Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Minister, momenteel worden lessen rond verkeersveiligheid op school ook gegeven door de federale politie. Recent is er ten gevolge van het kerntakendebat bij de politie beslist dat de federale politie die taak niet meer zal uitvoeren. De Cel Educatie en Preventie (CEP) van de federale politie wordt opgedoekt. Het gaat om een 35-tal personen die andere taken zullen opnemen binnen de politie. De federale politie zal die taak van educatie dus niet meer op zich nemen. Vanaf 1 september zal die taak worden overgenomen door de Vlaamse Stichting Verkeerskunde (VSV).
In eerste instantie bestond daarover veel ongerustheid bij de scholen die op de website van de VSV tarieven hadden zien verschijnen. Dat werd echter al rechtgezet. Die tarieven zouden niet gelden voor de scholen, voor wie het gratis zou zijn, maar wel voor derden, zoals verenigingen of bedrijven die een bepaald project willen laten uitvoeren.
De kost van bepaalde materialen, zoals de tuimelwagen of virtual reality installaties zullen wel worden aangerekend aan scholen. Een eerste raming, zo lezen we in de pers, is dat het zou gaan over 50 tot 100 euro voor scholen. De VSV zegt alleszins dat ze die kost heel erg willen beperken om zo de drempel te verlagen.
De VSV werkt aan een alternatief om die extra taken uit te voeren. Ze willen werken met vrijwilligers die dan een opleiding krijgen om die interactieve lessen rond verkeersthema’s uit te werken en in de scholen te geven. Er zou daartoe een vrijwilligerswerking worden opgesteld. Vanaf komende zaterdag zou daarover een informatiemarkt lopen.
Langs de andere kant heerst er bij de federale politie de bezorgdheid dat burgervrijwilligers bij die sensibiliseringslessen minder impact zouden hebben op de leerlingen dan de agenten in uniform. Onderzoek wees uit dat 70 procent van de leerkrachten vindt dat de politie onmisbaar is in die verkeerslessen. Het zal alleszins een moeilijke opgave worden om die opdracht, die heel goed liep en heel goede resultaten had, te kunnen voortzetten.
De VSV stelt dan weer dat agenten voor de klas niet noodzakelijk zullen verdwijnen, omdat ze willen samenwerken met lokale politiezones en lokale besturen. De lokale politiezones stellen dan weer dat hun kerntaken daar ook ter discussie staan en dat ze niet weten of ze die opdracht wel zullen kunnen uitvoeren. Ik weet dat die taak in mijn eigen gemeente jammer genoeg al sinds vorig schooljaar niet meer werd uitgevoerd. Er was namelijk besloten dat er te weinig mensen en middelen waren om nog in te zetten op die taken. Minister, daarover heerst bezorgdheid.
Minister, op welke manier kunt u de VSV garanderen dat ze over voldoende vrijwilligers zullen beschikken om die belangrijke taak vorm te geven en voort te zetten?
Als de VSV zegt dat ze willen samenwerken met lokale besturen en lokale politie, op welke manier zien ze dat dan? Op welke manier is daar eventueel een samenwerking rond financiering, als men stelt dat men de kost voor de scholen zo laag mogelijk wilt houden?
Minister, hoe wilt u de afbouw van die sensibilisering- en verkeerseducatie-acties die aan de gang zijn bij de lokale politie ondervangen?
Minister Weyts heeft het woord.
Het is inderdaad zo dat de Cel Educatie en Preventie van de federale politie, die momenteel per provincie vier à vijf mensen ter beschikking stelt voor verkeers- en mobiliteitseducatie, stopt in september 2016. Dat is het gevolg van het kerntakendebat. Ik ben niet de grootste fan van de zesde staatshervorming, maar in dezen treft ze geen schuld. Het heeft gewoon te maken met het kerntakendebat dat men heeft gevoerd bij de federale politie. We hebben gezegd dat dat eigenlijk geen taak is voor 4 à 5 politie-inspecteurs per provincie.
Ik deel uw vraag over de noodzaak en het aandringen op het behoud van de educatie. Daarom nemen we dat vanuit Vlaanderen enigszins over. Ik heb dan ook aan de VSV gevraagd om die taak ter harte te nemen. Zij krijgen daar ook extra middelen voor. In vergelijking met de begroting 2015 krijgen ze daarvoor 50.000 euro extra. Het blijkt trouwens dat er heel wat vraag is. Sinds het enigszins in perspectief werd geplaatst dat de VSV daarin zou optreden, hebben ze al een grote toestroom van vragen gekregen van scholen die anders een beroep zouden hebben gedaan op de CEP, maar die zich nu tot de VSV richten.
Er blijkt dus een grote vraag te zijn. De VSV tracht een vrijwilligersnetwerk op te richten. Ze hebben er al dertig en er zouden er nog twintig bij moeten komen. De VSV heeft natuurlijk verschillende categorieën van vrijwilligers, maar specifiek voor die groep van vrijwilligers rekenen we erop om te komen tot een netwerk van een 50-tal vrijwilligers om effectief in scholen aan mobiliteitseducatie en verkeerspreventie te doen. Men noemt hen de vormende vrijwilligers. Zij kunnen gebruikmaken van het materiaal van de CEP. Ook dat hebben we overgenomen. Het departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) heeft dat overgekocht van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV). Nu wordt dat nog ter beschikking gesteld van de CEP, maar vanaf september kan het ook worden gebruikt door de VSV.
De lokale besturen en de lokale politiek vormen een cruciale schakel in het beleid als het gaat over sensibilisering en educatie. Het zijn daarin essentiële partners. De lokale politiezones ontvangen momenteel vanuit het federale Verkeersveiligheidsfonds specifieke middelen voor het opzetten van verkeersveiligheidsinitiatieven.
We bekijken hoe we die werking ook vanuit Vlaanderen kunnen ondersteunen. Concreet is het het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid dat zich daarover buigt. Ik weet dat het ook ter sprake is gekomen tijdens de Conferentie Regionalisering voor de verkiezingen. Ook daar bekijken we dus, in de schoot van het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid, wat we zouden kunnen doen.
Educatie is een centrale pijler in het kader van het Verkeersveiligheidsplan. Het is daarbij de ambitie om tot een zogenaamde ‘verticale leerlijn’ in het onderwijs te komen, waarbij kinderen en jongeren stapsgewijs de nodige en gepaste educatie krijgen om zich veilig en duurzaam te verplaatsen. We zullen ons daarbij vooral concentreren op de belangrijkste domeinen inzake verkeersveiligheid. Dat gebeurt trouwens in samenwerking met verschillende actoren. Er zijn wel wat initiatieven die ter zake lopen. We hebben ook aandacht voor het verbeteren van de kennis en de vaardigheden van de leerkrachten.
Uit een bevraging van het VSV is trouwens gebleken dat leerkrachten zelf vragende partij zijn om op het vlak van verkeersveiligheid iets meer mee te geven aan de scholieren. We hebben wel de opname van verkeersveiligheid in de eindtermen in het basisonderwijs, maar niet in het secundair onderwijs. Veel leerkrachten melden dat ze zichzelf te weinig onderlegd voelen om daarover les te gaan geven, vandaar dat we met het VSV een opleiding verzorgen voor diegene die de opleiding geeft – ‘teach the teacher’. Dat is misschien een nieuwe focus, die ik heel positief vind.
Daarnaast blijft het natuurlijk onze vraag om verkeersveiligheid ook op te nemen in de eindtermen van het secundair onderwijs. Ik weet dat die discussie zich momenteel afspeelt in het parlement. Het is een vraag die ook de huidige minister van Onderwijs genegen is. Ongetwijfeld zal haar vorige beleidsperiode daar niet vreemd aan zijn, maar dat is dan prima. Ik hoop dat we daar effectief in slagen, want dat lijkt mij nog veel belangrijker te zijn dan wat we aanvullend kunnen aanbieden op het vlak van verkeers- en mobiliteitseducatie.
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
Bedankt voor uw antwoord, minister. Het is goed te horen dat u ook stelt dat dat moet worden voortgezet op de manier zoals het goed liep. ‘Teach the teacher’, dat lijkt mij inderdaad een heel goede focus, maar dat is natuurlijk op langere termijn. Ik heb in de studie van het VSV gelezen dat minder dan de helft van de leerkrachten zich bekwaam voelt om die lessen te geven. Het is heel goed dat daar, samen met uw collega Crevits, verder op wordt ingezet, zeker op langere termijn, maar september is natuurlijk kort dag.
Uit het antwoord op een schriftelijke vraag van collega Schryvers blijkt dat het aantal aanvragen van scholen aan het VSV om lessen te komen geven, gestegen is van 2004 naar 2386 aanvragen. En dat gaat over twee schooljaren geleden en vorig schooljaar. De andere vragen werden nog aan de federale politie gericht, maar daar kunnen ze zich niet meer toe richten, dus die gaan daar ook allemaal bij komen.
Het VSV krijgt bijkomende taken. Zij zullen dat moeten opvangen. De bijkomende bezorgdheid is om de kosten voor de scholen heel laag te houden. U hebt gezegd dat het VSV bijkomende middelen krijgt ten bedrage van 50.000 euro, specifiek om die extra taken op te nemen. Klopt dat? Ik zou daar graag de bevestiging van krijgen.
Minister Weyts heeft het woord.
Ik kan dat bevestigen. Specifiek voor de opstart van dat vrijwilligersnetwerk hebben we 50.000 euro extra vrijgemaakt in de begroting 2016. We gaan ervan uit dat men in september klaar is met een vrijwilligersnetwerk van een 50-tal personen, wat toch aanzienlijk is. Het klopt dat er een toename is van het aantal vragen, maar bij de CEP waren het er 4 à 5 per provincie, dus maximaal 25. Ik weet wel dat het vrijwilligers zijn, maar in vergelijking daarmee hebben we toch een getalsterkte van 50.
Tot slot, wat ‘teach the teacher’ betreft, wil ik nog meegeven dat wij nu dat ook al doen. Het VSV geeft specifieke studiedagen, waarbij men opleidingen verschaft voor leerkrachten. Dat gebeurt dus al. Men noemt dat ‘Verkeer op School’-studiedagen, waar leerkrachten en andere geïnteresseerden uit het onderwijsveld een opleiding kunnen krijgen, specifiek over kwaliteitsvolle verkeerslessen.
Mevrouw Christiaens heeft het woord.
We zijn het erover eens dat het heel belangrijk is dat we de zekerheid geven dat verkeerseducatie op school gegarandeerd en betaalbaar blijft. Het is nu een nieuw gegeven vanaf 1 september. Ik hoop dat u dat van nabij zult opvolgen. We moeten dat zeker monitoren en evalueren, en ook bijsturen waar nodig, zodat de garantie blijft.
De vraag om uitleg is afgehandeld.