Verslag vergadering Commissie voor Mobiliteit en Openbare Werken
Verslag
De heer Keulen heeft het woord.
Minister, de afgelopen maanden hebben er enkele zware verkeersongevallen plaatsgevonden op onze wegen. In een aantal gevallen waren daar vrachtwagens bij betrokken. Op eerdere vragen hierover hebt u steeds gehamerd op sensibilisering en educatie met betrekking tot verkeersveiligheid. Zo hebt u einde augustus de campagne ‘Veilig Uit en Thuis’ gelanceerd, waarbij u een vijftal campagnegolven aankondigde om de automobilist te sensibiliseren rond overdreven snelheid, gordeldracht, rijden onder invloed, bellen achter het stuur en onoplettendheid in het verkeer. Die campagnes zijn zeer hard nodig en zullen op korte termijn hun vruchten afwerpen.
Dat neemt echter niet weg dat ongevallen vaak te wijten zijn aan de menselijke factor en dus nooit helemaal uit te sluiten zijn. In het kader van enkele zware ongevallen met vrachtwagens deed u straffe uitspraken in een persbericht van 26 augustus. Deze uitspraken zijn te begrijpen, zeker in het licht van de opeenvolging van zware ongevallen en de moeilijkheden die ongevallen met logge vrachtwagens met zich meebrengen voor berging en opruiming.
Minister, u verwees ook terecht naar de economische kostprijs van een file, ontstaan door jammerlijke ongevallen. De afgelopen tijd zijn er heel wat voorstellen gelanceerd om de verkeersveiligheid te verhogen: een vernieuwde rijopleiding, een rijbewijs met punten, nieuwe sensibiliseringscampagnes, het verlagen van de maximumsnelheid op gewestwegen, een nieuw verkeersveiligheidsplan, een alcoholslot voor bussen, meer politiecontroles op vrachtwagenchauffeurs. Niet elk voorstel is een exclusieve Vlaamse bevoegdheid, maar het geeft wel aan dat er aandacht is voor de verkeersveiligheid en dat dit item leeft bij beleidsmakers, en bij uitbreiding bij de hele bevolking.
Minister, tijdens de commissievergadering van 19 maart 2015 hebben collega Vandenbroucke en ikzelf u daarover een aantal vragen gesteld. Dat was naar aanleiding van de publicatie van de studie van de European Transport Safety Council (ECST) en cijfers van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV). U gaf toen een zeer uitvoerig antwoord over welke initiatieven zijn genomen en welke knopen nog moeten worden doorgehakt. Het zou me te ver leiden om de hele opsomming die u destijds gaf over te nemen, toch wil ik focussen op enkele elementen.
Het verkeersveiligheidsplan is uw uitgangspunt voor verkeersveiligheid en het terugdringen van het aantal doden op onze wegen. Daar het plan eind dit jaar afloopt, bent u momenteel volop bezig met de voorbereiding en het finaliseren van een nieuw plan. U stelde tijdens de commissievergadering van 19 maart dat concrete aandachtspunten nog dienden te worden geformuleerd aangaande verkeersveiligheid. Hebt u daar momenteel al zicht op? Dit is immers een belangrijk hulpmiddel om het verkeersveiligheidsplan te realiseren en inzicht te verkrijgen in de oorzaken van ongevallen.
Een tweede element is de vernieuwde rijopleiding. Vandaag focust de rijopleiding vooral op kennis van de wegcode en beheersing van het voertuig. U wilt daar ook hogere-ordevaardigheden aan toevoegen zoals risicoperceptie, sociaal rijgedrag, het kunnen rijden in verschillende weersomstandigheden. Om de vernieuwde opleiding uit te bouwen, hebt u een werkgroep opgericht. Kortom, het curriculum voor het rijbewijs B is zo goed als rond en binnenkort zullen we hier meer over vernemen van u. Ik vraag me af hoe het zit met de rijopleiding voor vrachtwagenchauffeurs. Gaat u hier ook een vernieuwing in doorvoeren?
Minister, welke concrete aandachtspunten worden geformuleerd in het op stapel staande nieuwe verkeersveiligheidsplan? Komt er een hervorming van de rijopleiding van vrachtwagenbestuurders? Welke vernieuwde elementen wilt u opnemen voor het behalen van een rijbewijs C? Worden er specifieke sensibiliseringscampagnes gepland rond vrachtwagens in het verkeer, specifiek gericht op vrachtwagenchauffeurs?
De heer Van Miert heeft het woord.
Namens mijn fractie wil ik me aansluiten bij de vraag om uitleg van de heer Keulen, met enige nuance links en rechts. De rijopleiding voor vrachtwagenchauffeurs is een van de vele initiatieven die kan worden genomen voor de verhoging van de verkeersveiligheid. Er zijn er al andere aangekondigd. Misschien is het wel belangrijk dat we eerst aangekondigde pistes realiseren vooraleer nieuwe aan te kondigen.
De hervorming van de rijopleiding B lijkt een prioriteit. De heer Keulen verwees naar het grote aantal ongevallen met zwaar verkeer van de laatste maanden. De Kempen is de voorbije tijd getroffen door veel fatale ongelukken. Het ging dan vaak om jonge bestuurders. Misschien kan er nog een en ander gebeuren qua opleiding van jonge bestuurders voor rijbewijs B. Het gaat dan niet alleen over rijvaardigheid en technische kennis, maar ook over mentaliteit.
Minister, onlangs hebt u de oprichting van het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid meegemaakt. Het zou verstandig zijn dat dit huis zijn rol voldoende kan opnemen. In de conceptnota is vermeld dat binnen deze structuur het nieuwe ambitieuze Vlaamse verkeersveiligheidsplan verder kan worden uitgewerkt.
Minister, welke rol kan dat huis spelen in de good practices uit de ons omringende landen? Ik denk hierbij vooral aan de zwakke weggebruiker.
Minister Weyts heeft het woord.
Bij de opmaak van de conceptnota over het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid, dat ondertussen is opgericht – we hadden vorige week de startvergadering met de verschillende vertegenwoordigers, iedereen was paraat en de sfeer was uitstekend – hebben we zes aandachtpunten naar voren geschoven om aan te werken. Een: motorrijders en bromfietsers, vooral in zomermaanden. Twee: fietsers en voetgangers, vaak ouderen, binnen de bebouwde kom. Drie: jonge, mannelijke autobestuurders, vaak tijdens het weekend. Vier: belangrijke risicofactoren als alcohol en snelheid. Vijf: attitude en sociale normen. Zes: creëren van een inherent veilig verkeerssysteem.
Deze aandachtspunten worden nu verder afgetoetst en eventueel aangevuld. We hebben daarvoor een expertenworkshop opgericht. Zo werd de specifieke aandacht voor het professionele vervoer reeds aangehaald. Deze aandachtspunten zullen verder worden uitgewerkt en geconcretiseerd door de opmaak van gerichte maatregelenfiches, als onderdeel van het actieplan 2016-2020, waarbij we focussen op het Vlaamse verkeersveiligheidsplan. De twee federaties zijn ook vertegenwoordigd in het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid.
Op dit moment concentreer ik me op de hervorming van de rijopleiding voor het rijbewijs B. Dat is het meest problematische en meest verspreide rijbewijs. De opleiding voor de rijbewijzen C en D heeft nu al een hogere graad van professionalisme. Ik plan hier geen hervormingen. Uiteraard zal ik op termijn ook deze rijopleiding evalueren en, indien dit nodig blijkt, bijsturen.
In de campagnes voor 2016 is er momenteel geen specifieke campagne opgenomen gericht op vrachtwagenbestuurders. Wel wordt volgend jaar opnieuw het truckveilig charter georganiseerd. Hiermee ondersteunen we sinds 2012 bedrijven, organisaties en vrachtwagenbestuurders die zich inzetten voor veiliger verkeer. Wie het charter tekent, engageert zich om minimaal zeven zelfgekozen actiepunten na te komen. Bestuurders kunnen er bijvoorbeeld over waken dat ze voldoende fit en uitgerust achter het stuur zitten, terwijl werkgevers kunnen zorgen voor haalbare rittenschema’s en een correct onderhoud van het vrachtwagenpark. Bedrijven kunnen een aangepast charter op maat aanvragen bij de Vlaamse Stichting Verkeerskunde. Na ondertekening wordt gepolst naar het uitvoeren van de engagementen. Dit met het oog op het behalen van een truckveilig label.
Daarnaast bieden we aan bedrijven ook de mogelijkheid om via de Vlaamse Stichting Verkeerskunde een doorgedreven begeleiding op het vlak van verkeersveiligheid in het bedrijf te volgen. Verkeersveiligheid wordt hierbij geïntegreerd in het mobiliteitsbeleid en een globaal preventieplan. Tijdens de coaching krijgt het bedrijf ook een verkeersveiligheidsscan die zou moeten leiden tot een plan op maat. Dat is een soort doorlichting van wat beter kan en welke oplossingen daarvoor naar voren kunnen worden geschoven.
Naast sensibiliseringscampagnes heb ik de ambitie om de handhavingsinfrastructuur voor vrachtwagens zo breed mogelijk in te zetten. Zo werd AWV op de Taskforce Handhaving van 15 juni 2015 met alle spelers – politie, justitie, AWV en anderen – opgedragen een onderzoek op te starten om na te gaan of de software of hardware van ‘weigh in motion’-systemen (WIM-systemen) kunnen worden aangepast om andere controles te doen, bijvoorbeeld onbemand handhaven. Aan de hand van automatische nummerplaatherkenningscamera's (ANPR-camera’s) worden vrachtwagens al rijdend gewogen en de overbelaste wagens worden dan van de weg geplukt. In Halle wordt dat systeem gebruikt. De camera’s kunnen ook worden ingezet voor andere doeleinden dan enkel voor ‘weigh in motion’.
De idee is dus om middels een hoge tolerantiegrens de WIM-systemen toch te gebruiken als volgens het KB vaste automatisch werkende toestellen in afwezigheid van een bevoegd persoon bestemd om op de openbare weg toezicht te houden op de naleving van de wet betreffende de politie over het wegverkeer. Zo komen die camera’s voor dat wettelijk statuut in aanmerking, zodat we ze ook voor andere doeleinden kunnen gebruiken dan alleen voor ‘weigh in motion’.
We hebben ANPR-camera’s die enkel focussen op de rijafstand tussen voertuigen en het respect daarvoor. Die doen alleen dat. We bekijken of we die ook kunnen inzetten voor andere doeleinden dan enkel de controle van de tussenafstanden voor vrachtwagens.
De hoogte van de boetes voor het niet respecteren van de tussenafstanden hebben we besproken met de federale wegpolitie. Op de taskforce was de consensus dat ze te laag zijn. De boetes bedragen 55 euro voor een eerste vergrijp en 110 euro voor de tweede graad. We hebben het initiatief genomen om aan de federale wegpolitie bij de minister van Mobiliteit, Galant, te vragen om dit type overtredingen aan te passen, omdat heel veel ongelukken gebeuren door het niet respecteren van de rijafstanden door vrachtwagens.
In het kader van flankerende beleidsmaatregelen voor de kilometerheffing voor vrachtwagens bekijk ik nog met de sector hoe de overheid steun kan geven voor verkeersveiligheidsmaatregelen ten voordele van vrachtwagens. Dat is nog in de verkennende fase. Ik durf er nog niet meer over zeggen.
De heer Keulen heeft het woord.
Minister, veel zaken zijn al operationeel en andere in ontwikkeling. De meeste vrachtwagenchauffeurs zijn doordrongen van hun verantwoordelijkheid en van het besef dat hun vrachtwagen een moordmachine is als hij onverantwoord wordt gebruikt. Sommigen hebben dat minder. Naast de zaken die u al onderneemt, is het heel belangrijk dat u dit ook Europees aankaart. Op onze wegen rijden vrachtwagenchauffeurs van alle Europese nationaliteiten. Vaak rijden ze daar omdat ze net iets goedkoper zijn dan de mensen van hier. Soms komen ze uit een andere verkeerscultuur. Het is dus goed om de Europese noodklok te luiden. De open economie symboliseert dat je de hele wereld op onze wegen tegenkomt, en dat draagt ook bij tot onze welvaart. Dat is dus een positieve vaststelling, maar we moeten ook wel handhaven. De vrachtwagenchauffeur die in een congestiegevoelige regio rijdt, waar alles en iedereen zich op die wegen verplaatst, heeft door de aard van de constructie die hij bedient, een extra verantwoordelijkheid.
De binnenlandse chauffeurs zijn in verhouding tot de modale wagenbestuurder veiliger. Ze veroorzaken minder ongevallen. De gevolgen van een ongeval, als er een gebeurt, zijn wel desastreuzer. Gerekend per kilometer komen ze er beter uit dan de modale wagenbestuurder. Er zijn wel specifieke oorzaken zoals cruise control, afleiding en vermoeidheid. Dat speelt absoluut mee voor vrachtwagens.
De vraag om uitleg is afgehandeld.