Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Vraag om uitleg over de gevolgen van de schorsing van de uitvoeringsbesluiten van het Maatwerkdecreet
Vraag om uitleg over de schorsing van de uitvoeringsbesluiten maatwerk en de gevolgen voor de overgang tussen buitengewoon secundair onderwijs en maatwerkbedrijven op het einde van dit schooljaar
Vraag om uitleg over de aanwervingsstop als gevolg van de schorsing van de uitvoeringsbesluiten van het Maatwerkdecreet
Vraag om uitleg over de schorsing van de uitvoeringsbesluiten van het Maatwerkdecreet
Verslag
De heer Beenders heeft het woord.
De schorsing van het Maatwerkdecreet is al regelmatig aan bod gekomen in deze commissie. Begin februari hebt u gezegd dat u het arrest zou bestuderen, dat u juridisch alles zou doorgronden en u vroeg de nodige tijd om beslissingen te kunnen nemen. Eind februari hebt u ook in de commissie gezegd dat u vermoedde dat het maatwerkbesluit volledig vernietigd zou worden. U vroeg nogmaals om u tijd te geven om een goed juridisch onderbouwd dossier te hebben en dan beslissingen te kunnen nemen.
U hebt altijd gezegd dat u prioriteit zou geven aan de omschakeling naar de oude regelgeving, zodat de sociale en beschutte werkplaatsen kunnen voortwerken. Zodra dat zou worden afgerond, of zelfs tegelijkertijd, zou u werk maken van reparaties van de beslissing van de Vlaamse Regering met betrekking tot maatwerk.
We zijn nu een aantal maanden na de schorsing, en het blijft redelijk stil. Er komen weinig initiatieven naar buiten. Vooral ondernemingen blijven in het ongewisse. U hebt wel op 26 februari 2016 in de Vlaamse Regering beslist om te werken met voorschotten, maar voor de rest hebben wij niets meer gehoord.
Deze vraag werd ingediend op 18 april, omdat op dat moment de bezorgdheid groot was. We hebben de afgelopen weken gezien dat de sector begint te reageren. Zij uitten hun ongerustheid in de media. Zowel werkzoekenden als toeleiders, gespecialiseerde trajectbegeleiders en ook ondernemingen zelf, die wachten op duidelijkheid, hebben alarmkreten gelanceerd. Ik zie nu ook dat heel wat collega’s aan de alarmbel trekken. We kijken dus heel erg uit naar de antwoorden op de volgende vragen.
Wat is de stand van zaken met betrekking tot de initiatieven die u zou nemen om de oude regelgeving opnieuw in werking te stellen en de problemen voor onder andere de toeleiding op te lossen? Ik denk dat de toeleiding echt problematisch aan het worden is. We zien dat vooral aan de cijfers van beschutte en sociale werkplaatsen.
Wat is de stand van zaken met betrekking tot de schorsing van het Maatwerkbesluit en de procedure bij de Raad van State? Is er na de beslissing van de Raad van State tot schorsing nog iets gewijzigd? Wat is de verdere procedure bij de Raad van State?
Wat is de stand van zaken met betrekking tot initiatieven tot reparatie van het Maatwerkbesluit? Welke stappen hebt u hierin al gezet?
Wat ziet u in de nabije toekomst met het Maatwerkdecreet gebeuren? Wat is uw timing met betrekking tot de reparatie van het maatwerkbesluit?
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Op 26 januari 2016 heeft de Raad van State de uitvoeringsbesluiten van het Maatwerkdecreet geschorst. In de feiten betekent dit dat er van maatwerkbedrijven momenteel geen sprake meer is en dat de opdeling tussen beschutte en sociale werkplaatsen opnieuw van kracht is. De schorsing heeft ook verregaande praktische consequenties. Bijvoorbeeld op het vlak van de administratie moet er teruggevallen worden op de oude computerprogramma’s. Het heropstarten daarvan heeft een aanzienlijk kostenplaatje van ongeveer 1 miljoen euro met zich meegebracht. Bovendien zijn er problemen met de toeleiding. In de oude regelgeving moest men vijf jaar werkloos zijn en laaggeschoold om tewerkgesteld te kunnen worden in een sociale werkplaats. De vraag rijst dus wat er moet gebeuren met alle mensen die intussen werden toegeleid tot een maatwerkbedrijf maar die geen vijf jaar werkloos zijn. Ook voor de voormalige beschutte werkplaatsen is er een probleem. Het attest voor een beschutte werkplaats, waardoor men een soort ‘recht’ op een beschutte werkplaats verkreeg, bestaat wettelijk niet meer. Dat maakt dat er een situatie ontstaan is waardoor nieuwe mensen niet meer kunnen worden toegeleid naar de beschutte werkplaatsen.
Minister, we begrijpen uiteraard dat u wordt geconfronteerd met een moeilijke situatie, die op het werkveld tot grote praktische problemen leidt. Het maakt dat snel handelen nodig is om de ergste praktische noden op te lossen. U beloofde om zo spoedig mogelijk in te grijpen. Afgaande op de agenda van de Vlaamse Regering is het tot nog toe windstil gebleven na de dringende beslissing om de betalingen aan de bedrijven te kunnen garanderen. Ook de sector zelf is zich bewust van de problemen. Er werden al signalen gegeven dat de sector openstaat voor een minnelijke schikking. Constructief overleg kan volgens ons de economische schade voor de sector helpen beperken.
Minister, wat is de stand van zaken inzake de reparaties van de oude regelgeving naar aanleiding van de schorsing, in concreto op het vlak van de aanpassing van de ICT aan de oude regelgeving en van de machtiging van de administratie voor het gebruik van DmfA-gegevens uit de federale Kruispuntbank?
Wat is de stand van zaken met betrekking tot het maken van reparatiebesluiten voor de aanpak van de problemen voor de doelgroepwerknemers, meer bepaald voor het ondervangen van het probleem dat laaggeschoolde doelgroepwerknemers die nog geen vijf jaar werkloos waren door de schorsing niet meer zouden mogen werken in de sociale werkplaatsen, en ook voor de toeleiding van doelgroepwerknemers naar de beschutte werkplaatsen?
Hebt u inmiddels rond de tafel gezeten met de sector om via overleg te zoeken naar constructieve oplossingen met het oog op het beperken van de economische schade voor de sociale en beschutte werkplaatsen? Wat is hier de stand van zaken?
De heer De Meyer heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik moet uiteraard niet herhalen wat de collega’s van deze commissie al hebben aangebracht. Ik wil mij beperken tot één aspect: de gevolgen van de schorsing van de uitvoeringsbesluiten van het Maatwerkdecreet wat betreft het onderwijs, in het bijzonder het buitengewoon secundair onderwijs.
VDAB verduidelijkte in een brief naar de busoscholen de gevolgen voor de toeleiding van jongeren die afstuderen in het buso naar de sociale en beschutte werkplaatsen. De busoscholen beginnen zich, naarmate het schooljaar vordert, hierover zorgen te maken omdat de gebruikelijke ‘warme overdracht’ op 1 juli van scholen naar VDAB van deze leerlingen en via VDAB naar beschutte werkplaatsen en sociale werkplaatsen door de opheffing van deze besluiten op te helling komt te staan. Deze leerlingen hebben dus momenteel geen enkel toekomstperspectief met betrekking tot beschutte of sociale werkplaatsen. Als deze regelgeving te laat zou komen, dit wil zeggen na 30 juni 2016, zal dit in het buso leiden tot de situatie dat de afgestudeerde leerlingen wellicht nog een schooljaar langer in de busoscholen zullen blijven, en hiervoor verlengingen zullen aanvragen bij hun scholen. Dit soort verlengingen zijn immers mogelijk in het buitengewoon onderwijs. Deze evolutie is uiteraard niet gewenst.
Minister, hoe plant u de organisatie van de toeleiding naar beschutte en sociale werkplaatsen, zodat het recht op werk voor personen met een arbeidshandicap niet in het gedrang komt?
Hoe plant u de overstap van leerlingen uit busoscholen op 1 juli naar maatwerkbedrijven te garanderen?
Op welke termijn verwacht u dat er nieuwe regelgeving zal zijn om uit dit juridisch vacuüm te komen? Hebt u hierover al overleg gehad met uw collega, de minister bevoegd voor het onderwijs?
De heer Annouri heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik sluit mij graag aan bij mijn collega’s. Het doet mij plezier dat over de partijgrenzen heen iedereen een vraag stelt over de toekomst van de maatwerkbedrijven of van de sociale economie. Er heerst op dit ogenblik heel wat onduidelijkheid en troebelheid. Verschillende collega’s hebben al het probleem van de toeleiding aangehaald. De sector spreekt van maandelijks tweehonderd mensen, de kwetsbaarste schakels op onze arbeidsmarkt, mensen met een fysische of psychische beperking, die niet zouden kunnen worden toegeleid, die thuis zouden moeten blijven zitten, terwijl er wel degelijk ook voor hen functies mogelijk zouden zijn.
Een ander probleem dat door de sector heel duidelijk wordt aangehaald, is dat men op dit moment ook niet kan vervangen. Er zijn dus functies die vrijkomen, er staan mensen te trappelen om te gaan werken, maar men kan hen niet toeleiden. Voor de kwetsbaarste profielen op onze arbeidsmarkt, ook mensen met een psychische of psychosociale beperking, is dat een enorme schok, een enorme dreun, als blijkt dat datgene waarnaar ze lang hebben uitgekeken, namelijk aan de slag gaan in de sociale economie, dan plots niet kan doorgaan. Er zijn gevallen bekend van mensen die daardoor terug in een depressie of in een psychisch downmoment terechtkomen.
De heer De Meyer haalt heel terecht de problematiek van het buso aan. Vanaf eind juni komen daar heel wat studenten van de schoolbanken die een potentiële toekomst zouden hebben in de sociale economie. Maar ook voor hen is het natuurlijk nog onduidelijk wat de toekomst zal brengen.
Minister, welke acties gaat u ondernemen om ervoor te zorgen dat mensen met een arbeidshandicap of een psychische beperking opnieuw kunnen worden aangeworven in de sector van de sociale economie? Welke timing streeft u hiervoor na? Denkt u hierbij in de eerste plaats, zoals u eerst hebt gezegd, aan een herstel van de vorige regelgeving? Hoe ziet u de toekomst van de maatwerkbedrijven en het Maatwerkdecreet?
Ik weet nog goed dat u in het debat dat wij x-aantal maanden geleden in de plenaire vergadering hebben gehad, zei dat u ontgoocheld was door de twee bedrijven die naar de Raad van State zijn gestapt en dat u het jammer vond dat u nu de hele uitrol van het Maatwerkdecreet op die manier voor een deel tenietgedaan ziet worden. Ik heb toen gezegd dat ik begrijp dat u ontgoocheld bent. Dat is een heel frustrerende zaak. Maar ik zei toen ook dat u de verantwoordelijkheid hebt om met oplossingen te komen. Ik kijk dus hard uit naar de oplossingen die u hier op tafel zult leggen.
Mevrouw Claes heeft het woord.
De schorsing van het Maatwerkdecreet heeft natuurlijk ernstige gevolgen. Minister, in de eerste communicatie die u daarover deed, reageerde u enorm ontgoocheld. Wij hebben toen ook aangegeven dat u over die ontgoocheling heen moest stappen en een oplossing moest aanreiken. De eerste oplossingen werden voor de paasvakantie aangekondigd, daarna na de paasvakantie. Ik was enorm ontgoocheld toen ik u de voorbije weken op het nieuws hoorde zeggen dat de oplossingen er zouden zijn voor de zomervakantie. (Opmerkingen van minister Liesbeth Homans)
Zo werd het aangekondigd in het VRT-nieuws. Toen de beschutte werkplaats WAAK aanklaagde dat zij op dit moment geen mensen konden aanwerven, werd er gezegd dat u een oplossing zou zoeken voor de zomervakantie. Ik hoop dat dat niet waar is en dat er eerder een oplossing komt. Er is vooral een probleem bij beschutte werkplaatsen in verband met aanwerving. Ik neem dan contact op met de beschutte werkplaatsen die ik ken en vraag hun hoe ze dat oplossen. Zij hebben natuurlijk ook opdrachten die zij moeten kunnen realiseren. Het zijn bedrijven die opdrachten moeten volbrengen. Als zij dat niet kunnen doen door mensen aan te werven, proberen ze dat in eerste instantie te doen door mensen te verschuiven. Mensen die een andere opdracht hebben en die vrij zijn, laten ze dan die nieuwe opdracht doen. Op de tweede plaats werven ze mensen aan op eigen budget, zonder te weten of er een betoelaging komt.
Minister, ik heb een heel specifieke vraag. Beschutte werkplaatsen die mensen hebben aangeworven die aan het profiel voldoen om te werken in een beschutte werkplaats, zullen die retroactief kunnen worden aangeworven met subsidies? Zult u een besluit nemen dat ingaat op een eerdere datum, zodat mensen die zijn aangeworven en voldoen aan het profiel, ook kunnen worden aangeworven met subsidies? Dat zou namelijk een enorme verlichting zijn. Dan kunnen de opdrachten namelijk ook worden uitgevoerd. Een van de grote problemen op dit ogenblik is dat men plant om bijvoorbeeld jobstudenten aan te nemen die niet aan het profiel voldoen, maar die in de plaats komen van mensen die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt. Dat kan toch niet de bedoeling zijn.
Ik heb heel lang gewacht om mijn vraag om uitleg in te dienen, omdat ik er echt van overtuigd was dat er snel een oplossing zou zijn. Mijn uitdrukkelijke vraag is vandaag: zal er voor mensen die voldoen aan het profiel, met retroactiviteit ook een fiat worden gegeven dat zij zullen worden aanvaard als doelgroepwerknemer op het ogenblik dat het reparatiebesluit er is, zodat zij ook betoelaagd kunnen worden aangeworven? Dat zou een heel grote stap vooruit zijn.
Minister Homans heeft het woord.
Collega’s, ik zal redelijk uitgebreid antwoorden, aangezien er heel wat vragen gesteld zijn.
Het is niet omdat jullie er niets van hebben gehoord, dat er ondertussen niets is gebeurd. We moeten realistisch zijn, collega’s, een schorsing door de Raad van State kun je niet op een-twee-drie oplossen, zonder juridische fouten te maken. Dat is toch belangrijk.
U kent de voorgeschiedenis, en dus zal ik die niet helemaal herhalen. De kern blijft – en ik vind dat men daar, ook vanuit de beschutte werkplaatsen, nogal gemakkelijk overheen stapt – dat dit allemaal is gebeurd omdat er twee beschutte werkplaatsen naar de Raad van State zijn gestapt en dat de groep Maatwerk is tussengekomen. Die groep Maatwerk heeft zich ondertussen wel teruggetrokken. We weten dat er zeven jaar is gewerkt rond maatwerk en dat er dus behoorlijk wat overleg is gebeurd met de sector. Maar dat is de voorgeschiedenis. We moeten werken aan de toekomst, en dus daarop focussen.
Enerzijds was het belangrijk dat de oude regelgeving zo snel mogelijk terug van kracht moest kunnen worden. Ik heb dat ook aangegeven in de plenaire vergadering en in de commissie. Dat is natuurlijk niet evident omdat er heel wat juridische stappen moeten worden gezet en er adviezen moeten worden ingewonnen. Dat gebeurt niet op een-twee-drie, omdat bijvoorbeeld toeleiding niet meer mogelijk was. Collega’s, ik kom er straks nog wat uitgebreider op terug, maar de toeleiding naar sociale werkplaatsen kan vandaag wel. Het is de toeleiding naar de beschutte werkplaatsen die niet kan wegens het feit dat recht op beschutte werkplaatsen gewoon niet meer bestond en dat wel de voorwaarde was in de oude regelgeving. Dat is de eerste belangrijke cluster van mijn antwoord.
De tweede cluster is: hoe zullen we het maatwerk herstellen? Het leek mij nuttig om eerst reparaties te doen zodat we opnieuw kunnen toeleiden in de beschutte werkplaats. Zo kunnen we tegelijk de mensen die nu in de sociale werkplaatsen werken, maar eigenlijk niet aan de profielen voldoen – bijvoorbeeld niet vijf jaar werkloos of niet echt laaggeschoold zijn – niet gewoon op straat zetten. Dat is belangrijk.
Welke stappen hebben we concreet genomen om de heropleving van de oude regelgeving in werking te stellen? We hadden totaal geen decretale, laat staan juridische basis om nog verder te werken. Daarvan is onmiddellijk werk gemaakt. Zo is er een juridische en inhoudelijke impactanalyse gemaakt van de schorsing, de gevolgen van de schorsing en het rechtsvacuüm dat de schorsing heeft teweeggebracht.
Mevrouw Talpe verwees naar de ICT. Dat was allemaal niet zo evident. Voor mensen hier aanwezig kan dat misschien op een-twee-drie worden geregeld. Voor alle duidelijkheid: het vergde een overschakeling naar het oude ICT-systeem om bijvoorbeeld uitbetalingen te kunnen doen en voorschotten te kunnen betalen. We waren overgestapt naar nieuwe subsidietoepassingen. We moesten opnieuw de opstart doen van de oude subsidietoepassingen: SWB voor de beschutte werkplaatsen en Easypay voor de sociale werkplaatsen. Dat gebeurt ook niet van vandaag op morgen. Ook moesten we de beheerdersmandaten voor de werkplaatsen voor de subsidietoepassing actualiseren. In verband met de KSZ-gegevensstromen (Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid) en het gebruik van de DmfA-gegevens is er een nieuwe aanvraag gebeurd bij het sectoraal comité. De zitting vond plaats op 3 mei. Er is een positief advies ontvangen, wat goed is, in afwachting van een uitspraak ten gronde en een aangepaste regelgeving.
Ik ga verder met de betaling waarnaar ik daarnet heb verwezen. We konden die betaling eigenlijk enkel doen als onze ICT en informatica ook was aangepast. U hebt allen verwezen naar het feit dat ik redelijk snel na de schorsing naar de regering ben gestapt met een besluit om die voorschotten toch te kunnen blijven uitbetalen. Anders was het helemaal een drama geweest. Dat is redelijk snel gebeurd. De financiële continuïteit van de voorschotten werd dus gewaarborgd door het besluit dat op 26 februari werd goedgekeurd.
Er was ook een gegevensverzameling voor subsidieberekening. Voor sociale werkplaatsen worden de individuele fiches van de doelgroepwerknemers en omkadering gefaseerd opgevraagd en verwerkt door het departement Werk en Sociale Economie. Voor de beschutte werkplaatsen worden de prestatiestaten en essentiële documenten, zoals attesten, verwerkt om betalingen te kunnen berekenen.
Dan is er nog de afrekening van de maatwerkperiode. Het gaat allemaal over heel technische zaken. Er is bijzonder hard aan gewerkt door mijn administratie, mijn kabinet. Het derde kwartaal 2015 werd betaald op 8 februari 2016. De uitbetaling van het vierde kwartaal 2015 zal deze maand gebeuren.
Er is dus een juridische en inhoudelijke impactanalyse gebeurd, er zijn ICT-problematieken opgelost en de betalingen zijn aangepakt.
Een vierde element is de informatie en communicatie. Er zijn verschillende informatiesessies geweest voor de sector over de impact van de schorsing en de operationalisering. Met de sociale werkplaatsen vond die plaats op 1 maart 2016, met de beschutte werkplaatsen op 3 maart 2016. Er waren ook overlegmomenten met de koepelorganisaties over de impact van de schorsing. Het gaat dan meer bepaald over het Samenwerkingsverband Sociale Tewerkstelling (SST) en Groep Maatwerk. Er is een uitgebreide bespreking geweest van de schorsing in de commissie van de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV). Ten slotte is er online, op de webstek van het departement, heel wat informatie te vinden, met veelgestelde vragen en presentaties. Die website wordt constant bijgewerkt en wordt op basis van gestelde vragen aangevuld.
Naast die vier aspecten was ook het herstel van de oude regelgeving prioritair. In eerste instantie houdt dat in: de reparatieregelgeving van de sociale werkplaatsen, de beschutte werkplaatsen en de bijzondere tewerkstellingsondersteunende maatregelen (BTOM). Die laatsten vallen eigenlijk onder de bevoegdheid van minister Muyters, maar het is op basis van die BTOM dat het recht op een beschutte werkplaats kan worden afgeleverd. Aangezien dat niet meer bestond, moest dat besluit ook worden gerepareerd.
Voor de sociale werkplaatsen is de regularisatie van de doelgroepmedewerkers die via de ICF-indicering (International Classification of Functioning) zijn aangeworven noodzakelijk. Ik heb het al gezegd in mijn inleiding: ik wil absoluut niet dat die mensen doordat ze waren aangeworven hoewel ze geen vijf jaar werkloos waren of niet extreem laaggeschoold zijn, ineens op straat worden gezet. Dat vond ik absoluut niet oké. Dat hebben we dus geregeld.
Met betrekking tot de beschutte werkplaatsen is het absoluut noodzakelijk om het recht op beschutte werkplaatsen opnieuw te kunnen inschrijven in de regelgeving. Ik heb u daarnet al gezegd dat dat zal kunnen, met die aanpassing van BTOM. Deze wijzigingen zijn momenteel opgenomen in de herstelbesluiten. Ik heb spoedadvies gevraagd aan de Inspectie van Financiën (IF). Ik heb ook met de SERV gebeld, om ook van hen een spoedadvies te kunnen krijgen. Ze gaan daarmee akkoord. Momenteel is dit naar Begroting voor een begrotingsakkoord. Alleen als het gaat over de Raad van State kan ik geen spoedadvies vragen. Gelet op het feit dat dit juridisch een zeer moeilijk en precair dossier is, wil ik echt niet het risico lopen om voor die twee herstelbesluiten spoedadvies te vragen en dan misschien met het hoofd tegen de muur te lopen, met nadien weer een of andere procedure. Dat wil ik niet. Natuurlijk zijn we ook gebonden aan bepaalde termijnen. U weet wat de adviestermijn is van de Raad van State. De rest kan ik allemaal met spoed doen. Ik heb ook al van mijn collega van Financiën en Begroting vernomen dat hij ook met spoed het begrotingsakkoord zal verstrekken. De collega’s werken dus wel degelijk mee. Wat de Raad van State betreft, zal ik dus echter de gewone, reguliere termijn moeten respecteren.
Ik denk dus dat we wel degelijk al heel veel hebben gedaan. Dit is er inderdaad eind februari geweest. Nu is het begin mei. Ik denk dat mijn administratie en mijn kabinet echt wel een pluim verdienen omdat ze dat voor elkaar hebben gekregen: men heeft én de ICT én de betalingen kunnen blijven doen, men heeft de voorschotten kunnen blijven uitbetalen en tegelijkertijd heeft men herstelbesluiten in elkaar kunnen zetten die juridisch echt wel goed in elkaar moesten zitten. Sneller dan dit kan het echt niet.
We zijn dus zeer snel gegaan, doch we zijn juridisch voorzichtig geweest. We hebben geen enkel risico genomen. Het ene sluit echter natuurlijk ook het andere helemaal niet uit.
Bij sociale werkplaatsen kan men nog altijd wel toeleiden, kan men nog altijd wel aanwerven. Bij beschutte werkplaatsen kan men dat momenteel niet, maar men kan natuurlijk wel aanwerven zonder subsidies. Mevrouw Claes en anderen hebben gesteld dat dit een mogelijkheid is, maar dat dat niet opportuun is. Ik deel die overtuiging. Ik besef ook wel dat dat niet de meest ideale situatie is.
Mevrouw Claes, u hebt ook gevraagd waarom dat niet retroactief kan. We hebben die vraag bestudeerd en niet alleen ik, maar ook de juristen zijn tot de conclusie gekomen dat we dat absoluut niet kunnen doen, op basis van een aantal belangrijke redenen. Wetstechnisch gaat het om een zogenaamde bewarende maatregel. Enerzijds gaat het om het regulariseren van handelingen gesteld binnen de maatwerkperiode, waarbij de werkplaatsen nooit in kennis konden zijn van de toekomstige gevolgen van de schorsing, zoals het aanwerven op basis van de ICF-indicering. Anderzijds gaat het om een aanpassing van de oude regelgeving in het licht van de gevolgen van de maatwerkregelgeving, bijvoorbeeld het schrappen van het recht op beschutte werkplaats bij BTOM. Werkplaatsen zijn echter wel in kennis van de gevolgen van de schorsing. Ze weten ook heel goed dat ze niet gesubsidieerd konden aanwerven tijdens de periode waarin er nog geen herstelbesluiten waren.
Een ander aspect, dat ik minstens even belangrijk vind, is het beginsel van de gelijkberechtiging. We hebben via diverse kanalen meegedeeld dat er een vacuüm was en dat men op dat moment niet gesubsidieerd kon aanwerven en niet kon toeleiden. Elke beschutte werkplaats is ook individueel op de hoogte gebracht. De meeste beschutte werkplaatsen hebben zich daar wel aan gehouden. We zouden diegenen die zich eigenlijk niet aan die richtlijn en de regelgeving ter zake hebben gehouden en wel hebben aangeworven, subsidies geven en hen dus belonen, terwijl anderen braaf hebben geluisterd naar de instructies van ons en van de administratie, waarin werd gesteld dat er een vacuüm was, dat we geen rechtsgrond hadden om te kunnen aanwerven. Vanuit het oogpunt van gelijkberechtiging vind ik dat eigenlijk niet zo heel fair. Ik ben ook ontzettend bang dat, als we dat toestaan, we opnieuw in dezelfde procedure gaan belanden. Bepaalde beschutte werkplaatsen hebben zich aan de regelgeving gehouden en ondertussen niet aangeworven. Andere hebben dat wel gedaan. Als zij retroactief toch subsidies krijgen voor die aanwerving, dan kan men naar de Raad van State stappen, en dan gaan we terug naar af. Ik denk niet dat de sector zit te wachten op een nieuwe procedure bij de Raad van State tegen deze reparatiebesluiten. Dan zal men nog maar eens gedurende een lange tijd niets kunnen doen.
Dan is er natuurlijk ook nog het zogenaamde legaliteitsbeginsel: het is een algemeen aanvaard rechtsbeginsel dat de overheid niet met terugwerkende kracht wetgeving kan uitwerken.
Dat hebben we dus concreet heel snel gedaan om snel te kunnen repareren. Ik hoop voor de zomervakantie te landen. Ik denk dat dat ook wel lukt, als alle collega’s meewerken. Spoedadvies voor de begroting en zo, dat is dus allemaal mogelijk. Ik zie ook heel veel goede wil. Ik denk dat dit ook een problematiek is die alle collega’s in de regering in het hart dragen. Ze zien ook wel in dat dit een onhoudbare situatie is, zodat ze zullen meewerken. Ik hoop dit dus tegen de zomervakantie te hebben opgelost.
Ondertussen zijn we ook bezig met het zetten van enkele stappen om tot een hernieuwd maatwerk te kunnen komen. We kunnen immers wel twee reparatiebesluiten maken, maar ondertussen hebben we nog altijd wel geen nieuw maatwerk, en ik dacht dat dat hier toch kamerbreed werd goedgekeurd en gesteund. Voor alle duidelijkheid, we hebben eerst geprobeerd de toeleiding te herstellen en ik denk dat we daar goed in zijn geslaagd. Wat hebben we dus gedaan in het kader van een hernieuwd maatwerk? Samen met een advocatenbureau hebben we in kaart gebracht wat de volgende stappen zijn in de procedure voor de Raad van State. Mijnheer Beenders, ik denk dat u het was die daar concreet naar heeft gevraagd. Het is heel saai, maar ik ga u toch zeggen wat we allemaal al hebben gedaan en wat de procedure bij de Raad van State nu blijkt te zijn.
De memorie van antwoord van de Vlaamse Regering en Eubelius is midden april 2016 ingediend bij de Raad van State. De memorie van tegenantwoord door de verzoekende partijen volgt dan binnen de zestig dagen. Dat wordt dus medio juni 2016 verwacht. Op het verslag van de auditeur van de Raad van State staat geen vaste termijn. Dat wordt geschat op zes maanden. Dan spreken we al over november 2016. De partij en de tegenpartij hebben elk dertig dagen de tijd voor een reactie. Dan is het januari 2017. Voor de zitting en het definitieve arrest door de Raad van State is er geen termijn, maar op basis van de door ons opgenomen contacten schatten we dat dit voor het tweede kwartaal van 2017 zal zijn. Voor alle duidelijkheid, dat is de tijdlijn van de Raad van State. Daar heb ik totaal geen vat op. Ik hoop dat u mij dat ook niet kwalijk zult nemen. Daar kan ik niets aan doen. We kunnen daar moeilijk in tussenbeide komen. Dat zou ook niet raadzaam zijn.
Ik kan dus absoluut niet vooruitlopen op die uitspraak van de Raad van State. Dit moet nog een hele weg afleggen. Voor alle duidelijkheid, het zijn de uitvoeringsbesluiten die zijn geschorst, niet het Maatwerkdecreet op zich. Ik moet echter realistisch zijn. De inschatting is wel dat het wellicht tot een complete vernietiging zal komen. Dat zullen we echter afwachten. We mogen er niet op vooruitlopen, maar het ziet er niet zo heel rooskleurig uit.
Er zijn in het kader van het herstellen van het Maatwerkdecreet uiteraard ondertussen ook gesprekken geweest met de belangenorganisaties van de beschutte en de sociale werkplaatsen. Daaruit blijkt dat een compromis tussen de beide organisaties niet echt heel evident en gemakkelijk is. Parallel aan de opmaak en het goedkeuringsproces van de twee herstelbesluiten heb ik de opdracht gegeven aan de secretaris-generaal van het Departement WSE om in alle discretie verkennende gesprekken te voeren met de twee belangenorganisaties, om te bekijken of ze toch niet een klein beetje dichter bij elkaar kunnen worden gebracht. Dat is dus een soort bemiddeling. Ik denk dat de secretaris-generaal die materie ook zeer goed kent. Die kent de betrokken koepelorganisaties ook zeer goed en zal dat wel op een goede manier kunnen doen.
Mevrouw Talpe, ik heb eigenlijk al geantwoord op uw vraag of ik al rond de tafel heb gezeten toen ik zei wat we hebben gedaan in de schoot van de commissie van de SERV. Dan was er de vraag of ik heb bemiddeld of heb geprobeerd om de twee bedrijven in kwestie toch van hun procedure te doen afzien. Ik heb dat niet persoonlijk gevraagd, maar dat is geprobeerd. Zowel Westlandia als de Wase Werkplaats heeft echter laten weten de procedure te willen voortzetten. Ik heb u wel gezegd dat de koepel zich ondertussen heeft teruggetrokken.
Mijnheer De Meyer, ik ben me er natuurlijk absoluut van bewust dat dit ook een zeer prangend probleem is voor de buso-jongeren, zeker omdat de schoolvakantie bijna begint. Ik heb echter gezegd dat ik vóór de schoolvakantie een definitieve goedkeuring van de Vlaamse Regering wil, en dan is dat gewoon van kracht vanaf de dag waarop het wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Dat kunnen we dus ook op die manier regelen. Ik wil dat dit voor de zomervakantie geregeld is. Met ieders medewerking zal dat wel lukken. Dat belet echter niet dat ze ondertussen eventueel wel een stage of vakantiewerk zouden kunnen doen, maar dat is niet ideaal of optimaal. Laten we er dus van uitgaan dat we voor de zomervakantie kunnen landen, zodat de doorstroom onmiddellijk kan gebeuren. Uiteraard hebben we over heel deze overgang contact gehad met de VDAB en hebben we deze procedure en timing ook toegelicht bij het Departement Onderwijs en Vorming en het kabinet van Onderwijs, omdat dat natuurlijk ook een problematiek is die ons allebei aangaat.
De heer Beenders heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw uitvoerige antwoord. Als ik het goed heb begrepen, dan hebt u ervoor gekozen om dat traject bij de Raad van State af te ronden en parallel geen strategie te bepalen om toch nog tot een onderling akkoord te komen, om toch nog te proberen die juridische strijd met de twee bewuste ondernemingen te staken. Ik heb begrepen dat dat moeilijk is, maar is het onmogelijk? Dat is natuurlijk nog iets anders.
Dan heb ik nog een bijkomende vraag over de financiering. We moeten natuurlijk ook opletten dat we nu niet opnieuw naar een atypische periode evolueren. Hoe gaat die financiering verlopen nu niet alle vacatures worden ingevuld? Vandaag de dag zijn er natuurlijk een pak minder prestaties, en dat zal uiteraard een impact hebben op de subsidies. Zal men ter zake problemen krijgen wanneer er nieuwe berekeningen moeten worden gemaakt? Hebben die openstaande vacatures vandaag een impact op de toekomstige financiering? In het vacuüm waarin we ons vandaag bevinden, mogen we geen atypische periode creëren voor de toekomst, waardoor we opnieuw in de problemen zitten.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het feit dat we hier met vijf een vraag stellen over dezelfde aangelegenheid, duidt toch op grote onrust en onzekerheid in de sector. Ik denk dat het ieders bekommernis is, en uiteraard ook die van u, dat we met bekwame spoed die zaken regelen die we nu al kunnen regelen. Ik kan heel goed begrijpen dat een terugdraaien zeker administratief een titanenwerk is. Daarom heb ik dat ook zo gesignaleerd in mijn vraag om uitleg. Het is goed om te horen dat er tot op heden al heel wat is gebeurd. Ik zal hier straks toch wat positiever gestemd weggaan, omdat ik hoor dat men alles tegen de zomer op de rails wil krijgen. Het mag duidelijk zijn dat er geen tijd te verliezen is, zelfs met die timing. Ik hoorde dat ook aan uw antwoord, toen u het had over enige goede wil bij alle betrokkenen.
Het aspect van de doorstroom staat sinds de schorsing van de uitvoeringsbesluiten eigenlijk ook on hold. Dat is wel heel belangrijk voor onze partij. Zal dat mee worden opgenomen in de reparatiebesluiten voor de beschutte en sociale werkplaatsen, of blijft het on hold tot het nieuwe maatwerk in uitvoering komt?
De heer De Meyer heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik denk dat de gedachtewisseling bijzonder nuttig is geweest. Minister, ik wil u bedanken voor uw engagement. U hebt al een antwoord gegeven op een vraag die ik wou stellen. Ik begrijp dus heel goed dat u met de zomervakantie niet de zomervakantie van de regering of het parlement bedoelt, maar wel die van de scholen. U moet heel goed weten dat, indien u op 17 of 24 juni een beslissing neemt, het nog enige tijd duurt voor dat besluit is gepubliceerd. Ik hoop dat er toch wel wordt bekeken hoe u samen met de minister van Onderwijs goed kunt communiceren met de buso-scholen, zodat ze dit niet op de twee, drie laatste dagen voor de schoolvakantie moeten doen, maar ze de nodige tijd krijgen om goed te communiceren ten behoeve van de leerlingen die afstuderen. Dat is een aanbeveling die ik nog zou willen meegeven.
De heer Annouri heeft het woord.
Ik heb twee bijkomende vragen. Het eerste sluit aan bij wat de heer Beenders al heeft gevraagd. Heb ik uit uw antwoord goed begrepen dat u zegt dat er geen enkele onderhandelingsmarge meer mogelijk is met de twee klachtindieners? U zegt hier nu als minister dat we er niet meer zullen uitraken, dat wat u betreft die optie van de baan is. Of is er nog een mogelijkheid en lopen de onderhandelingen nog? Kunt u daar toelichting bij geven?
Een tweede punt betreft de communicatie naar de sector. Als ons allerlei alarmkreten bereiken, hetzij via de pers, hetzij via persoonlijke contacten, dan vraag ik me af in hoeverre de sector van bepaalde zaken op de hoogte is, of de sector weet wat er op dit moment allemaal beweegt. Op welke manier gebeurt de communicatie naar die delen van de sector die momenteel zeer onrustwekkende signalen uitsturen? We moeten hun wat meer op de hoogte houden over alles wat er op dit moment aan het gebeuren is.
Mevrouw Claes heeft het woord.
Ik zou graag de precieze data weten wanneer het spoedadvies aan de SERV is gevraagd en aan de Inspectie van Financiën. Vooral de datum waarop het advies van de Raad van State werd gevraagd, is heel belangrijk, want daar moeten we dertig dagen bijtellen vooraleer we naar de regering kunnen en kunnen weten wanneer er een herstelbesluit zal zijn. Als we een beetje inspelen op de vraag van de heer De Meyer en we niet op 24 of 25 juni willen landen, dan is de datum waarop het advies van de Raad van State werd gevraagd, cruciaal.
Waar ik ook op mijn honger blijf zitten – het betreft een vraag die andere collega’s hebben gesteld – is hoe we verder omgaan met het Maatwerkdecreet. U hebt heel duidelijk uitgelegd wat er allemaal is gebeurd om te herstellen wat er aangericht is, als ik het zo mag uitdrukken. Wij, en ik denk ook de maatwerkbedrijven zelf, willen echter terug naar het Maatwerkdecreet. Hoe gaan we daar raken? Wat zijn de uitvoeringsbesluiten die worden genomen om het geheel te herstellen? Ik ga ervan uit dat we geen jaar wachten, want heel de timing die u hebt aangegeven om het Maatwerkdecreet definitief te schorsen, is ongeveer een jaar. Ik ga ervan uit dat we dat niet afwachten, maar dat we effectief maatregelen nemen om nieuwe uitvoeringsbesluiten te nemen zodat het Maatwerkdecreet opnieuw kan worden ingevoerd.
Mevrouw Vermeulen heeft het woord.
Ik wou nog een klein puntje vermelden in verband met de buso-leerlingen. Het is inderdaad zeer lastig dat zij nog een jaar extra zouden moeten aanvragen. Zij kunnen dat tot 21 jaar zeer gemakkelijk via de klassenraad, maar dat is nefast voor de instroom van nieuwe leerlingen in het buitengewoon secundair onderwijs. Het zou een zeer lastige piste worden. Het is ook geen gewenste evolutie dat de toeleidingsproblematiek van de sociale economie op het onderwijs zou worden afgewenteld. Minister, ik hoop echt met u mee dat we voor de zomervakantie kunnen landen. Of het nu 28 juni is of 15 juli maakt niet uit. De sociale werkplaatsen sluiten toch collectief in juli en augustus. Ik hoop toch wel dat we tijdens de zomervakantie kunnen landen.
Minister Homans heeft het woord.
Ik heb u inderdaad de hele procedure van de Raad van State uitgelegd. Heb ik ondertussen de hoop opgegeven? Neen, ik heb gewoon gezegd dat het water tussen de twee zeer diep is en dat het er niet onmiddellijk naar uitziet dat dat gaat verbeteren. Ik heb natuurlijk niet voor niets de secretaris-generaal van het departement aangesteld als een soort van bemiddelaar die moet gaan kijken of er toch niet tot een compromis kan worden gekomen. Het ideale scenario is natuurlijk dat de twee betrokken beschutte werkplaatsen zich alsnog terugtrekken bij de Raad van State. Ik ken de heer Vanderpoorten als een zeer subtiel, tactisch en diplomatisch man, en misschien gaat hij er wel in slagen.
Ik ben wel vergeten te zeggen dat de heer Vanderpoorten voor zijn opdracht tijd heeft gekregen tot eind september. Dan zullen we zien. Als jullie zelf de twee betrokken beschutte werkplaatsen, en alle andere werkplaatsen, zowel de sociale als de beschutte, nog kunnen overtuigen om zich terug te trekken, dan zal ik jullie voor eeuwig dankbaar zijn.
Mijnheer Beenders, wat de financiering betreft, hebt u het waarschijnlijk over het herstelbesluit van februari. Dat is gebeurd op basis van het laatst gekende kwartaal van Maatwerk, omdat we geen andere cijfers hadden. De actuele tewerkstelling was niet gekend door Maatwerk.
Mevrouw Talpe, doorstroom wordt absoluut mee opgenomen in een van de herstelbesluiten. Daar gaan we verder op inzetten, met dien verstande dat we wel weten dat we niet iedereen kunnen laten doorstromen, maar voor degenen die kunnen doorstromen, moet dat zeker mogelijk zijn.
Mevrouw Claes, ik heb het advies van de SERV nog niet gevraagd. Ik heb gezegd dat het een spoedadvies is geweest van de Inspectie van Financiën, dat het nu bij mijn collega van Financiën en Begroting ligt, dat collega Tommelein heeft laten weten dat hij zeer spoedig een begrotingsakkoord zal geven, dat we wel contact hebben genomen met de SERV, met de vraag of, als het ontwerp bij hen komt, ze bereid zijn om dat met spoed te behandelen. Ze hebben daarop ja gezegd. Een advies van de Raad van State heb ik natuurlijk ook nog niet gevraagd want ik moet eerst naar de regering gaan. Ik zie dat dus nog altijd zeer optimistisch en rooskleurig in, niet zozeer de huidige situatie, maar wel de reparatie. Ik hoop inderdaad tegen de zomervakantie te kunnen landen. Ik hoop op jullie steun daarvoor.
De heer Beenders heeft het woord.
We hebben nu een duidelijk overzicht hoe u nu terug naar het verleden wilt gaan. We hebben ook een duidelijk overzicht over hoe u de procedure bij de Raad van State ziet evolueren in termijnen. We mogen nu misschien toch al de oproep doen om werk te maken van antwoorden die u aan de sector en aan ons zou kunnen geven over hoe u het maatwerkverhaal in de toekomst ziet. We moeten daar nu al aan beginnen, om niet meer tijd te verliezen dan nodig. Ik wil u echt oproepen om de sector nauw te blijven betrekken, om constructief overleg te blijven plegen. Misschien moeten we afspreken dat wanneer het over de toekomst van maatwerk gaat, we vanaf nu niet meer naar het verleden verwijzen en we het zwartepietenverhaal achterwege laten. Laat ons nu kijken naar de verantwoordelijkheden om ervoor te zorgen dat er zo snel mogelijk perspectief en oplossingen komen.
Ik hoop ten zeerste dat de secretaris-generaal nog slaagt in zijn opzet, zodat de juridische strijd kan worden gestaakt. De sector heeft vandaag al te kampen met stilstand wegens het ontbreken van een groeipad maatwerk. U hebt in het verleden ooit gelachen toen ik heb gezegd dat u de sociale economie behandelde als een palliatieve patiënt, maar ik heb tot nu toe nog geen enkel perspectief gekregen dat het tegenovergestelde bewijst. De versterking van de sector blijft in heel wat scenario’s achterwege. Ik hoop echt, als de regering maatwerk en de sector toch zo belangrijk vindt, dat ze u gaat steunen om die sector te versterken. Ik hoop ten zeerste dat we in de komende maanden in een sfeer gaan komen waarin heel de sector van de sociale economie opnieuw perspectief krijgt, opnieuw enthousiast, opnieuw positief wordt, en dat we die artikels in de kranten, die items in de journaals waarin de sector klaagt, achterwege blijven en dat er terug ambitie en goesting komt om ervoor te zorgen dat die mensen die een afstand tot de arbeidsmarkt hebben, de plaats krijgen die ze verdienen.
Mevrouw Talpe heeft het woord.
De timing zal strikt zijn, met de stap naar de regering en naar de Raad van State. Daar moeten we zeker de vinger aan de pols houden. U vroeg naar goede wil van iedereen. U kunt van ons zeker op heel wat goede wil rekenen. Voor goede wil bent u hier aan het goede adres. We zullen het zeker nauw opvolgen. We hopen effectief dat de timing tegen de zomer kan worden gehaald, dat er heel goed gecommuniceerd kan worden met de sector, want dat zal cruciaal zijn, zeker als blijkt dat er toch een haar in de boter zou zitten wat de timing betreft.
De heer De Meyer heeft het woord.
Eén zin: wij kijken samen met de leerlingen van het buso uit naar de oplossing.
Dat is pas een conclusie.
De heer Annouri heeft het woord.
Als het gaat over goede wil, dan denk ik dat in deze commissie elke partij niets anders dan goede wil heeft voor de sector van de sociale economie. Daar twijfel ik niet aan, en u ook niet. Daar ben ik van overtuigd.
Een van de meest cruciale factoren is hetgeen we in het debat in februari al hebben aangehaald, namelijk dat we de onderhandelingen toch zo diplomatisch en constructief mogelijk proberen te voeren, onder andere met die twee partners. Dat zal een doorslaggevende factor zijn.
Ik sluit ook aan bij de opmerkingen die ik eerder heb gemaakt: de communicatie naar de sector op dit moment moet heel transparant zijn, want de onrust die we in de media en op andere manieren vernemen, moeten we zoveel mogelijk wegnemen. Ik zou ook alle stappen die gebeuren op een transparante manier blijven communiceren naar alle betrokken partijen.
U wil met de bemiddeling landen in september. We zullen dat nauwlettend mee in de gaten houden en u daar dan opnieuw over ondervragen.
Mevrouw Claes heeft het woord.
Ik heb een beetje teruggeteld. Als we op 30 juni, dat is voor de zomervakantie, een besluit willen hebben, dan moeten we op 2 juni naar de Raad van State kunnen gaan. Dan hebben we een maand de tijd gegeven aan de Raad van State. Dat betekent dat dit besluit op 27 mei door de regering moet zijn goedgekeurd. Op dat ogenblik moet er een advies zijn van de IF en van de SERV. We realiseren ons allen dat die timing heel erg krap is. Ik hoop dat we daarin slagen. Ik blijf op mijn honger zitten over op welke manier we terug naar het Maatwerkdecreet gaan zonder dat we gewoon afwachten tot het geschorst is. Voor ons is dat alleszins geen piste.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.