Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
Mevrouw De Meulemeester heeft het woord.
Minister, de regelgeving voorziet erin dat moslimleerlingen afwezig mogen zijn voor het Suiker- en het Offerfeest, telkens een dag. Het is niet uitgesloten dat binnen de moslimgemeenschap een bepaalde groep het desbetreffende feest op een andere dag viert dan op de dag die bepaald is door de Moslimexecutieve van België. Die leerlingen kunnen hun religieuze feestdag dan op een andere dag vieren.
Echter, in de regelgeving vind ik niets terug over de (on)wettigheid van het afwezig zijn van moslimleerkrachten tijdens het Suiker- en het Offerfeest. Ik ontving signalen dat dit jaar verschillende moslimleerkrachten afwezig waren vanwege het Offerfeest. Het islamitische Offerfeest startte dit jaar op 11 september 2016.
Ik wil u daarover enkele vragen voorleggen. Hebt u weet van problemen met de aanwezigheid van moslimleerkrachten tijdens het voorbije Offerfeest? Bestaat er een regelgeving over de wettigheid of onwettigheid van het afwezig zijn van leerkrachten tijdens religieuze – islamitische, joodse en orthodoxe – feestdagen? Kunt u inzicht geven in de regelgeving? Wenst u op te treden tegen mogelijke inbreuken op de wetgeving?
Minister Crevits heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, er zijn mij geen problemen bekend met betrekking tot onwettige afwezigheden van leerkrachten tijdens het Offerfeest. De vraag om voor leerkrachten een wettelijk verlof voor religieuze feestdagen toe te kennen, is niet nieuw. In het onderwijs zijn we wat de personeelsregelgeving betreft, gehouden om minstens de officiële feestdagen te respecteren. Op grond van de ruime bevoegdheid om het onderwijs te regelen, kan de Vlaamse Regering in principe een verlofregeling uitwerken waarbij nog andere dagen worden aangemerkt als vrije dag voor de personeelsleden. Gesprekken daarover zijn echter nooit in een akkoord uitgemond. Enerzijds bemoeilijkt dit de organisatie van de scholen, anderzijds kan het een zekere ongelijkheid creëren. In de praktijk wordt het overgelaten aan de schoolbesturen om zelf beslissingen te nemen. Dat doen ze immers ook voor andere afwezigheden van personeelsleden die niet in de regelgeving zijn geregeld.
In het arbeidsrecht is dat ook zo. In de Nationale Arbeidsraad zijn al discussies gevoerd over welke plaats deze feestdagen in ons arbeidsrecht moeten krijgen. Denkpistes waarbij de wettelijke feestdagen die een christelijke oorsprong hebben ‘inruilen’ voor een andere religieuze feestdag, zijn daar al wel besproken, maar niet uitgemond in een akkoord. De ondernemingen en sectoren zijn vrij om zelf afspraken te maken. Inbreuken zijn alleen mogelijk ten aanzien van de interne afspraken of richtlijnen in scholen. Deze inbreuken kunnen leiden tot een afwezigheid die door het schoolbestuur als onwettelijk wordt beschouwd. Het behoort tot de bevoegdheid van het schoolbestuur om eventuele inbreuken op de wetgeving vast te stellen en die te melden aan mijn administratie. Een ongewettigde afwezigheid wordt uiteraard niet bezoldigd.
Ik dank u voor het antwoord. De onderwijsnetten zetten meer in op moslimleerkrachten. Ze vinden dat die rolmodellen belangrijk zijn. Die evolutie maakt toch duidelijk dat moet worden nagedacht over duidelijke communicatie ten behoeve van de leerkrachten. Allicht is het niet eenvoudig om dat met wetgevend werk te regelen. De beslissing ligt nu bij de schoolbesturen. Er moet toch eens over de zaak worden nagedacht, want leerlingen die plots zonder hun leerkracht vallen, dat is toch een probleem.
De vraag om uitleg is afgehandeld.