Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, tijdens de zomervakantie slaakte de Dierenbescherming uit Mechelen een alarmkreet over het groot aantal katten waar het door werd overspoeld. Er was geen enkel hok meer vrij, en de gastgezinnen die kittens opvangen, hadden geen plaats meer.
De eenvoudigste oplossing is dat er meer dieren geadopteerd worden, maar ook het aantal nieuwe pleeggezinnen bleek niet te volstaan.
Structureel moet er worden ingegrepen aan de instroom. Het kattenplan dat u hebt ingevoerd, zou daartoe een goede basis moeten zijn, aangezien er een sterilisatieplicht geldt voor kittens. Van bij de aanvang hebt u echter erkend dat de afdwingbaarheid van deze sterilisatieplicht bij particulieren problematisch is. Het heette toen dat de wetgeving vooral moest worden gezien als een instrument om te sensibiliseren. Gelet op de grote toestroom van kittens naar asielen kan worden vermoed dat een en ander niet optimaal verloopt.
Minister, is de situatie in het Mechels asiel representatief voor heel Vlaanderen? Is er met andere woorden sprake van een algemene toestroom van kittens naar dierenasielen? Zo ja, hoe kan dat worden verklaard?
Welke invloed heeft de uitvoering van het kattenplan op het bestand van nieuw geboren katten in Vlaanderen sinds het van kracht is geworden?
Hoe verlopen de controles op het naleven van de sterilisatieplicht van kittens bij professionele handelaars enerzijds en particulieren anderzijds?
Hoeveel controles gebeurden er bij professionelen en particulieren, werden er overtredingen vastgesteld en hoe werden die gesanctioneerd?
Werd er reeds een evaluatie van het kattenplan gemaakt? Zo ja, welke waren de resultaten, zeer in het bijzonder bij particulieren? Welke bijsturingen dringen zich volgens u op?
Minister Weyts heeft het woord.
De asielcijfers worden op jaarlijkse basis verzameld, zodat de asielen daar niet te veel mee worden belast. Als gevolg daarvan heb ik geen zicht op de tussentijdse cijfers voor 2016. U weet dat de tweede stap van het kattenplan in werking is getreden kort na de regionalisering in 2014. Uit de cijfers van 2014 en 2015 blijkt telkens een stijging van het aantal opgevangen katten met 6 procent ten opzichte van het jaar voordien.
Aangezien er geen cijfers beschikbaar zijn voor Vlaanderen van vóór 2013, laten die cijfers niet echt toe om te besluiten in hoeverre die stijging een gevolg zou kunnen zijn van de invoering van het kattenplan. Maar gelukkig wordt ook vastgesteld dat de inspanningen van de asielen vruchten afwerpen. Sinds 2013 is het aantal katten dat geëuthanaseerd werd, gedaald met maar liefst 39 procent, terwijl het aantal geadopteerde katten is gestegen van 73 naar 78 procent. Dat zijn dus hoopgevende cijfers.
Ik heb de Vlaamse Raad voor Dierenwelzijn gevraagd om het kattenplan te evalueren – dat heb ik al eerder gezegd – en indien nodig aanpassingen voor te stellen. De raad zal daarbij kijken naar de instroom van katten in asielen en de mogelijke rol van het kattenplan. Ik krijg daarover vanuit het veld soms wel wat diffuse signalen.
De eerste vergadering vond plaats eind verleden maand. Een volgende vergadering wordt op korte termijn gepland. Ik wacht op de resultaten om dat kattenplan desgevallend bij te sturen.
De meldingen over het niet naleven van de sterilisatieplicht van kittens bij particulieren worden voornamelijk administratief afgehandeld. Er wordt steeds eerst een waarschuwing verstuurd. Bij een tweede vaststelling wordt een proces-verbaal opgesteld en een administratieve boete opgelegd, al dan niet na een voorafgaande controle ter plaatse door een inspecteur.
In 2016 – dus tot op heden – hebben wij weet van 230 meldingen die op deze wijze administratief werden afgehandeld.
Bij elke controle die wordt verricht bij een erkende kweker, wordt ook nagegaan of de sterilisatieplicht wordt nageleefd. Indien er overtredingen worden vastgesteld, wordt ook daarvan een proces-verbaal opgesteld en een administratieve boete opgelegd. In 2016 ging het om twee gevallen.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord.
U hebt gemeld op welke manier de controles gebeuren. Velen hebben de indruk dat de sterilisatieplicht goed wordt nageleefd bij de professionele handelaars, maar dat de zwakste schakel bij de particulieren zit. Daarom heb ik in mijn vraagstelling de vraag opgenomen op welke manier de controles gebeuren, én bij particulieren én bij professionele handelaars. Het is namelijk toch wel belangrijk dat ook bij particulieren de nodige maatregelen worden genomen.
Het is een goede zaak dat het aantal katten dat wordt geëuthanaseerd, in dalende lijn is. Dat is een zeer positief element in uw antwoord. Ook het feit dat het aantal geadopteerde katten met 5 procent is toegenomen, is een positieve evolutie.
Minister, ik ben tevreden dat u de Raad voor Dierenwelzijn hebt gevraagd het kattenplan te evalueren en dat u dit op korte termijn inplant. Ik vermoed dat dat misschien nog dit najaar zal zijn. Misschien kunt u dat nog verduidelijken. Het lijkt mij nodig om dat te doen, aangezien de dierenasielen alarm hebben geslagen.
Ik kijk uit naar de evaluatie die zal volgen en de maatregelen die zullen worden genomen om hierin verder bij te sturen.
Mevrouw Robeyns heeft het woord.
Voorzitter, ik sluit heel kort aan bij de vraagstelling van mevrouw De Vroe. Zolang we de verplichte sterilisatie – en dan vooral bij de particulieren, want ik denk dat het redelijk goed loopt bij de professionelen – niet meer zullen verplichten of controleren, vrees ik dat het dweilen met de kraan open zal blijven. We zien dat ook aan de cijfers. De cijfers van geëuthanaseerde katten nemen af, maar de cijfers van het aantal in de dierenasielen blijven toenemen.
Ik kijk ook uit naar de evaluatie van de Raad voor Dierenwelzijn. Ik denk namelijk dat er een bijsturing nodig is.
Minister, ik herinner mij dat u bij een vorige vraag om uitleg een oplossing zag in het chippen van katten en de databank die daaraan gekoppeld is. Ik heb dat niet opgenomen in mijn vraag om uitleg, maar misschien kunt u daarvan de stand van zaken geven? Indien niet, zal ik een aparte vraag om uitleg indienen.
Ik sluit graag even zelf aan met een bijkomende vraag. In de vraag om uitleg van mevrouw De Vroe wordt de link gelegd naar de toestroom naar dierenasielen. Anderzijds hebben ons de afgelopen maanden via allerlei krantenberichten ook wel eens noodkreten bereikt dat er heel wat meer zwerfkatten zouden zijn.
Minister, zijn er cijfers of kunnen er conclusies worden getrokken dat er een causaal verband zou zijn tussen het invoeren van de sterilisatieplicht enerzijds en een toename van zwerfkatten anderzijds? Ik weet niet of het reeds een onderdeel is in de evaluatie van het zwerfkattenplan, maar zou het kunnen worden meegenomen om daarvan een verscherpt beeld te krijgen? Er komen daarover toch verschillende signalen binnen, in de ene of de andere richting.
Minister Weyts heeft het woord.
Wat dat laatste betreft, heb ik gezegd dat die signalen soms nogal diffuus zijn. Het ene asiel meldt dat er een toestroom is en het andere merkt geen opmerkelijke verandering. Op basis van wat ik hoor uit het veld, lijkt het me niet al te gemakkelijk om daar een lijn in te trekken, laat staan in causaal verband. Maar de asielen zijn in de nieuwe Raad voor Dierenwelzijn uitermate goed vertegenwoordigd: ze zijn met z’n vijven. Ik veronderstel dat hun stem daar meer dan afdoende aan bod kan komen, alsook hun expertise en ervaring. Ik kijk uit naar het rapport dat ze gaan opleveren. Op basis daarvan zullen we de evaluatie doorvoeren.
We hebben de databank in de markt gezet, mevrouw Robeyns, samen met de andere gewesten. Ik ga ervan uit dat we daar de selectie kunnen maken. Ik zeg dat enigszins onder voorbehoud omdat we dat met z’n drieën moeten doen. We hadden een discussie: kunnen we de offerte enkel gezamenlijk in de markt zetten voor honden en katten, of kan men ook apart metingen doen? We hebben de keuze opengelaten. Bij de selectie moeten we daar dan wel op afkloppen. Ik ga ervan uit dat we kunnen starten in het voorjaar van 2017.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Wat is de timing van de evaluatie? Op korte termijn, zegt u. Is dat nog dit najaar?
Dat hangt af van de werkzaamheden van de Raad voor Dierenwelzijn, wanneer zij hun rapport afleveren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.