Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Nevens heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik heb eerder al vragen gesteld over het beleid rond plastic zakken. We hebben vandaag al een initiatief in dat verband genomen. Ik blijf erbij dat we het best brongerichte maatregelen nemen, want dan hoeven we die plastics en microplastics niet uit het water te halen.
De verschillende staatshervormingen hebben ertoe geleid dat een aantal bevoegdheden terechtkwamen op het niveau waar ze thuishoren, namelijk de deelstaten. Het is nog niet voldoende, maar vroeg of laat zal zich dat voltrekken. Helaas ging dat niet gepaard met de overdracht van homogene bevoegdheidspakketten, maar wel met rommelige constructies en heterogene bevoegdheidspakketten, waardoor verschillende politieke entiteiten bevoegd kunnen zijn voor bepaalde materies.
Die onoverzichtelijke bevoegdheidsverdeling geldt helaas ook als het over Leefmilieu gaat. Dat leidde er in mei toe dat Vlaams minister van Leefmilieu Schauvliege en haar federale collega Marghem, die ook een bevoegdheid heeft in deze materie, een verschillend beleid voorstelden voor het gebruik van plastic zakjes. In de plenaire vergadering van 11 mei 2016 antwoordde de minister dat haar federale collega tijdens de rondetafelgesprekken met de andere gewesten en de federale overheid had aangegeven dat ze het initiatief inzake het beleid rond plastic zakken aan de deelstaten zou laten. Dat stond uiteraard in schril contrast met de verklaringen die minister Marghem in de media deed.
Minister, op 6 juli zaten de verschillende overheden opnieuw samen, om tot een gezamenlijke oplossing te komen. Wat was de uitkomst van die bijeenkomst? Welk beleid mag de Vlaming nu verwachten rond plastic zakken? Vanaf wanneer zal dat in werking treden? U gaf eerder al aan dat u de ecologische alternatieven voor de conventionele plastic zakken wou laten onderzoeken. Hoever staat u daarmee? Zijn daar al beslissingen rond genomen?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega Nevens, ik ben voorstander van een verbod op het gebruik van plastic draagtassen. Ik heb ook een verbod voorgesteld aan de Vlaamse Regering in het voorontwerp van verzameldecreet. De regering heeft beslist om dat niet te behouden.
Er zijn nog geen knopen doorgehakt. Een geharmoniseerde aanpak in België blijft belangrijk voor mij. Daarom moeten we trachten om tot een gewestelijke overeenstemming te komen wat betreft de mogelijke uitzonderingen op een verbod, bijvoorbeeld voor zeer lichte plastic zakjes, zakjes gemaakt uit bioplastics, zakken uit gerecycleerd materiaal, of voor specifieke sectoren of toepassingen.
Bepaalde alternatieven zijn vanuit ecologisch oogpunt minder wenselijk. Het is belangrijk dat we daar de nodige aandacht aan besteden. Er is heel wat onderzoek, dat intussen uiteraard ook verder loopt. Wat zijn de inzichten op dit moment? We weten dat biodegradeerbare of composteerbare zakken het probleem van zwerfvuil niet zullen oplossen. Biodegradatie en compostering zijn namelijk ook afhankelijk van omgevingsfactoren. Composteerbare plastics kunnen in een industriële composteerinstallatie, waar de omgevingsfactoren optimaal en stabiel zijn, wel volledig composteren. Het is echter belangrijk dat die alternatieven ook thuis gecomposteerd kunnen worden, en daar knelt het schoentje. Indien een uitzondering voor thuis composteerbare zakjes zou worden ingevoerd, dan zullen de volumes van die plastic zakjes die zogezegd composteerbaar zijn, in de compostering toenemen. De verhouding tussen organisch afval en plastic kan daardoor verstoord worden, waardoor het proces niet meer slaagt. Ook kunnen eventuele voor- of nabehandelingen in de composteerinstallatie cruciaal zijn om dat al of niet te doen lukken. Verder is een goede discipline van de burger vereist om te garanderen dat de condities in de compostbak of composthoop thuis ook optimaal blijven.
We moeten opletten dat we met die composteerbare plastics uiteindelijk niet de bodem gaan verontreinigen, doordat ze onvoldoende composteren. We moeten zien dat de plastic soep, zoals we die kennen in de zee, geen plastic grondsoep wordt. Net om verontreiniging te voorkomen en de sorteerboodschap duidelijk te houden, laat onze huidige manier van gft-inzameling in Vlaanderen bijvoorbeeld ook geen verpakkingen toe. Die belangrijke aandachtspunten en de aanwezige knowhow bij onze composteerders en intercommunales zullen mee bepalen hoe geschikt composteerbare plastics zijn. De Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) publiceerde eind vorig jaar nog een rapport over bioplastics, dat die aandachtspunten identificeert en samenvat.
Ook alternatieven die gemaakt zijn uit gerecycleerde materialen, worden onderzocht. Een recente Nederlandse studie, ‘DoorTAStend’, uitgevoerd door het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken, wees uit dat draagtassen uit gerecycleerde materialen een lagere milieu-impact hebben dan primaire materialen. We weten ook dat papieren zakken daar niet altijd beter in scoren.
Evengoed bestaat de kans dat een afschaffing van de zeer lichte plastic zakjes bijvoorbeeld kan leiden tot meer voorverpakte groenten en fruit, of ervoor zal zorgen dat er op een alternatieve wijze verpakt zal worden, die daarom niet altijd beter is voor het milieu.
We moeten onderbouwde argumenten dus zeker meenemen, uiteraard ook in het overleg met de andere gewesten en de federale overheid. Het beste zou zijn dat we daar op één lijn komen, ook wat betreft de uitzonderingen op het verbod. Alleen op die manier is het duidelijk voor de consument en hebben we ook het beste resultaat voor ons leefmilieu. Dat zijn voor mij de twee parameters. Ik ben voor een verbod, en wat mij betreft, mocht dat er al zijn, maar het moet duidelijk en eenduidig zijn en tot minder plastic leiden.
De heer Nevens heeft het woord.
Bedankt voor het antwoord, minister. U hebt aangehaald dat er vandaag weinig of geen alternatief is. De papieren zak is bijvoorbeeld geen alternatief. De biodegradeerbare zakken zijn maar een alternatief tot op een bepaalde hoogte, namelijk als ze op een degelijke manier worden afgevoerd en gecomposteerd in een industriële installatie.
Ik blijf erbij dat, als we geen plastic zakjes meer wensen, er voor de consument een alternatief moet zijn dat milieuvriendelijker is dan de plastic zakjes van vandaag. U moet er dus eerst voor zorgen dat er een alternatief is en dan verdere stappen ondernemen om de consument ertoe aan te zetten om die alternatieven ook te gebruiken.
U bent wel handig rond de vraag heen gefietst over wat er op 6 juli is afgesproken tussen de verschillende gewesten. Ik had daar graag nog een antwoord op gekregen.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega Nevens, er is een perfect alternatief dat bijzonder milieuvriendelijk is, namelijk de herbruikbare tas. U kent die wellicht. Die kun je perfect meenemen naar de winkel.
Ik ben in mijn enthousiasme inderdaad vergeten te antwoorden op uw vraag over de vergadering van 6 juli. Dat punt is daar niet besproken. Men had namelijk gezegd dat er tekstvoorstellen waren vanuit het federale niveau, maar op het laatste moment bleek dat er geen tekstvoorstellen waren, waardoor het onderwerp niet behandeld is. Het zal besproken worden op de volgende vergadering.
De heer Nevens heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Ik zal me in de toekomst genoodzaakt zien opnieuw een vraag om uitleg in te dienen om te zien wat uiteindelijk uit de bus is gekomen. Hopelijk zullen er dan wel teksten zijn en zullen we weten waar we in Vlaanderen aan toe zijn. Zal er een verbod komen op het gebruik van plastic zakjes? Minister Marghem heeft gecommuniceerd over de invoering van een verbod op de verkoop van plastic zakjes. Het is belangrijk dat hierover een gezamenlijk standpunt wordt ingenomen. Wat de alternatieven betreft, geef ik u volkomen gelijk. We moeten de herbruikbare zak promoten. Dit moet bij onze consumenten en bij onze inwoners de norm worden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.