Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
De heer Daniëls heeft het woord.
Op 15 juni 2016 heeft de rechtbank van koophandel van Gent Optima Bank failliet verklaard. Er zijn nu curatoren aangesteld die de financiële toestand van de bank in kaart zullen brengen. Een van de gedupeerden is UZ Gent. UZ Gent is geen natuurlijk persoon en heeft dus geen enkele waarborgregeling die de gelden op een of andere manier veiligstelt. UZ Gent zou sinds 2014 voor minstens 10 miljoen euro toevertrouwd hebben aan Optima Bank. Dat is eigenlijk opmerkelijk, want Optima Bank mocht van de Nationale Bank (NBB) geen vers kapitaal meer aantrekken. Eerder dit jaar probeerde ze toch nog eens 10 miljoen euro los te weken bij UZ Gent, hoewel ze wist dat dit niet meer mocht. Vorig jaar nog probeerde Optima blijkbaar 20 miljoen euro los te weken bij scholengroepen, ziekenhuizen, gemeentebesturen en OCMW’s, terwijl de Nationale Bank uitdrukkelijk had gesteld dat Optima Bank enkel bij professionele spelers zoals bedrijven, financiële instellingen of andere grote investeerders kapitaal mocht ronselen.
Minister, wat is de oorsprong van de gelden die UZ Gent heeft toevertrouwd aan Optima Bank? Waren dat bestemde fondsen, zijn dat sociaalpassiefgelden, zijn het liquide middelen die over waren? Wat is het gevolg van het faillissement van Optima Bank voor UZ Gent? Ik weet dat niet elke instelling u moet melden waar haar geld geparkeerd is, maar weet u ondertussen of nog andere onderwijsinstellingen, onderwijskoepelorganisaties of het GO! getroffen zijn door dit faillissement?
Welke adviezen dan wel initiatieven heeft de regeringscommissaris van UZ Gent gegeven in verband met de geldbeleggingen van UZ Gent bij Optima Bank?
Minister Crevits heeft het woord.
Als universitair ziekenhuis worden verschillende klinisch-wetenschappelijke studies uitgevoerd onder de noemer ‘3de pijler’. Voor deze studies ontvangt het Universitair Ziekenhuis gelden vanuit de industrie en de bedrijfswereld, voornamelijk vanuit de farmaceutische wereld. In 2011 werden alle fondsen van de derde pijler op één centrale bankrekening geplaatst. Hierdoor ontstond een groot bedrag aan vrije liquide middelen. Begin 2012 werd beslist deze vrije middelen te beleggen, ten bedrage van ongeveer 40 miljoen euro. Het bedrag werd in schijven van 10 miljoen euro belegd bij diverse bankinstellingen via termijnrekeningen. De methodiek van toewijzing is altijd op volgende principes gebaseerd: marktbevraging bij diverse instellingen; het hoogste tarief wordt gekozen; de gelden moeten bij diverse instellingen gespreid worden.
In dit kader werden sinds 2012 een twintigtal beleggingsbeslissingen genomen. Een ervan – voor de periode van 23 januari 2014 tot 23 januari 2015 – vond daadwerkelijk bij Optima Bank plaats. Een tweede belegging, van 16 oktober 2014, voor een periode van zes maand, kon niet doorgaan omdat Optima liet weten dat zij als bank in run-off deze deposito niet meer mocht plaatsen van de NBB. Een derde belegging, van 25 april 2016, voor een periode van twee jaar, kon evenmin doorgaan omdat Optima Bank UZ Gent informeerde dat er geen toestemming werd verkregen van de NBB. Er is dus geen geld toevertrouwd aan Optima.
Wat is het gevolg van het faillissement van Optima Bank? Er zijn geen gevolgen voor UZ Gent. Op het moment van het faillissement bevonden zich geen gelden van UZ Gent bij Optima. Zijn er nog andere onderwijsinstellingen getroffen door dit faillissement? Wij gaan niet na bij welke financiële instellingen de scholen, de koepels en de hogeronderwijsinstellingen hun liquide middelen onderbrengen. Ik heb geen informatie over instellingen die zouden zijn getroffen.
Welke adviezen heeft de regeringscommissaris van UZ Gent gegeven, of wat heeft hij ondernomen? Bij UZ Gent is zowel een regeringscommissaris als een afgevaardigde van Financiën actief. De instelling heeft onafhankelijke bestuurders, en een van die onafhankelijke bestuurders zit het auditcomité voor. De beleggingspolitiek heeft het voorwerp uitgemaakt van richtlijnen van de bestuursorganen. Ze dateren van 2012. De beslissingen in het directiecomité hebben geen aanleiding gegeven tot opmerkingen over de gevolgde procedures inzake geldbeleggingen vooraleer het debacle bij Optima Bank publiek is gemaakt. Na het publiek worden van het debacle heeft de afgevaardigde van Financiën een advies opgesteld waarin hij leerpunten heeft opgenomen. Ik maak dat advies aan het commissiesecretariaat over, want ik hecht er belang aan hierover zo transparant mogelijk te zijn.
Dit advies was gericht aan de instelling, mezelf en mijn collega bevoegd voor de financiën. In dat advies bestempelt de afgevaardigde het opnieuw accepteren van een deposito in 2016 als “onvoorzichtig”. De transactie is niet gebeurd, maar de bank was wel weer opgenomen in de kandidatenlijst. De directie argumenteerde op de raad van bestuur dat het uitzonderlijke aanbod dat men op 30 maart 2016 voor een deposito bij Optima Bank mocht ontvangen, uitdrukkelijk vermeldde dat dit aanbod voorafgaandelijk door de NBB diende goedgekeurd te worden en dat Optima Bank op 22 april 2016 ook effectief heeft laten weten dat de NBB haar goedkeuring niet heeft gegeven, zodat de belegging niet heeft plaatsgevonden en UZ Gent dan ook geen enkel financieel verlies heeft geleden. Ook de regeringscommissaris heeft mij vanaf het publiek worden van het beleggingsaanbod van Optima aan UZ Gent geïnformeerd over de beslissingen zoals de bevoegde organen van UZ Gent hebben genomen en over de communicatie die hierover door UZ Gent werd georganiseerd.
UZ Gent is daarbij zeer transparant geweest. Er werd een omstandig verslag opgesteld door de financiële dienst van het UZ over de gevolgde procedures die tot beleggingsbeslissingen in het directiecomité hebben geleid. Dat verslag werd besproken op de vergadering van de raad van bestuur van 27 juni 2016, in aanwezigheid van de regeringscommissaris en de afgevaardigde van Financiën. Dit verslag werd ook aan mij bezorgd. De instelling gaat op basis van de conclusies van de raad van bestuur daarmee verder aan de slag, om de procedures inzake beleggingen verder uit te werken. De regeringscommissaris en de afgevaardigde van Financiën zullen dit opvolgen en mij hierover verder informeren.
Dank voor het antwoord, minister. Ik ben blij dat er geen gelden bij de bank waren toen die failliet ging. Dat is een geruststelling. U hebt geen weet van scholen die het bij jullie hebben gemeld. Jullie organiseren geen actieve bevraging, maar signalen in die zin hebt u niet, en dat is in zekere zin toch een geruststelling. Waar ik me wel zorgen over maak, is dat Optima toch in de lijst met kandidaten is opgenomen, en dat ondanks de afwijzing door de NBB, op een moment dat de run-off al bekend was. Gelukkig heeft de NBB UZ Gent teruggefloten, maar ik verbaas me er toch over dat op 25 april 2016 de regeringscommissaris niet heeft gezegd dat men het voorstel van Optima niet kon meenemen, zelfs al is het een goed voorstel, omdat Optima in een onmogelijke situatie verkeerde. Optima mocht dan wel een e-mail sturen waarin een geweldig rendement werd aangeboden, toch had men dat voorstel bij voorbaat moeten afwijzen. De mensen die daarop moeten toezien, hadden daarvoor moeten zorgen. Een lid van de raad van bestuur heeft allicht niet de kennis om een oordeelkundig oordeel te vellen, dat kan ik begrijpen. Dit had niet mogen afhangen van een beslissing van de NBB, die gelukkig genoeg die beslissing heeft genomen. Wat is gebeurd, moet in de toekomst toch worden voorkomen.
Naast het toezicht op zich zijn er natuurlijk ook nog revisoren die over de rekeningen gaan en adviezen geven. De revisorenverslagen worden elk jaar goedgekeurd. Is in dat verslag hierover iets terug te vinden?
Wat uw laatste punt betreft: het gaat over een zaak die dateert van 30 maart 2016. Daarover is nog geen revisorverslag beschikbaar.
Dat klopt, maar er is er ook eentje van 16 oktober 2014.
Ik heb die verslagen natuurlijk niet bij. Het verslag over die ene belegging zou ik moeten opzoeken. U legt wel de vinger op het pijnpunt. Het verraste me dat er pas een kritisch verslag over het verleden kwam nadat publiek was gemaakt hoe het met Optima staat. Waarom is dat niet eerder gebeurd? Men zegt dat dat niet is gebeurd omdat in het bod van Optima expliciet stond dat de zaak slechts kan doorgaan als de NBB haar goedkeuring geeft. Men kan daarover redetwisten. Post factum kan ik slechts zeggen dat het jammer is dat dit nu pas gebeurt en dat daaraan geen grondige discussie is gewijd. U kunt dat lezen in het verslag van de Inspectie van Financiën dat ik u meegeef. Ik denk dat ik het verslag van de raad van bestuur nog niet kan vrijgeven omdat het nog niet is goedgekeurd. Zodra dat is gebeurd, kan ik voorstellen om het u te bezorgen. In elk geval moeten we lering trekken uit wat is gebeurd. Los van dit dossier plan ik een grondige analyse van de taken van de regeringscommissaris en de manier waarop we daar in de toekomst beter kunnen mee omgaan. Maar dat is voor later.
We delen dezelfde bekommernis en ook dezelfde verwondering dat bepaalde signalen pas vrij laat zijn gegeven. Ik kijk uit naar de documenten die u ons zult bezorgen. De beleggingen van sommige associaties en universiteiten schurken aan tegen 1 miljard euro.
Het is goed dat er een vorm van beleid is om dergelijke zaken op te volgen, om te vermijden dat daar geld weglekt in situaties die voorkomen hadden kunnen worden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.