Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
De heer Bajart heeft het woord.
Minister, er deden in het wielrennen al een hele tijd geruchten over mechanische doping de ronde. Recent werd ook een eerste vaststelling van mechanische doping gedaan, namelijk een motortje in het frame van een fiets.
U hebt daarover in de pers het volgende gezegd: “Het feit dat het bij ons is ontdekt, bewijst dat onze controle goed werkt. Als het effectief om mechanische doping gaat, zou dat een minimale schorsing van vier jaar inhouden. Daarnaast moet ook de entourage bekeken worden, niet alleen de sporter zelf. Dat is de filosofie van het internationale antidopingagentschap WADA.”
Ik ben het volledig met u eens. Ik kan u alleen maar bijtreden als u zegt dat alle vormen van doping op dezelfde manier moeten worden aangepakt en bestraft. En inderdaad, dat past ook binnen de filosofie van het WADA. De vraag is echter of die bestraffing ook zomaar toe te passen is, gebaseerd op het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, zoals gewijzigd met het decreet van 19 december 2014. Met dat decreet wordt vastgelegd dat de regering de verboden lijst, de lijst van verboden stoffen en middelen, vaststelt. Die lijst, bij ministerieel besluit houdende vaststelling van de verboden lijst van 26 november 2015, spreekt nergens over iets als mechanische doping. De methoden, waar mechanische doping realistisch gezien onder zou kunnen vallen, die door deze lijst verboden worden, zijn: manipulatie van bloed en bloedcomponenten, chemische of fysieke manipulatie en genetische doping. Met andere woorden: mechanische doping is op dit moment, door onze regelgeving, die uiteraard de lijst van het WADA is, niet verboden.
Verder spreekt het decreet bij dopingtests over “de onderdelen van het dopingcontroleproces waarbij monsterafnames worden gepland, monsters worden afgenomen, monsters worden verwerkt en monsters naar een laboratorium worden getransporteerd”. Dat staat in artikel 2, lid 17. Monsters worden in datzelfde artikel, lid 39, gedefinieerd als “elk biologisch materiaal dat wordt afgenomen voor een dopingcontrole”.
De Internationale Wielerunie UCI stelde een onderzoek in en zal ook consequenter controleren, maar in de wielerwereld wordt ondertussen ook al gesproken over meer gesofisticeerde vormen van mechanische doping. Het blijft ook niet beperkt tot één sport, want iets later besliste ook de Internationale Tafeltennisfederatie om strengere controles te gaan uitvoeren naar ‘paletjesdoping’, waarbij het rubber van paletten met chemicaliën bewerkt wordt, om zo sneller en krachtiger te kunnen spelen.
Minister, klopt mijn lezing, dat zowel de definities van dopingtests als de verboden lijst ertoe leiden dat mechanische doping niet bestraft kan worden zoals andere vormen van doping, hoewel we voor die bestraffing allemaal in dezelfde richting kijken? Zult u dit bij het WADA aankaarten, zodat een aanpassing van de code en de verboden lijst op dat niveau ertoe leidt dat die lacune wereldwijd kan en zal worden aangepakt? Bent u bereid om over te gaan tot eventuele snellere actie, waarbij we het Antidopingdecreet aanpassen, zodat ook mechanische doping op de verboden lijst kan komen, voordat er op WADA-niveau actie ondernomen wordt? Op die manier kunnen we in Vlaanderen dan ook een voortrekkersrol spelen, in afwachting van een beslissing van het WADA.
Minister Muyters heeft het woord.
Mijnheer Bajart, ik ben blij dat u deze vraag hebt gesteld, want het is iets waar we even dieper op moeten ingaan. Het is zonder twijfel goed dat er veel aandacht voor is geweest. Zo’n bedrog raakt natuurlijk aan het fundament van eerlijke sportbeleving. Een kordate bestraffing bij vaststelling en bewijs van fraude moet natuurlijk gebeuren.
Ik wil even wat dieper ingaan op de reglementen van de UCI, omdat er in de pers ook wat verkeerde berichten zijn verschenen. Ik heb die reglementen hier bij. Ik kan ze u bezorgen, als u dat wilt. De reglementen van de UCI geven de sancties van technologische fraude weer.
Het betreft een schorsing van minstens – niet hoogstens – zes maanden, dus van zes maanden tot levenslang en een geldboete van 20.000 tot 200.000 Zwitserse frank. En Zwitserse frank staat vandaag gelijk aan 0,92 euro. Dat is bijna gelijk en het is dus niet niks. Dat is de sanctie voor de sporter.
Er is ook een sanctie mogelijk voor een team, en dat is niet slecht. Het betreft dezelfde termijnen, van zes maanden tot levenslang, en boetes van – hou u vast – 200.000 tot 1.000.000 Zwitserse frank. Als je zoiets ontdekt, moet dat bijna dezelfde straf krijgen als voor doping, met name vier jaar om te beginnen. Dat moet niet vanwege de WADA-code, maar vanwege deze reglementering.
Hierover staat inderdaad niets in de Vlaamse regelgeving. Ik zou het Antidopingdecreet niet wijzigen, zoals u voorstelt. Daarvoor zijn er twee belangrijke redenen. Vlaanderen kan dat natuurlijk niet doen, maar dat vraagt u ook niet. Als er een wetgevend optreden nodig zou zijn, dan moet dat op het internationale niveau, en dat gebeurt. Ik gaf net de straffen die het UCI bepaalt.
Daarnaast zou ik niet de term mechanische doping, maar mechanische fraude gebruiken. Dat is wel iets anders. Mechanische fraude heeft niets met de WADA-regelgeving te maken. WADA gaat over doping, humane doping, en dat heeft ook een menselijk en een gezondheidsaspect.
Technologische fraude is de term die het UCI gebruikt en die is ook beter. Moeten wij of de federatie dat bepalen? Ik denk de federatie en ik leg uit waarom. In het wielrennen kan er nu een motortje worden gebruikt. Maar gaan wij het gewicht van de fiets bepalen, of gaat de UCI dat doen? Zo kan ik nog even doorgaan. De kogel bij het kogelstoten, de speer bij het speerwerpen, zwempakken: gaan wij bepalen welke zwempakken mogen en welke niet? Gaan wij dat in wetgeving gieten? Neen toch, laat ons dat in de federatie houden. Dat geldt ook voor motorsport, autosport, roeien, boksen, noem maar op.
Ook in het verleden is er mechanische of technische fraude gepleegd. Neem nu de bokshandschoenen. Die werden in het verleden niet altijd even goed gevuld, waardoor men gemakkelijker iemand kon neerslaan. Er was zelfs iemand die het met pleisterpoeder vulde, en door het zweet werd dat harder. Dat is geen doping, dat is fraude. Maar dat moet sport per sport worden bepaald. Gaan wij zeggen vanaf wanneer welke zwembroek of zwempak wel of niet mag worden gebruikt? Dat mogen we niet doen.
In elke sport wordt vastgesteld wat er moet gebeuren en welke straffen er zijn. Dat moeten we los zien van doping. Daarom mijn voorstel om het technologische fraude te noemen. Laat de internationale sportfederaties hun reglementen en de bestraffing opstellen.
Niettegenstaande heb ik toch contact genomen met WADA. Hun reactie ging volledig in dezelfde richting. Ze zeggen dat ze die zaak niet kunnen behandelen binnen hun mandaat. Het is ook niet juist dat ze dat zouden doen, het is een zaak van de UCI.
Voor Vlaanderen wil ik daarbij nog kort verwijzen naar het decreet Gezond en Ethisch Sporten dat we hier hebben goedgekeurd. Daar leggen we de verantwoordelijkheid voor gezond en ethisch sporten in de eerste plaats bij elke sportorganisatie. Elke sportorganisatie heeft de opdracht om zelf bij te dragen aan de ontwikkeling van een sportklimaat dat met ethisch sporten verenigbaar is.
Het zijn de sportorganisaties die het kader, de normen en de specificaties moeten hanteren waarbinnen zij hun sport wensen te beoefenen. Herinner u ook de commotie over het werelduurrecord in het wielrennen en de speciale fietsen en positie van Chris Boardman. Kan dat of kan dat niet? Laat ons daar vanuit Vlaanderen geen wetgevend werk aan besteden.
Ik heb ondertussen opnieuw contact gehad met de Wielerbond. Ze willen de nodige detectieapparatuur – die bestaat al en is al toegepast – hanteren voor het opsporen van technologische fraude, en die ook aankopen.
In tegenstelling tot technologische fraude moet de overheid wel meedoen aan humane doping. In humane doping zit nog altijd het aspect integriteit, maar ook de gezondheid van de sporter hoort daarbij. Een beschermend overheidsoptreden lijkt hier wel verantwoordbaar.
De heer Bajart heeft het woord.
Ik spreek me niet uit over dit voorval en bewijzen van schuld. Dat is niet aan ons. Daar zijn instanties voor. Ik stel voor dat zij hun werk doen. Ons werk is om naar de toekomst te kijken en een en ander wettelijk zo goed mogelijk te omkaderen.
Minister, u had het over technologische fraude – misschien is dat wel de juiste benaming – en het reglementeren door de UCI. Het is uitermate belangrijk dat we dit debat goed voeren. Het risico bestaat dat bijkomende regelgeving, is dat op WADA-niveau of op ons niveau, haar doel voorbijschiet. Niet elke technologische vooruitgang of innovatie in de sportwereld moet opeens worden geclassificeerd als een vorm van mechanische doping. We moeten ervoor zorgen dat het onderscheid nog overeind kan blijven en dat we innovatie in de sportwereld niet gaan fnuiken. Dan zouden wielrenners misschien nog met loodzware fietsen rijden.
Volgens mijn fractie moeten we blijven inzetten op gezonde, ethische en dus ook eerlijke sport, maar mag de weegschaal daardoor niet volledig omslaan naar een overdreven regelgeving. We moeten dit debat samen gaande houden.
De heer Wynants heeft het woord.
Minister, zal de strafmaat dan verschillend zijn per overkoepelende organisatie?
Natuurlijk. Doping is echt iets anders, dat is voor alle sporten. En dat is het grote verschil. Een motortje in de kogelstootbal stoppen is iets anders. Laat het over aan de federatie om dat te bekijken. Als het effect hetzelfde is als doping nemen, dan zou de strafmaat in dezelfde grootteorde moeten zijn. Maar ik ga het niet opleggen. We moeten dit geval per geval bekijken. In zwemmen gaat het over tienden en honderdsten van seconden, maar die kunnen wel goud opleveren.
Laat ons geen wetgeving maken als het niet nodig is. Mijn gevoel zegt: zeker geen Vlaamse wetgeving alleen. Internationaal zou het heel complex worden. Fietsen zijn daar een mooi voorbeeld. Vergelijk de fiets van twintig, zelfs vijf jaar geleden met die van nu. Moeten wij zeggen of die uit carbon mag zijn of niet? Mag de helm aerodynamisch zijn of niet? Mag het stuur bij tijdrijden wel of niet aangepast zijn? Renovatie mag blijven, maar dat zou moeilijker gaan als we alles in eigen wetgeving stoppen. Laat de federatie haar werk doen. Ze doen dat en ik vertrouw hen daarin.
De heer Bajart heeft het woord.
Het is net omdat het niet aan ons is om dat te zeggen, dat we het debat open moeten houden. Dat doen we hier. Inzake motortjes en andere technologiefraude, het is bijna onmogelijk om 150 watt te slikken.
De vraag om uitleg is afgehandeld.