Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Rzoska heeft het woord.
Eigenlijk moest in de titel van mijn vraag ‘fietsers en voetgangers’ staan. Ik heb daarnet gezien dat ik hen was vergeten.
Minister, in het Verkeersveiligheidsplan dat eind juni van dit jaar werd voorgesteld in de commissie Mobiliteit hebt u het ook over het concept ‘vierkant groen’. U stelt erin dat het principe van ‘vierkant groen’ voor fietsers een aantal voordelen biedt. Dat is dus ook het geval voor voetgangers. Er zijn geen extra conflicten met afslaande auto’s en fietsers kunnen links afslaan in één beweging, zonder extra stop.
In dezelfde bijlage belooft u na te gaan voor welke kruispunten ‘vierkant groen’ een oplossing kan zijn. Verder geeft u ook aan dat ‘vierkant groen’ momenteel niet toegestaan is volgens het verkeersreglement. Volgens de timing van het verkeerveiligheidsplan zal het wegwerken van deze juridische bezwaren dit jaar nog geschieden. U wil ook een proefproject rond het concept opstarten, lees ik in het verkeersveiligheidsplan, en dat is een beetje vreemd, want er zijn reeds verschillende proefprojecten die, ondanks de juridische bezwaren, al jarenlang bewijzen dat ‘vierkant groen’ werkt op sommige kruispunten. In Hasselt zijn de negen lichtengeregelde kruispunten op de kleine ring, de zogenaamde Groene Boulevard, van het ‘vierkant groen’-principe. Ook in Wetteren, Ieper, Machelen en Diegem zijn er projecten die lokaal gemonitord worden. Minister, ik denk dat de experimentele fase voor dit concept voorbij is. Het is bewezen dat het op bepaalde kruispunten kan werken en het is vooral heel duidelijk dat het de verkeersveiligheid van fietsers enorm vergroot. Ik vraag mij af waarop u nog wacht.
U liet vorig jaar in een antwoord op een schriftelijke vraag van collega Kherbache van 9 november 2015 al blijken dat uw agentschap het draagvlak zou onderzoeken en dat het resultaat van dat onderzoek al dan niet zou leiden tot een voorstel van wijziging van het verkeersreglement.
Wat is het resultaat van het onderzoek dat AWV binnen de Adviesgroep voor Verkeersveiligheid op de Vlaamse Gewestwegen (AVVG) heeft gevoerd?
Wanneer zal er concreet een initiatief worden genomen om het verkeersreglement te wijzigen zodat het concept ‘vierkant groen’ zonder juridische interpretatie kan worden ingevoerd waar mogelijk?
Waar en wanneer zullen er criteria worden opgesteld om te bepalen op welk type kruispunt ‘vierkant groen’ kan worden toegepast?
‘Vierkant groen’ gaat meestal ten koste van de doorstroming van auto’s. Daarom is het niet op elk kruispunt aangewezen. Toch lijkt me de veiligheid van zachte weggebruikers een belangrijker argument om dit concept in te voeren. Zult u erop toezien dat de criteria niet te strak zijn ten voordele van de doorstroming en er bijgevolg weinig kruispunten overblijven waar dit toepasbaar is?
Zullen lokale besturen betrokken worden bij de opmaak van de criteria, en zo ja, op welke manier? Bent u van mening dat lokale besturen moeten kunnen vragen om de verkeerslichten op een gewestelijk kruispunt aan te passen aan het ‘vierkant groen’-principe?
Minister Weyts heeft het woord.
In het nieuwe verkeersveiligheidsplan hebben we het ook over de toepasbaarheid van het principe ‘vierkant groen’. Zoals u weet, kan het concept ‘vierkant groen’ vandaag strikt genomen nog niet geïmplementeerd worden. De wegcode laat momenteel niet toe dat verkeerslichten in conflicterende rijrichtingen gelijktijdig groen zijn. De wegcode moet dus worden aangepast en er is een voorstel in opmaak dat zal worden bezorgd aan de FOD Mobiliteit in het ruimere kader waarbij de planning wordt opgevat om de herziening van die wegcode door te voeren. Er lopen desalniettemin reeds een aantal proefprojecten. Die worden momenteel voornamelijk geëvalueerd en bijgestuurd op basis van meldingen en ervaringen van weggebruikers. Een bijkomend proefproject, zoals aangekondigd in het verkeersveiligheidsplan, heeft de bedoeling om het principe van ‘vierkant groen’ ruimer te evalueren. Zo zullen ook voor- en nametingen duidelijkheid verschaffen op het vlak van doorstroming en op het vlak van verkeersveiligheid. Die zullen we gebruiken als basis voor het vastleggen van criteria voor het al dan niet concreet toepassen van het ‘vierkant groen’-principe.
De toepassing van het ‘vierkant groen’- principe biedt niet alleen voordelen voor de zwakke weggebruiker, maar zeker ook een aantal nadelen. U verwees naar een aantal toepassingen in het buitenland. Daar is ook een zekere selectiviteit bij de toepassing, bijvoorbeeld in Nederland, en de criteria zijn betrekkelijk stringent. Ze worden ook aangehaald in het Vlaams verkeersveiligheidsplan. De gemiddelde verliestijd van rechtdoorgaande fietsers parallel aan de hoofdrichting van de auto’s neemt toe.
De wachttijden voor voetgangers kunnen groter worden, maar ook de wachttijden voor autoverkeer kunnen groter worden. Het risico op ongevallen tussen zachte weggebruikers onderling maar ook met bromfietsen neemt toe. Ik streef er dan ook naar om objectieve criteria vast te leggen, zoals die ook in Nederland bestaan.
Anderzijds is het natuurlijk ook wel zo dat er andere mogelijkheden zijn om de verkeersveiligheid van de zachte weggebruiker op door verkeerslichten geregelde kruispunten te verhogen. Bij nieuwe kruispunten of grote herinrichtingen wordt er bij het ontwerp naar gestreefd om het kruispunt maximaal conflictvrij te maken. We proberen ook op geregelde basis om alle bestaande kruispunten aan te pakken in functie van veiligheid, het bevorderen van doorstroming, en het vermijden van conflicten met de zwakke weggebruikers. AWV is bezig met een actieplan om deze doelstellingen gestalte te geven.
Waar de voetgangers en fietsers niet volledig conflictvrij kunnen worden geregeld, zullen andere opties worden overwogen. Hier wordt onder meer gedacht aan enkel het links afslaan conflictvrij te maken. Er wordt gedacht aan het fietsersgroen tegelijk te beëindigen met het voetgangersgroen, zodat geen verwarring meer mogelijk is voor automobilisten die bij het afslaan enkel het voetgangerslicht zien en daardoor bij rood voetgangerslicht, verkeerdelijk geen voorrang geven aan nog rechtdoor gaande fietsers die door het nog groene fietserslicht rijden. Er wordt gedacht aan het inbouwen van een aparte fase op aanvraag waarin enkel de fietsers en eventueel voetgangers die dezelfde weg oversteken, tegelijk met elkaar groen krijgen, maar niet tegelijk met het afslaand gemotoriseerd verkeer. Andere mogelijkheid is het aanbrengen van oranjegele knipperlichten die steeds werken en wijzen op de aanwezigheid van fietsers of voetgangers. Er wordt ook gedacht aan de toepassing van het principe ‘voorstart in de ruimte’, namelijk het aanbrengen van fietsopstelstroken.
Zodra de juridische bezwaren zijn weggewerkt, zal ‘vierkant groen’ als alternatief worden afgewogen ten opzichte van de hierboven vermelde oplossingen, rekening houdend met de vast te leggen criteria voor toepasbaarheid. AWV zal een voorstel voor criteria opstellen en dit ter evaluatie voorleggen op de Adviesgroep voor Verkeersveiligheid op de Vlaamse Gewestwegen (AVVG). Op deze manier wordt aan de diverse partijen, waaronder het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) en de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG), de mogelijkheid geboden om inspraak te hebben.
Ten aanzien van de betrokkenheid van lokale besturen bij de implementatie van de lichtenregeling is het zo dat de regelprincipes op een door verkeerslichten geregeld kruispunt in overleg bepaald worden op de Provinciale Commissie Verkeersveiligheid (PCV). In deze commissie zijn de diverse betrokken partijen vertegenwoordigd zoals AWV, De Lijn, de politie, het gemeentebestuur en het BIVV. De lokale besturen kunnen altijd vragen om het ‘vierkant groen’-principe te agenderen.
De heer Rzoska heeft het woord.
Ik dank u voor uw uitgebreid antwoord. Ik kan me grotendeels ook vinden in de punten die u op de tafel hebt gelegd. Ik besef ook dat ‘vierkant groen’ niet voor elk kruispunt kan.
De verwijzing naar Nederland is interessant omdat ik denk dat u en iedereen in deze commissie op het vlak van verkeersveiligheid behoorlijk wat ambitie heeft. Het staat niet stil, ook niet in Nederland. Heel wat Nederlandse steden en gemeenten experimenteren met lichtverkeersbeïnvloeding door fietsers. Sommige steden halen behoorlijk indrukwekkende resultaten, waardoor niemand aan het kruispunt het gevoel heeft stil te staan, maar waarbij de fietser wel de maat der dingen is. We zoeken met zijn allen hoe we de schande van zo veel verkeerslachtoffers op een of andere manier naar beneden kunnen halen.
Op sommige kruispunten wordt het principe ‘vierkant groen’ al gehanteerd, en dat leidt tot zeer goede resultaten. U hebt een aantal terechte punten op de tafel gelegd waar we absoluut rekening mee moeten en willen houden.
Mevrouw Fournier heeft het woord.
De heer Rzoska heeft het over conflictvrij. We hebben net een discussie gehad over speed pedelecs. Als twee dergelijke fietsen botsen op zo’n kruispunt, dan heeft dat toch ook een immense impact. Zo conflictvrij vind ik dat niet. We hebben een ander en beter voorstel voor de verkeerslichten. Dat voorstel hebben we ook gedaan in ons plan. De minister heeft er ook naar verwezen. We pleiten voor een voorstart voor fietsers. We vinden dat veiliger. De fietser krijgt enkele seconden vroeger groen licht. Dat vermijdt ook veel dodehoekongevallen zonder dat er nieuwe regelgeving nodig is. We gaan daar volop voor. Het kan snel worden ingevoerd en er is weinig regelgeving voor nodig.
Minister, het voorstel van ‘vierkant groen’ en het voorstel van CD&V kunnen samen een verbetering vormen voor een vlotte doorstroming voor fietsers. Ik spreek me niet uit voor of tegen het ene of het andere. Een combinatie van alles is noodzakelijk om het voor de fietsers te verbeteren.
In mijn eigen stad zijn er negen proefprojecten. Niet voor alle kruispunten wordt dat even positief ervaren. Op bepaalde kruispunten die te druk zijn, is er niet alleen frustratie bij de automobilisten die te lang moeten wachten maar ook bij de rechtdoorrijdende fietsers die te lang moeten wachten vooraleer ze kunnen oversteken. Het is echt afwegen waar dit kan worden toegepast. Daarom denk ik dat het vastleggen van de criteria grondig moet worden onderzocht. De wegbeheerder mag niet zomaar blind overal het ‘vierkant groen’ voor fietsers realiseren.
De blinden en slechtzienden zijn nog niet aan bod gekomen. Voor hen is het al erg moeilijk om kruispunten over te steken. Als ze zich niet meer kunnen oriënteren en niet meer weten van waar de fietsers kunnen komen, dan wordt het nog moeilijker. Er moet daar ook zeker worden gezocht naar oplossingen.
U bent verantwoordelijk voor de gewestwegen, maar het principe kan zeker ook interessant zijn voor lokale wegen. Met de lokale besturen moet zeker ook de stap worden gezet om dit toe te passen, want uit eigen beweging zal dit zeker niet overal gebeuren.
De bezorgdheid inzake de blinden en slechtzienden is nog niet meegenomen in het verhaal.
De heer Rzoska heeft het woord.
Ik hoop de leden van CD&V toch te kunnen overtuigen om dit met een brede blik te bekijken. Er zijn wel degelijk kruispunten waar dit werkt, en we moeten daar de ogen niet voor sluiten.
Er zijn nog heel wat problemen. Dat beseffen we allemaal. Op bepaalde kruispunten is het zelfs zo dat als het licht op groen staat voor de fietser maar er haaientanden staan, de fietser voorrang moet geven aan de auto die van de andere kant komt en links mag afslaan. Er gebeuren daardoor ongevallen waarbij de fietser in het ongelijk wordt gesteld, zelfs al staat het licht op groen. Is dat dan duidelijk voor de fietser?
Ik hoop dus dat we met z’n allen met open blik deze kwestie kunnen bekijken. Zo heb ik het trouwens ook begrepen van minister Weyts en van mevrouw Jans. Laat ons gewoon kijken wat werkt. Waar er problemen zijn, kunnen we die dan nog altijd wel op een andere manier oplossen. Voor mij is dit ook geen ultieme oplossing, maar ik vind het wel interessant om te bekijken waar het werkt, zodat we het op die plaatsen kunnen doorvoeren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.