Verslag vergadering Commissie voor Buitenlands Beleid, Europese Aangelegenheden, Internationale Samenwerking, Toerisme en Onroerend Erfgoed
Verslag
De heer Van Overmeire heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, ik wil het even hebben over de plannen van de federale premier om na zijn economische missie naar Japan België te promoten via een buitenlandse tournee. Begin januari verschenen in diverse Vlaamse kranten berichten over zijn plan om een internationale tournee te ondernemen tijdens welke hij tal van buitenlandse regerings- en bedrijfsleiders ervan zal trachten te overtuigen dat België een aantrekkelijk land is om in te investeren. Hij zal daarbij sterk de nadruk leggen op de ondernemersvriendelijke maatregelen die de Federale Regering recent nam, waaronder de taxshift in het bijzonder. Ik denk dan eventueel ook aan de notionele intrestaftrek en de mogelijkheid om rulings met de fiscus af te sluiten. In de berichtgeving wordt gesteld dat de Belgische bedrijfsleiders zo veel mogelijk betrokken zullen worden bij deze gesprekken.
De exacte bestemmingen die de premier tijdens deze tournee zal aandoen, is nog niet bekend. Ik vernam al wel dat in maart een missie naar China zou doorgaan, en ook de Verenigde Staten en andere landen zullen worden bezocht. Deze economische tournee zal door de premier eveneens worden aangegrepen om het negatieve beeld dat over België is ontstaan naar aanleiding van de terreurdreiging in Brussel en de aanslagen in Parijs, te counteren. Om het met zijn woorden zelf te zeggen: “om het geblutste imago van België eigenhandig uit te deuken”. We wensen hem daarmee natuurlijk heel veel succes. Elk zijn rol in dit federale land, want een voetbalploeg speelt goed wanneer elke speler zijn rol en plaats kent. Overeenkomstig de bijzondere wet van 13 juli 2001 zijn het de gewesten en niet de federale staat die bevoegd zijn voor het aantrekken van buitenlandse investeringen.
Pragmatisme is natuurlijk nodig, maar de spelregels zijn de spelregels. Dit brengt mij tot de volgende vragen. Was u reeds voor de publicatie van de persartikels ingelicht over de plannen van de premier? Op welke manier werd het Vlaams Agentschap voor Internationaal Ondernemen – VLAIO, beter gekend als FIT –, en bij uitbreiding de exportpromotieagentschappen van de andere gewesten, betrokken bij de voorbereiding van deze tournee? Hoever staat men met de voorbereiding? Is al een definitieve beslissing genomen aangaande de timing en de landen die de premier zal aandoen tijdens de tournees die hij in het vooruitzicht heeft gesteld?
Minister-president Bourgeois heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, ik heb zoals u via de media kennisgenomen van de plannen van premier Charles Michel. Tot gisteren was ik daarover niet officieel ingelicht. Ik ben dat nog steeds niet met betrekking tot zijn concrete plannen. Wel is het zo dat FIT op 25 januari een bericht kreeg waarin wordt bevestigd dat de premier van 21 tot 25 maart naar China gaat. Aan de ambassadeur in Peking is gevraagd om dat bezoek te coördineren. Onze mensen zullen kennisnemen van het programma en erop toezien dat de belangen van Vlaanderen op rechtmatige wijze aan bod komen. Uit de pers verneem ik dat het gaat om verschillende reizen om de fiscale aspecten te promoten: de taxshift, de notionele intrest en, zo lees ik, ook de rulings. Ik weet niet of die laatste nog deel zullen uitmaken van het pakket. Voorts is het de bedoeling om het imago van België, dat is geschonden in de nasleep van de terreuraanslagen in Parijs, op te poetsen. Als het de bedoeling is om daar ook troeven van de deelstaten aan bod te brengen, dan wil ik natuurlijk dat wij onze inbreng kunnen doen en kunnen bepalen wat er aan bod komt. Tot vandaag heb ik enkel de mededeling in de krant gelezen.
Ik dank u voor het antwoord. Het stelt me wat teleur, niet vanwege uw houding, maar omdat in de huidige constellatie ook op het federale niveau de reflex zou moeten leven om inzake het aantrekken van investeringen automatisch en vooraleer er wordt gecommuniceerd de bevoegde entiteiten – de gewesten – bij de zaak te betrekken. Die reflex is er nog steeds niet. Dat is geen goede manier om in dit land samen te werken. Samenwerken betekent dat men in onderling overleg plannen maakt. Dat zou een veel sterkere formule zijn. Zeker diegenen die naar communautaire rust in dit land streven, zouden het correct naleven van de afspraken uit het verleden als eersten moeten realiseren. Als men daar niet in slaagt, wordt men communautaire stokebranden. Men verwijt dat aan anderen, maar men maakt er zichzelf schuldig aan wanneer men de gemaakte afspraken niet respecteert. Dit wordt vervolgd, de komende maanden, en naar ik vrees, ook de komende jaren.
De vraag om uitleg is afgehandeld.