Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
De heer Bothuyne heeft het woord.
Minister, ik volg uw doen en laten van zeer nabij, en alles wat over u verschijnt, lees ik met veel plezier. Zo las ik in een interview van u in De Standaard van 17 mei: “Voor mij kunnen alleen kleinschalige biomassa-installaties om lokaal een warmtenet te creëren. Ik ga trouwens vijftien van dergelijke projecten investeringssteun geven.”
Dat is een gedurfde uitspraak die mijn interesse heeft gewerkt, met op de achtergrond de commotie over de grootschalige biomassacentrales van een aantal weken geleden. Hoe dan ook lijkt investeringssteun voor vijftien projecten een ambitieus voornemen, zeker wanneer we de gegevens bekijken over de laatste call ‘groene warmte’, die liep van oktober tot december 2015. Daar was slechts één aanvraag voor een project met kleinschalige biomassa. Ik ben dan ook nieuwsgierig hoe u het aantal aanvragen binnen deze specifieke projectgroep zult laten toenemen.
We zien zeker een potentieel in kleinschalige biomassacentrales. Belangrijk is natuurlijk dat het dan ook gaat om echt duurzame biomassa die liefst afkomstig is uit de nabije omgeving van de biomassacentrale zodat onnodig transport, zeker over lange afstanden, kan worden vermeden. Ook belangrijk is dat de biomassacentrale wordt gebruikt voor de productie van elektriciteit en warmte die eventueel via een warmtenet kan worden verdeeld naar bijvoorbeeld omliggende woningen en bedrijven. Zo kunnen ze een bijdrage leveren aan de Europese klimaatdoelstellingen en de energiezekerheid die we nastreven.
Minister, welke productiecapaciteit aan warmte en elektriciteit wilt u realiseren via de vijftien kleinschalige biomassacentrales waarvoor u investeringssteun in het vooruitzicht hebt gesteld? Over welke biomassa gaat het? Hoeveel is er nodig? Wat is de herkomst van die biomassa?
Uit een antwoord op een schriftelijke vraag nummer 160 over de call groene warmte bleek dat er één project voor kleinschalige biomassa was ingediend. Minister, op basis waarvan zegt u dat er nu meer zulke projecten zijn? Voorziet u in extra ondersteuning om zo meer aanvragen te genereren? Voorziet u eventueel in een nieuwe call voor groene warmte? Zo ja, met welk budget? Op welke manier zal die ondersteuning dan worden toegekend?
De call groene warmte liep reeds eind 2015. Ik heb begrepen dat er zeventien aanvragen werden ingediend: één voor kleinschalige biomassa, twee voor diepe geothermie en veertien voor restwarmte. Hoe zijn deze aanvragen geëvalueerd? Welke zijn goed- of afgekeurd?
Minister Tommelein heeft het woord.
Collega’s, van 15 oktober 2015 tot en met 14 december 2015 konden steunaanvragen worden ingediend binnen de calls groene warmte, restwarmte, diepe geothermie en biomethaan. Er werden zeventien steunaanvragen ingediend en er werden vijftien aanvragen goedgekeurd. Deze vijftien installaties zijn goed voor 181 GWh warmtebenutting per jaar.
Bij de goedgekeurde projecten is er één nuttige-groenewarmte-installatie op biomassa. De gebruikte biomassa is biomassa-afval uit groencompostering. Aangezien het over een installatie van minder dan 2 MW gaat, is de hoeveelheid biomassa die nodig is, beperkt alsook duurzaam.
In het artikel waar u naar verwijst, heb ik het volgende aangegeven: “Voor mij kunnen alleen kleinschalige installaties, om lokaal een warmtenet te creëren. Ik ga trouwens vijftien van dergelijke projecten investeringssteun geven.” Ik doelde daarmee op de net vermelde call, waarbij ik vijftien projecten heb aanvaard voor ondersteuning, waarvan één project groene warmte uit biomassa, twee projecten groene warmte uit geothermie, één project groene warmte uit biomethaan en elf projecten gebaseerd op restwarmte. Twaalf van deze projecten zijn gekoppeld aan een uitgebreid warmtenet en acht van de projecten rond restwarmte haalt restwarmte uit restafval, dat voor iets minder dan de helft als groene warmte kan worden beschouwd. Ik heb begrepen dat er nogal wat van die projecten in West-Vlaanderen liggen.
Voor het jaar 2016 is in een budget van 10,5 miljoen euro voorzien voor de organisatie van de calls groene warmte, restwarmte, diepe geothermie en biomethaan.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw duidelijk antwoord. We weten nu dat het gaat over vijftien installaties voor groene warmte dat ruimer te definiëren is dan enkel biomassa. Het gaat slechts over één biomassacentrale. De rest zijn voornamelijk restwarmteprojecten. Dat is heel positief. Het is belangrijk dat dit potentieel dat jaren onderbenut is gebleven, effectief wordt aangesneden. Het is dan ook belangrijk dat u een nieuwe call lanceert. U zei dat u daarvoor 10,5 miljoen euro vrijmaakt. Kunt u meer details geven over die call, namelijk over de looptijd en eventueel over inhoudelijke wijzigingen? Kunt u ons ook het lijstje bezorgen van de vijftien goedgekeurde projecten? Het zou interessant zijn om te weten over welke projecten het gaan, die voor een groot stuk in West-Vlaanderen liggen.
Ik ben in Kuurne een warmtenet gaan openen en in de speech stond dat van de vijftien projecten er zeven in West-Vlaanderen lagen. Vandaar dat ik het weet.
Ik zal u de lijst bezorgen. Ik zal navragen wanneer de call gebeurt en hoelang de looptijd is. Ik kan dat nu niet zeggen.
Minister, ik dank u voor de informatie.
De vraag om uitleg is afgehandeld.