Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, een aantal maanden geleden antwoordde u op mijn vraag over alternatieve productiemethoden voor foie gras dat u in overleg was met een Vlaamse instelling die wetenschappelijk onderzoek wil voeren naar alternatieve productiemethoden.
De doelstelling is om met andere productiemethoden tot een gelijkaardig product te komen en op deze manier een beter dierenwelzijn te verkrijgen. U zou met hen bespreken wat dit budgettair zou betekenen.
Tijdens de begrotingsbesprekingen eind mei deelde u mee dat u 120.000 euro vrijmaakt voor nieuwe studies en onderzoeken. Een van de nieuwe onderzoeken zal gaan over alternatieve productiemethoden voor foie gras. Hiermee gaat u in op de vraag van zo goed als alle fracties in dit parlement en op de vraag van de Raad voor Dierenwelzijn. Bovendien is dit onderzoek niet enkel een primeur voor België maar ook voor heel Europa. Alvorens hierover een beslissing te nemen en budgetten vrij te maken, hebt u dus grondig overleg gepleegd met een Vlaamse instelling die het wetenschappelijk onderzoek wil uitvoeren.
Minister, met welke wetenschappelijke instelling hebt u overleg gehad? Welke andere partners werden nog betrokken in het onderzoek? Welke eventuele partners zullen nog aangesproken worden? Hoeveel budget wordt er concreet vrijgemaakt voor dit onderzoek? Wat is de timing? Welke technieken zullen er precies onderzocht worden? Wat is met andere woorden het opzet van de proef an sich?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik heb de Dienst voor Dierenwelzijn gevraagd om een onderzoeksopdracht uit te schrijven. Alle geïnteresseerde onderzoeksinstellingen kunnen daaraan participeren. We volgen de klassieke geëigende procedures, al dan niet in samenwerking met andere instellingen. Ik wil alleszins nog dit jaar toewijzen. Wij zullen uiteindelijk volgens de geëigende procedures het beste projectvoorstel kiezen.
In de opdracht zal een budgetvork voorgesteld worden. De onderzoeksinstellingen kunnen een offerte indienen op basis van hun projectvoorstel en ze kunnen een concreet bedrag voorstellen. In de begroting heb ik een concreet bedrag ingeschreven: 120.000 euro. Dat is het plafond. Zit het eronder, dan maken we de afweging tussen wat voorgesteld wordt.
Het project zal de mogelijkheid van alternatieve diervriendelijke methoden moeten nagaan, gericht op de aflevering van een product met eigenschappen die vergelijkbaar zijn met foie gras. Ik kies er bewust voor om die scope wat ruim te houden. Zo krijgen de onderzoeksinstellingen de vrijheid om een eigen invulling te geven. Ik heb de mogelijke onderzoeksalternatieven niet op voorhand strak omschreven. Zo genieten ze de vrijheid om dierenwelzijnsvriendelijke, praktisch haalbare alternatieven voor te stellen en innovatieve concepten voor te leggen of te onderzoeken.
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, ik ben zeer verheugd met dit initiatief. Ik denk dat iedereen in deze commissie dat zal beamen.
Mijn vraag over het samenwerken met de partners, de actoren in het veld, is nog niet helemaal beantwoord. In welke mate is er overleg met de huidige actoren binnen het veld van de foie gras? Daarmee bedoel ik zowel de verwerkers van het eindproduct, die aanzetten kunnen geven en ideeën formuleren over de kwaliteitsvoorwaarden, als de producent.
Mevrouw De Vroe heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. Frankrijk en Wallonië zijn de grootste producenten van foie gras. Bent u ook met hen in contact geweest in verband met dit initiatief? Wat is hun standpunt daaromtrent?
De heer Engelbosch heeft het woord.
Het is positief dat er onderzoek komt. Elk dierenleed dat we kunnen vermijden, moeten we zeker vermijden. Als die methodes ontwikkeld kunnen worden, kunnen we alleen maar positief achter dat onderzoek staan.
We hebben in Vlaanderen maar één kweker. In die zin ben ik blij dat het vooropgestelde onderzoek uniek is in Europa. De andere landen, die veel frequenter en veel meer foie gras produceren dan wij hier in Vlaanderen, kunnen daar een voorbeeld aan nemen. Ik kan dus alleen maar hopen dat de resultaten van die studie ook nuttig zullen zijn voor die landen.
Een negatieve eigenschap van onderzoeken is vaak dat ze zeer lang duren. Ik vrees dat het nog enkele jaren zal duren vooraleer er resultaten zijn. We hebben een argumentatie opgebouwd om te komen tot de sluiting van de nertskwekerijen, die maatschappelijk niet langer aanvaard zijn, mijnheer Dochy. Dezelfde argumentatie kan opgaan voor de productie van foie gras in Vlaanderen. Als wij een oplossing uitwerken voor de zestien nertskwekerijen die er nog zijn in Vlaanderen, dan zou die ene producent van foie gras die wij nog hebben, daar met eenzelfde regeling perfect bij kunnen passen.
De heer Sanctorum heeft het woord.
Minister, iedereen is natuurlijk voor onderzoek. Maar je hebt onderzoek en onderzoek. Welk onderzoek hebt u eigenlijk voor ogen? Als het gaat over het ontwikkelen van een totaal nieuwe, diervriendelijke, innovatieve techniek, dan zijn we vertrokken voor jaren. Als het gaat over het bekijken van wat er vandaag bestaat en over het op punt stellen van bestaande technieken, dan kan dat op korte termijn. Maar iets totaal nieuws en innovatiefs lanceren: dan zijn we zeker voor vijf jaar vertrokken. Minister, ik zou daar wat duidelijkheid over willen hebben. Wat is de exacte scope op dat vlak?
Minister Weyts heeft het woord.
De scope is de aflevering van een product met de eigenschappen van foie gras. Dat is de scope.
Ik heb daarover met Frankrijk en Wallonië nog geen overleg georganiseerd. Het overleg met de sector kan deel uitmaken van het onderzoek van de instellingen. Ons uitgangspunt kan verschillen van dat van andere gesprekspartners. Voor ons is het uitgangspunt dierenwelzijn. Dat is ook de focus van de onderzoeken en projecten die zullen moeten worden ingediend door de onderzoeksinstellingen.
De heer Dochy heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw initiatief. Ik hoop samen met iedereen dat dit snel tot positieve resultaten kan leiden, zowel voor de economie als voor het dierenwelzijn.
De vraag om uitleg is afgehandeld.