Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Verstreken heeft het woord.
Onlangs werd de brochure ‘Kinderen welkom’ voorgesteld. De brochure biedt logiesuitbaters in Vlaanderen inspiratie om hun zaak kindvriendelijker te maken. Op die manier wordt het toeristische aanbod toegankelijker en aantrekkelijker voor jonge gezinnen. Uit een onderzoek bij duizend Vlamingen uitgevoerd door FISA, de organisatie van het jaarlijkse Vakantiesalon, in samenwerking met AG Insurance, blijkt dat een kwart van de oma’s en opa’s geregeld de kleinkinderen mee op reis neemt. De reizen voor grootouders-met-kleinkind vormen dan ook een groeiend segment in de reissector en, naar het schijnt, ook een goudmijntje voor touroperators. Deze doelgroep gaat vaker op reis, ook in kalmere periodes, en heeft een ruim budget. Veel hotels spelen daar dan ook op in door de kinderen gratis te laten meereizen of de kinderactiviteiten buiten de klassieke vakanties te houden. Ook de zogenaamde ‘multigeneratiereis’, waarbij de grootouders met de ouders en kleinkinderen op reis gaan, is in opmars.
Minister, is het toeristische aanbod in Vlaanderen voldoende aangepast aan deze doelgroep? Zijn er volgens u nog inspanningen nodig? Zo ja, welke? Er worden al heel wat inspanningen gedaan om het toeristische aanbod kindvriendelijker te maken, maar bent u van mening dat er ook extra stimulansen moeten komen voor de noden en behoeften van die doelgroep? Die doelgroep gaat meer op vakantie, misschien wat dichterbij of naar de Europese bestemmingen. Ik heb het over de grootouders.
Minister, in uw beleidsnota Toerisme spreekt u ook van extra stimulansen voor senioren. Misschien kunt u dienaangaande een stand van zaken geven? Over welke stimulansen voor senioren op toeristisch vlak gaat het?
Minister Weyts heeft het woord.
Ik heb er al naar verwezen, we willen veel meer inspelen op de groeimarkten, en één daarvan is dat relationeel toerisme. We werken voortdurend aan het verder verbeteren van het toeristisch aanbod. Dat komt de doelgroep van grootouders die met hun kleinkinderen reizen, zeker ook ten goede.
Twee elementen van mijn beleid werken op deze doelgroep: enerzijds de inspanningen voor toegankelijkheid die Toerisme Vlaanderen en de sector als sinds 2001 leveren; anderzijds de inspanningen voor familievriendelijkheid die ik sinds begin 2015 heb opgestart. We interpreteren het begrip ‘familie’ ruim: zowel het traditionele gezin als de ‘multigenerationale gezelschappen’ – dat zijn grootouders, ouders en kinderen – vallen daaronder.
Voor de grootouders, meestal senioren, ligt de focus op toegankelijkheid. Toerisme Vlaanderen ondersteunt de sector op dat vlak al vijftien jaar vakkundig. We doen het niet slecht in Vlaanderen. We moeten daar blijvend aandacht voor hebben omdat de doelgroep verruimt.
Toerisme Vlaanderen zet in op sensibilisering en vorming van de sector. Er bestaan brochures over toegankelijkheid voor de toeristische logiezen. Ze kunnen soms zonder al te grote investeringen hun aanbod aanpassen inzake toegankelijkheid voor personen met een beperking. Ik ga in de eerste helft van maart nog een nieuwe brochure lanceren in verband met toegankelijkheid voor reisbureaus en touroperators. Ik ga dat doen tijdens een studienamiddag op Brussels Airport bij de start van de Week van de Toegankelijkheid.
Elke subsidie van toeristische infrastructuur en evenementen is altijd gekoppeld aan toegankelijkheidsvoorwaarden. Bovendien kunnen logiesuitbaters ook logiessubsidies ontvangen voor investeringen in toegankelijkheid die leiden tot een A of A+ toegankelijkheidslabel. Het is de bedoeling om niet-rendabele investeringen – investeringen die de logiesverstrekker anders niet zou doen – te ondersteunen.
Toerisme Vlaanderen geeft advies en ondersteuning bij het uitvoeren van werken volgens de opgestelde toegankelijkheidscriteria. Ook het agentschap Toegankelijk Vlaanderen doet dit.
Informeren over toegankelijke infrastructuur – logies, musea, erfgoed, wandelen, fietsen – gebeurt online en via allerlei specifieke brochures. Maar ook op dit terrein blijft er nog werk aan de winkel, al is de afgelopen jaren werkelijk al heel veel vooruitgang geboekt. We blijven via diverse kanalen inzetten op die doelgroep.
Wat betreft mijn beleid op het vlak van familievriendelijkheid zijn de volgende initiatieven op komst of al genomen. Zoals u aanhaalt, heb ik in de krokusvakantie de brochure ‘Kinderen Welkom’ voorgesteld. We wilden aan de logiezen vragen om een keuze te maken, maar ze kunnen ook een combinatie maken. Ze kunnen de focus leggen op businesspubliek maar in vakantieperiodes dan weer op families. Dat kan via kleine ingrepen. Verschillende hotels zijn al die weg ingeslagen, in binnen- en in buitenland.
Online zal een brochure van een zestigtal bladzijden verschijnen. De gedrukte versie omvat een zestiental bladzijden. We geven heel laagdrempelig mee hoe ze het aanbod meer kunnen richten. Er zitten tips en tricks in en best practices. We geven gestalte aan een commerciële logica, namelijk tevreden kinderen hebben tevreden ouders en dus tevreden klanten. Aan uzelf kent u de halve wereld, u zult dat wel bevestigen. Als kinderen goed worden onthaald, rechtstreeks worden aangesproken, een welkomstattentie krijgen, zijn ze onmiddellijk verkocht. Dan volgen de ouders vanzelf.
Daarnaast krijgen senioren en kinderen nu al vaak korting bij toegang tot attracties, musea enzovoort, met dank aan deze toeristische partners. We proberen die kortingen bekend te maken zodat ze de doelgroep bereiken. Toerisme Vlaanderen heeft het voornemen om in de beeldvorming over de bestemming nog vaker aandacht te besteden aan dat multigenerationeel toerisme. Ik bedoel dat letterlijk: we gaan meer beelden van kinderen en ouderen gebruiken inzake toerisme.
In de oproep voor de logiessubsidies van 2016 komen ook investeringen in infrastructuur en/of nieuwe kamerindelingen in aanmerking die bijdragen aan het kind- en familievriendelijke karakter van het logies.
De heer Verstreken heeft het woord.
Ik dank u voor uw uitgebreid antwoord, minister, en voor uw goede visie.
U hebt mobiliteit nog aangehaald, zeker naar senioren. Dat is niet altijd evident. Misschien moet in de toekomst het autocartoerisme nog bekeken worden. Heel veel mensen gebruiken de bus, en in heel veel centra worden die geweerd. De senioren moeten dan heel ver stappen, en ze zijn niet allemaal even mobiel.
Mevrouw Van Werde heeft het woord.
Minister, u haalt terecht het belang aan van toegankelijkheid en familievriendelijkheid voor de senioren. Dat zijn twee zeer belangrijke elementen voor deze groeiende doelgroep die een aanzienlijk segment vormt voor de toeristische industrie.
Ik ben heel blij dat u de senioren aanspreekt als actieve vakantiepartners, met of zonder kinderen en/of kleinkinderen. Het hoeft niet veel geld te kosten, en dat zijn kosten die zichzelf terugbetalen. Ik ben blij met de maatregelen die u nam, neemt en aankondigt.
De vraag om uitleg is afgehandeld.