Verslag vergadering Commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke Ordening, Energie en Dierenwelzijn
Verslag
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Voorzitter, minister, collega’s, als gast in deze commissie wil ik eerst mijn beste wensen voor het nieuwe jaar aan iedereen overmaken.
Mijn vraag gaat over de aanleg van het Saeftinghedok. De verdere ontwikkeling van de Antwerpse haven, en dus van het Saeftinghedok, is enorm belangrijk voor onze Vlaamse economie en voor de tewerkstelling. Er zijn tal van raakvlakken. Verschillende stukken van het dossier komen samen in het Saeftinghedok: economie, ruimtelijke ontwikkeling, natuur, mobiliteit enzovoort.
Twee maanden geleden was er de jammerlijke gebeurtenis: een preventieve schorsing door de Raad van State van een deel van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) ‘Afbakening zeehavengebied Antwerpen’. Dit GRUP is belangrijk voor de ontwikkeling van de Saeftinghezone, zoals voorzien in het regeerakkoord en zoals nadien met een positieve maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) bevestigd werd in de verdere plannen voor de aanleg van het Saeftinghedok.
Voor de economische groei van onze wereldhaven is het primordiaal dat de bijkomende capaciteit er komt. De jaarcijfers zijn bij iedereen bekend. Uiteraard is de timing van groot belang, maar nu heeft de Raad van State bij hoogdringendheid een deel van het GRUP geschorst.
Als antwoord op mijn actuele vraag van 25 november in de plenaire vergadering antwoordde u dat u op vrijdag 27 november al naar de regering zou gaan met een aantal pistes om tot een oplossing te komen. U sprak in de plenaire vergadering al heel voluntaristisch over een decreet betreffende complexe projecten. Dat zou mogelijkheden bieden, maar uiteraard waren er ook tal van andere te bekijken pistes.
Groot was dan ook mijn verbazing toen ik een dag later in Gazet van Antwerpen las dat de Vlaamse Regering geen beroep zou doen op het nieuwe decreet Complexe Projecten om de procedure voor de aanleg van het Saeftinghedok en de Antwerpse Waaslandhaven te versnellen.
Tot daar geen probleem: ik ging ervan uit dat er een andere en betere oplossing was. Het laatste zinnetje van het artikel was echter onrustwekkend. Daarin stond: “De regering heeft nu geoordeeld dat het dossier ook zonder het bijzonder decreet sterk genoeg is om de administratieve en juridische procedures te overleven.” De bron is mij onbekend, er wordt gewoon naar de Vlaamse Regering verwezen.
Dit is natuurlijk een andere berichtgeving dan de verklaringen die u vlak daarvoor gaf in de plenaire vergadering. Toen bracht Gazet van Antwerpen de titel: 'Schauvliege wil Saeftinghe redden.' Dat is heel anders dan: 'Geen bijzonder decreet voor Saeftinghedok.'
Ik kreeg ook nergens bevestigd vanwaar het bericht kwam. Het was niet gesigneerd en er stond geen citaat bij. De personen die ik heb aangesproken, waren er blijkbaar allemaal van overtuigd dat er nood is aan een oplossing. Ze waren er ook van overtuigd dat er zonder die oplossing dramatische gevolgen kunnen zijn die vertragingen met zich meebrengen.
Minister, na deze bloemlezing uit de media kom ik tot mijn vraag. Is de schorsing van het GRUP besproken op regeringsniveau? Zal de Vlaamse Regering verdere stappen ondernemen? En zo ja, welke? Of klopt het artikel toch en werd er inderdaad beslist dat er geen bijkomende actie vereist is? Kunt u, als er nog geen kant-en-klare oplossing is, toch al meer duidelijkheid geven over de pistes en minstens al zicht geven op de – heel dringende – timing om een en ander te trancheren?
Minister Schauvliege heeft het woord.
Voorzitter, mevrouw De Ridder, voortbouwend op uw actuele vraag van november hebben we in de Vlaamse Regering op basis van de gedeeltelijke schorsing van het ruimtelijk uitvoeringsplan die de Raad van State heeft uitgesproken en in afwachting van een definitieve uitspraak, een aantal mogelijkheden besproken. We hebben ook bekeken wat de consequenties ervan zijn en wat ze juridisch betekenen. We zijn toen tot de conclusie gekomen dat het in elk geval bijzonder relevant was om de procedure voort te zetten en dat we geloofden in de oplossing die op tafel lag. We wilden zeker de definitieve uitspraak afwachten.
Dit sluit niet uit, en dat is ook zo afgesproken in de Vlaamse Regering, dat ook een aantal andere alternatieven werden bekeken. Op dit moment wordt de mogelijkheid van de complexe projecten niet helemaal uitgesproken, maar die is niet zo evident. We moeten ervoor zorgen dat die niet vertragend werkt. Het is voor ons belangrijk dat als we oplossingen geven, het betere oplossingen zijn. Dat is wat wij samen met de minister bevoegd voor de openbare werken en de mobiliteit aan het uitwerken zijn. We zullen er terug mee naar de Vlaamse Regering gaan wanneer we meer duidelijkheid hebben of we op basis ervan een betere en relevante oplossing kunnen bieden.
In elk geval was de conclusie in de Vlaamse Regering in november dat we ons wat de procedure betreft, sterk voelen om die voort te zetten. Dat sluit niet dat we ook bekijken of er andere mogelijkheden zijn, maar die moeten we nog in de Vlaamse Regering bespreken.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Minister, ik blijf toch wel op mijn honger zitten. U zegt tegen me in de plenaire vergadering: “De pistes liggen klaar. Ik, de grote verdediger, de redder van het Saeftinghedok, ga vrijdag naar de regering.” (Opmerkingen van minister Joke Schauvliege)
Ik citeer gewoon uit het verslag van de plenaire vergadering. U zei: “Ik ga meteen vrijdag naar de regering.”
Een dag later las ik: “Geen bijzonder decreet voor Saeftinghedok.”
En vandaag geeft u weer een licht aangepaste versie. U zegt dat het besproken is, dat alles op tafel werd gelegd, maar dat u de procedure handhaaft. Voor alle duidelijkheid: ik vind dat een goede zaak en evident. U zegt ook dat u niet uitsluit dat in de toekomst een en ander nog verder wordt bekeken.
Er is een sense of urgency. Er doen langs alle kanten tal van documenten de ronde. Ze worden doorgestuurd. Allerlei cijfers worden ons naar het hoofd gesmeten. U moet niet ver zoeken: kijk gewoon naar het verslag over de havens dat de Nationale Bank publiceert. De sense of urgency is toch wel duidelijk.
Het gaat om een haven die net, op het einde van het jaar, de kaap van 200 miljoen ton heeft gerond. Ik denk dat we daar met zijn allen heel fier en tevreden over kunnen zijn. Daar ga ik toch van uit. Dat is een haven die maar liefst 150.000 gezinnen werk geeft, de kost geeft. Als dan duidelijk wordt gemaakt dat men er zonder vertraging voor moet zorgen dat dat Saeftinghedok er komt, dan ga ik ervan uit dat er redenen zijn om aan te nemen dat er dramatische gevolgen zouden zijn als dat niet zonder vertraging kan.
De baseline, uw houding in de plenaire vergadering dat men naar een oplossing gaat, vind ik goed. U handhaaft de procedure. Dat is een goede zaak. Ik verwacht nu echter toch wel iets van u, zoveel weken na de laatste regeringsbijeenkomst. Het is niet aan mij om vandaag aan u te zeggen dat het zo of zo moet. Ik verwacht eigenlijk dat de regering of u als bevoegd minister ter zake echt daadkracht toont, dat u echt de vlucht vooruit neemt.
Er zijn verschillende mogelijkheden. We kunnen het GRUP hernemen vanaf de voorlopige vaststelling. We kunnen er inderdaad een complex project van maken. Dat is de mogelijkheid die u al hebt gelanceerd. Elders gaan er natuurlijk dan weer stemmen op voor een decretale vergunning als laatste redmiddel. Er is – heel belangrijk – ook al op diverse fora geopperd dat men op zeer korte termijn een aanpassing van het Natuurdecreet zou kunnen realiseren. Er zijn tal van mogelijkheden. Ik ga niet aan u zeggen wat u moet doen, maar ik hoop wel te mogen verwachten dat u als bevoegd minister die mogelijkheden naast elkaar legt, dat u zegt dat dit primordiaal is, dat we ervoor gaan, dat u tabellen bezorgt met de mogelijke vertragingen, met de pluspunten, de negatieve punten, de bedreigingen voor het dossier. Wat betekent dat voor de lopende procedure? Ik zou heel graag hebben dat u daarmee ook naar het parlement komt, maar ik verwacht op zijn minst dat u ermee naar de Vlaamse Regering gaat.
Ik hoop dat ik ervan mag uitgaan dat we allemaal die sense of urgency delen. Ik meen dat die niet echt wordt betwist, door wie dan ook. Ik herhaal dan echter mijn vraag. Wanneer gaat u daarmee naar de regering, naast de lopende procedure? Een klein voorbeeld is die aanpassing van het Natuurdecreet voor die verankering van die voorafgaande natuurcreatie die men kan doen. Is men daarmee bezig? Zijn uw diensten iets aan het uitwerken? Ik zie dat er wordt geknikt aan uw linkerzijde. Dat geeft me hoop. Zijn uw diensten dat aan het uitwerken? Zult u daarmee naar de regering gaan? Zo ja, op welke termijn? Ik blijf toch hopen dat we ter zake samen aan de kar kunnen trekken in de goede richting, en dat we spoedig kunnen bewijzen in dit dossier te kunnen landen, en dat we ook kunnen bewijzen dat we volop de kaart trekken van die economische ontwikkeling en die toch niet onbelangrijke bijhorende tewerkstelling.
Mevrouw Bastiaens heeft het woord.
Minister, collega De Ridder heeft al uitvoerig het belang van het project geschetst, dus ik zal dat niet doen. We hebben dat recent ook nog eens gedaan, naar aanleiding van een actuele vraag in de plenaire vergadering.
Ik onthoud vooral uit uw antwoord dat u wel degelijk die sense of urgency ook ziet, zoals collega De Ridder heeft gezegd. U hebt zelf letterlijk gezegd dat de timing van belang is. In dat licht denk ik dat u vandaag hebt geantwoord wat u kunt antwoorden. Ik ben vooral blij dat u zegt dat die timing voor u vooropstaat, maar dat u er ook voor wilt zorgen dat we datgene kunnen realiseren waarvan we allemaal overtuigd zijn dat het moet worden gerealiseerd, net gezien het economisch belang voor de haven. Ik zal dan ook helemaal niet beginnen te speculeren over alle mogelijke maatregelen die kunnen worden genomen. Ik meen dat de juiste mensen op de juiste plaats dat moeten doen.
Ik zal echter niet verhelen dat ik inderdaad wel geloof in het instrument van het complexe project. Alle debatten die we daar al over hebben gevoerd, en alle procedures geven immers aan dat het ook gewoon een complex gegeven is. Laten we dus proberen die instrumenten die we hebben, zo goed mogelijk in te zetten. Ik hoop dat we dan snel groen licht kunnen krijgen en dat u samen met uw collega Weyts in dezen de juiste stappen zult kunnen zetten. Ik ben dus in blijde verwachting.
De heer Schiltz heeft het woord.
Voorzitter, collega’s, ik had een enigszins andere lezing van het verslag van de plenaire vergadering en het betoog van de minister ter zake. Wel heb ik gehoord dat het dossier met de nodige naarstigheid zou worden bespoedigd, maar dat we nu wel even moeten wachten op de uitspraak van de Raad van State.
Ik weet ook niet of het nu aan de orde is om per se met nooddecreten te zwaaien of de constructie van de complexe projecten aan te nemen. Ik laat dat alsnog over aan de wijsheid van de regering. Uiteraard blijft mijn fractie volmondig achter de realisatie van dit project staan, maar elk belangrijk infrastructuurproject dat een economische meerwaarde kan bieden, moet die natuurlijk waarmaken. In die zin blijven we ook hameren op voldoende aandacht voor de economische meerwaarde die dit project moet en kan realiseren, en ook op de goede ontsluiting daarvan.
Minister, verder meen ik echter dat u de goede weg bent ingeslagen, en dat het wijs is om te wachten op de uitspraak van de Raad van State. Ik zou daarom toch geen overhaaste beslissingen nemen of randinvesteringen lanceren waarop men achteraf misschien moet terugkomen. U hebt dus het volle vertrouwen. Ik heb eigenlijk geen verdere vragen, alleen de hoop dat u met wijsheid en daadkracht dit dossier verder tot een goed einde brengt.
De heer Vanbesien heeft het woord.
Mocht dat niet helemaal duidelijk zijn, dan wil ik even iets rechtzetten. De collega’s zeggen dat iedereen hier geweldig enthousiast is over het Saeftinghedok, maar dat is niet helemaal correct. Met name ikzelf en mijn fractie zijn heel enthousiast over een bijkomende havenontwikkeling, maar net wegens het belang van de tewerkstelling, dat ook mevrouw De Ridder benadrukt, vinden we het veel interessanter om naar industriële projecten te gaan die, zoals talloze economen ook al hebben aangetoond, meer tewerkstelling genereren en minder vrachtwagens met zich zouden meebrengen. In Antwerpen weten we daar op dit moment en zelfs in de toekomst immers moeilijk weg mee.
Er was in de plenaire vergadering een beetje een teaser gegeven, namelijk dat er verschillende pistes zijn. Vrijdag zou men beslissen. Het was voor ons allemaal spannend wat het vrijdag zou worden op de regering. Dan heb ik in de pers en in de verslaggeving van de regering zelf gelezen dat er beslist was om niet naar een andere procedure te gaan maar de procedure te laten lopen. Vanuit de benadering van een rechtsstaat vond ik dat geen slechte beslissing. Ik stond een beetje op dezelfde lijn als de heer Schiltz. Maar daarmee verbaast uw antwoord mij nu. U zegt dat u wel hebt beslist, maar u hebt beslist om niet te beslissen. U zegt dat er is beslist dat de verschillende pistes open blijven. U hebt beslist om de uitspraak en de Raad van State af te wachten maar u hebt ook beslist om die andere pistes nog te onderzoeken en eventueel op uw beslissing terug te zullen komen. Dat lijkt me zeer onduidelijk. Is er al een nieuwe datum vastgelegd waarop de Vlaamse Regering opnieuw die pistes die u blijkbaar opnieuw op de tafel zult leggen, zal bekijken en er een nieuwe beslissing over zal nemen? Of is dit een probleem van onenigheid van de regering? Zo lijkt het een beetje naar aanleiding van dit parlementaire gesprek.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Collega Vanbesien, er is geen onenigheid in de Vlaamse Regering, laat dat duidelijk zijn. Het klopt dat wij in november alle pistes op een rijtje hebben gezet. De conclusie van de voltallige regering was dat voortzetten het beste is, maar we toch nog eens de piste van het complexe project verder zouden bekijken. We doen dit alles in heel nauw overleg, collega De Ridder, met de minister bevoegd voor de haven, mijn goede collega Ben Weyts. Elke stap wordt samen met hem bekeken. Mocht er een juridische oplossing zijn die alles in een-twee-drie oplost en zorgt dat het dossier snel op de sporen kan worden gezet, dan was die stap al gezet. Zo simpel is het niet. Het is een dossier waar al heel veel juridische stappen in ondernomen zijn, waar al vaak uitspraken in gebeurd zijn die we niet hadden verwacht. We moeten dat goed doordacht doen. We moeten dat ook goed bekijken. Complexe projecten zijn iets nieuws. Het is gestemd. Het zou een van de eerste dossiers zijn die binnen dat traject worden opgestart, dus zo eenvoudig is dat niet. Wij hopen zeker zo snel mogelijk naar de Vlaamse Regering te gaan, met eventueel een afweging om in een complex project te stappen. Dan zullen we dat samen met de minister bevoegd voor de openbare werken op de regering brengen.
We zetten de procedure in ieder geval voort.
Collega Vanbesien, er is geen onenigheid. Maar uiteraard bekijken we ook nog eens de piste van een complex project van dichtbij. Mocht het een betere, snellere of efficiëntere oplossing zijn, dan sluiten we dat niet uit. Ik denk dat iedereen dat op dat moment zal verwelkomen. We moeten zorgen dat dat goed in elkaar zit en goed onderbouwd is. Daaraan zijn we nu aan het werken.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
U vatte het goed samen. Het is besproken op de regering en er is beslist om de procedure voort te zetten, maar dat sluit niet uit dat er verder wordt bekeken wat daarbovenop nog kan. Dat is natuurlijk niet te verengen tot het complex project op zich.
Collega Schiltz, wachten op een uitspraak van de Raad van State, doen we voor alle duidelijkheid nooit. De Vlaamse Regering is volop bezig met administratieve lussen en probeert steeds te remediëren. Ik denk dat het een goede zaak is om projecten weer vlot te trekken. Er zijn nog heel veel andere manieren dan het nooddecreet waartoe u het debat probeerde te verengen. Dat is natuurlijk niet de bedoeling.
Minister, u zei dat niet wordt uitgesloten dat er nog verdere pistes worden bekeken. Je hebt natuurlijk het complexe project, maar ik heb een beetje de vrees dat men dan gewoon gaat starten van nul. Dat is een van de risico’s. Ik blijf zitten met twee heel duidelijke vragen, waar ik nog geen antwoord op heb gekregen, minister. Wat met een verankering van de proactieve natuurontwikkeling in het Natuurdecreet, een decretaal initiatief? Ik zag de medewerker lichaamstaal uiten. Misschien kunt u daarover iets zeggen. Is uw administratie daarmee bezig? Er is ook de vraag naar een duidelijke timing en tabel van de voor- en nadelen van de verschillende pistes. Wanneer zou u daarmee naar de regering gaan? Dat zijn duidelijk twee relevante vragen waar ik nog geen antwoord op heb ontvangen.
Het is enorm belangrijk dat we hier daadkracht vertonen, uiteraard gezamenlijk in de Vlaamse Regering, maar hier bent u het vooral als bevoegd minister voor de ruimtelijke ordening en de procedures, die de nek moet uitsteken. U zult daar volop onze steun voor krijgen. Dit dossier is voor Antwerpen en de hele Vlaamse economie en tewerkstelling te belangrijk.
Minister Schauvliege heeft het woord.
Wat het Natuurdecreet betreft, zijn we aan het bekijken of we dat eventueel kunnen verduidelijken. Dat zou eventueel de basis zijn waarop men zegt dat dit kan worden vernietigd. De pro’s en contra’s van alle verschillende pistes zijn voorgelegd aan de Vlaamse Regering in november.
Mevrouw De Ridder heeft het woord.
Ik onthoud vooral dat men volop voortgaat op de bestaande procedure maar daarnaast al zeker met de proactieve verankering bezig is. Dat vind ik al een positief punt dat ik onthoud. Verder wordt nog gekeken naar andere pistes, waarbij men eventueel ook van complexe projecten zal bekijken wat de voor- en nadelen zijn, met als einddoel het project zo snel mogelijk weer vlot te trekken. Ik zal dan ook de blijde boodschap aan onze collega’s meegeven en aan de mensen die voor ons in de Vlaamse Regering zitten, dat ze binnenkort hopelijk daarover actie van u mogen ondervinden.
De vraag om uitleg is afgehandeld.