Verslag vergadering Commissie voor Landbouw, Visserij en Plattelandsbeleid
Verslag
De heer Vanderjeugd heeft het woord.
Minister, ik heb deze vraag om uitleg ingediend omdat ik een beetje teleurgesteld was over het antwoord op mijn schriftelijke vraag.
De kilometerheffing voor het vrachtvervoer heeft ook nadelige gevolgen voor de landbouwsector. Volgens uw antwoord op mijn schriftelijke vraag heeft de studiedienst van het departement namelijk vastgesteld dat heel wat subsectoren van de agrovoedingssector extra kosten zullen ervaren door de invoering van de kilometerheffing. Ter compensatie zou door u de belofte gedaan zijn om 1 miljoen euro extra uit te trekken voor het financieren van een omkaderingsbeleid via het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF).
In de engagementsverklaring ‘Naar een coherent logistiek beleid’ is alleszins door de Vlaamse Regering opgenomen dat er specifieke maatregelen komen voor de land- en tuinbouwsector en de agro-industrie. Vooralsnog blijft het wachten op de tenuitvoerlegging van die toegezegde steun voor een omkaderingsbeleid. Over de invulling ervan wordt overlegd met diverse organisaties. De landbouworganisaties en de Federatie Voedingsindustrie (FEVIA) hebben al een eigen voorstel ingediend.
Minister, klopt het dat er een belofte aan de landbouwsector is gedaan om 1 miljoen extra uit te trekken voor het financieren van een omkaderingsbeleid via het VLIF? Gaat het dan om extra geld of over een voorafname op de machtiging van het VLIF? Is het een eenmalig of een jaarlijks recurrent bedrag?
Zullen de maatregelen gericht worden op alle subsectoren die blijkens de studie van het departement geconfronteerd zouden worden met extra kosten? Zo neen, welke subsectoren vallen uit de boot? Welke maatregelen werden voorgesteld in de nota van FEVIA? Werd ook de impact van de kilometerheffing op de visserij onderzocht? Zo ja, wat zijn de resultaten? Zo neen, waarom werd die sector over het hoofd gezien?
Kunt u een stand van zaken geven van het overleg over de invulling van de maatregelen? Tegen wanneer wordt een akkoord over de uitvoering beoogd? Wanneer zou dat van kracht worden?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega Vanderjeugd, zoals ik al een paar keer geantwoord heb, is er 1 miljoen euro ter beschikking voor de land- en tuibouwsector en de agrovoedingssector. Dat zijn extra middelen die ons ter beschikking worden gesteld om flankerend beleid uit te werken voor de kilometerheffing. We hebben die middelen toegevoegd aan het VLIF-budget. Het is dus geen intering op bestaand budget.
Er valt geen enkele sector uit de boot. Alle mogelijke investeringstypes op land- en tuinbouwbedrijven, waarvan een mitigerend effect geïdentificeerd werd en dit over alle sectoren heen, zullen gesubsidieerd worden. Ook de maatregel via VLIF-steun voor de agrovoedingssector zal heel breed ingezet worden. De maatregel via VLIF-steun voor land- en tuinbouwbedrijven wordt van kracht in de eerste periode van 2017. Een oproep in het kader van de kilometerheffing voor de bredere agrovoedingssector zal georganiseerd worden in 2018.
De reden hiervoor is dat een ondersteuning van beperkt zwaardere en langere vrachtwagens in de agrovoedingssector voorgesteld werd en dat deze vrachtwagens eerst nog een goedkeuring moeten krijgen voor gebruik op het Belgische wegennet.
De studie die de Federatie Voedingsindustrie (Fevia) doorgegeven heeft, was een impactstudie. De voorstellen werden besproken tijdens het stakeholderoverleg. Deze betroffen zowel de ondersteuning van investeringen op land- en tuinbouwbedrijven als de ondersteuning van beperkt zwaardere en langere vrachtwagens voor de agrovoedingssector.
Op het vlak van visserij werd geen impactstudie gemaakt. Er is enkel in een apart budget voorzien voor de land- en tuinbouwsector en de agrovoedingssector.
De heer Vanderjeugd heeft het woord.
Minister, u bent duidelijk en uw antwoord ontgoochelt niet.
Waarom werd de visserijsector niet onderzocht?
Ik weet nu dat het in werking treedt in 2017 en 2018.
Komen de resultaten van de impactstudie van de Fevia en van de Boerenbond overeen met die van de studiedienst van het departement?
Mevrouw Vermeulen heeft het woord.
We moeten oppassen, mijnheer Vanderjeugd, dat we niet spreken over compensatie: we moeten spreken over logistiek-ecologische maatregelen. Als compensatie is het absoluut verboden door Europa. De andere maatregelen zouden wel eens in het gedrang kunnen komen als we spreken over compensatie.
Minister, u spreekt over 1 miljoen euro op de provisie van het VLIF. Komt dat miljoen van de andere provisie die in de visienota staat?
Ik sluit me aan bij de bemerking van mevrouw Vermeulen. Het is bijzonder belangrijk om de juiste omschrijving te gebruiken.
Het is voor mij essentieel dat deze middelen niet uit de bestaande VLIF-middelen komen, maar dat het extra middelen zijn. De minister heeft daar heel duidelijk op geantwoord.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Wat de visserij betreft, als zij bij ons aanlanden, is de extra kost voor de kilometerheffing beperkt. Vaak zijn er andere spelers die wel in de agrovoeding zitten, die daar wel voor in aanmerking komen.
Alle studies komen in feite tot dezelfde conclusies.
Toen de Vlaamse Regering beslist heeft om die kilometerheffing in te voeren, heeft ze ook beslist dat de inkomsten ervan voor compensaties voor de sector gaan dienen. Op hetzelfde moment is afgesproken dat 1 miljoen euro uit de algemene middelen ter beschikking wordt gesteld van de landbouwsector, de agrovoedingssector, voor flankerende maatregelen.
Wat u zegt over Europa, klopt. We moeten voorzichtig zijn in onze formulering. Het is een goede zaak dat het in het VLIF zit. Op die manier kunnen we die investeringen ondersteunen.
De heer Vanderjeugd heeft het woord.
Het is positief dat de stelling ‘politici beloven veel’ hier absoluut niet opgaat. Beloftes worden waargemaakt.
Ik ben een vraag vergeten te stellen, kunt u nog een kort antwoord geven? Zijn de middelen eenmalig of jaarlijks?
Ze zijn jaarlijks.
De vraag om uitleg is afgehandeld.