zich als sector beter te kunnen organiseren. En in uw beleidsbrief Media had u het over het gamebeleid: “Ik wil ook het gamebeleid grondig evalueren, om onze Vlaamse gameontwikkelaars meer kansen te geven om nieuwe innovatieve videogames te creëren.” Welke initiatieven hebt u hiervoor al genomen en welke zult u nog nemen nu hun aanvraag om als innovatievesectororganisatie erkend te worden, niet werd goedgekeurd?
Wordt u als minister van Media betrokken bij de gesprekken die blijkbaar nog plaatsvinden binnen het beleidsdomein Innovatie met de mediasector en met – laat ons hopen – ook de gamessector? Dat heb ik niet specifiek gevraagd aan minister Muyters.
Hoe zullen de private mediasector, zowel de grote maar vooral ook de kleinere innovatieve mediabedrijven, én de openbare omroep concreet gesteund worden om innovatieprojecten uit te bouwen? Wie zal de belangrijke coördinerende functie op zich nemen na de stopzetting van MiX en zonder de erkenning als clusterorganisatie voor de mediasector? Krijgt iMinds/imec hiervoor extra overheidssteun? Of kan MediaNet Vlaanderen hiervoor op een andere vorm van ondersteuning rekenen? Of kan er tussen beide worden samengewerkt?
Minister Gatz heeft het woord.
Mevrouw Brouwers, ik zal uw eerste en vierde vraag samen beantwoorden.
Ik heb net als u kennis genomen van de beslissing van het Agentschap Innovatie en Ondernemen (VLAIO) over de niet-aanvaarding van de aanvraag van Medianet Vlaanderen om erkend te worden als innovatief bedrijfsnetwerk (IBN). Vanzelfsprekend betreur ik dit, net als u, maar vragen in dezen, en bij uitbreiding over het beleidsthema Innovatie, moet u, net zoals ik in mijn antwoord op uw vorige vraag aangaf, uiteraard tot de exclusief bevoegde minister in kwestie stellen. Dat deed u intussen, en dat is goed. Ik heb vernomen, net als u en in nauw contact met minister Muyters, dat, wat specifiek Media betreft, verder overleg zal worden gevoerd. De contacten hierover met het kabinet van mijn collega zijn aan de gang. Er wordt, nog altijd, bekeken hoe de platformwerking ten bate van de mediasector het best kan worden ondersteund. Ik zal dit verder opvolgen, met de vinger aan de pols bij de sector. Ik kom hier graag op terug bij de bespreking van de beleidsbrief.
Wat het tweede luik van uw vraag betreft, dat binnen mijn eigen bevoegdheidsinstrumentarium zit, namelijk de VRT, is het zo dat ik er als minister van Media mee voor gezorgd heb dat de nieuwe beheersovereenkomst 2016-2020 met de VRT sterk inzet op media-innovatie. Dat is trouwens niet iets dat ik als minister aan de VRT moet opleggen. Dat is iets wat zij zelf volop als kaart trekken. U haalt een aantal afspraken aan uit de beheersovereenkomst. U weet dat daartoe in een jaarlijks evaluatiemoment is voorzien, maar ik ga graag dieper in op uw vraag.
De VRT wil via innovatie de Vlaamse mediasector stimuleren. Zij doet dat met verschillende instrumenten. Het is goed dat we hier eens wat langer bij stilstaan.
VRT Startup is een interne startup die experimenteert met nieuwe vertelstructuren, formats en diensten, en met nieuwe productievormen. Ze handelt volgens het ‘lean-startup’-principe. VRT Startup focust op de ontwikkeling van formats voor specifieke doelgroepen die met traditionele media moeilijker te bereiken zijn. Daarbij wordt telkens, per doelgroep, een periode van zes maanden genomen. VRT Startup heeft bijvoorbeeld al geëxperimenteerd met het ontwikkelen van formats voor nieuwe Vlamingen en nieuwsformats voor jongeren. Dit wordt voortgezet.
Met Open VRT besteedt de VRT aandacht aan het stimuleren van vernieuwing en creatief talent, zoals ook bepaald in de beheersovereenkomst. De VRT heeft Open VRT ontwikkeld als een community van online creatievelingen in Vlaanderen. Iedereen die dat wenst krijgt toegang tot Open VRT. In dit netwerk zijn momenteel al ongeveer 1300 jonge mensen opgenomen. 700 personen namen in 2015 live deel aan Open VRT-evenementen, en video’s over de evenementen werden meer dan 10.000 keer bekeken. Tijdens workshops wordt kennis uitgewisseld, leveren VRT-medewerkers advies aan creatief talent en worden partnerships met andere organisaties opgezet. Ik heb met dit deel van de VRT-werking intensief kennis kunnen maken vorige week in Gent op de Digitale Doebeurs. Dat was bijzonder interessant.
Na een testperiode in 2014 werd VRT Sandbox in 2015 structureel opgenomen in de innovatiewerking van de VRT. Met dit initiatief biedt de VRT aan Vlaamse start-ups en kmo’s die gericht zijn op de mediasector tijdelijk fysieke ruimte aan binnen het omroepcentrum en brengt hen in contact met VRT-merken en -programmamakers die interesse hebben om hun producten of diensten te testen en te valideren.
De VRT biedt hun gecontroleerde connectiviteit met haar productiesystemen, toegang tot medewerkers en media-gebruikers, en toegang tot het EBU-netwerk. Via VRT Sandbox krijgt de omroep meer inzicht in markttrends en nieuwe relevante producten en diensten. Partners krijgen de kans om de toegevoegde waarde van hun producten of diensten te bewijzen op de productievloer en ook om de VRT als referentie te gebruiken. Met zo’n vijftien externe partners per jaar worden samenwerkingen opgestart in verschillende cycli, telkens voor een periode van drie maanden. In de schoot van VRT Sandbox werd het LiveIP-project gerealiseerd. U verwees ernaar in uw vraag. Het openinnovatieproject met verschillende mediatechbedrijven krijgt wereldwijde exposure en lof, zoals de Innovation Award for Content Creation op de International Broadcast Conference (IBC) in Amsterdam, waar ik kennis kon maken met het project, en de EBU Award for Technology en Innovation.
Daarnaast is er VRT-onderzoek en innovatie in de brede zin van het woord. Zoals u het aanhaalt in uw vraag, voorziet de Vlaamse overheid niet meer in een afzonderlijke dotatie voor innovatie. Om verder innovatieprojecten te kunnen blijven uitvoeren, steeds samen met partners, haalde de VRT dit jaar, en dus na de afschaffing van de aparte dotatie, externe middelen binnen via verschillende kanalen: vanuit Vlaanderen, VLAIO, toch nog steeds ongeveer 750.000 euro gespreid over drie jaar; vanuit Europa iets meer dan 1 miljoen euro voor de VRT, alsook bijna 2,3 miljoen euro voor Vlaamse partners, gespreid over drie jaar; van Google News Initiative 173.000 euro voor VRT, alsook 573.000 euro voor Vlaamse partners gespreid over twee jaar. VRT Onderzoek & Innovatie werkt nog steeds samen met internationale spelers van hoog niveau, zoals BBC en Disney. Via haar deelname aan de EBU Research Group, heeft VRT Onderzoek & Innovatie ook een adviesrol voor de Europese Commissie.
Ten slotte is er in het brede innovatie- en onderzoeksgegeven van de VRT ook de opdracht en de wil van de VRT om de opgedane kennis te delen. De VRT stelt de resultaten van haar media-innovatieonderzoek ter beschikking van alle actoren in het Vlaamse medialandschap. Dat doet ze op verschillende manieren. Op Innovatie.vrt.be publiceert de VRT informatie over de lopende en afgeronde onderzoeksprojecten en de andere innovatie-activiteiten van de openbare omroep.
De VRT werkt momenteel aan het opstarten van een online publiek magazine over media-innovatie bij VRT en in Vlaanderen. Jaarlijks organiseert de VRT een evenement over media-innovatie: Media Fast Foward. Het event richt zich op de hele Vlaamse mediasector. De VRT stelt er de resultaten van haar innovatieprojecten voor. De volgende editie vindt plaats op 8 december.
Op het Creative Circle-evenement worden de projectresultaten van VRT Sandbox voorgesteld aan de hele mediasector, na elke cyclus. De Vlaamse starters waarmee de VRT op innovatief vlak samenwerkt, komen zo in contact met andere spelers in het Vlaamse medialandschap. De volgende editie vindt plaats op 10 november.
Collega’s, de VRT realiseert dus wel degelijk verschillende innovatieprojecten in samenwerking met Vlaamse en internationale mediabedrijven, universiteiten en starters. Het is dus zeker niet zo dat de VRT hierin geen goed werk verricht. Integendeel.
Eind vorige maand werd de doorlichting van het Vlaamse gamebeleid afgerond. De onderzoekers van iMinds, Smit en Mict hebben verschillende aspecten onderzocht en in kaart gebracht: een evaluatie van het VAF Gamefonds; de noden en verwachtingen van de Vlaamse gamesindustrie; de verschillende vormen van directe en indirecte steun voor de gamesector; interessante en relevante initiatieven uit het buitenland. De analyse van de verschillende onderzoeksluiken heeft een uitgebreide set van concrete aanbevelingen opgeleverd, die ik binnenkort zal toelichten in de beleidsbrief Media. Op basis van deze studie zal ik, in dialoog met de sector en in overleg met andere bevoegde collega’s, in 2017 werk maken van de verdere ondersteuning en stimulering van een Vlaams gamebeleid. Meer bepaald zal ik proberen de verschillende Vlaamse beleidsinitiatieven ten aanzien van gaming op elkaar af te stemmen, de overlap weg te werken en concrete samenwerking uit te werken.
In afwachting van een nieuw of aangepast beleid wordt de huidige financiële steun van het Gamefonds voortgezet. De nodige stappen worden ondernomen om de looptijd van de huidige beleidsovereenkomst met een jaar te verlengen.
Om het transversale karakter van het thema gaming te benadrukken, heb ik zowel het kabinet Innovatie als het kabinet Onderwijs betrokken bij de recente doorlichting van het Vlaamse gamebeleid. Aangezien steun aan de gamesector ook betrekking heeft op die beleidsdomeinen, vond ik het cruciaal om al tijdens het onderzoeksproces samen te reflecteren. Bij de concrete uitwerking van de aanbevelingen zal ik alle relevante beleidsdomeinen consulteren en mee proberen te betrekken.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, bedankt voor uw uitgebreide antwoord. U hebt mij wel twee keer wandelen gestuurd door te verwijzen naar de beleidsbrief, maar ik ga ervan uit dat we die dan over een veertiental dagen zullen krijgen. Meestal is dat ergens rond het herfstreces, zodat we dat reces nuttig kunnen besteden met het lezen van al die beleidsbrieven.
U hebt alle innovatieve dingen die de VRT doet, opgesomd: VRT Startup, Open VRT, VRT Sandbox, allerlei events. Dat weten we natuurlijk. Daar waren ze voor het grootste deel ook mee gestart op basis van de extra middelen die ze daar in de vorige beheersovereenkomst wel voor kregen. Nu zegt u zelf dat ze er gelukkig in geslaagd zijn om recent heel wat middelen binnen te halen, zelfs van Google – al was dat maar een klein bedrag in verhouding tot de rest.
Maar wat gaan we zelf doen? Wat gaat u daar als minister extra in investeren? Ik kijk uit naar uw begroting op dat vlak. Ik hoop dat we in uw begroting ergens iets kunnen ontwaren. Ik zou echt niet te veel rekenen op uw collega van Innovatie, want die heeft mij ook al enkele keren wandelen gestuurd. Ik ben daar toch redelijk boos over, na al die vragen die erover zijn gesteld. Mijn vrees is dat we tot stilstand zouden kunnen komen, misschien niet bij de VRT, die gebonden is aan de beheersovereenkomst, maar bij de andere spelers in de markt. En dat is natuurlijk het slechtste dat er zou kunnen gebeuren, dat er minder innovatie is dan enkele jaren geleden en dat daar in totaal minder in zou worden geïnvesteerd dan enkele jaren geleden. Dat is een vrees die mij stilaan bekruipt. We zijn nu twee jaar verder. MiX is afgeschaft. Wat het platform betreft, is het afwachten wat u daarover in uw beleidsbrief zult vertellen. Ik kijk daar dan ook met zeer veel belangstelling naar uit. We zullen dat van kortbij opvolgen.
Het ergste zou zijn dat er nog een nieuw platform gecreëerd moet worden en dat die dan ook nog eens een jaar moeten nadenken. Voor we het weten, zitten we in 2018 en is er minder dan er voordien was. Ik weet dat we in tijden van besparingen zitten, maar als we nu ergens niet mogen besparen, zo dacht ik toch gehoord te hebben in de Septemberverklaring van de minister-president, is het toch op innovatie? Die gingen er toch middelen bij krijgen? Blijkbaar is dat niet zo voor de mediasector, op het eerste gezicht. Ik hoop dat er in de toekomst toch positievere zaken te ontwaren zullen zijn, want dit stemt mij niet helemaal gerust.
De heer Vandaele heeft het woord.
We weten allemaal dat innovatie uitermate belangrijk is, ook op mediagebied en op het gebied van gamen. En de VRT moet daar een rol in spelen. Ze moet niet alleen in haar eigen belang een voortrekkersrol spelen, maar ook ter ondersteuning van de hele sector, zoals dat ook in de beheersovereenkomst staat.
Een tijd geleden is de beslissing genomen dat ook mediaprojecten moesten aankloppen bij de algemene middelen voor innovatie voor verschillende terreinen. Daar was ook een consensus over in het kader van het clusterbeleid.
Het project van MediaNet is blijkbaar niet goedgekeurd door de jury van het Hermesfonds. Ik weet niet of we daar met de politiek veel aan kunnen doen. We gaan ervan uit dat die selectie toch gebeurt op basis van een aantal keurige criteria, die netjes afgetoetst worden.
Het enige wat we kunnen doen, is dat in de gaten houden. Ik vermoed toch dat het de bedoeling is dat mediaprojecten op eenzelfde manier behandeld worden als andere projecten, en niet stiefmoederlijk. Daar kunnen wij dan wel een oogje in het zeil houden. Maar vandaag heb ik geen signalen dat dat niet zo zou zijn, dat men die mediaprojecten zomaar weert. Ik zou er toch nog wat tijd over laten gaan, alvorens daar een conclusie uit te trekken.
Ik wil me namens mijn fractie aansluiten bij de meer dan pertinente vraag van collega Brouwers. Minister, u hebt geantwoord wat er binnen de budgetten en de creativiteit van de VRT als huis gebeurt, en dat is zeer goed. Maar ik zou ook de kern van die kwestie willen accentueren: er moet een plaats zijn voor media in dat clusterbeleid en in het innovatiebeleid, hoe dan ook. En ik pleit ervoor om dat niet te doen op versnipperde basis, dus met losse, individuele projecten, maar met een globale aanpak, met een bedrijfssector als media. Daar kunnen allerlei partners op inschrijven. Dat is niet exclusief voor de VRT, verre van. Ook de privésector kan daarop inschrijven.
Ik kan, net als collega Vandaele, niet inschatten of het dossier misschien niet voldoende sterk was of administratief niet in orde was of weet ik veel wat. De hoeveelste keer is het al dat we dit bespreken, hier en bij minister Muyters? Er moet toch eens een doorbraak komen. Het kan niet zijn. Dit is een pingpongspel. Het zat vroeger in de budgetten van de VRT. Het is er apart uit gezet. Het is er weer in gezet. Het is eruit gezet en het is dan overgeheveld. Dat is het resultaat van vier beheersovereenkomsten na elkaar. De Vlaamse Regering moet nu collegiaal een keuze maken. Als we met de mediasector niet innovatief kunnen zijn, weet ik het niet meer. Dat is toch een typische speerpuntsector voor Vlaanderen, of niet soms?
Minister, mijn vraag is om daar met uw collega Muyters over te praten, ook formeel, en er ook afspraken over te maken, zodat we op relatief korte termijn een echte oplossing kunnen hebben. Ik vraag dat u daarin doorzet. Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat men er alles aan doet om Media erbuiten te houden. Die indruk heb ik sterk, maar ik kan dat niet hard maken. En dus vraag ik u om daar op politiek niveau overleg over te plegen, zodat die plaats daar regulier kan worden ingenomen door media in de breedte en de VRT in het bijzonder.
Minister Gatz heeft het woord.
Persoonlijk vind ik niet dat ik parlementsleden wandelen stuur als ik vandaag zeg dat we over een maand op een aantal dingen dieper zullen ingaan in de beleidsbrief. Maar goed, dat is een afweging die ieder voor zich moet maken.
Ik kan u wel al zeggen dat er in de begroting van 2017 geen extra middelen uit de lucht zullen komen vallen vanuit mijn budget voor media-innovatie. Dat is ook nooit de bedoeling geweest. Aangezien we het uit de dotatie genomen hebben en dus aanwijzen op het clusterbeleid, ga ik dat nu niet langs een achterpoortje opnieuw doen. De dotatie ligt vast voor de rest van de legislatuur. En daarmee vertel ik absoluut niets nieuws.
Ik vind trouwens dat de situatie toch licht overdreven wordt, als ik de optelsom maak van de bedragen die de VRT binnenhaalt voor haar media-innovatie. Als ik het rechtstreekse bedrag samentel van de bedragen die ik u daarnet in mijn antwoord heb gegeven, kom ik aan bijna 2 miljoen euro. En als ik het onrechtstreeks met andere partners bekijk, kom ik aan 3,5 miljoen euro. Wil dat daarom zeggen dat we nu niets willen of moeten ondernemen? Neen, dat is niet zo.
We gaan bekijken hoe we voor MediaNet een oplossing vinden. Ik ben daarover in gesprek met de collega.
Aangezien het zwaartepunt van het algemene clusterbeleid van collega Muyters duidelijk verschoven is richting imec, met de inkanteling van iMinds in imec, wil ik gerust met hem bekijken hoe dat nieuwe platform wel degelijk ook een rol kan spelen ten aanzien van de VRT. Ik ben er ook zeker van dat het engagement van collega Muyters daarin waarachtig is. We hebben daar trouwens al verschillende keren over gepraat op de ministerraad.
We moeten nu kijken op basis van concrete projecten – want dat is wel de tegenprestatie, er is geen algemene dotatie meer, het gaat op basis van ingediende projecten – welke bijkomende financiële middelen naar de VRT kunnen gaan. Dat is de stand van zaken. Een aantal elementen zullen nog iets meer verscherpt of verduidelijkt kunnen worden binnen de beleidsbrief. Verder denk ik, buiten de engagementen die ik nu opnieuw aanga, dat de situatie nu eigenlijk wel vrij duidelijk is.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, dat is inderdaad een duidelijk antwoord. De VRT moet er inderdaad niet op rekenen, de dotatie ligt vast, dat is zo afgesproken. Maar het is op den duur bijna een noodkreet, als zou blijken dat het, en het is nu al bewezen, in het nieuwe clusterbeleid van minister Muyters met de innovatieve bedrijfsnetwerken tot op heden niet gelukt is. 15 juli zijn ze erbuiten gevallen. Wat komt er dan in de plaats? U geeft hier aan dat het nieuwe platform iMinds-imec dat misschien wat kan verhelpen. Ik hoop inderdaad dat er zoiets tot stand kan komen. Dan zit het effectief eerder bij minister Muyters, maar Medianet kan daar toch voldoende bij betrokken zijn. We moeten naar zoiets gaan zoeken en hopelijk komt dat eruit, anders is het niets.
De dotatie ligt vast, er komt niets bij. In uw begroting is er niets bepaald. De regering heeft Innovatie bij minister Muyters geplaatst. Wat mij verontrust, is dat de criteria die door de jury gehanteerd zijn en op voorhand zijn opgelegd, misschien meer in het voordeel spelen van andere sectoren zoals de petrochemie, en dat de creatieve sector daar een beetje buiten valt. Ik denk dat u naar iets anders moet gaan.
Ik zeg niet dat u mij wandelen hebt gestuurd, maar zo kwam het wel over. Het is nog veertien dagen wachten. Ik hoop dat u tegen dan met minister Muyters tot een oplossing kunt komen die een toekomstperspectief biedt op korte termijn. Ik hoop dat het dan weer geen jaren moet duren eer daar dan weer iets uitkomt. Die kleine kmo’tjes moeten natuurlijk geholpen worden. Die startups moeten ergens geholpen worden om gebruik te kunnen maken van die middelen binnen Innovatie. Zij kunnen niet alleen dat soort dossiers gaan opstellen. Het is te hopen dat Medianet in samenwerking met het nieuwe iMinds-imec daar iets kan op poten zetten.
De vraag om uitleg is afgehandeld.