Verslag vergadering Commissie voor Onderwijs
Verslag
De heer De Ro heeft het woord.
Voorzitter, in de week van 23 september werd het nieuwe aanbod van het magazine Klasse voorgesteld. Het werd een multimediaal communicatieproject waarin nog plaats is voor een beperkte papieren oplage en met als specifieke doelgroep de leerkrachten. Alle andere informatie zal via de website en sociale media gebeuren. Het magazine Klasse voor Ouders verdwijnt volledig en wordt vervangen door een digitaal project.
Ik begrijp dat er door de besparingen keuzes gemaakt moeten worden, maar heb hierbij toch nog enkele vragen. De leerkrachten krijgen een voldoende aanbod via het papieren magazine en de informatie op de website, maar hoe kan men garanderen dat de informatie voor ouders bij iedereen terecht zal komen? Hoe zullen bepaalde doelgroepen zoals ouders en leerlingen die onder SES-criteria (sociaal-economische status) vallen, worden bereikt? Hoe zal de groep die geen toegang heeft tot het internet de informatie krijgen? Wat met de inspanningen die meer dan een decenniumlang gebeurden om het belangrijkste nieuws ook in andere talen aan te bieden?
Tijdens de hervormingen was er reeds kritiek te horen op het afbrokkelen van de onafhankelijkheid van de redactie van Klasse. Hoe zult u erover waken dat de redactie in volkomen onafhankelijkheid haar werk kan voortzetten, zoals de afgelopen twee decennia? Hebt u of de Vlaamse Regering het redactiestatuut onderschreven zoals dit in het verleden reeds meermaals gebeurde?
Klasse heeft als een van de nieuwe kanalen ook een ‘Klasse-knop’ aangemaakt in het Smartschool-systeem. Zal dit uitgebreid worden naar ouders en leerlingen? Gelet op de steeds meer ingeburgerde elektronische schoolplatvormen, lijkt dit een logische en goede evolutie. Het zou dan ook zonde zijn dat dit beperkt blijft tot het niveau van de leerkrachten.
Er was in het parlementair reces ook commotie over de vacature voor de nieuwe hoofdredacteur of hoofdredactrice. Dat was voor mij onbegrijpelijk aangezien op het eerste gezicht de vacature niet afweek van eerdere vacatures voor dezelfde functie. Wat waren die bezwaren? Wat is de stand van zaken?
Minister Crevits heeft het woord.
Mijnheer De Ro, bij de formatie van de regering hebben we in het kader van een aantal budgetmaatregelen die genomen moesten worden, de beslissing genomen om alle drukuitgaven voor Klasse te liquideren. Dat betekent dat Klasse op gedrukte wijze zou verdwijnen.
Ik wil starten met een positieve noot. Het team van Klasse heeft gisteren de trofee gekregen van de Business-to-Business Press & Communication voor de herlancering van Klasse. Ik vind dat het hele team daarvoor een dikke pluim verdient. Dit geeft aan dat er intern sterke en slimme keuzes zijn gemaakt, anders krijg je zo snel na een moeilijke maatregel niet zo’n prijs.
Die keuzes hebben consequenties naar de manier van communicatie én de doelgroepen. Er is gekozen om vooral digitaal te gaan en te focussen op leraren en directeurs. Zij zijn de geschikte go-between voor ouders.
Digitalisering zet zich op alle terreinen fors door. In veel dossiers blijft de uitdaging dat de digitale revolutie niet tot uitsluiting leidt. Laagdrempeligheid is hierbij belangrijk. Dat is een open deur intrappen. De volledig vernieuwde website klasse.be richt zich uitdrukkelijk op leraren en ouders. Ouders hebben er een duidelijke plek met ‘Thuis’. Ze kunnen daar een profiel aanmaken zodat ze informatie krijgen aangeboden op maat van hun rol als ouder en volgens hun interessegebieden.
Verder geeft de nieuwsbrief Klasse voor Ouders ouders maandelijks een overzicht van nieuwe content op hun maat en behoeften. Deze nieuwsbrief zet expliciet in op de dialoog ouders en leraar. Klasse gebruikt ook laagdrempelige sociale mediakanalen als Facebook en Pinterest om zoveel mogelijk ouders te bereiken. Op Facebook hebben ze 7375 likes. Facebook is de perfecte drager om ouders op een entertainende manier te ondersteunen in hun opvoeding. Op de Pinterestpagina van Klasse delen leraren en ouders hun tips met elkaar via interesseboards. Klasse probeert daarbij telkens zo laagdrempelig mogelijk te schrijven: korte artikels, duidelijke titels, vermijden van moeilijke woorden en uitleg bij onderwijskundig jargon en het kiezen van onderwerpen die nauw aansluiten bij de leefwereld van (kansarme) ouders zoals pesten, huiswerk, opvoeden enzovoort.
Verder bereikt Klasse ook ouders via 7000 intermediairs die met kansengroepen werken. Ik verwijs naar de zorgleraren, interne leerlingbegeleiders, leraren in de basiseducatie, brugfiguren, OCMW en integratiediensten. Op die manier helpt Klasse scholen om met kansengroepen te werken in de aanpak van verschillende thema’s.
Om leraren te ondersteunen in hun contact met anderstalige ouders biedt Klasse nog steeds vertaalfiches aan die te downloaden zijn op de website. Daarin staan basisboodschappen over onderwijs die elke ouder moet weten, in het Nederlands en in negen talen, steeds vergezeld van een uitnodiging om Nederlands te leren.
De nieuwe website van Klasse heeft in de eerste maand een kwart meer unieke bezoekers geteld en 64 procent meer pageviews – dat is het aantal keer dat een pagina wordt bekeken. De redactie is daar terecht zeer tevreden mee. Sinds de lancering beslisten ook bijna 15.000 leraren al om een abonnement te nemen.
Het onafhankelijk redactiestatuut van Klasse is in 1997 bekrachtigd door de regering en ik heb het in geactualiseerde vorm onderschreven, samen met het toekomstplan van Klasse. Bovendien heb ik ook een protocol afgesloten over de werking van Klasse met het Departement Onderwijs en Vorming, waarbij de onafhankelijkheid van de redactie van Klasse nogmaals wordt bevestigd. Het is dus niet omdat men een bepaalde plaats heeft in de organisatie dat men geen onafhankelijk statuut en geen onafhankelijke positie kan hebben. Ik hoop dat ik u daarmee kan geruststellen: het is helemaal niet de bedoeling om te interfereren. Integendeel, die onafhankelijkheid kan ik nogmaals onderstrepen.
De Klasse-knop in het Smartschoolsysteem, waarbij leraren rechtstreeks via de elektronische leeromgeving informatie kunnen ontvangen, staat in eerste instantie enkel open voor leraren. Wel wordt die werking van Smartschool en Klasse binnen enkele maanden geëvalueerd, en daarbij zal een uitbreiding naar de ouders mee aan bod komen, omdat het eigenlijk wel een goede zaak zou zijn als dat zou kunnen. Voor leerlingen heeft Klasse geen rechtstreekse communicatielijnen, dus het is nu niet de bedoeling om die functie naar hen uit te breiden. Dat zijn keuzes die zijn gemaakt.
De procedure voor de uitschrijving van de vacature van hoofdredacteur is correct verlopen. De verloning van de nieuwe hoofdredacteur is aangepast, rekening houdend met de structurele verschuivingen die zijn gebeurd. De bevoegde minister heeft het statuut ook aangepast. Dat is ondertussen ook goedgekeurd door de regering, zodat de vacature deze week kan worden gepubliceerd en ter zake heel snel vooruitgang kan worden geboekt.
De heer De Ro heeft het woord.
Minister, ik dank u voor het uitgebreide antwoord. Ik ben er zelf heel tevreden mee dat 15.000 mensen binnen het onderwijs daadwerkelijk al een abonnement hebben genomen. U hebt zich daar absoluut niet schuldig aan gemaakt, maar de misprijzende bewoordingen in het begin van de legislatuur waaraan sommigen binnen het onderwijs zich hebben bezondigd en het wat triomfalistische gejuich dat men binnen de regering op de papieren versies bespaarde, waren me een serieuze doorn in het oog. Dat was zeker geen toekomstgericht denken van sommigen die in het onderwijs actief zijn. Daarom bevredigt de teneur van uw antwoord me ook uitermate.
Men neemt de leerkrachten nog altijd expliciet als doelgroep, ook voor de magazines, vier keer per jaar, als ik me niet vergis. Vroeger hadden we de traditie dat de leerkrachten in opleiding – ze zitten hier nu – ook werden beschouwd als leerkracht, en dus ook Klasse kregen. Ik weet niet of er voor die groep nog aandacht is. Aangezien het toch studenten zijn, gelden er voor hen speciale abonnementstarieven? Ik meen dat het binnen de lerarenopleidingen altijd is toegejuicht dat Klasse voor Leraren ook al ging naar leerkrachten in opleiding. Wordt er ook naar hen nog gekeken?
Minister, ik juich toe dat u ook opnieuw het redactiestatuut onderschrijft, ondanks het feit dat het al geldt sinds 1997 en het al diverse keren is ondertekend of onderschreven. Dat is niet zomaar een statement: het is een belangrijk statement. Er zijn heel veel landen waar men heeft geprobeerd dit te kopiëren en waar men altijd is gestoten op het belangrijke aspect van de onafhankelijkheid, van de vrijheid om dit soort informatie zo te brengen zoals Klasse dat ondertussen al meer dan twee decennia doet. Het daadwerkelijk onderschrijven van het redactiestatuut door zowat elke democratische partij binnen de regering, door de ministers van Onderwijs is een belangrijke ondersteuning.
Wat het punt van het digitale betreft, deze middag ben ik in het kader van de conceptnota over het inschrijvingsrecht naar het vast bureau van het Onderwijskoepel van Steden en Gemeenten (OVSG) gegaan, om er met een aantal schepenen van Onderwijs te spreken over dat thema. Het viel me op dat, toen het ging over het krijgen van informatie tot bij de zwakste doelgroepen van ouders, nogal wat van mijn collega’s zeggen dat het digitale heel goed werkt voor diegenen die geïnformeerd zijn, maar dat het met belangrijke informatie bereiken van kansarme en/of anderstalige ouders toch een blijvende zorg moet zijn. Willen we kinderen kansen geven, dan is het belangrijk dat ook hun ouders goed geïnformeerd zijn over de manier waarop het onderwijs werkt, over wat er actueel is in het onderwijs en wat belangrijk om te weten is voor ouders in een bepaald stuk van het schooljaar. Ik vind dat een heel belangrijk aspect. Ik zal dat blijven volgen en erop blijven aandringen dat dit voldoende gebeurt, zeker met alle veranderingen. Ik denk maar aan de hervorming van het secundair onderwijs en bepaalde maatregelen die we gaan nemen in deze legislatuur. Alle ouders moeten geïnformeerd kunnen blijven daarover.
U zei dat de vertaling nog altijd gebeurt via vertaalfiches. Moet ik dat zo begrijpen dat het gaat over een aantal standaardfiches over thema’s die in die negen talen worden vertaald, of is er ook een klein stukje van het nieuws dat wordt vertaald ten behoeve van ouders, zoals in het verleden, en dat inderdaad aanmoedigend moet werken om Nederlands te leren?
Minister Crevits heeft het woord.
Mijnheer De Ro, wat uw suggestie betreft om er ook voor te zorgen dat kandidaat-leraren ook worden beschouwd als deel van die doelgroep, ik zal bekijken hoe dat kan en of dat gemakkelijk kan of niet. Dat neem ik dus zeker mee.
Ik ben het volledig met u eens met betrekking tot die informatieverschaffing aan kansarmen. Nu, het feit dat leerkrachten wat Klasse aanbiedt, in de klas kunnen gebruiken, dat wat Klasse aanbiedt ook educatief kan worden gebruikt, vind ik op zich ook waardevol voor jongeren die kansarmer zijn. Zo breng je immers ook educatief materiaal binnen in de klas, dat kan worden gebruikt. Ik heb trouwens gemerkt dat men bij Klasse nu al in twee dossiers heeft ingespeeld op twee heel actuele dossiers. Ze hebben dat gedaan met de hele vluchtelingenuitdaging. Dat werkt dus eigenlijk wel zeer goed. Ik vind hun keuze om zo themagericht te werken een zeer verstandige keuze. Het is echter natuurlijk niet Klasse dat ervoor moet zorgen dat elke ouder in Vlaanderen goed geïnformeerd is over het reilen en zeilen in de school. Ik was vorige week in Veurne, waar alle basisscholen een charter hebben ondertekend waarbij elke leerkracht zegt elke ouder persoonlijk te zullen leren kennen, waarbij men zegt ervoor te zullen zorgen dat alle informatie van de school persoonlijk bij de ouders terechtkomt. Dat is een taak van de school. Dat is niet de hoofdtaak van Klasse. Uiteraard moeten we daar aandacht voor hebben, maar dat als kanttekening bij uw opmerkingen, die ik voor het overige volledig onderschrijf.
De heer De Ro heeft het woord.
Minister, het is correct dat een school de plicht heeft om informatie te geven aan leerlingen en ouders, maar ook aan het personeel. Sinds de Vlaamse overheid eind jaren 80, begin jaren 90 de bevoegdheid heeft met betrekking tot het onderwijsbeleid, heeft ze er altijd voor gekozen om zelf ook basisinformatie aan te bieden aan iedereen, ongeacht het net en de gemeente waar men schoolloopt, ongeacht in welke school men werkt. Ik kan me best indenken dat, als school A iets zegt over bijvoorbeeld de maximumfactuur en school B iets anders zegt, het gaan uitrollen door ons van de hervorming van het secundair onderwijs in de ene school zal leiden tot bepaalde informatie, en in de andere school tot andere informatie. Dat is hun volste recht: iedereen mag de informatie verspreiden vanuit haar of zijn geloofsovertuiging en organisatie. Het is echter wel belangrijk dat men in zo’n belangrijke materie als onderwijs ook basisinformatie geeft aan ouders, leerlingen en leerkrachten, los van wat belangenorganisaties, de instellingen zelf of de doelgroeporganisaties brengen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.