Verslag vergadering Commissie voor Algemeen Beleid, Financiën en Begroting
Verslag
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Voorzitter, ik kom niet vaak naar deze commissie. Maar in deze materie is de minister van Financiën de bevoegde minister. Daarom wordt deze vraag om uitleg behandeld in deze commissie.
Collega’s, minister, voorzitter, huurders betalen in Vlaanderen geen onroerende voorheffing, maar kunnen wel in aanmerking komen voor een vermindering. Die vermindering geldt voor kinderbijslaggerechtigde kinderen, voor kinderen en volwassenen met een beperking en voor grootoorlogsverminkten. Het is de bedoeling dat de eigenaar-verhuurder die vermindering verrekent in de maandelijkse huurprijs zodat de vermindering effectief ten goede komt van de huurder. Om in aanmerking te komen voor de vermindering dient de huurder zich aan te melden bij de Vlaamse Belastingdienst (VLABEL).
Aangezien er steeds meer huurders zijn en de huurprijzen hoog liggen, is een vermindering op de huurprijs ongetwijfeld welkom bij de huurders en dan vooral bij de meest kwetsbare huurders. Het nadeel van het huidige systeem is echter dat de huurders zelf de vermindering dienen aan te vragen. In uw antwoord op een aantal schriftelijke vragen die ik hierover heb gesteld, deelde u mee dat een automatische of rechtstreekse toekenning van de vermindering niet haalbaar is. Hiervoor zou de Vlaamse Belastingdienst moeten weten aan welke persoon de belastingplichtige eigenaar zijn woning verhuurt. Deze dienst heeft niet altijd de automatische link tussen de pand- en eigenaarsgegevens en de gegevens van de bewoner-huurder.
Zodra de vermindering is toegekend via de aanslag van de eigenaar wordt de huurder door de Vlaamse Belastingdienst hiervan op de hoogte gebracht. Er wordt echter niet gecontroleerd of de eigenaar de vermindering op zijn onroerende voorheffing ook daadwerkelijk verrekent in de huurprijs, terwijl het toch wel degelijk de bedoeling is dat de vermindering ten goede komt van de huurder. Volgens het antwoord van de minister zou de administratieve last in vergelijking met het huidige systeem zowel voor de administratie als voor de huurders groter zijn.
Minister, bestaat de mogelijkheid om toch een automatische link te leggen tussen de pand- en eigenaarsgegevens en de gegevens van de bewoner-huurder met als doel de vermindering op de onroerende voorheffing automatisch toe te kennen aan de huurders? Bent u bereid dit te onderzoeken? Aangezien de registratie van de huurcontracten op federaal niveau gebeurt, zal dat wellicht ook een overleg vergen op federaal niveau.
Ziet u een mogelijkheid om toch te controleren of de eigenaar de toegekende vermindering effectief in de huurprijs verrekent? Bent u bereid dat te onderzoeken en daarin eventueel verdere stappen te nemen?
Mijn laatste vraag is misschien eerder geschikt als schriftelijke vraag, maar mijn vraag om uitleg is niet afgekeurd. Ik heb de cijfers van het aantal verminderingen die werden toegekend in 2013-2014. Ik beschik echter niet over de cijfers van 2015. Minister, kunt u een overzicht geven van de bedragen die werden toegekend in 2015? Hoe verhouden die cijfers zich ten opzichte van de vorige jaren?
Minister Turtelboom heeft het woord.
Voorzitter, de Vlaamse Belastingdienst streeft naar een efficiënte dienstverlening en kiest hiervoor voluit voor digitalisering en automatisering. Een maximale ambtshalve en onmiddellijke toekenning van verminderingen past in dit streefdoel. Daartoe worden digitale databanken waar mogelijk gekoppeld. Voor sommige verminderingen is dit echter niet mogelijk. Dat is onder meer zo met de vermindering van de onroerende voorheffing voor huurders. Een huurder die meent in aanmerking te komen voor een vermindering, moet hiervoor eenmalig een meldingsformulier invullen en terugsturen naar de Vlaamse Belastingdienst.
VLABEL doet al het mogelijke om het systeem voor de betrokkenen zo efficiënt en effectief mogelijk te maken. Zodra de gegevens van de huurder bekend zijn bij VLABEL, zal de vermindering vervolgens jaarlijks en automatisch worden toegekend. Zoals reeds toegelicht in mijn antwoord op uw schriftelijke vraag nummer 69 van 25 november 2015 moeten huurders die huren via een sociale huisvestingsmaatschappij of een sociaal verhuurkantoor, zich niet aanmelden bij VLABEL. Door de tussenkomst van de sociale huisvestingsmaatschappij en het sociaal verhuurkantoor ontvangen die huurders de vermindering wel automatisch.
Deze maatschappijen zien er ook op toe dat de verminderingen correct worden verrekend met de verhuurprijs. Een automatische of rechtstreekse toekenning van de verminderingen aan álle huurders is echter niet haalbaar. Zoals reeds meegedeeld in mijn antwoord op die schriftelijke vraag is de automatische link tussen pand- en eigenaarsgegevens en de gegevens van bewoner-huurder een groot probleem bij appartementsgebouwen. Ik moet dus bevestigen dat die koppeling niet mogelijk is. Men heeft het al onderzocht naar aanleiding van een resolutie van 2010 in dit parlement, betreffende de wijziging van de procedures tot automatische toekenning van vermindering van onroerende voorheffing aan huurders.
Ik zal het illustreren aan de hand van een voorbeeld. Een appartementsgebouw heeft twee appartementen die toebehoren aan eigenaren A en B. Beide appartementen staan ingeschreven op hetzelfde adres, zonder verdere vermelding van het busnummer. In het bevolkingsregister zijn de huurders X en Y respectievelijk ingeschreven op dezelfde plaats, maar wel met een apart busnummer. Dus als het in het eigenaarsregister Stationsstraat 15 is, staan de huurders ingeschreven onder Stationsstraat 15 bus 1 en Stationsstraat 15 bus 2.
VLABEL kan dus niet weten of huurder Y huurt van eigenaar A of B aangezien op basis van de kadastergegevens niet geweten is of het A is of B die eigenaar is van het appartement met bus 1. Hetzelfde geldt natuurlijk voor bus 2. Wanneer een van beide huurders recht heeft op een vermindering, is het niet meteen duidelijk aan welke eigenaar de vermindering moet worden toegekend. Daarom is de eenmalige melding van de huurders nodig, zodat er een manuele koppeling kan worden gemaakt tussen enerzijds de pand- en eigenaarsgegevens en anderzijds de gegevens van de correcte huurder. Zonder die melding zal de vermindering in het voorbeeld niet automatisch kunnen worden toegekend en zal de huurder of eigenaar alsnog bezwaar tegen de aanslag moeten indienen. Maar na de eenmalige melding door de huurder zal de vermindering jaarlijks en automatisch worden toegekend.
U vraagt of de mogelijkheid bestaat om te controleren of de eigenaar de toegekende vermindering effectief in de huurprijs verrekent. De huurder wordt op de hoogte gebracht van de vermindering die werd toegekend op het aanslagbudget van de eigenaar. VLABEL is niet bevoegd om te controleren of de eigenaar de toegekende vermindering effectief in de huurprijs verrekent. De vermindering wordt in het huidige systeem toegekend aan de eigenaar, aangezien deze als belastingplichtige de aanslag dient te betalen. Er is geen rechtsband tussen VLABEL en de huurder. VLABEL kan dus als fiscale administratie niet tussenkomen in de burgerrechtelijke band tussen een huurder en een verhuurder-eigenaar. Indien de eigenaar de vermindering niet zou doorrekenen, kan de huurder zelf het bedrag van de vermindering van de huur aftrekken.
In 2015 hebben 1391 huurders zich gemeld. Een huurder die zich aanmeldt, wordt uiteraard geregistreerd. Vervolgens is het ook mogelijk om bij gebrek aan een voorafgaande melding nadien bezwaar in te dienen tegen een aanslag. In 2015 werden 3248 bezwaarschriften ingediend, waarvan er 2474 werden ingewilligd.
Momenteel ligt het bedrag aan toegekende verminderingen voor het aanslagjaar 2015 op, afgerond, 12,9 miljoen euro. Dit bedrag zal nog stijgen aangezien er nog aanslagbiljetten moeten worden verstuurd. Daarbij is sprake van verhuur via een sociaal verhuurkantoor.
Het bedrag aan toegekende vermindering is het hoogst in de provincie Antwerpen. Verschillen tussen de provincies vinden waarschijnlijk hun oorzaak in demografische kenmerken eigen aan het gebied, zoals gezinssamenstelling, leefvorm, woonomgeving en de omvang van de verhuurmarkt.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. Ik merk dat in 2012 het totaalbedrag aan verminderingen in de onroerende voorheffing voor eigenaars-verhuurders 11,7 miljoen euro bedroeg, in 2013 12,7 miljoen euro en in 2014 13,2 miljoen euro. Ik heb begrepen dat voor 2015 nog niet alles in kaart is gebracht aangezien er nog aanslagbiljetten moeten worden verstuurd. Ik meen te mogen stellen dat de stijging van de toegekende verminderingen op een reële nood wijst aan deze tegemoetkoming bij een toenemend aantal huurders. Ik leg de link naar de conclusies uit het Grote Woononderzoek, dat er heel duidelijk op wees dat de huurprijzen de laatste jaren verder gestegen zijn.
In 2013 hebben 52 procent van de private huurders meer dan 30 procent van hun inkomen aan huur besteed. Deze toegekende verminderingen leveren dus wel een bijdrage tot het betaalbaar houden van de huur voor de toch wel zeer kwetsbare gezinnen.
Ik had gehoopt dat een automatische of een rechtstreekse toekenning van de vermindering aan de huurder tot de mogelijkheden zou behoren. Maar u hebt hier uitgelegd dat het zeer complex is, vooral bij de appartementsgebouwen. Ik heb begrepen dat de dienst zo efficiënt mogelijk wil werken, dat het eenmalig wordt geregistreerd en dat het dan elk jaar automatisch wordt verrekend.
U zegt dat uw diensten niet bevoegd zijn om te controleren of de vermindering die toekomt aan de eigenaar-verhuurder dan wel degelijk wordt verrekend in de huurprijs, en dat de huurder dan zelf het initiatief kan nemen om dat af te trekken van zijn huurprijs. Ik denk eerlijk gezegd dat er weinig huurders zomaar dat bedrag van hun maandelijkse huur zullen aftrekken. Ik betreur dat er geen controle kan worden toegepast. Minister, ik denk dat er weinig huurders kennis hebben van dit systeem. Ik denk dat er trouwens weinig collega’s hier in de commissie zijn die het systeem kennen, waarbij de eigenaar-verhuurder een vermindering op de onroerende voorheffing krijgt als hij aan bepaalde categorieën van huurders verhuurt. Niet iedereen kent dat systeem, laat staan dat de huurders het weten. Als wij het niet weten, dan zal de markt van de huurders het ook niet weten.
Minister, zullen er nog initiatieven komen om deze korting of vermindering nog iets meer in de verf te zetten?
De heer Bertels heeft het woord.
Ik was niet van plan om mij aan te sluiten. Minister, u zegt dat de huurder het zelf mag aftrekken van de huurprijs die in zijn huurcontract staat. Is dat een aanbeveling of is dat een burgerrechtelijke uitspraak die u ergens gevonden hebt? Het verbaast mij zeer dat u zo pertinent zegt dat de huurder dat kan doen, tegen zijn huurcontract in als het ware.
Dat is burgerrechtelijk. We zullen ernaar op zoek gaan, maar het principe is dat de huurder de rechthebbende is. En omdat de huurder de rechthebbende is, kan hij het ook vanuit het burgerrechtelijk principe aftrekken.
Mevrouw Taeldeman heeft het woord.
Mijn vraag was of er geen automatische toekenning mogelijk is, of er geen controle kan worden uitgevoerd of die verrekening gebeurt. Kunt u of VLABEL, zeker anno 2016, nu de cijfers van het Grote Woononderzoek aantonen dat we met een segment zeer kwetsbare huurders zitten, dat initiatief wat meer in de verf zetten en bekendmaken?
De vraag om uitleg is afgehandeld.