Verslag vergadering Commissie voor Cultuur, Jeugd, Sport en Media
Verslag
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, in uw beleidsnota formuleerde u het voornemen om te streven naar de integratie van de verschillende levensbeschouwelijke strekkingen in de algemene programma’s van de VRT. Nadien, begin dit jaar, verminderde u de subsidies van de erkende levensbeschouwelijke verenigingen en begin juni deelde u hen mee dat de vergunningen die einde van dit jaar aflopen volgens het decreet, niet zullen worden verlengd. Dat betekent dat voor alle ‘derden’ het doek valt, en dat zijn er wel verschillende: protestantse, katholieke, joodsorthodoxe, islamitische en vrijzinnige gemeenschappen. Het doek valt voor iedereen, zowel voor de grotere verenigingen als Braambos en Lichtpunt, maar ook voor de ‘kleintjes’, zoals de Evangelische.
In het antwoord op mijn parlementaire vraag van 25 juni 2015 bevestigde u dat u op 8 juni 2015 expliciet de opdracht hebt gegeven aan het directiecollege van de VRT om in het licht van de opmaak van de nieuwe beheersovereenkomst te werken aan de eerste concepten hoe levensbeschouwing kan worden geïntegreerd in de programmatie van de VRT. De VRT zou hierover in gesprek gaan met de vertegenwoordigers van de levensbeschouwelijke verenigingen.
U benadrukte ook: “Wie ervoor gepleit heeft om de levensbeschouwelijkheden bij de VRT verder hoor- en zichtbaar te maken, kan ik dan ook geruststellen dat dit zal en moet gebeuren.” Naar aanleiding van die vraag gaf u ook aan wat er op uw kabinet al als pistes naar voren was gekomen, eventueel een gezamenlijk extern productiehuis, of een gezamenlijke productie, of een eigen productie van de VRT met een programmaraad samengesteld uit levensbeschouwelijke derden en varianten daarop. Dat hebt u op 4 juni 2015 met hen besproken op uw kabinet.
Nadien hebben we niets meer vernomen, ik neem aan dat de gesprekken met de VRT zijn gestart. Ik citeer wat u daarover hebt gezegd op het einde van uw antwoord op mijn vorige vraag: “Zelfs al is het begin van 2016 niet meer veraf, de gesprekken zijn gaande en de mogelijkheid is er om hiervoor een breed draagvlak te vinden, ook in deze commissie.” Tot daar kunnen we allemaal mee.
Op 8 juli 2015 keurde het parlement ter voorbereiding van de nieuwe beheersovereenkomst met de VRT een resolutie goed, waarin uitdrukkelijk werd opgenomen : “De VRT heeft, ter vervanging van de programma’s door de levensbeschouwelijke derden, op een inclusieve en actief pluralistische wijze aandacht voor de verschillende levensbeschouwingen. Dit gebeurt door de levensbeschouwelijke verenigingen te betrekken en van hun expertise gebruik te maken.” Dat is de wens van het parlement.
Jammer genoeg ontvingen wij enkele weken geleden allemaal de open brief die aan u gericht is, maar waarvan wij als lid van de Mediacommissie allemaal een kopie hebben gekregen, met als titel: ‘Red de levensbeschouwelijke omroepen!’. Een bijhorende petitie werd ondertekend door meer dan 13.000 mensen. In de brief werden heel veel vragen en bedenkingen geuit bij de beslissingen die reeds zijn genomen. Men geeft toch een aantal interessante beschouwingen mee. Het is juist dat honderdduizenden mensen in ons land zich maatschappelijk en sociaal inzetten vanuit hun levensbeschouwing of een zeker gedachtegoed. Het is mee zin geven aan je leven. Je vrijwillig inzetten voor iets komt voor veel mensen voort uit een religie of een andere opvatting. Het is belangrijk voor onze samenleving om daarvoor voldoende aandacht te blijven hebben. Men zegt in die brief ook dat ze daar bij de BBC en de ARD een speciale productiecel voor hebben, deskundig bemand en met voorbehouden zendtijd. Men gaat een beetje in die richting.
Ik dacht dat we het hier toch nog eens daarover moesten hebben, want 2016 is ondertussen wel genaderd. We zijn vier maanden na mijn vorige vraag, en twee maanden van begin januari 2016 verwijderd. Daarom wil ik toch enkele vragen stellen. Zeker ook omdat we de vorige weken nog hebben kunnen vaststellen hoe belangrijk duiding is, wanneer er iemand op de televisie allerlei dingen komt vertellen over de Koran die totaal niet kloppen. Het zou interessant zijn geweest om daar een imam bij te zetten. We weten allemaal waarover het gaat. Heel veel mensen hebben nood aan duiding bij levensbeschouwingen. De VRT zal daarin een tandje bij moeten steken want ze lieten het tot nu toe over aan de derden. Nu gaan ze dat op de een of andere manier moeten opnemen in de programmatie. Ik ben zeer benieuwd hoe zij dat gaan doen, zoals ik ook benieuwd ben naar uw antwoord op mijn vragen.
Minister, wat is de stand van zaken van de gesprekken tussen de VRT en de levensbeschouwelijke verenigingen? Voor welk format heeft de VRT nu uiteindelijk gekozen en door wie zal dit geproduceerd worden? Zal de VRT ook in januari 2016, wat toch kort dag is, levensbeschouwelijke programma’s uitzenden op radio en televisie? Welke rol spelen de levensbeschouwelijke verenigingen daarbij in de toekomst nog? Wat is uw antwoord op de open brief ‘Red de levensbeschouwelijke omroepen’, die toch in eerste instantie aan u is gericht?
Minister Gatz heeft het woord.
Mevrouw Brouwers, op de eerste drie vragen kan ik u het volgende antwoorden.
Zoals u weet, heeft de Vlaamse Regering beslist om het systeem van levensbeschouwelijke derden die erkend zijn om onder eigen verantwoordelijkheid programma’s te maken, te vervangen door een levensbeschouwelijk aanbod dat geïntegreerd wordt in het VRT-aanbod. Ik heb al verscheidene keren gesteld dat het mijn overtuiging is dat er binnen het aanbod van een publieke omroep plaats moet zijn voor levensbeschouwing en filosofie. Ik heb de VRT dan ook de opdracht gegeven om in het licht van de nieuwe beheersovereenkomst de nodige voorbereidingen te treffen om in een dergelijk aanbod te voorzien. Ik kan u bevestigen dat de VRT hier momenteel aan werkt. Ik heb het er deze week nog met hen over gehad.
De VRT zal, in overleg met en in betrokkenheid van de vertegenwoordigers van verschillende erkende confessionele en niet-confessionele levensbeschouwingen in België, tegen eind dit jaar een aanbodsplan ontwikkelen over de manier waarop levensbeschouwing geïntegreerd zal worden in het programma-aanbod van de publieke omroep. Ten laatste eind deze maand zal de eerste voorbereiding rond zijn. Het klopt dat ik dit rond deze periode had verwacht, maar men heeft een lichte vertraging opgelopen. Daarover zal worden teruggekoppeld naar mij. Uiteraard zal de VRT met de levensbeschouwelijke actoren overgaan tot de concrete invulling.
Het levensbeschouwelijk aanbod zal vanaf het voorjaar 2016 uitgezonden worden op radio en televisie. Daarover zullen ook afspraken gemaakt worden in de beheersovereenkomst.
Ik heb de open brief uiteraard met volle aandacht gelezen. Ik heb begrip voor de bezorgdheden van een aantal mensen, maar die zijn niet altijd terecht. De ondertekenaars van de brief blijken ook niet altijd even goed geïnformeerd. Zij stellen dat de beslissing van de Vlaamse Regering fundamenteel ondemocratisch is, wat niet juist is. Of dat levensbeschouwing naar de privésfeer wordt teruggedrongen, wat evenmin juist is. Laat het duidelijk zijn: er blijft levensbeschouwing op de publieke omroep in open net. En uiteraard hebben alle levensbeschouwelijke verenigingen alle mogelijkheden die de digitale en andere media bieden om hun visie breed toegankelijk te maken. Om een en ander te verduidelijken in een goed gesprek heb ik ondertekenaars van de brief, in de vorm van een delegatie, uitgenodigd. De afspraak ligt vast. Zo kan ik een en ander verduidelijken en aldus hun bezorgdheid pogen weg te nemen.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, dank u wel voor uw redelijk geruststellende antwoord. Maar ik ben toch niet helemaal gerustgesteld. Ik vind het zeer positief dat u de initiatiefnemers van die brief en petitie persoonlijk op uw kabinet wilt ontvangen. Dat zal zeker worden geapprecieerd.
Ik heb begrepen dat de voorbereidingen tegen het einde van deze maand rond zullen zijn op de VRT en dat men dan zal terugkoppelen naar u. Er zal dus een lichte vertraging op zitten. Ik heb u horen zeggen dat het eerder het voorjaar zal zijn dan nog deze winter. Op 1 januari 2016 zal er geen alternatief zijn. Of wel? Dat is niet helemaal duidelijk uit uw antwoord. Ik kan er op zich mee leven dat er nog een paar maanden een soort overgangsperiode is, maar we mogen dat echt niet te lang uitstellen. Ik vind dat we een deadline moeten stellen, bijvoorbeeld dat er ten laatste tegen Pasen op radio en televisie een alternatief moet zijn voor die programma’s.
Uiteindelijk heeft ook CD&V van in het begin gezegd dat we een eind willen meegaan in het wijzigen van de manier waarop levensbeschouwing in de openbare media wordt aangeboden, maar we willen wel het alternatief zien. Ik reken erop dat er snel voortgang wordt gemaakt. Versta me niet verkeerd, we moeten echt niet wachten tot Pasen: hoe sneller, hoe liever. Maar we moeten op een bepaald moment toch zeggen dat we dat niet gaan meeslepen tot aan de zomer, want voor je het weet, komt er helemaal niets van en dan heb ik toch het gevoel dat we met een kluitje in het riet zouden zijn gestuurd. Wij zijn toch parlementsleden met een klein beetje eergevoel.
Mevrouw Segers heeft het woord.
Minister, dank u voor uw antwoord. Ik sluit me aan bij mevrouw Brouwers. Ook ik ben niet gehaast, maar ik ben toch enigszins ongeduldig aan het worden. We moeten wat versnellen, zonder daarom de grondigheid achterwege te laten.
Aandacht voor levensbeschouwing in de media, met name op de openbare omroep, is in onze samenleving van levensbelang voor de multiculturele levensbeschouwelijke dialoog. Het is goed en nodig dat de VRT daarin verantwoordelijkheid opneemt, maar de openbare omroep moet daar dan ook de nodige middelen voor krijgen. Daarbij moet rekening worden gehouden met de expertise van de levensbeschouwelijke organisaties. Ik dring dus heel hard aan op niet alleen de nodige omkadering en middelen, maar vooral dat de VRT de dialoog opzet en het samen aanpakt met die organisaties. De VRT mag dit niet weggooien.
De heer Meremans heeft het woord.
Minister, u kent ons standpunt. Ik ben een gepassioneerd lezer. Ik heb een abonnement op Kerk en Leven. Ik heb dus de open brief ook gelezen.
U komt ook al uit de kast. (Opmerkingen van Johan Verstreken. Gelach)
De wonderen zijn de wereld niet uit.
Ik heb de open brief gelezen in Kerk en Leven. Minister, ik deel ook die bezorgdheden. Maar het is nu ook niet zo dat we de levensbeschouwingen naar achteren duwen, in een verdomhoekje. Ik denk dat dit van niemand in deze zaal de bedoeling is.
Of het nu januari is of Pasen, voor mij is het belangrijk dat we een goed product hebben. Met de opmerking van mevrouw Brouwers, haar verwijzing naar andere programma’s, moeten we heel voorzichtig omgaan. Samenwerking met vertegenwoordigers van diverse religies of levensbeschouwingen moet er zijn, maar we moeten komen tot een goed en gedragen format. Of het nu januari is of maart is voor mij iets minder belangrijk dan een goed product af te leveren. Ik begrijp het ongeduld en de onrust die daar leven. Maar het is nu toch enorm belangrijk dat we een goed product krijgen. We wachten dus op de verrijzenis van dat product.
Sorry, het was misschien een ongepast grapje van mij daarnet. Maar ik dacht aan een notoir opiniestukschrijver vandaag in De Standaard, met name de heer Bart Maddens. Dat beschouwde ik ook als een vorm van uit de kast komen.
Minister Gatz heeft het woord.
Ik heb nog een paar afsluitende woorden. Ik ken de gevoeligheid van het dossier, u moet me daar niet van overtuigen. Ook de VRT kent die gevoeligheid goed, die is hen trouwens ook nog eens uitdrukkelijk meegegeven. Ik zou zeggen: 'Geloof mij', maar ik besef dat die woorden in deze context misschien net iets anders klinken.
Ik neem het u ook niet kwalijk, mevrouw Brouwers, want ik zou in uw plaats net hetzelfde doen, dat u een beetje aan de ongelovige Thomas refereert: eerst zien en dan geloven. Ik vind dat heel normaal in deze context. Er moet inderdaad eerst daadwerkelijk iets voelbaars en tastbaars zijn. Maar dat is niet meer veraf.
Mevrouw Brouwers heeft het woord.
Minister, ik wil u nogmaals danken voor het antwoord. Ik hoop dat we hier, inderdaad tegen ten laatste Pasen, een goedgevuld paasei krijgen van de VRT. U kent dat wel, het is een paasei met verschillende soorten pralinetjes in. Die staan dan voor de verschillende levensbeschouwingen en ze worden met de beste chocolade gemaakt, heel kwalitatief. Ik hoop echt dat we zo’n paasei kunnen krijgen van de VRT, dat u daar goed op zult toezien en dat we geen spreekwoordelijke vijgen na Pasen krijgen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.