Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Beenders heeft het woord.
Minister, mijn vraag om uitleg is een opvolgingsvraag van voor het zomerreces, waarbij we twee voorstellen hadden gedaan die u verder zou onderzoeken. Het betrof twee voorstellen om de waterarmoede in Vlaanderen terug te dringen.
Het eerste voorstel betrof het statuut van beschermde klant. Nu wordt dat statuut voor de waterfactuur maar één keer per jaar toegekend, namelijk op 1 januari. Als je dan op 2 januari terugvalt op een leefloon, moet je een jaar wachten om recht te hebben op de sociale correctie. Het voorstel was om dat sneller toe te kennen, zoals bij gas en elektriciteit, waar het trimestrieel wordt toegekend.
Het tweede voorstel betrof de beschermde klanten, die vandaag, als ze het zelf vragen, het recht hebben om hun facturen maandelijks te betalen in plaats van driemaandelijks. Dat moet gebeuren op vraag van de beschermde klanten. Het gebeurt dus niet automatisch. Het voorstel is om regelmaat van maandelijkse betalingen voor beschermde klanten automatisch toe te kennen, waardoor mensen in een financieel moeilijkere situatie makkelijker hun budget kunnen plannen. Zo komen ze niet voor een verrassing te staan wanneer ze drie maanden later een factuur krijgen waarop ze niet echt hadden gerekend.
Minister, in de commissie hebt u als bevoegd minister geantwoord dat u beide voorstellen met uw administratie zou bespreken. Welke stappen hebt u ondernomen om beide voorstellen te bespreken? Bent u bereid om beide voorstellen om te zetten in concrete beleidsmaatregelen om zo de waterarmoede terug te dringen?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Beenders, uw vorige vraag om uitleg dateert van 5 juli. Ik heb toen inderdaad een aantal elementen meegenomen en gezegd dat ik dat zou laten onderzoeken. Na die bijeenkomst heb ik dat meteen overgemaakt aan de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM). Ik heb de VMM de opdracht gegeven om dat te overleggen met de betrokkenen, de armoedeorganisaties en de drinkwatersector.
Sinds 2015 loopt er een project Water en Armoede. Dat is hier al een paar keer aan bod gekomen. In dit project wordt Samenlevingsopbouw Provincie Antwerpen door mij financieel ondersteund om de problematiek van waterarmoede te onderzoeken, de effecten van het bestaande beleid te bekijken en concrete beleidsaanbevelingen te formuleren.
Het eerste werkjaar heeft reeds aanleiding gegeven tot een heel concreet rapport met aanbevelingen. In het tweede werkjaar wordt er in overleg tussen de verschillende OCMW’s, de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG), armoedeverenigingen, de Vlaamse Ombudsdienst en vertegenwoordigers van de drinkwatermaatschappijen gewerkt aan de opmaak van heel concrete aanbevelingen voor een code van goede praktijk voor de opvolging van wanbetaling. Dat wordt met de VMM op de voet opgevolgd.
De aspecten die u aanhaalt, maken onderdeel uit van dit werk en werden vanuit het project Water en Armoede als aandachtspunt naar voren geschoven. Het project zal concrete aanbevelingen doen die door de drinkwatermaatschappijen zullen kunnen worden geïntegreerd.
Op 16 september vond er een rondetafelgesprek plaats in het kader van het project waarop de aanbevelingen concreet werden voorgesteld aan de verschillende individuele drinkwaterbedrijven. Wat de aanbeveling betreft om te voorzien in meerdere instapmomenten, kan ik alvast meegeven dat dat goed werd onthaald door de drinkwaterbedrijven en dat ze niet tegen dat voorstel zijn. Zij geven wel aan dat dat ook negatieve gevolgen kan hebben. Het sneller afstemmen, een frequentere koppeling met de Kruispuntbank Sociale Zekerheid kan voor sommige klanten die het statuut van beschermde klant hebben, ook omgekeerd worden geïnterpreteerd. Daarop hebben zij gewezen.
Daarnaast heb ik aan de drinkwaterbedrijven gevraagd een operationeel-technische analyse te starten, die de effectieve haalbaarheid en de termijn van wanneer we dat kunnen laten ingaan, opmaakt. Ook de maandelijkse betaling kwam toen naar voren. Als de maandelijkse bedragen erg klein worden, wat het geval is voor rechthebbenden op het sociale watertarief, wegen de baten wellicht niet op tegen de mogelijke nadelen. Een maandelijkse factuur vraagt een maandelijkse opvolging met risico op een verhoogde onduidelijkheid in het betalingstraject. Het automatisch starten van een maandelijks betalingsregime kan ook stigmatiserend werken voor die groep van klanten. Bovendien wijzen de cijfers uit de recentste sociale statistiek juist uit dat er een zeer goede betaling is van die doelgroep vergeleken met sommige andere groepen. Automatisch het regime van maandelijkse betaling opleggen, is dus geen evidentie.
U ziet dat ik mijn engagementen nakom om de voorstellen te onderzoeken. Ik benadruk ook dat de bijsturing van het Algemeen Waterverkoopreglement een beslissing vraagt van de Vlaamse Regering. Dat kan dus niet alleen door mijzelf gebeuren, het moet worden geïnitieerd. Om te vermijden dat we dit Algemeen Waterverkoopreglement te frequent moeten wijzigen, heb ik alle aspecten die moeten worden aangepast, gebundeld. Dat gebeurt op dit ogenblik. We zullen die elementen dan meenemen om het Waterverkoopreglement aan te passen.
De heer Beenders heeft het woord.
Minister, het zou kunnen dat ik niet alles juist heb gehoord.
In verband met de termijn, denk ik dat u hebt gezegd dat u alle wijzigingen zou bundelen om op een bepaald moment alle aanpassingen van het reglement tegelijk door te voeren. Als dat inderdaad uw antwoord was, hebt u dan een idee van de timing? Wanneer zal dat gebeuren? Het zou goed zijn mochten we vooral de instapmomenten voor beschermde klanten nog voor 1 januari in orde krijgen. Dan zijn we ook voorbereid op eventuele prijsstijgingen die er misschien zullen komen wanneer de nieuwe tariefplannen van de drinkwatermaatschappijen in werking treden. We weten uit de consultatierondes dat bij sommige drinkwatermaatschappijen de kans op grote prijsverhogingen wel groot is. We moeten ze voor zijn en ervoor zorgen dat de mensen die in de loop van 2017 financieel in de problemen komen, recht hebben op een correctie van 80 procent. Zo moeten we hen niet noodgedwongen een jaar laten wachten.
Wat betreft de maandelijkse factuur die ze automatisch zouden moeten krijgen, denk ik wel dat het klopt dat die bedragen soms te klein zijn om daar een administratieve procedure voor op te zetten. Het is goed dat het werkveld en de OCMW’s goed weten dat deze maatregel bestaat. Voor die mensen die het echt nodig hebben om in een budgetbegeleiding duidelijk te weten welke facturen ze maandelijks krijgen, moeten verrassingen met driemaandelijkse facturen worden uitgesloten. Zij moeten weten dat ze daarop een beroep kunnen doen. Vorig jaar zouden daar maar een kleine tweehonderd mensen een beroep op hebben gedaan. We moeten vooral goed de maatregel blijven communiceren naar het werkveld, zodat de betrokken personen weten dat ze er recht op hebben als het hen zou kunnen helpen. Minister, het zou heel interessant zijn, mocht u over die termijn nog wat uitleg kunnen geven.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Mijnheer Beenders, u spreekt van 1 januari 2017, om het in orde te brengen, zodat er vaker zou worden afgestemd op de Kruispuntbank. Maar puur technisch kan dat zeker niet meer. Wij zullen het zo snel mogelijk doen, volgens wat praktisch haalbaar is. Dit lijkt mij echter technisch niet mogelijk.
De heer Beenders heeft het woord.
Minister, ik wil u bedanken. Ik ben tevreden dat de instapmomenten op jaarbasis vermeerderd zullen worden. Dat is voor iedereen een goede zaak. Ik kijk uit naar de wijziging van het Waterverkoopreglement, binnenkort.
De vraag om uitleg is afgehandeld.