Verslag vergadering Commissie voor Economie, Werk, Sociale Economie, Innovatie en Wetenschapsbeleid
Vraag om uitleg over de vermoede fraude met dienstencheques met accounts van overledenen
Verslag
De heer Bothuyne heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, in het verlengde van de vorige vraag snijd ik een onderwerp aan dat is ingegeven door een recent nieuwsbericht.
Sinds de zesde staatshervorming – waarvan de verdiensten niet genoeg benadrukt kunnen worden – is Vlaanderen bevoegd voor het dienstenchequesysteem. Sinds januari 2016 hebben we Sodexo aangesteld als de verantwoordelijke uitgever. Er zijn nog enkele knelpunten bij de implementatie van het systeem, onder meer inzake de digitalisering. In de commissie stelde collega Christiaens daar onlangs nog vragen over. We gaan ervan uit dat de kinderziektes eruit zullen gaan.
Blijkens gegevens van Sodexo is er een nieuw probleem opgedoken: ongeveer 20.000 overleden klanten hebben nog steeds een dienstenchequerekening bij het uitgiftebedrijf openstaan. Op zich mag dat geen probleem zijn, ware het niet dat de overblijvende gezinsleden hiervan gebruik kunnen maken om met die rekening cheques te kopen. Dat is een probleem, want men mag per persoon slechts een beperkt aantal dienstencheques gebruiken: maximaal 500 per jaar. U zei al dat u de zaak samen met Sodexo zult onderzoeken en de rekeningen van de overledenen wilt afsluiten.
Minister, weet u hoeveel cheques er nog werden besteld via rekeningen van overledenen? Hoe en door wie zal het aangekondigde onderzoek worden gevoerd? Wat is de timing? Welke eventuele gevolgen heeft dit op de gebruikers en op de dienstenchequebedrijven? Zullen er sancties volgen wanneer fraude word vastgesteld? Ik benadruk wel dat het mogelijk is dat een aantal mensen zich van geen kwaad bewust waren. Hoe wilt u vermijden dat dit probleem zich in de toekomst nog zal voordoen? Kan een kruispuntdatabank ervoor zorgen dat de accounts van de overledenen automatisch uit het systeem worden verwijderd? Ik hoop dat we op die manier het probleem kunnen oplossen.
Mevrouw Taelman heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega's, mijn vraag is gelijklopend aan die van de heer Bothuyne. Een weekje geleden maakte de pers melding van het feit dat volgens berekeningen van Sodexo ongeveer 20.000 overleden klanten nog steeds een actieve rekening voor de aanvraag van dienstencheques hebben.
In een aantal gevallen wordt fraude – het gebruik van meer cheques per persoon dan toegelaten is – vermoed, maar voor heel wat gevallen zou er een meer logische verklaring bestaan voor het feit dat een familielid het klantennummer van de overledene gebruikt. Het lijkt me logisch dat weduwen of weduwnaars de resterende cheques die op naam van hun overleden partner stonden verder gebruiken. Waarom zouden ze dat niet doen? Bij mijn weten heeft niemand hun ooit gezegd dat dit niet mag.
Nadien, als die cheques dan opgebruikt zijn, gaat het vermoedelijk grotendeels om slapende accounts, die niet meer gebruikt worden. Feit is wel dat er voor heel wat gebruikers vandaag onduidelijkheid bestaat indien ze worden geconfronteerd met een overlijden van de dienstenchequegebruiker op wiens naam de cheques staan.
Zoals de heer Bothuyne wil ik u dus vragen wat de omvang is van het probleem. Zal er naar gebruikers toe meer duidelijkheid worden geschapen wanneer huishoudens geconfronteerd worden met het overlijden van een partner op wiens naam de account voor het gebruik van dienstencheques staat? Hoe gaat het vandaag in zijn werk wanneer iemand komt te overlijden op wiens naam de account voor dienstencheques staat? Wordt de overlevende partner verondersteld meteen alle gebruik van de voorraad dienstencheques stop te zetten en in te wisselen? Zo ja, hoeveel moet de betrokkene daar dan op laten vallen? Als ik mij niet vergis, kost dat een halve euro per cheque. Wanneer je geconfronteerd wordt met een tragisch verlies, kun je zoiets wel missen. Ik vermoed dat het toegestaan is om de resterende voorraad op te gebruiken. Moeten partners van overledenen met een account voor elektronische dienstencheques meteen na het overlijden van hun partner zelf een melding doen of is het veeleer de taak van de overheid of van Sodexo de nodige maatregelen te nemen wanneer ze merken dat een rijksregisternummer vervalt? Hoe wordt de terugbetaling daarvan geregeld?
Voor de start van de Vlaamse dienstencheques ondernam de administratie verschillende acties om de overgang vlot te laten verlopen. Een van deze acties was om meer dan 1 miljoen Belgische gebruikers te controleren via het rijksregister. Alle gebruikers die in de afgelopen twee jaar dienstencheques hebben besteld, werden gecontroleerd. In totaal werden er voor het Vlaamse Gewest meer dan 700.000 gebruikers gevalideerd en geactiveerd in het Vlaamse dienstenchequessysteem.
Tijdens het federale systeem werden gebruikers daarentegen niet systematisch gecontroleerd. Het gevolg hiervan is dat bijna 30.000 gebruikers bij overdracht van de markt werden geblokkeerd door Sodexo. Hiervoor zijn verschillende redenen: de gebruiker is overleden, de gebruiker woont niet officieel in België, de gebruiker was ingeschreven met een fout identificatienummer van de sociale zekerheid.
Voor de nieuwe gebruikers gebeurt de controle via het rijksregister vanaf nu vooraf. Dat gaat ofwel automatisch via een inschrijving met elektronische identiteitskaart, ofwel via consultatie van het rijksregister door het departement. Op deze manier maken we het systeem meer sluitend en vermijden we frauduleus gebruik van de dienstencheques. Dat is ook onmiddellijk een antwoord op uw vierde vraag, mijnheer Bothuyne.
Vanaf de start van de Vlaamse dienstencheque wordt gebruikgemaakt van de gegevens van het rijksregister. Het overlijden van gebruikers wordt ons vandaag al automatisch gemeld, een voorbeeld van Radicaal Digitaal in actie. Tot op 1 januari 2016 kon een account van een overleden gebruiker blijvend worden gebruikt. Dat kan evenwel niet de bedoeling zijn, en dat hebben we dus voor de Vlaamse cheques onmiddellijk opgenomen. In een eerste instantie werden de accounts van de overleden gebruikers door Sodexo geblokkeerd. Op 9 februari heb ik Sodexo uitgenodigd voor een round-up. Na dat overleg zijn we tot de conclusie gekomen dat het onmiddellijk blokkeren van een account niet altijd opportuun is. Er werd daarom beslist om alle accounts van overleden gebruikers tijdelijk te deblokkeren tot 1 maart. Op die manier kunnen geleverde prestaties voor 1 januari 2016 nog gevalideerd en betaald worden. Het is belangrijk dat, wanneer iemand die cheques heeft gebruikt voor prestaties die effectief geleverd werden, het bedrijf en de werknemer ook het geld daarvoor kan krijgen. Tegen 1 maart kunnen we dan een systeem opzetten zodat dat in de toekomst geen problemen meer kan opleveren.
Sodexo heeft aangegeven dat er op 15 februari nog 566 prestaties moeten worden bevestigd door overleden gebruikers. Elke prestatie kan uit één of meerdere uren bestaan. Wat het aantal bestelde cheques betreft, weten we zeker, dankzij de automatische controle via het rijksregister, dat er geen enkele Vlaamse cheque werd besteld op accounts van overleden gebruikers. Hoeveel cheques werden besteld op accounts van overleden gebruikers tijdens de federale opdracht, is niet gekend.
Uw tweede vraag, meneer Bothuyne, gaat over het verder onderzoek. Op basis van de gegevens van Sodexo zullen er analyses gebeuren om vast te stellen welke prestaties verdacht lijken. Die zullen vervolgens onderzocht worden door de betrokken inspectiediensten om na te gaan of hier sprake is van fraude.
Het antwoord op de eerste twee vragen van mevrouw Taelman is dan ook dat we geen zicht op hebben de omvang van een eventuele fraude. Aangezien we nog niet over voldoende data beschikken, kan ik mij hier dan ook niet over uitspreken.
Wat betreft de gevolgen van het gebruik van de account van een overleden gebruiker is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen fraude en bijvoorbeeld het blijven gebruiken van het profiel van een overleden partner.
Het is niet mijn intentie om tegen bonafide gebruikers op te treden. Voor de Vlaamse cheques worden de vergissingen nu vermeden door de automatische controle van de gegevens. Voor de federale cheques, die in het verleden werden uitgegeven, is het de bedoeling om dienstverlening die bonafide is gebeurd, al is het op naam van de verkeerde gebruiker, te valideren. Dat is logisch, er moet op een correcte manier mee worden omgegaan.
In de gevallen van fraude zal de effectieve gebruiker het aandeel van de overheid in de cheques moeten terugbetalen. Indien de gebruiker samen met een dienstenchequeonderneming de fraude heeft gepleegd, zal de gebruiker tot één jaar geen dienstencheques kunnen bestellen of gebruiken. Indien de gebruiker fraudeert zonder het medeweten van een erkende onderneming, is het onder de huidige regelgeving niet mogelijk om bijkomend sancties op te leggen aan de dienstenchequeonderneming. Maar terugbetalen moet dus altijd.
Nu wil ik het nog even hebben over het gebruik van accounts van overleden partners. Alle vragen daarover betreffen het lot van de dienstencheques van een overleden gebruiker in het Vlaamse systeem. In de toekomst, dat hebben op 9 februari afgesproken met Sodexo, zal bij het overlijden van een gebruiker de account niet onmiddellijk afgesloten worden. In een periode van drie maanden na het overlijden zal het nog mogelijk zijn voor de partner en/of erfgenamen om geleverde prestaties te betalen indien er nog voldoende cheques beschikbaar zijn. Dat werd hier ook al gesuggereerd. Een specifieke procedure voor de afwikkeling van deze gevallen zal nu nog worden uitgewerkt.
We hebben op 9 februari afgesproken met Sodexo om dat te doen vanaf 1 maart, zodat dit ook procedureel kan worden ingesteld. Als die procedure op punt is gesteld, zullen we er uiteraard ook over communiceren. Finaal zal het nodig zijn om niet-gebruikte cheques terug te betalen aan de erfgenamen. Om terugbetaling van cheques te ontvangen was onder de federale procedure een attest van erfopvolging nodig. Ik meen dat we die werkwijze ook in de toekomst kunnen voortzetten.
Of er dan wel of niet een administratieve kost voor moet worden aangerekend, dat moet nog bekeken worden. Ik kan me inbeelden dat die aanvaardbaar is, zeker in de filosofie dat de cheques gedurende nog drie maanden kunnen worden gebruikt.
De heer Bothuyne heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het antwoord. U hebt een aantal positieve zaken kunnen melden, zoals de automatische koppeling met het rijksregisternummer. Ook het laatste aspect, namelijk dat er voor de toekomst een vaste procedure wordt uitgewerkt waarbij mensen drie maanden respijt krijgen, is heel positief. Bij het overlijden van een partner zal de eerste gedachte wellicht niet zijn dat de dienstenchequeadministratie op orde moet worden gebracht.
Het is heel belangrijk dat de communicatie goed gebeurt. Dat is op korte termijn belangrijk voor de 566 prestaties. De communicatie moet goed zijn, zowel naar de bedrijven als naar gebruikers. Als de procedure is uitgewerkt, veronderstel ik dat bij een overlijden de partner of betrokkene een communicatie zal ontvangen van Sodexo met daarop richtlijnen van wat er kan en moet gebeuren. Zo kan de partner dan een eigen account openen indien er maar één was in dat gezin. Die communicatie lijkt evident, maar de communicatie van en door Sodexo is allesbehalve goed. Mevrouw Taelman stelt er straks een andere vraag over. Ook in de eerste weken van het nieuwe Vlaamse systeem zijn er gebruikers en bedrijven die er terecht klachten over hebben geuit. Zeker op zo’n gevoelig moment is een goede en juiste communicatie bijzonder belangrijk.
Wat betreft de eventueel bewuste fraude, ga ik ervan uit dat het onderzoek verder loopt en dat de inspectie zijn werk kan doen. Kunt u ervoor zorgen dat er een rapportering gebeurt over hoe die fraude wordt aangepakt? Dat is ook belangrijk om mensen die in de toekomst het systeem zouden willen misbruiken, af te schrikken en duidelijk te maken dat zoiets niet kan, dat er effectief straffen op staan.
Mevrouw Taelman heeft het woord.
Voorzitter, minister, ik dank u voor uw uitgebreid antwoord. Dit systeem lijkt me het voordeel van duidelijkheid te hebben en ik denk dat de implementatie goed verloopt. De heer Bothuyne merkt terecht op dat we daar gezien de toestanden van de laatste weken bij Sodexo, niet helemaal zeker van kunnen zijn, maar daar kom ik in mijn volgende vraag op terug. Het lijken me goede afspraken te zijn, ik geef ze het voordeel van de twijfel.
Inzake de andere geblokkeerde gebruikers werd hier daarstraks gesproken van kinderziektes. Ik ken echter niet veel kinderziektes die bijna zes weken, sinds 1 januari, blijven duren. We zullen het daar straks over hebben.
Mevrouw Van Eetvelde heeft het woord.
Het is van belang dat alle partijen zo snel mogelijk duidelijkheid hebben. Ik heb met het antwoord van de minister de indruk dat die er nu komt. Ook dat er een constructief overleg is met Sodexo, vind ik heel goed. Ik heb ook de indruk dat de administratie in dit verhaal het probleem heel goed beheerst en weet waar er verbetering nodig is.
Ik ben ook blij met uw antwoord, minister, dat het niet de bedoeling is om jacht te maken op weduwen of weduwnaars die de dienstencheques van hun overleden partner nog zouden gebruiken. De oplossing die werd uitgewerkt, lijkt me een heel menselijke. Ik meen dan ook dat de gebruikers van het systeem zich hierin zullen kunnen vinden.
Ik treed de heer Bothuyne bij dat er een heel goede communicatie over moet gebeuren, want die kan leiden tot minder problemen of kan de problemen oplossen.
Minister Muyters heeft het woord.
Ik heb nog een paar reacties. Toen ik op 9 februari het gesprek met Sodexo had, was de communicatie uiteraard ook een van de onderwerpen. We hebben er toen ook uitvoerig op ingezet. We hebben met het oog op de toekomst ook gevraagd dat dit effectief sterk naar voren wordt gebracht.
Ik begrijp wel dat je niet alle gebruikers en alle dienstenchequebedrijven continu om de oren moet slaan met elk klein probleem dat zich ergens voordoet zodat dit ook aan al de rest wordt gezegd, maar meer en anders communiceren is zeker aan bod gekomen op 9 februari.
Collega Bothuyne, naar de problematiek die hier wordt gesteld, kan – dat heb ik ook gesuggereerd op 9 februari, en het is nu aan Sodexo om te zien wat ze doen – op zo’n momenten een begrafenisondernemer worden ingeschakeld voor wat er moet gebeuren rond paperassen.
Uw vraag rond rapportering van fraude neem ik mee. Ik zal zien op welke manier we dat kunnen meenemen.
Collega Taelman, over de kinderziektes die zes weken duren. Dit is wel een specifiek geval. Ik vind het eigenlijk vrij logisch, en het gebeurde niet in het verleden, dat een klant en de koppeling van een klant aan het rijksregister gedaan wordt. Had men in het verleden een uitwerking gedaan waarbij een overlijden automatisch werd gemeld en de stappen werden gezet, dan hadden we deze problematiek niet gekend. Ik vind het vrij logisch dat Sodexo in eerste instantie – maar we moesten dan natuurlijk een oplossing hebben voor de tussentijdse problemen – zegt dat iemand die dood is, geen dienstencheque meer kan kopen en dat de rekening wordt afgesloten. Men heeft niet op dat moment naar een oplossing gezocht voor wat er in het verleden was. Dat is natuurlijk de overgang die er is geweest. Dat konden zij niet beslissen. De beslissingen die ik op 9 februari heb genomen rond deblokkeren en dergelijke meer, en de wetgeving tot dan, moeten we ook gieten in een besluit van de regering, en we moeten bekijken wat we daaromtrent moeten doen, maar de afspraak was dat het rijksregister uiteraard werd gekoppeld aan een klant van Sodexo. Ik denk dat ze wat dat betreft in elk geval juist hebben gehandeld of gedaan hebben wat er volgens de wetgeving van hen werd verwacht.
De vragen om uitleg zijn afgehandeld.