Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Danen heeft het woord.
Minister, op de website vlaanderen.be wordt aangekondigd dat de premies voor energiebesparende investeringen worden hervormd in 2017. De tabel met de wijzigingen is ons ondertussen bekend.
De premies die de netbeheerders geven voor het installeren van warmtepompen, worden grondig herzien. Voor investeringen met een eindfactuurdatum tot en met 31 december 2016 kan er een premie van maximaal 1700 euro worden verkregen. Het voorstel tot hervorming van de premies voor warmtepompen, dat nog door de Vlaamse Regering moet worden goedgekeurd, maakt een onderscheid per type warmtepomp. Vanaf 1 januari 2017 zouden dan ook volgende premies gelden: voor een geothermische warmtepomp 4000 euro, voor een lucht/waterwarmtepomp 1500 euro, voor een hybride lucht/waterwarmtepomp 800 euro en voor een lucht/luchtwarmtepomp 300 euro, telkens per woning of wooneenheid en telkens met maximum 40 procent van de factuur.
In het voorliggende voorstel is er een groot verschil tussen de premie die kan worden aangevraagd voor een geothermische en de andere types van warmtepompen. Met een Seasonal Performance Factor (SPF) van 4 à 4,7 scoren de geothermische warmtepompen duidelijk beter dan de lucht/lucht- en lucht/waterwarmtepompen. Voor energieverbruik dat 40 tot 46 procent lager ligt bij een geothermische warmtepomp, ontvangt dit type warmtepomp een premie die 2,6 maal hoger is dan de premie voor een lucht/waterwarmtepomp en zelfs 13 maal hoger dan de premie voor lucht/luchtwarmtepompen.
Er is geen eenduidig verband tussen de hoogte van de premie en het primaire energieverbruik van de warmtepomp. Welke criteria werden er bijgevolg gehanteerd om de geothermische warmtepompen veel sterker te subsidiëren? De SPF van de lucht/lucht- en de lucht/waterwarmtepompen is nagenoeg vergelijkbaar. Ook de investeringskost van beide types is vergelijkbaar. Toch is er een merkelijk verschil in de premies die voor beide types van warmtepompen kunnen worden aangevraagd. Hoe verklaart u dit verschil in premie? Welke criteria of overwegingen werden gehanteerd om deze keuze te maken?
Minister Tommelein heeft het woord.
Mijnheer Danen, u weet dat ik graag communiceer, maar soms worden er definitieve beslissingen genomen waar ik niet onmiddellijk mee uitpak. Ik doseer af en toe. Deze energiepremies stonden op de agenda van de ministerraad van 15 juli. Er stonden veel punten op de agenda maar één sprong eruit, waarover ik niet anders kon dan communiceren. De heer Beenders was zelfs nog sneller met zijn reactie dan mijn communicatie. Proficiat, mijnheer Beenders, reageren nog voor een aankondiging, is heel snel gewerkt – en dat voor een Limburger. (Gelach)
Alle gekheid op een stokje, de regering heeft de energiepremies op 15 juli goedgekeurd. De residentiële premiehoogte is bepaald als percentage van de meerkost ten opzichte van de condensatieketel, rekening houdend met de gemiddelde investeringskosten uit een studie van 3E.
Er zijn geen standaardinvesteringskosten voor de verschillende types warmtepompen beschikbaar. Het Vlaams Energieagentschap (VEA) gaat op basis van deze studie indicatief uit van volgende investeringskosten: voor een lucht-luchtwarmtepomp 6000 euro; voor een lucht-waterwarmtepomp 12.000 euro; voor een geothermische warmtepomp 19.500 euro. Telkens exclusief 6 procent btw.
Er wordt bij het vastleggen van de steun niet alleen rekening gehouden met de energiebesparing, maar ook met de investeringskost en de steun die nodig is om een voldoende deel van de investeringskost te dekken om het potentieel te realiseren. Wel bevoordelen wij de geothermische warmtepompen, mijnheer Bertels, zodat we daarvoor 27 procent van de meerkost subsidiëren, ten opzichte van 20 procent bij andere warmtepompen, vanwege hun substantieel hogere Coefficient Of Performance (COP).
Het is een bewuste keuze om in te zetten op groene warmte. Dit moet helpen om de doelstellingen te halen. Warmte is een heel belangrijk onderdeel in de totaliteit. Groene warmte moet ook het thermisch energiegebruik van de gebouwen uit hernieuwbare energiebronnen halen.
Je kunt voor het bepalen van het ondersteuningsniveau verschillende invalshoeken hanteren. Er moet nu eenmaal een keuze gemaakt worden. Er werd voor gekozen om de premiehoogte afhankelijk te maken van de kostprijs, ook om de fabrikanten te stimuleren om meer en goedkopere warmtepompen op de Vlaamse markt te brengen. Er is bovendien voor gekozen om de premievoorwaarden te versoepelen en niet langer te focussen op specifieke standaarden, maar op de Europees aanvaarde normen uit de Ecodesign-richtlijn.
De heer Danen heeft het woord.
Het premiebedrag is voor een deel afgesteld op de investeringskost. Maar is er niet aan gedacht om de C02-besparing ook mee in aanmerking te brengen?
De heer Gryffroy heeft het woord.
Bij de manier waarop de heer Danen zijn vraag formuleert, valt het mij op dat de sector niet met één gezicht spreekt. Zoals u in de notulen zult terugvinden, heb ik mij nooit akkoord verklaard met het feit dat er een premie komt voor een lucht-luchtwarmtepomp, ook al bedraagt die premie maar 300 euro. Voor mij is die lucht-luchtwarmtepomp qua techniciteit niet meer dan een simpele airco, ‘split unit’ of ‘multi split unit’. Toch staat het erin.
De sector wedt op twee verschillende paarden om te lobbyen. Als ik op Batibouw de fabrikanten, die allemaal de drie types verkopen, vraag of ze de ondersteuning nodig hebben om meer lucht-lucht te kunnen verkopen, dan antwoorden de verschillende merken: ‘neen’. En ik heb er een zestal aangesproken. Ook Daikin, de grootste werkgever in Oostende, verkoopt de drie types: lucht-lucht, lucht-water en de geothermie. Ze kunnen een hogere omzet halen met de duurdere types dan met de lucht-lucht.
Het gaat dan niet enkel om de COP maar ook over de vraag of die techniek innovatief genoeg is. Maar goed, het is een beslissing van de regering. Ik heb het zes maanden geleden ook aangevochten. Ik ging er bij de eerste lezing ook niet mee akkoord. Ik weet dat de sector mij benadert zoals hij ook andere collega’s en waarschijnlijk ook u benadert, minister. Maar mij benaderen ze op een andere manier, want ik geef een technisch antwoord. Dat zag ik ook in die vraagstelling. Het is spijtig dat ze het op die manier doen. Ik ga waarschijnlijk weer een boze brief krijgen van de sector, maar ik lig daar niet wakker van: zolang zij mij niet kunnen bewijzen dat die lucht-lucht inderdaad een meerwaarde is voor onze maatschappij, sta ik niet te springen voor deze premie.
Minister Tommelein heeft het woord.
Mijnheer Gryffroy, ik had het in mijn studieronde van de voorbije maanden al gemerkt dat u een paar maanden geleden niet akkoord ging. Ook dat was mij niet ontgaan! Maar op een bepaald moment moet natuurlijk wel een keuze worden gemaakt. Die keuze is gemaakt op basis van het feit dat er diverse invalshoeken zijn. U neemt een andere invalshoek. Ik heb het geluk dat ik niet benaderd word door de verschillende producenten. Op dit moment toch niet. Ik heb daar geen tijd voor. Het enige bezoek dat ik aan Daikin heb gebracht, was samen met de minister-president. Dat bezoek was al gepland voor ik minister werd. Ik ben dus meegegaan.
Maar ik zal het de komende maanden bekijken. We moeten ervoor blijven zorgen dat innovatie haar plaats krijgt. Ik heb ook bij de aankondiging van de energieheffing gisteren heel duidelijk een lans gebroken voor warmtepompen en voor het feit dat mensen die vandaag elektrisch verwarmen de omschakeling zo snel mogelijk moeten kunnen doen, en dat we dat ook ondersteunen met premies. Ik vind het belangrijk dat we de boodschap blijven geven dat warmtepompen een belangrijk element zijn in onze energieplannen voor de komende jaren.
Mijnheer Danen, als je C02 als norm begint te hanteren, krijg je situaties dat je het ene ten opzichte van het andere kunt benadelen. De keuze is duidelijk gemaakt om niet met die parameter te werken, maar wel met de investeringskost.
De heer Danen heeft het woord.
Nogmaals, ik pleit niet voor het een of voor het ander. Ik wil gewoon op een kosten- maar ook energie-efficiënte manier proberen bepaalde technologieën een steun in de rug te geven. Daarom ben ik promotor van groene warmte, maar wel op een manier die ook voor het milieu relevant is. Moeten de voorwaarden voor die specifieke warmtepompen nog bepaald worden of is alles definitief beslist? Ik zou het jammer vinden indien er helemaal geen CO2-link zijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.