Verslag vergadering Commissie voor Brussel en de Vlaamse Rand
Verslag
De heer Doomst heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik wil vandaag nog eens kort op START (Strategisch Actieplan voor de Reconversie en Tewerkstelling in de Luchthavenregio) terugkomen nu we voor de ‘stop’ staan. Het lijkt me een goed moment om onder elkaar nog eens te overleggen. We zijn niet met velen, we kunnen dus doorpraten.
De brede Rand is vragende partij voor zo’n actiepatroon. We moeten vooruit. De uitdagingen worden er niet minder op. Ik vraag me dan ook af hoever we concreet staan met die toch wel zinvolle integratie van START en het Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel (VSGB). Het was een heel goed idee om dat in één mand te stoppen, maar dan moeten er natuurlijk ook meer eieren uit komen. Er is beloofd dat we van dat vehikel hier een rapportage zouden krijgen in juni 2016. Daar zitten waardevolle projecten in voor de Vlaamse Rand. We klagen wat minder dan andere regio’s, maar we zijn wel een heel specifieke regio. In het verleden zijn er tientallen acties uitgewerkt op vlak van mobiliteit, economie en werk, wonen en huisvesting, welzijn, onderwijs en jeugd, open ruimte, integratie, toerisme en geluidshinder. Er zit echt wel voldoende materie in. De actie zal natuurlijk van alle actoren nodig zijn. Het is actueel. We blijven zitten met een groeiende mobiliteitsproblematiek, stijgende prijzen voor huisvesting, en de geweldige kansen maar ook moeilijkheden met betrekking tot de luchthavenregio.
Wat is de stand van zaken inzake de integratie van START en VSGB? Welke zijn de werkafspraken daaromtrent en de timing? Wanneer krijgen we de rapportage aan het parlement? Welke thema’s en projecten zijn geselecteerd en op basis van welke criteria? Werden er door de gouverneur ook thema’s en projecten naar voren geschoven of gesuggereerd die er in het verleden niet bij zaten of zijn er weggevallen? Welke diverse actoren zijn betrokken bij de integratie van beide instrumenten? Wat is de rol van de sociale partners?
Minister Weyts heeft het woord.
Dames en heren, ik had inderdaad de deadline vooropgesteld van eind juni, maar heb die net niet gehaald. Ik ben er een week over gegaan doordat de laatste bijeenkomst van het coördinatieplatform met een week werd verplaatst op vraag van de gouverneur. Te kort dus om nog te agenderen op 1 juli, maar wel de week erna.
De voorziene bundeling zoals beslist door de Vlaamse Regering eind januari is effectief doorgevoerd. Op 21 maart was er een eerste startbijeenkomst onder leiding van de gouverneur waarbij de doelstelling van het coördinatieplatform werd gekaderd, waarbij verschillende monitoringfiches werden overlopen en praktische afspraken werden gemaakt over agendering, verslaggeving, rapportering en communicatie. Het Agentschap Binnenlands Bestuur (ABB) heeft de coördinatie op zich genomen om tot een actualisatie of opmaak te komen van de diverse fiches. Er werd op een tweede overleg eind juni een nulmeting georganiseerd door de verschillende beleidsvelden en entiteiten. Op basis daarvan heb ik een rapportering gedaan met de diverse fiches in de vorm van een mededeling op de regering van afgelopen vrijdag.
In het najaar is er een volgende bijeenkomst van de werkgroep gepland en zal ik een colloquium agenderen op 22 oktober in Dilbeek over de stand van de Rand. Afgezien van die ene week zitten we wel op schema.
U had een vraag over de organisatorische afspraken. Het coördinatieplatform vindt plaats onder leiding van de gouverneur. Dit overleg wordt bijgewoond door minstens de vertegenwoordigers van de kabinetten en de betrokken beleidsvelden en entiteiten en gebeurt minstens tweemaal per jaar. De administratieve ondersteuning en de coördinatie wordt opgenomen door de afdeling Beleid Steden, Brussel en Vlaamse Rand van het Agentschap Binnenlands Bestuur. Er wordt op jaarlijkse basis gerapporteerd aan de Vlaamse Regering. Deze mededeling wordt ook overgemaakt aan het Vlaams Parlement. Ik zal daarnaast ook jaarlijks in een terugkoppeling voorzien naar de lokale mandatarissen van de Rand, en desgewenst collega’s in de ruimere regio, in de vorm van een colloquium. Het eerste is dus gepland op 22 oktober 2016.
U had ook een vraag over de thema’s en projecten. In nauw overleg met de gouverneur werd een lijst uitgewerkt. Dat is geen limitatieve lijst, maar kan worden uitgebreid. Het is een dynamische lijst. Er werden een aantal criteria gehanteerd. Een eerste criterium is deel uitmaken van een van de volgende beleidsdomeinen: onderwijs, welzijn, omgeving, mobiliteit, wonen en economie. Een tweede criterium is dat het project voldoende omvang en een belangrijk hefboomeffect heeft. Ten derde moet het project SMART kunnen worden geformuleerd. SMART staat voor Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden.
Op basis van deze criteria werd een afweging gemaakt met betrekking tot de bestaande START- en VSGB-fiches die allemaal door de filter zijn gegaan. Daar werden een aantal projecten aan toegevoegd op basis van actueel beleid en afgewogen op basis van voormelde criteria. De mededeling en de lijst worden bezorgd aan het parlement, voor zover dat nog niet geschiedde.
De heer Doomst heeft het woord.
Minister, u geeft een nogal ambtelijk antwoord, maar dat is niet verwonderlijk want het is ook een ambtelijke werkgroep. Zou het niet nuttig zijn daarover een discussie te hebben in het parlement? Waar liggen, na de voorbije vergaderingen, voor u de accenten die de moeite waard zijn om vooruit te schuiven? Wat zijn de SMART-attracties die erin zitten? Welke toegevoegde elementen zijn er ten opzichte van de vroegere fichebak?
De heer Nevens heeft het woord.
De geschiedenis van START gaat zeer ver terug. Bij de sluiting van Renault werd besloten een samenwerkingsakkoord op te stellen tussen verschillende partners. Minister, ik ben blij met het initiatief dat u neemt om een nieuwe wind te laten waaien in dat geheel. Door mijn lokaal mandaat heb ik enkele vergaderingen van START meegemaakt. Dat waren altijd leuke ontbijtvergaderingen met lekkere koeken, maar het is nu een praatbarak geworden met weinig resultaat.
Minister, ik ben blij dat u die groep gaat verkleinen, en enkele politici en ambtenaren samen gaat zetten om daden te stellen. Ik verheug me op de toekomst van dit project. Ik ben verheugd dat u de lead en het initiatief neemt om nieuw leven te blazen in een initiatief dat in het verleden vruchten heeft afgeworpen, maar nu moet worden gereactiveerd.
Minister, ook voor ons is START een heel belangrijk instrument voor de integrale ontwikkeling van onze regio. Het is goed dat u het voortouw neemt. We zullen dit blijven opvolgen. Het mag absoluut geen praatbarak blijven, maar we moeten het mandje ook niet volstoppen met alles. Er moeten duidelijke prioriteiten worden gesteld. Wellicht is het colloquium op 22 oktober een goed middel om een consensus te zoeken rond strategische lijnen voor de ontwikkeling daarvan.
Minister Weyts heeft het woord.
We hebben uiteindelijk 23 projecten opgelijst, met ook enkele nieuwe. Het grootste luik gaat over ruimte en mobiliteit. In het kader van onderwijs is het aantal projecten beperkter, maar qua actieradius hebben ze een veel ruimer bereik. Het gaat dan over onderwijs, taal, diversiteit, infrastructuur en capaciteit. Dat lijken maar enkele puntjes, maar qua ampleur is het zeer omvangrijk.
Inzake mobiliteit hebben we ons geconcentreerd op verschillende concrete investeringsprojecten zoals de herinrichting van de ring, maar ook de voltooiing van de ring in Asse, het knooppunt Londerzeel-Zuid, het fiets-GEN (Gewestelijk Expresnetwerk), het parkeer- en park-and-ridebeleid – dat is toegevoegd – en het sluipverkeer. Dat zijn kleinere, maar heel concrete punten. Het is de belangrijkste focus.
Inzake omgeving is er het reconversiegebied Vilvoorde-Machelen, maar ook de groenaankoop, waar enige vooruitgang in zit in relatie tot het regeerakkoord en de vooropgestelde doelstellingen. We hebben de focus gelegd op een beperkter aantal, en met 23 projecten is dit een dynamische, niet-limitatieve lijst. We zullen hier sneller mee vooruit geraken.
Als je bijt, moet je vlees hebben. Met al wat voorligt, zouden we in het parlement eens moeten discussiëren over wat de prioriteiten zijn, liefst nog voor 22 oktober. Dilbeek is een goed idee, daar zijn de Vlamingen thuis. We moeten wel eerst debatteren over waar we voor gaan en wat we eruit willen halen.
Onlangs was ik enorm verrast door een uitspraak van de nieuwe Vlaamse bouwmeester, die zegt: ‘Alle dorpen moeten weg en we moeten naar een situatie waar alleen maar steden overblijven.’ Voor ons is dat een zeer actueel, ruimtelijk gegeven. Ik geef maar een voorbeeld. In september of oktober zouden we hier een tête-à-tête moeten hebben over de prioriteiten die we vooropstellen. We hebben nog niet gezegd met welke actoren we dat zouden kunnen doen. We kunnen ook de gouverneur uitnodigen om te vragen wat hij erover denkt.
We zullen dit idee voorleggen in een regeling der werkzaamheden en met alle fracties bekijken of we hierover een gedachtewisseling dan wel een hoorzitting organiseren voor 22 oktober.
De vraag om uitleg is afgehandeld.