Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Vraag om uitleg over de herinrichting van de ring rond Brussel
Verslag
De heer Doomst heeft het woord.
Minister, op paasmaandag zorgde u voor een verrassing. We hadden wel verrijzenisnieuws verwacht, maar dan eerder vanuit Rome. Het kwam echter van uw kant, met het nieuws dat de plannen van de Brusselse ring stilaan uit de as verrijzen.
Ik had graag wat toelichting van u gekregen. Het blijkt dat we met een prijskaartje zitten dat al wat hoger is. Ik neem aan dat de Vlaamse portemonnee dat aankan. Ook het kader is wat veranderd, in de zin dat de ring bijkomende belasting van ‘sjotten en shoppen’ zou kunnen krijgen. Ook daarmee moeten we rekening houden.
Ik wil u dus vragen om de plannen wat toe te lichten. We staan nu al achter. Zullen we 2019 halen? We moeten ook verder denken dan de ring. Ook de randparkings moeten we in het oog houden. Hoever staat het met Brussel? Minister Smet is mee, maar ik hoor dat minister-president Vervoort wat ‘verachtert’. Wat is daarin de stand van zaken?
Verder is de aanpak richting E19 wel duidelijk, maar hoe zit het met de aanpak richting E40?
Wat zal het effect zijn van het Eurostadion, NEO, Uplace en dergelijke op de werken?
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, de ring rond Brussel is een pijnpunt op het Vlaamse wegennet – dat is nog vrij positief uitgedrukt. ’s Morgens en ’s avonds is er wel altijd een of ander incident op de binnen- of buitenring: zet uw radio aan en er is altijd wel wat. Het is er ronduit gevaarlijk. Er gebeuren heel wat ongevallen. Die verkeersonveiligheid is, naast de files, de belangrijkste aanleiding voor de werken. Op de Brusselse ring is er een heel groot aantal weefbewegingen.
Op de website www.werkaandering.be wordt duidelijk dat de eerste ideeën daarover dateren van 2000. Nu zitten we op een cruciaal moment. Het voorontwerp is eindelijk klaar. Het is wat jammer dat het op een ‘gele’ maandag – paasmaandag – werd aangekondigd, terwijl het parlement op dat moment niet werkzaam was. Ik had vroeger al eens gevraagd of we die plannen niet eerder eens heel uitgebreid konden bespreken. Ik herinner mij dat wij in de vorige legislatuur, toen minister Crevits met alle plannen is gekomen rond fietssnelwegen, trams en de ring, een mooi overzicht hebben gekregen en een hele namiddag daarover debat konden voeren. Nu moeten we hier naar aanleiding van een vraag om uitleg proberen wat meer te weten te komen. Ik weet niet of alle collega’s daarin geïnteresseerd zijn. Het hoeft niet te verwonderen dat de vragen om uitleg nu worden gesteld door twee Vlaams-Brabanders. Het is toch een punt dat iedereen hier zou moeten aangaan. Ik denk dat alle collega’s wel eens stilstaan op die ring naar aanleiding van het zoveelste ongeval.
De aanpassingen komen er stilaan aan, tenminste over het noordelijke deel van de ring. Het is de bedoeling om de doorstroom te verbeteren, maar vooral ook om de verkeersveiligheid aan te pakken.
Ik heb in een of andere krant gelezen dat men ervoor heeft gekozen om op het viaduct van Vilvoorde de pechstrook als extra rijstrook te gebruiken. Klopt dat?
Naast de aanpassingen aan de ring, zijn er inderdaad diverse investeringen in alternatieven voor de auto: fietsbruggen, fietstunnels, het Brabantnet enzovoort. De kostprijs werd uitgebreid besproken in de krant. De kostprijs voor het totale project zou 2 miljard euro bedragen. Toen het ten tijde van uw voorgangster enkel over weginfrastructuur ging, sprak men nog van 350 miljoen euro. Maar dit is nu natuurlijk een heel ander plaatje aan het worden. Daarom is het goed dat het allemaal samen wordt bekeken, allicht in de projectvennootschap die een tijdje geleden werd beslist op de regering.
De werkzaamheden zouden van start moeten gaan in 2019. Als je de hele procedure bekijkt die nog nodig is – een project-MER (milieueffectrapport), een aanbestedingsdossier enzovoort – lijkt mij dat een heel optimistische planning. Ik zou daar toch wat meer over willen weten.
De dynamische verkeersborden vind ik heel interessant. Die missen we daar nu toch echt. Overal waar ik in Vlaanderen rijd en men die dynamische verkeersborden heeft, merk ik dat het een goede impact heeft op doorstroming. Als je je als autobestuurder houdt aan de snelheid die daarop wordt weergegeven, blijf je tenminste bollen en anders rijdt het zich vast. Ik vind dat dus zeer goede investeringen. Het wordt tijd dat het er ook komt op de ring. Misschien zou het allemaal wat sneller kunnen, maar ik neem aan dat het allemaal samen zal gebeuren, in één groot werk.
Samen met de gemeentebesturen zult u werkvergaderingen en een informatiecampagne opzetten. We zullen er de komende maanden dus inderdaad nog heel wat van horen.
Ik heb ergens gelezen dat het aantal onteigeningen beperkt zou blijven tot een tiental woningen.
Minister, de start van de werken is gepland in 2019, maar wat is de verdere timing, fasering en planning van de verschillende onderdelen van dit project? Ik neem aan dat u met de start van de werken in 2019, de start van de werken aan de ring zelf bedoelt. Met de trams is men allicht eerder bezig. Met de fietssnelwegen, waar de provincies erg bij betrokken zijn, is men volop bezig. Er komt ook een ecoduct – en dus geen aquaduct, zoals in de schriftelijke voorbereiding van mijn vraag om uitleg stond. Wellicht komt die er samen met de werken aan de ring?
Is er over het laatste plan heel concreet overleg geweest met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest? Wanneer precies en welke afspraken werden gemaakt? Zowel de Brusselse minister van Leefmilieu, mevrouw Fremault, als de Brusselse minister van Mobiliteit, de heer Smet, reageerde de woensdag na paasmaandag volgens mij nogal onderkoeld in Le Soir. Het staat er niet zo in, maar ik leid af uit het artikel dat ze zich in snelheid gepakt voelden. Ze reageerden nogal lauwtjes. Ik hoop dat er geen incidenten meer opduiken en dat de procedure gewoon kan blijven lopen.
Welke initiatieven moet het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest nog nemen om de Vlaamse projecten goed te laten aansluiten bij de weginfrastructuur op Brussels grondgebied? Zijn er nog knelpunten?
Welke concrete projecten zullen nog gerealiseerd worden om de projecten aan de ring goed te ontsluiten? Ik denk hierbij aan Uplace en Parking C. Wat wordt nog gedaan om ze vlot bereikbaar te maken met de auto? Wat is de kostprijs daarvan?
Ik hoop dat de eigenaars van de ongeveer tien woningen die onteigend moeten worden, ondertussen op de hoogte zijn. Ik vroeg me af of er ook gronden moeten worden onteigend? Zo ja, waar zijn deze gronden gelegen, welke gewestbestemming hebben deze gronden en waarvoor worden ze momenteel gebruikt? Liggen ze braak of zit er een planbouw op?
Hoe zal de hele projectenbundel gefinancierd worden? Zult u er nog in deze legislatuur middelen voor opzij zetten? Er is ook de samenloop met het hele Oosterweelproject. Er komt dus heel wat op Vlaanderen af op het vlak van kosten voor infrastructuurwerken. Zal de gelijktijdigheid van de werken problemen opleveren?
De stad Halle had kritiek op de plannen omdat ze enkel over het noordelijke deel van de ring gaan, maar dat werd al veel eerder beslist. Halle was vooral teleurgesteld omdat voor de plannen voor de A8 waarbij de stad betrokken is, weer helemaal opnieuw begonnen moet worden. Er is een nieuwe studie nodig omdat een tunnel die in het project werd voorzien, te duur zou zijn. Kunnen de eventueel voorgestelde werken uit die studie in het totaalpakket worden opgenomen? Misschien kunnen ze mee opgevolgd worden door de projectvennootschap zodat alles in één keer kan gebeuren en de mobiliteit en de verkeersveiligheid in Vlaams-Brabant overal ter hoogte van de ring kan verbeteren, en niet alleen op het stuk dat u nu voor ogen hebt.
Minister Weyts heeft het woord.
Voorzitter, dames en heren, ik geef u eerst, grosso modo, de motivatie voor de werken. De verkeersveiligheid en de doorstroming zijn op de ring nauw gelieerd met elkaar. De ring is koploper op Europees niveau wat betreft het aantal incidenten en accidenten. In 2014 waren dat er 1100 op jaarbasis. Elk incident en accident, ook al is er alleen blikschade, leidt, door de grote trafiek, bijna per definitie tot filevorming. Het gaat niet alleen om de capaciteit. Er is vooral veel filevorming door al die incidenten en accidenten, ook al zijn ze maar klein.
De oorzaak is het hoge aantal weefbewegingen, het grote aantal op- en afritten, het grote aantal aantakkingen op de A12, E19 en E40, en de vier grote verkeersknooppunten. Doorgaand en lokaal verkeer komen letterlijk met elkaar in conflict. Ze geven aanleiding tot al die incidenten en accidenten, en die leiden tot files. Dit is in een notendop de hoofdproblematiek van de ring.
Ik besef ten volle dat dit een delicaat dossier is. Ik heb er absoluut voor gekozen om niet alleen te gaan voor investeringen aan de ring, maar voor veel meer op het gebied van mobiliteit. We investeren met andere woorden niet alleen in de weg, maar ook in de alternatieven voor de autoweg, voor de wagen. We leggen de focus daarom ook op het openbaar vervoer, maar meer nog op de fiets.
Als we het hebben over de weg, kent u het verhaal. We werken vooral aan de scheiding van doorgaand en lokaal verkeer door de aanleg van parallelwegen. Het zijn ingrijpende werken: verkeerswisselaars worden aangepast, bruggen worden afgebroken en vernieuwd, de waterhuishouding wordt vernieuwd enzovoort. Zo wordt bijvoorbeeld de verkeerswisselaar van de A12 en de ring ter hoogte van Strombeek-Bever volledig vernieuwd.
Er komen ook heel ingrijpende investeringen in het teken van de fietsinfrastructuur. U hebt het over 20 kilometer autoweg, maar we leggen ook 41 kilometer fietspaden aan, tien fietsbruggen en negen fietstunnels. Ze moeten vooral de barrièrefunctie van de ring tegengaan. Vandaag rijd je met de fiets recht tegen de ring op. Het is een soort muur. Fietsers moeten grote omwegen maken om die barrière te omzeilen. Het gevolg is dat je met de fiets heel wat kilometers moet doen en mensen niet langer kiezen voor de fiets. Er komen dus 41 kilometer nieuwe fietspaden.
Er komt ook een integratie van het openbaar vervoer. U kent de drie tramlijnen. Er is Willebroek-Brussel-Noord van ongeveer 29 kilometer. Er is de ringtram gaande van Jette naar de luchthaven van Zaventem over 21 kilometer. En er is een korter traject, namelijk de tramverbinding tussen Brussel-Noord en de luchthaven van minder dan 10 kilometer.
U wijst op de dynamische wegsignalisatie die volledig dekkend zal zijn. En er komt een ecoduct ter hoogte van het Laarbeekbos, niet onbelangrijk voor de relaties met het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Vanaf het knooppunt Groot-Bijgaarden is er een stijging naar het Laarbeekbos. We gaan de weg er lager in de heuvel leggen zodat het niveau van Laarbeekbos blijft, maar er een connectie kan worden gemaakt. De autoweg en de weg voor het lokale verkeer komt op een lager niveau onder het ecoduct door. Het ecoduct zal maar liefst 80 meter breed zijn, met aanleg van voet- en fietspaden, maar vooral voor fauna en flora. De ook ietwat corpulentere konijnen zullen op dat ecoduct aan hun trekken kunnen komen.
Mevrouw Brouwers, er gebeuren ingrijpende investeringen, maar een aquaduct wordt niet gebouwd. U informeerde naar het aquaduct. U vindt alle informatie op www.werkenaandering.be
Wat is de timing? Eerst wordt een milieueffectenrapport (MER) opgemaakt waarna er een bouwvergunning kan worden aangevraagd. Intussen worden er ook grondinnemingen uitgevoerd. Tot slot moeten de werken worden aanbesteed. Er zal ook veel tijd en aandacht gaan naar het minderhinderplan. We willen de eerste werken effectief van start laten gaan in 2019.
U verwijst naar wat ik vroeger al eens heb toegelicht: een kostprijs van 350 miljoen euro enkel met de focus op de wegwerkzaamheden. Intussen is de scope verruimd. De focus lag in het verleden vooral op de zone Zaventem. Nu spreken we over de volledige noordelijke ring: van de aantakking van de E40 in Groot-Bijgaarden tot aan de aantakking van de E40 in Woluwe. Het is een strook van ongeveer 20 kilometer.
Er zijn 64 af te breken kunstwerken, 15 nieuwe tunnels, 47 nieuwe bruggen, 16 te renoveren bruggen. Het voorontwerp is in 3D opgesteld. Ik verheel ook niet dat we heel goed hebben gewerkt op de communicatie. Er zijn Antwerpse voorbeelden die volgens mij van in het begin niet juist zaten. Ik wou wel van in het begin juist zitten en ook benadrukken dat het niet alleen gaat over investeringen in wegen, maar ook over alternatieven voor de weg en over verkeersveiligheid. Het is ook goed voor de fauna en de flora, en het Laarbeekbos zal uiteindelijk een mooier bos worden dan het vandaag is met de motorcrosssporen.
We hebben dus veel aandacht besteed aan de communicatie en een communicatiecampagne. We gaan met een soort roadshow naar alle gemeenten die voorwerp zijn van de investeringen. Vandaag kun je trouwens op de website al een simulatie beleven waarbij je al virtueel kunt rondrijden op de nieuw aangelegde ring. Met een speciale 3D-bril kun je zelfs de vernieuwde omgeving bekijken.
De betrokkenheid van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest ligt voor de hand. Het tracé van 20 kilometer loopt voor ongeveer 900 meter over Brussels grondgebied. Ik vind het belangrijk om er in volle openheid met hen over te discussiëren. Er is al contact geweest op kabinetsniveau. We plannen nu nog een moment met minister Smet en met minister-president Vervoort. Ik heb hen ook voor de communicatie uitgenodigd.
Er moeten 25 huizen en 1 kmo-gebouw onteigend worden. De meeste eigenaars zijn vroeger al informeel op de hoogte gesteld. Ik heb erop gestaan dat zij ook als eersten formeel en officieel zouden worden ingelicht. Zij hebben een officieel schrijven gekregen voor de communicatiecampagne.
Het aansluiten van de fietssnelwegen over de gewestgrens heen wordt driemaandelijks besproken in het FietsGEN-overleg – dat is een permanent overleg – tussen de twee gewesten en hun administraties. De herinrichting van de ring is meer dan een infrastructuurproject. Het biedt kansen voor nieuwe openbaarvervoerverbindingen. Zo biedt ook de vernieuwing van alle bovenbruggen over de ring of onderbruggen de mogelijkheid om conforme fietspaden aan te leggen. Dat is een opportuniteit.
Wat betreft de initiatieven van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest worden de plannen van Brabantnet afgestemd met het gewest. De aansluiting van op- en afritten op de onderliggende weg blijft grotendeels behouden of wordt – indien mogelijk – geoptimaliseerd. Zo wordt er binnen het project van de ring rond Brussel ook een oprit voorzien vanuit Jette op de buitenring. Voor wie het daar kent, we zitten daar vandaag in een vreemde situatie. Er is een afrit maar geen oprit. Men moet tot Wemmel rijden en dan via de brug een cirkelbeweging maken, wat lokaal tot heel wat files leidt en vanuit verkeersveiligheidsoogpunt een kiese situatie is. De extra oprit vanuit Jette zal voor afrit 8 van Wemmel ook een zege zijn.
Wat de vraag over de randparkings betreft, momenteel werkt mijn administratie een voorstel uit voor park-and-rideparkings gekoppeld aan openbaarvervoerknooppunten. Dat staat er een beetje los van. Het heeft er wel verband mee, maar we doen het er los van. Ook in timing gaan we niet wachten op de werken rond de ring.
Grote bouwinitiatieven zoals het Eurostadion en Uplace doorlopen elk hun eigen vergunningstraject. Afhankelijk van het feit of het al beslist beleid is of niet heeft men er al rekening mee gehouden bij de plannen. Met nog niet-beslist beleid kunnen we niet altijd rekening houden. Voor het Eurostadion wordt in het project-MER de mobiliteitsimpact bekeken. Ook Uplace heeft een dergelijk traject doorlopen. Dit leidde tot maatregelen die vandaag reeds deels in uitvoering zijn.
Wat de afstemming van eventuele werken op elkaar betreft, daar wordt bij elke grote werf rekening mee gehouden en dit maakt onderdeel van de minder-hinderaanpak. Dat zal hier net als in Antwerpen van heel groot belang zijn.
Naast woningen worden er ook nog gronden onteigend. Over heel het tracé van 20 kilometer blijft het nog beperkt tot 25 woningen en dat ene kmo-gebouw. Vooral gronden worden ingenomen en krijgen een variabele bestemming: vooral bufferzone, maar ook gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut, industriegebied, parkgebied, agrarisch gebied, natuurgebied, ambachtelijke bedrijven en kantoor. Zowat alle bestemmingen vinden we terug in kleine of grote aantallen. Het huidige gebruik is in de meeste gevallen bufferzone, maar ook landbouwgrond of braakliggende stukken.
De financiering voor de projectbundel wordt opgenomen door de Werkvennootschap. Dat is de expliciete bedoeling geweest. We gaan niet alleen expertise en kennis bundelen, projectmatig met de focus op één specifiek territorium, we gaan ook de middelen inzetten.
Ik zal nader ingaan op de vraag over de aanpak van het overige deel van de ring rond Brussel en de A8. Er waren grootse plannen geconcipieerd, namelijk de ondertunneling van een stuk van een kilometer of zo, waarbij de bedragen toch al opliepen tot 350 miljoen euro.
Ik vind dat we niet moeten wachten. Er werd soms geopperd dat dit zijn tijd nodig heeft, dat we er misschien over tien jaar aan kunnen beginnen. Dat is veel te lang. Dit heeft een snellere aanpak nodig, vooral heel concreet ten aanzien van de verkeersveiligheid, de verkeersdoorstroming en het tegengaan van de splitsing van de stad. Die A8 loopt door de stad en snijdt ze in twee delen.
Er zijn vooral drie kruispunten die aandacht vragen in functie van verkeersveiligheid. Dat is toch wel heel speciaal. Die A8 is eigenlijk een autostrade, en wordt dan een soort gewestweg met drie kruispunten heel dicht tegen woonkernen aan. Ik wed dat dat vanuit verkeersveiligheids- en doorstromingsoogpunt een kwalijke zaak is.
Ik wil sneller gaan, ik wil een snellere aanpak. We moeten focussen op de drie kruispunten. Andere plannen of aanpassingen worden absoluut niet onmogelijk gemaakt, integendeel. Het is een poging om de aanpak van dat stukje naar voren te trekken. Ik wil hier effectief een schop in de grond in 2019.
De heer Doomst heeft het woord.
Minister, ik dank u voor de bijkomende uitleg. Het parcours zit juist, met de vele bijkomende kilometers aan fietsverbindingen, openbaar vervoer en zelfs een extra large oplossing voor de konijnen. Wat de complementariteit betreft, zit dit helemaal goed.
Het is nu natuurlijk zaak om het parcours te houden, want we lopen intussen al achter op het schema. De problemen zijn echt wel groot, naar ik meen groter dan die in Antwerpen, maar niet iedereen weet dat. Ik vraag mij soms af of we niet sneller zouden kunnen werken door de prioriteiten langs de andere kant te leggen. Kunnen we de aanpak niet verzuidelijken? Is het niet makkelijker om vanuit de kant van Groot-Bijgaarden in de richting van de A12 via een verbreding sneller tot een resultaat te komen? Mijn suggestie is dat dit zou worden bekeken en geargumenteerd omdat ik vind dat daar de grootste knoop zit. Ik vraag mij af of het zo niet sneller effect zou hebben, zeker in combinatie met die dynamische signalisatie, zoals collega Brouwers zei.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het is jammer dat we hier geen uitgebreide toelichting krijgen met de plannen erbij. Ik had het graag meegemaakt dat we hier allemaal met een 3D-brilletje konden zitten. Ik ben niet helemaal tevreden met uw antwoord over de A8 omdat de mensen daar lokaal een voorkeur hadden voor de tunnel. U sluit dat op lange termijn niet helemaal uit. In die zin is het wel goed dat u die werken nog naar voren wilt halen en daar vóór 2019 nog een aantal zaken wilt realiseren rond verkeersveiligheid. Dat is positief.
Mijn bijkomende vraag is waar men nu gaat beginnen. Ik begrijp dat collega Doomst zegt dat er in Groot-Bijgaarden moet worden begonnen, maar ik kan u zeggen dat, als je elke morgen van Leuven komt, het knelpunt in Zaventem minstens even groot is. Is er al een fasering? Waarop zal die gebaseerd zijn? In 2019 zult u ergens beginnen, en bijgevolg zal er iemand pas later aan de beurt komen. Dat is nog onduidelijk, maar ik vermoed dat men dat eigenlijk al weet.
Dan kom ik tot de onteigening van de gronden, want er is voorzien in veel bufferzones. De timing moeten we nu echt wel aanhouden, daar geef ik collega Doomst absoluut gelijk in. Zijn we zeker dat we om een of andere reden geen gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan nodig hebben? Kan dat gebeuren via een afwijkingsmogelijkheid voor uitbreiding van bestaande infrastructuur, die in het decreet Ruimtelijke Ordening bestaat? Ik neem aan dat men die volop zal toepassen om geen bijkomende vertragingen te veroorzaken. Een project-MER zal nodig zijn. Laten we hopen dat door de bestemmingswijziging van bepaalde gronden geen GRUP nodig is. Zo niet, vrees ik dat we in 2020 nog niet bezig zullen zijn.
De heer Rzoska heeft het woord.
Minister, ik ben blij dat het niet enkel de oppositiepartijen waren die op snelheid gepakt werden door de communicatie. Op dat vlak zit ik op dezelfde lijn als de collega’s van CD&V. Het is uw goed recht als minister, en u hebt inderdaad een mooie website opgezet. De communicatie was mooi, maar er blijven wel wat losse eindjes, waar ik graag een antwoord op zou krijgen. Het bestek van een vraag om uitleg is daarvoor niet de meest aangewezen vorm.
Voorzitter, daarom wil ik aandringen op een grondige toelichting van een en ander. Ik heb de website bekeken vanuit het controlerecht van een parlementslid. Via de plannetjes die op die website staan, geraak je niet diep in de details. Er blijft zeer veel in het vage.
Minister, ik hoop dat u bereid bent het parlement die plannen te overhandigen, zodat we die tot in detail kunnen bekijken. Ik denk dat het parlement daar ook recht op heeft. Volgens het kopje ‘en nu?’ op de website zijn alle plannen in detail uitgewerkt en hebben de ingenieurs een voorontwerp gemaakt. Mijn eerste vraag is dus: ik zou graag die gedetailleerde plannen hier in het parlement zien, desnoods via een inzageprocedure. De vraag is hoe u die vier grote knelpunten planmatig zult aanpakken. Dat kan ik vanop de website helemaal niet inschatten.
Budgettair blijf ik ook wat op mijn honger zitten. Ik heb er de meerjarenraming bij gehaald en ik heb gekeken hoe de budgetten rond Mobiliteit en Openbare Werken (MOW) de volgende jaren stijgen. Daar is uiteraard sprake van het Oosterweelproject, maar er is nergens sprake van de Brusselse ring. In een deel van de budgetten was eerder al voorzien, maar uit de communicatie die u daarrond hebt gevoerd, kan ik geen duidelijk antwoord puren op de vraag hoe dit vanuit de Vlaamse overheid zal worden gefinancierd. Bij mijn weten is het geen pps en zal dit gefinancierd worden vanuit de gewone middelen. Volgens mij zitten een aantal van die budgetten niet verwerkt in de meerjarenraming.
U zult gefaseerd werken. Wat komt wanneer? Hoeveel kost het? Wat is de budgettaire impact? Hoe zal de Vlaamse overheid, gezien de financiële situatie, een en ander betalen?
Ik dring nogmaals aan op een volledige inzage in alle plannen en een volledige toelichting in deze commissie, zodat we voorbij en dieper dan de website kunnen zien wat de impact is van een en ander.
De heer Vandenbroucke heeft het woord.
Ik wil me aansluiten bij de vraag van de heer Rzoska. Misschien kunnen we straks bij de regeling van de werkzaamheden bespreken om het geheel ten gronde te kunnen bekijken in deze commissie.
Als u er inderdaad in slaagt om in 2019 de eerste spade in de grond te steken voor de heraanleg van de ring, dan is dat exact 70 jaar nadat de eerste plannen voor de ring ter tafel zijn gelegd. In 1949 zijn er plannen geopperd om een ring rond Brussel aan te leggen. In de jaren 50 zijn die werken dan gestart. Op dat punt geeft de website interessante informatie mee.
U hebt gesproken over de uniciteit van de Brusselse ring wat betreft het aantal incidenten te wijten aan de vele op- en afritten, aantakkingen en weefbewegingen. Dat schreeuwt inderdaad om een heraanleg. Volgens mij betekent dit ook dat een snelheidsverlaging nu al, in afwachting van die lange werken, enig soelaas kan brengen. Ook op dat punt is de Brusselse ring met een maximumsnelheid van 120 kilometer per uur een absolute anomalie in Europa.
Er is sprake van de aanleg van 41 kilometer fietspaden. In welke mate zijn dat netto bijkomende fietspaden? Of gaat het voornamelijk over de heraanleg en vernieuwing van bestaande fietspaden? Zoals u het had voorgesteld, kwam mij een nieuw netwerk van fietssnelwegen en dergelijke voor ogen. Gaat het daarover?
Ik heb op de website ook gekeken bij de veelgestelde vragen naar ‘Wie zal dat betalen?’ Er wordt enkel vermeld dat de kost van de heraanleg van de ring en de bruggen, ecoducten, fietsoversteken en -tunnels 1,2 miljard euro bedraagt, inclusief btw. Het openbaar vervoer wordt al buiten beschouwing gelaten. Zal een deel van dat bedrag al gereserveerd worden tijdens deze legislatuur, gelet op het feit dat in 2019 – voor of na de verkiezingen – de werken zullen starten? Kunt u zeggen of er naar analogie met de werken die in Antwerpen worden gepland, wordt gekozen voor één grote aanbesteding of zal dit ‘gesaucissoneerd’ gebeuren?
Minister Weyts heeft het woord.
Het gros van de kosten zal ontstaan in 2019. We hebben nu al in wat middelen voorzien, bijvoorbeeld voor de onteigeningen.
Er is vraag naar een toelichting van de plannen. Ik heb daar geen enkel probleem mee, maar eerst willen we de onteigenden uitvoerig inlichten. Dat is gepland in mei. Ik heb er geen enkel probleem mee om dit daarna in deze commissie te doen. Ik vraag wel om daarmee rekening te houden in de regeling van de werkzaamheden.
De heer Doomst spreekt over het verzuidelijken. De grootste bottleneck zit in het noordelijke stuk. Ik zou dit misschien ook liever willen in mijn achtertuin. Uit heel duidelijke mobiliteitsgegevens blijkt echter dat de bottleneck de noordelijke ring is, eenvoudigweg omdat de zuidelijke niet gesloten is. Dat is een geluk bij een ongeluk. Doordat de zuidelijke ring niet gesloten is, wordt het noordelijke stuk veel meer gebruikt voor doorgaand verkeer.
U vindt alles op de website, afgezien van de gedetailleerde plannen. Ik heb er geen probleem mee om die toe te lichten, maar eerst zitten we in mei samen met de mensen die onteigend worden. Een GRUP zou niet nodig zijn.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.